aSP&g Man vermoordt vrouw en kind EN DE OUFANTS- MANNEN Een vorstelijke les Witte Camelia-Ridders ten strijde Radioprogramma DOOR EDGAR RICE BURROUGHS Achtervolgd door obsessie K.LM.-toestel op de Australië-lijn Onze Oost Cycloon duurde drie kwartier 'Ethal M. Dell Nf\V^ ^•ctV vaart uit 38. Stanley Wood keek verwonderd naar de vreemde stad, daar voor hem, een stad, die er uit zag alsof hjj van ivoor was. „Welke stad is dat?" vroeg hij Waranji, de chef van de Waziri's. Deze schudde het hoofd. „Ik weet het niet, Bwana, ik heb deze stad nog nooit eerder gezien. Misschien bevindt de Memsahib zich daar", antwoordde de man. „Misschien", antwoordde Wood," „maar als de menschen daar ons vijandig gezind zijn, zul len ze ons doden of gevangen nemen. In ieder geval doen wij Gonfala daar geen goed mee." „Wij zijn de Waziri's vanTarzan. Wij vech ten," antwoordde Waranji. Wood legde zijn hand op de ebonieten schouder. „Jullie zjjn grote vechters en ik weet, dat jullie alles zul len doen voor een vriend van Tarzan, maar ik denk er niet aan om jullie gevaar te laten lopen. Als de mensen hier vrienden zijn, is één man precies even veilig als zeven. Als ze vijanden zijn, zouden wjj allen gedood worden. Ondanks hun protesten, beval Stanley Wood de Waziri's om naar huis terug te keren en verslag uit te brengen aan Murivo, hun op perhoofd. „Als je Tarzan tegenkomt", zei hij, „dan zal hij wel weten, wat hij moet doen. Schoorvoetend gehoorzaamden de trouwe krijgers en Wood keerde zich om en begaf zich naar de geheimzinnige stad. WEER EEN DRAMA TE HAARLEM. Terwijl het drama in de Hertzog straat te Haarlem, waarbij een 25- jarige verzekeringsagent om het leven is gekomen, nog versch in het geheugen! igt, heeft zioh thans op nieuw in Haarlem-Noord en afschu welijk drama afgespeeld. In den vo rt gen nacht heeft n.1. de 33-jarige electricien C. Gr., in zijn woning aan de Kaninefatenstraat eerst zijn 26-Jarige vrouw en daarna zijn twee jarig dochtertje met een beitel ver moord. Daarna poogde hij zichzelf van het leven te beroovep, hetgeen echter mislukte. Omstreeks half een werden omwonenden gewekt door hulpgeroep in de stille straat. Heit bleek, dat de kostganger van G., de 36-jarige H., in nachtgewaad naar huiten was gesneld om hulp te halen, daar G., na een woordenwisseling, zijn vrouw met een beitel te lijf was gegaan. H., die in een kamer naast die van eht echtpaar slaapt, was door het tumult wakker geworden en had de vr;ouw te hulp willen snellen. Toen G. zich éc'hter ook togen hem keerde, was H. naar buiten gehold. In zijn haast had hij echter de voordeur in het slot geslagen Vreeselijke ontdekking. Door zijn geschreeuw ontwaakten de bu ren en één hunner, de heer W., trachtte zich toegang tot de woning fe verschaffen. Hij moest daartoe cpn ruit inslaan, waar hij hij zich ernstig aan de rechterarm ver wondde. In het portaal ouder aan de trap vond hij de vrouw van G., badende in haar hloed. G., die door het dolle heen was, »tak en. sloeg, haar mof een beitel. Door de kwetsuren aan zijn arm was de heer W. echter niet in slaat G. te overmeesteren, en omdat G. nok hem te lijf wilde gaan, moest hij wel retireeren, Arme kleine Inmiddels was de politie gewaarschuwd en toen deze arriveerde, sring men opnieuw de woning binnen. Het bleek, dat de vrouw van G. ten gevolge van de steken en de slagen met den heitel en het groote bloed verlies reeds was overleden, zoodat. ge neeskundige hulp niet meer mocht baten. Op de slaapkamer deed men nog een gruwelijke ontdekking. Met den beitel, waarmede hij zijn vrouw van het leven had beroofd, had G. ook zijn tweejarig dochtertje geslagen en gestompt, waardoor de kleine vrijwel direct gedood moet zijn. Vervolgens had hij zichzelf met den beitel in het onderlichaam gesto ken en was, met het lijkje van zijn kind in de armen geklemd, op bed gaan liggen. Idée-flxe. Nadat zijn wonden door een dokter wa ren verbonden, werd G. naar het St. Elisa- beth Gasthuis overgebracht. Men vreesde aanvankelijk voor zijn leven en daarom werd hem terstond een verhoor afgenomen. Hieruit bleek, dat G. Zaterdag j.1. uit, het ziekenhuis was ontslagen, waar hij een blindedarmoperatie had ondergaan. Hoewel de geneeshceren hadden verklaard, dat hij geheel genezen was, meende G. ecliter, on geneeslijk ziek te zijn. Dit idee-fixe be- heersohte voortdurend zijn gedachten, en daarom besloot hij zijn vrouw en kind van het leven te berooven, om daarna zelf moord te plegen. Reeds Woensdagmiddag had hij den beitel van den zolder gehaald, welke hij als werktuig bij zijn afschuwelijk plan wilde gebruiken. G., die reeds gerui- men tijd werkloos is, staat in de straat waar hij thans vier jaar woont, als stug en onvriendelijk bekend. Hij bemoeide zich nooit met iemand. De lijken der beide slachtoffers zijn naar het St. F.lisaheth Ziekenhuis overgebracht, waar dr. Hulst uit Leiden de sectie zal verrichten. Tegen de „Internationale Jood- sche bankiers." Voor de commissie, welke een onderzoek instelt naar de buitonlandsohe propaganda in de Ver. Staten, heeft George Deat.hrace, de leider der organisatie der z.g. Witte Ca melia-ridders, verklaard, dat vanuit Duits'ch- Iand aan de betrokken organisaties in de Ver, Staten, millioenen brochures van an ti-communistische en anti-Joodsche strek king versterkt zijn. Een ambtenaar der Duitsche legatie had hem onlangs verteld, dat liet antisemitisme in de Ver. Staten Sterker was dan in het Duitsohland van vóór Hitier. De „internationale Joodsche ban kiers" zouden in de Vereenigde Staten een revolutie willen ontketenen, en hij achtte 't noodig zich hiertegen te weren. Deathrace heeft behalve genoemde organisatie nog op gericht de zg. Amerikaansche Bond van Nationalisten, die het hakenkruis voeren, en op hun program de invoering van een fas cistisch bewind in de Ver. Staten hebben. De Belgische pers over de toe spraken van Koningin Wilhel- mina en Koning Leopold. De Belgische pers die in de dagen voor en tijdens het bezoek van Koningin Wilhelmina buitengewoon veel aandacht aan deze ge beurtenis heeft gewijd, en die de Verslagen der gebeurtenissen in grooten opmaak en met veel foto's op de frontpagina's hebben gepubliceerd, terwijl er tal van welkomst- artikelen zijn verschonen, wijdden gisteren beschouwingen aan de toespraken van ko ning Leopold en Koningin Wilhelmina, aan het gala-diner gehouden. Het algemeen gevoelen. Zoo schrijft „Het Laatste Nieuws'1, dat deze toespraken instemming en dippen weer klank zullen vinden, omdat zij beantwoorden aan het algemeen gevoelen. Vooral wijst het blad op de passages van do beide redevoe ringen, waarin gesproken wordt .over dc taak van de kleine landen in dienst van den vrede. Het blad hoopt, dat de, oproep, wel ke van deze beide redevoeringen uitgaan, ook buiten Belgische en Ncderlandsche gren zen gehoor zal vinden. Militaire verdragen onvruchtbaar. De „T.e Vingtième Siècle" meent, dat. de beide staatshoofden aan de wereld een goede les hebben gegeven. Inderdaad kunnen po litieke verbonden en militaire verdragen,' of schoon helaas dikwijls noodzakelijk maar steeds inlaatsten grond onvruchtbaar, aan de. christenheid niet den vrede geven, welke zij eiken dag verder van zich verwijderd ziet. Economisch initiatief mogelijk. „De Standaard" licht uit de rede van Ko ning Leopold de passage, waarin de vorst wijst op liet getal van 100 milliocn inwoners dat de kleine stalen in totaal tellen. Door dit cijfer 100 millioen te noemen heeft ko ning Leopold ongetwijfeld de aandacht ge vestigd op de ruimte van bet afzetgebied dat die kleine staten bieden. Do gedachten van koning Leopold gingen, volgens het blad, ook naar die veelvuldige belemmeringen van eeo- nomischen aard die den wereldruilhandel stremmen. Een blok van 100 millioen inwo ners die slechts geleid worden door hun pas sie om den vrede te dienen, den politicken vrede zoowel als den oconomischen vrede, zou zeker doelmatige initiatieven kunnen ne men welke in dc eerste plaats aan hen zelf ten goede zouden komen. Het zijn ook dc levensbelangen van de kleine volken die door den strijd tusschen de groote machten eerst en vooral worden bedreigd. Heeft België niets te zeggen? „Le Peuple" zou gaarne zien dat de ver antwoordelijke regeeringen, welke de midde len om te handelen bezitten, tot daden in het belang van den vrede zullen overgaan. Heeft onze regeering zoo vervolgt liet blad, en in liet bijznoder Onze minister van Bui- teniandsehe Zaken niets op dit punt te zeg gen? Het aanstaande debat over de begroo ting van buitenl^ndsehe zaken zou daartoe gelegenheid bieden. De „Matin" merkt op, dat de Vlaamsctie kwestie in de beide rede voeringen niet is aangeroerd. K.N.I.L.M. heeft hulp noodig. In velband met de moeilijkheden, zoowel van financieeTen als van materieelen aard, welke een langdurige exploitatie van den dienst op Australië voor de K.N.I.L.M. ople vert, bestaat het voornemen, «lat tegen het einde van deze maand, behoudens onvoor ziene omstandigheden, vliegtuigen van de K.L.M. door de K.N.I.L.M. gecharterd zullen worden om althans eens per week in den dienst tusschen Nederlandsch-Indië en Aus tralie te voorzien, in welk geval dus dc K.N.I.L.M. niet eigen vliegtuigen in do. ove rige. behoeften van den dienst zal blijven voorzien. Ravage op Deli. Eerst gisteren is bekend geworden, dat in de omgeving \an Medan Dinsdag j.1. een cycloon beeft gewoed. Eerdere berichten kwamen niet door, daar de telefoonlijn be schadigd was. Op het emplacement van de tabaksonderneming Soengeimentjirin (A- rendsburg) zijn acht reusachtige hoornen ontworteld. Écn der hoornen kwam neer op een niateriaalschuur, waarin zich vijf koelies bevonden, een koelie is gedood en vier zijn gewond. Een andere boom stortte op dc bijgebouwen van een assistenten wo ning, terwijl ook een koelhuis door een vallende boom werd vernield. Vier droog schuren, met tabak gevuld, zijn ingestort, een aantal andere ernstig beschadigd. De schade wordt echter door verzekering ge dekt, De vernieling van de nog te veld staan dc tabak is naar dc N.R.Crt. meldt, van wei nig beteekenis, daar deze reeds voor het grootste gedeelte is af geoogst. De cycloon hield drie kwartier aan, zoodat de onderne ming thans een beeld van ware ravage is. doetje qoed! ZATERDAG 27 MEI 1939. Hilversum I, 1875 en 415.5 m. KRO-uitzending, 8.009.15 Gramofoonmuzifk (Om 8.15 Ber.) 10.00 Gramofoonmuziek. 11.30 Godsdienstig halfuur. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-orkest (1.001.20 Gramofoonmuz., ca. 1.15 Berichten). 2.00 Voor de rijpere Jeugd. 2.30 Gramofoonmuziek. 2.45 Kinderuurtje. 4.00 Gramofoonmuziek 4.30 KRO-orkest en solist. 5.15 Filmpraatje. 5.30 Gramofoonmuziek. 5.45 KRO-Nachtegaaltjes. 6.15 Gramofoonmuziek. 6.20 Journalistiek weekoverzicht. 6.45 Berichten, Gramofoonmuziek. 7.00 Berichten. 7.15 Causerie: „Het Katholiek herstel na da Hervorming". 7.35 Actueele aetherflitsen. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.15 Overpeinzing met muzikale omlijsting. 8.35 Gramofoopmuziek. 8.45 Gevarieerd programma. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Redgieuze declamatie (met muzikale omlijsting' 11.2012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II, 301.5 m. VARA-uttzending. 10.0010.20 v.m. en 7.30 —8.00 Yx'RO. 8.00 Gramofoonmuziek (ca. 8.16 Berichten). 10.00 Morgenwijding. 10.20 Voor arbeiders in de Continubedrijven. 12.00 Gramofoonmuziek (ca. 8.16 Berichten). 2.00 Causerie „Hoogtij in het bijenleven". 2.15 Gemengde arbeiderszangvereeniging „Herleving", Arnhemsche orkestvereeniging en soliste (opn.). 3.00 Reportage. 3.30 VARA-orkest. 4.00 Gramofoonmuziek. 4.30 Esperanto-uitzending. 4.50 Gramofoonmuziek. 5.50 Mondaccordeonvereeniging „De Nachte gaal" i pn.) 6.00 Orgelspel (opn,). 6.28 Berichten. 6.30—7.00 Groningeche uitzending. 7.05 VAR A-Kalender. 7.06 Felicitaties. 7.10 Politiek radiojournaal. 7.30 Reportage. 8.00 Herhaling SOS-Berich en. 8.03 Berichten ANP, VARA-Varia. 8.20 VARA-orkest en solisten. 9.00 Puzzle-uitzending. 9.15 En nu... Oké. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Radiotooneel. 10.55 Causerie over het Bondsfeest van het Konink.ijke Nederlandsc'i Gymnastiekver- bond. 11.10 Souvenir-orkest. 11.4012.00 Gramofoonmuziek FEUILLETON. 24. Dank u, zei ze. Er is hier zeker heel wat te doen, merkte Oliver op. O ja, een heeleboel. Er woei een koude wind van de zee en ze huiverde weer. Het spijt me, maar kapitein Stark is Uit, zei ze na een lichte aarzeling. O maar dat doet er niets toe. - Oliver's stem klonk vriendelijk-kalm merend. Ik was toch niet van plan om binnen te komen. Natuurlijk ken ik den kapitein en ik hoop u spoedig weer te ontmoeten. U moet niet al te hard werken. U hebt toch zeker ook wel wat vrijen tijd? O jawel, zei Julie vaag. Als u het prettig vond, zou ik u eens mee kunnen nemen in mijn auto. Zjjn toon was half neerbuigend, half overredend. Zou u dat prettig vinden? Ze scheen te verbaasd om te antwoorden. U is hier vreemd, nietwaar? vroeg hij. U zou misschien graag iets van de omgeving zien. O jawel, zei Julie, het is erg vriendelijk van u. Maar... ik heb weinig tjjd.,. voorloopig tenminste. Misschien eens op een avond, hield Oliver aan. Ik moet dikwijls aan dezen kant zijn. Ik zou u bij de brug kunnen oppik ken en we zouden een toertje kunnen maken. Het zou een goede afleiding voor u zijn. Ik zal naar u uitkijken, hoor. Dus tot ziens! Hij groette haar op dezelfde nonchalante manier en wendde zich op. Misschien had hij de naderende voetstappen op de pier gehoord, want zijn vertrek was definitief en hij stapte zelfs in zijn auto zonder nog eenmaal om te zien. Julie maakte niet zoo'n haast om weg te komen. Ze was trouwens nog niet klaar met haar werk en toen Rolfe by de kuikenren stilstond, was ze bezig water te pompen in een gedeukte kan. Hy wachtte, tot ze zich omkeerde, en groette dan, maar op een an dere manier dan Keston gedaan had. Kan ik misschien helpen? Ze wierp een rnellcn blik in de richting van het huis. Er was niemand te zien. Rolfe sprong over het muurtje, nam de kan van haar over en ging de ren binnen. Vlug! zei Julie. Hij wds vlug. Het leegmaken en vullen van verscheidene oude kommen duurde maar en kele seconden, terwijl de kippen kakelend hun misnoegen te kennen gaven over het bin nendringen van een vreemdeling. Rolfe keerde zich tot het meisje met een geruststellenden glimlach. Zie zoo! Ga nou met me mee theedringen op de „Circe". Alles is klaar! Julie keek besluiteloos. Zou ik het wel doen? De oude man is niet thuis. Maar als Emily straks wakker wordt en merkt, dat ik weg ben. En wat dan nog? De schipper komt in ieder geval de eerste uren niet terug. De café's gaan pas om zeven uur open. Kom nou maar. Je hoeft niet langer te blijven dan je zelf wilt. Het was onmogelijk om zijn glimlach te weerstaan. Geluidloos glipte ze door het hekje en samen gingen ze de kade langs. Hij zag er uit als een triomfeerende viking. We leven in een vrij land, zei hij. Niemand kan van je verlangen, dat je altijd tuschen vier muren blijft zitten. O, ik weet het niet. Zoolang je niet meerderjarig bent, kun Je niet precies doen wat je wilt. En doe je dus maar, wat je gezegd wordt Voorloopig, zei ze somber. Hij ging er niet op door. Wat kwam die dokter eigenlijk doen, vroeg hy. Ze haalde haar schouders op. Hij kwam zoo maar eens praten. Dokters kunnen zich alles permitteeren, niet? Heelemaal niet. Ik zie tenminste niet in waarom. In ieder geval verbeelden ze het zich en dat komt op hetzelfde neer. Ik weet het niet, hield Rolfe koppig vol. Ze heiben niet het minste recht zich op te dringen, omdat ze nu toevallig dokter zyn. Ik zou hem op een afstand houden, als ik jou was. Dank je, zei Julie zedig. Hy keek haar onderzoekend aan. Je denkt zeker, dat het heel erg brutaal van me is, je raad te willen geven. Maar er is niemand anders, die het kan doen. En ik heb er meer recht toe dan de meesten. O ja? Ja zeker. Hij zei het uitdagend. Omdat ik den toestand begrijp en het goed met je meen. En dat is niet met allemaal het geval. Dat begrijp ik. zei Julie, Nee, je begrijpt er niets van. Maar op een of anderen dag zul je het wel doen. Hallo! Daar is dat duivelsjong van een Micky. Wat voert die in zyn schild? In de verte schoot een dwergachtig figuur tje op het huisje van ouden Columbus af en verdween erin als een konijn in zyn hol. Zoekt zeker Belinda, zei Rolfe. Zou hy ons gezien hebben? vroeg Julie onrustig. En dan? Zou de wereld dan misschien vergaan Ze lachte een beetje eigenaardig. Belinda zou het niet prettig vinden. Zooveel kan ik je wel vertellen. Rolfe schoot in den lach. Het is nooit bjj me opgekomen Belinda op de thee te vra gen. Ze is niet zoo kwaad, maar toch niet iemand voor zooiets. Ik denk niet, dat ze het daarmee eens zou zijn. Ze vindt zich goed genoeg voor iedereen. Niet voor my, zei Rolfe beslist. Jij hebt zeker de meisjes maar voor het uitzoeken Zyn lachende oogen ontmoetten de hare. Ja. Het is een hobby van me te willen uitzoeken. In ieder geval is er wat voor, te weten wat je wilt hebben, zelfs als je het niet altjjd <rygen kunt. Ik vindt het juist afschuwelijk iets te willen hebben en het niet te kunnen kry'gen. Wit zou je graag willen hebben, vroeg hy onverwachts. Ze maakte een w\jd gebaar met haar ar men. O, een heeleboel dingen. Hopen en hopen dingen! Ze herhaalde de woorden by'na hartstochtelijk. Wil iedereen dat niet? Het is afschuwelijk jong te zijn en helemaal opgesloten te zijn. Bijna iedereen, die wil... en die durft, kan wel vry komen, merkte Rolfe op. Durven! Ze keek hem met vlammen de oogen aan. Denk je, dat ik niet weg zou durven gaan Nee, zei Rolfe, met jou geloof ik, dat er meer moed noodig is, om te blyven dan om weg te gaan. Maar wat heeft het voor zin? Haar oogen brandden. Omdat... als ik nu wegging, dan zouden ze er bl(j om zjjn. en daarom ga ik niet. Ik zal blyven tot ik meesteres ben ik dat huis. Ik zal dien man in doodsangst rond laten loopen. Hij zal gestraft worden, zooals hij nooit is gestraft. Ik ben jong en hij is oud. Ik zal van hem winnen... op den duur. En wat Emily betreft... ze lacht met opeengeklemde tanden... ze is al bang voor me, als we aleen zijn. Zoo wil ik ze allemaal hebben. Juist, zei Rolfe. Dus je wilt het heele stel intimideeren. Nou, veel geluk! Plotseling, alsof het onderwerp hem niet meer interesseerde, begon hij op zijn fijne, doordringende manier te fluiten. Ze waren bijna aan het eind «an de pier gekomen, waar de „Circe" zachtjes deinde op den vloed. Ze zag er in de schemering uit als een sprookjesschip. En met die muziek, die haar omspon, verdween Julie's boosheid, alsof ze was weggetooverd. De verbittering slonk weg... loste op in de vreugde, om wat ze zag en hoorde. Kleine lichtjes begonnen te schij nen op de wijde uitgestrektheid van het grijze, zacht golvende water en het wonder lijk gevoel van betooverd te zijn kwam weer over haar. Het was bijria, of ze wachtte op iemand, die haar by de hand zou nemen en mee- zou voeren. De duisternis en de ellende achter haai waren vergeten. Wat was het dat Rolfe floot?' Iets dat ze vroeger gehoord had... iets dat, als door een vagen mist heen, tot haar sprak. Een wals? Een liefdeslied? Nee! Het was een ge zang; het avondgezang, dat men daar had geleerd op school. Verlaat mij niet, snel valt de avondstond, Het duistert om me: God, verlaat my niet. Haar oogen waren vochtig. Ze zou niet hebben kunnen zeggen waarom. Ze stond be wegingloos, tot de prachtige melodie eindig de. Dan gaf ze zich over aan Rolfe's leidende had, die haar langs de ladder op het dek van de wachtende boot voerde. Ze kwam tot zichzelf in de kleine kajuit, toen ze op de bank zat, bij het licht van een flakkerende petroleumlamp. Rolfe was bezig thee te zetten. Hy floot niet meer. Het was blijkbaar een taak, die zjjn volle aandacht vroeg. Maar iets van de betoove- ring hield haar nog gevangen. Ze zat stil en verwonderde zich over hem en over zichzelf. (W'ordl vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 7