IE INI ID1 OLIFANT! MAINllNiÜNI Pleidooi voor misdadiger Huwelijksleed in de keuken Dieren lijden pijn Radioprogramma vaart uit DOOR EDGAR RICE BURROUGHS Straf voor vechten in Spanje Ethel M Dell 44. Terwijl de wacht den koning van de jungle naar het plein voerde, begreep deze, dat hij er slecht aan toe was. Daar kwam de stoet van edellieden en krijgers aan, het leeuwen regiment, de lijfwacht van den koning en een enkele grote leeuw door vier zwarte stalknechts aan den teugel gehouden. Tar- zan had dit alles al eens eerder gezien in de tijd, toen hij door de lijfgarde van de ko ningin omsingeld was geweest. Vandaag was het de lijfgarde van den koning, maar thans kon hij niet verwachten, dat een wonder hem uit de klauwen van den hongerigen leeuw redden zou, zoals de vorige keer. Twintig speerdragers bewaakten Tarzan, zo groot was hun respect voor zijn kracht en handig heid. Doch nu maakten ze een ketting om zijn middel vast en het eind ei-van aan de praalwagen van koning Alextar, en de stoet bewoog zich naar de Gouden Brug, die toe gang gai tot het grote leeuwenplein. Midden op het ruime plein hield de stoet stil. De krijgers met de speren gereed voor de aan val, vormden een lange doorgang. Aan het einde van deze laan loerde de dood op Tarzan, in de vorm van een hongerigen leeuw, die er speciaal op afgericht was op het ruime veld een prooi aan te vallen en te doden. „Slachtoffer stierf waarschijnlijk een natuurlijken dood". De Amsterdamsche rechtbank zette gisteren de behandeling voort van de strafzaak tegen de heide jon gemannen, verdacht van moord op de bejaarde weduwe Storck in haar woning aan de Lindengracht op 21 Januari j.1. Tegen Frans E, den kleinzoon van de vermoorde, eischte de officier van Justitie op 5 Mei j.1. 20 jaar gevangenisstraf en te gen den medeplichtige Leendert K. twaalf jaar. Enkele dagen na dezen zwaren eisch te gen de verdachten legden zij in het huis van bewaring een nadere bekentenis af. Zij hadden niet f 400, doch ruim f 2400. gestolen. Het geld hadden zij gebracht naar de woning van de andere grootmoeder van Frans, de weduwe P. aan de Lijnbaans gracht, die f 100.van de buit kreeg. Stierf de oude vrouw een na tuurlijken dood? De zaak werd inmiddels naar de instruc tie teruggestuurd. Als eerste getuigen wer den gisteren de deskundigen gehoord, tus- schen wie een uitvoerig medisch debat ontstond over de doodsoorzaak. „Een onver wachte natuurlijke dood vóór het inbrengen van den sok in den mond van 't slachtoffer mag waarschijnlijk worden genoemd, be toogde de deskundige a décharge en ging voort: „Eén der verschijnselen, door de lijkschouwers aangenomen als die van verstikkingsdood, kunnen ook 't gevolg zijn van ouderdoms-emphy- seern, een toestand van verminderde elasticiteit van het longweefsel, bij oude mcnschen niet zeldzaam." Hij bleef bij zijn meening, dat de doodsoor zaak niet met zekerheid vastgesteld kon worden. Ongepaste vroolijkheid. Een politieman vertelde in het kort hoe de f 1900.— bij de oude vrouw in de Bloemstraat. een vriendin van grootmoeder P. werd teruggevonden. Hetg eld lag in 'n penantkastje, gewikkeld in een oude kous. De vrouw had onmiddellijk gezegd, waar het lag. Pres. (tot rechercheur): Bent u ook bij de arrestatie van Simon geweest? Getuige: Ja, we troffen de familie aan in feeststemming. Hoewel er pas tyvintig jaar tegen hun 19-jarigen zoon was ge- eisciht, waren de ouders en Simon naar een feestje bij de buren gegaan. Er werd een stevig glaasje gedronken. Frans E. ontkende thans, dat zijn broer Simon bij de verdeeling van het geld aan wezig was, maar Leendert K. riep: „Wèl waar, hij was er bij!" Leendert verklaarde nog, dat Simon veel meer geld heeft gekregen dan f 10. Pres. (tot Leendert): En wat heb je zelf meegenomen? Leendert: Ik denk ongeveer f 60.— aan rijksdaalders en 6 a f 700 aan bankpapier. Frans: Je liegt 't, je hebt een kleine f 1000 meegenomen. De president vroeg aan Leendert K„ waar de nog ontbrekende geldsom n u ver borgen is. Verd. antwoordde: „Dat vertel ik niet, want dat geld heb ik noodig om voor mijn vrouw en kinderen een schuilkelder en gasmaskers te koopen." Pres.: Hoeveel geld is het? Verd.: Weet ik niet Pres.: Tel 't dan na. Verd.: Ja, dan weet u meteen waar het is. Een oogenblik dreigde er ruzie tusschen de twee verdachten. Zij verwijten elkaar meer te hebben meegenomen, dan zij zeg gen. Requisitoir. De officier van Justitie persisteer de geheel hij zijn eisch: twintig jaar tegen Frans E. en twaalf jaar gevangenisstraf tegen Leendert K. Het woord was vervolgens aan de ver dedigers. Frans' raadsman schetste nog maals het verderfelijke milieu, waaruit zijn cliënt komt. De opzet om de oude vrouw van het leven te berooven blijkt nergens Met klem drong pl. op clementie aan. Mr. W. van Everdingcn besprak uitvoerig de conclusie van den deskundige a déchar ge en hij bestreed het sectierapport van de deskundige a charge. Simon was hebberig. Vervolgens besprak de verdediger de per soonlijkheid van den verdachte Leendert K., waarna hij to vrijspraak subs. clementie concludeerde. De rechtbank zal op 16 Juni vonnis wijzen. Vervolgens stond de broer van Frans, Simon E., terecht verdacht van heling. Hij had bij de verdeeling van de buit in de woning van „opoe P." een klein bedrag van het geroofde geld gekregen. In den nacht van 7 op 8 Mei werd hij gearres teerd. Op 20 Januari op zijn verjaardag, vertlede hij, trof hij 's avonds zijn broer Frans en Leendert K. aan in de keuken van grootmoeder P. Zij waren bezig met het tellen van bankpapier. Frans had tegen Leendert gezegd: „Geef m'n broer maar een tientje". President: Kreeg je niet meer? Je zou zoo hebberig geweest zijn. Verd.: Eerlijk niet. Ik kreeg twee rijks daalders en vijf gulden. Direct nadat hij het geld ontvangen had was hij weggegaan. Later had zijn grootmoeder hem verteld dat het geld in de schoorsteen verborgen was. Pres.: En heb je er toen nog wat afge nomen? Verd.: neen. Pres.: Nu, je grootmoeder wel. Verdachte hield vol, dat er geen bank biljet bij was geweest. „Anders zou ik het direct hebben gezegd". Pres.: Toen je gearresteerd werd, was je bezig feest te vieren, en er werd stevig bij gedronken ook. Verd.: Er was bij de buren iemand jarig en ik heb er geen cent aan betaald. Het reclasseeringsrapport, dat over Sb mon E. is uitgebracht, luidde zeer gunstig. Hij staat bekend als een goed arbeider cn mag weer in zijn betrekking terugkomen. De Officier van Justitie vorderde tegen verdachte acht maanden gevangenisstraf, waarvan vijf maanden voorwaardelijk en met aftrek van de voorloopige hechtenis. De verdediger, mr. P. A. F. van Vloten bepleitte de uiterste clementie, mede op grond van liet gunstige reclasseeringsrap port en het blanco strafregister van verd. Verdachte was op den avond van zijn ar restatie bezig met het vieren van een feest, hij was bij de familie gevraagd om op de harmonica te spelen. Vonnis 16 Juni. „Je laatste uur is geslagen!" Tegen man twee jaar gevange nisstraf geëischt. De 43-jarige graan-controleur C. K. is door de Roterdamsche rechtbank tot een gevangenisstraf van twee jaar veroordeeld met plaatsing in de bijzondere strafge vangenis omdat hij op 20 Juli van het vorig jaar gedreigd heft, zijn echtgenoote van het leven te berooven. liet huwelijk zoo bleek op de terechtziting van het Haag- sche gerechtshof, waarvoor deze zaak gis teren in liooger beroep diende r- was aller minst gelukkig. Reeds eenige jaren gele den heeft een scheiding van tafel en bed plaats gehad, doch daarna zijn de echtelie den weer samen gaan wonén, evenwel niet met het resultaat, dat alle moeilijkheden nu uit de wereld waren. Volgens die vrouw werd zij dikwijls door haar man mishan deld die dat evenwel ontkende en op 20 Juli kwam de uitbarsting. In den val gelokt. De man, zoo vertelde de vrouw verder, riep me in de keuken om koffie te drinken. Ik vertrouwde het niet, maar besloot toch te gaan. Daarna heeft hij er weer over ge praat of alles tusschen ons weer goed kon worden, maar voor de kinderen vond ik een scheiding beter. Hij is toen woedend geworden, heeft me bij de keel gegrepen, uit roepende: „Je laatste uur is geslagen!" Daarna verloor de vrouw het bewustzijn. De man zoo verklaarde de vrouw voorts ging dikwijls uit dansen op den „Dijk" en ging met andere vrouwen om. Verdachte zelf ontken de vrijwel alles, wat de vrouw ver klaarde. Hij had haar niet bij de keel gegrepen, doch zij was van emotie flauw gevallen, wat wel meer voorkwam. Volgens hem had de vrouw de ruzie uitgelokt. Met andere vrouwen ging hij niet om. De advocaat-generaal, achtte het ten laste gelegde bewezen en de opgeiegde straf, in verband met den ernst van het feit, niet te zwaar. Spr vroeg bevestiging van deze straf. Pleidooi. De verdediger, was van meening, dat de vrouw alles in het werk stelde om zich van haar man te ontdoen. Zij vond hem eigen lijk „beneden haar stand", temeer, daar hij nu werkloos was. Pleiter concludeerde tot vrijspraak cn drong subsidiair op de meeste .clementie aan. Uitspraak 19 Juni. Maar hun handelswaarde verhoogt. Het Haagsche Gerechtshof heeft gisteren uitspraak gedaan over de vraag of het cou peeren van ooren van honden en van staar ten van paarden strafbaar is. Het hof achtte beide niet strafbaar. Het eerste geval betrof den 36-ja- rigen A. J. te B. uit Utrecht, die de ooren van Duitsche doggen met klemmen afkneep, omdat de bees ten daardoor meer handelswaarde kregen. Tevoren verdoofde hij ze met cloor-aethyl. De Utrechtsche rechtbank had hem tot een geldboete van f 40.veroordeeld, waar na het Amsterdamsche hof een boete van f 1.oplegde. De hooge Raad heeft de zaak naar het hof in Den Haag teruggewe zen, welke te B. vrijsprak van de ten laste gelegde dierenmishandeling. De tweede zaak betrof het coupeeren van paardestaarten. De dierenarts W. J. L. de G. uit Kruiningen had onder getuigen de staarten van twee veulens ingekort. Des wege is hij vrijgesproken van dierenmishan deling door de Middelburgsche rechtbank, welk vonnis het Haagsche gerechtshof gis teren in hooger beroep bevestigde. De advocaat-generaal was tot dezelfde conclusie gekomen, daarbij evenwel opmer kende, dat men zich niet moest voorstellen in dit proces een principieele beslissing uit te lokken. Men moet elk geval op zichzelf beschouwen en zich afvragen, welk doel be reikt wil worden en welk leed men een dier aandoet. In de onderhavige gevallen achtte de ad vocaat-generaal het redelijk doel nl. het verhoogen van de handelswaarde hier aanwezig. De pijn was daarmede in verhou ding niet overmatig groot. Soms bleef de pijn zelfs geheel achterwe ge, zoo betoogde de advocaat-generaal. Op 31 Mei stonden voor de Haagsche po litierechter, acht jonge mennen terecht, die bij de strijdmacht van dé vroegere Spaan- sclie regeering dienst hadden genomen en onlangs hier te lande waren teruggekeerd. Hun was ten laste gelegd overtreding van de wet van 8 April 1937 annex het Konink lijk Besluit van 11 Juni 1937. De zaak van één der verdachten, G. H. van B., werd aangehouden om getuigen te hooren, daar deze verd verklaarde, dat hem voorgespiegeld was, dat hij als betonwerker in Spanje werk zou vinden. De overigen erkenden zonder aarzeling om principieele redenen dienst te hebben genomen. De offi cier van Justitie, eischte tegen alle ver dachten drie maanden gevangenisstraf. Gis teren heeft de politierechter uitspraak ge daan, waarbij de zaak terugverwezen werd naar den rechter-comimissais om te onder zoeken, of en in hoeverre door Nederland- sche consulaire ambtenaren in Spanje of andere autoriteiten is medegedeeld, dat geen strafvervolging zou plaats hebben bij terug keer naar Nederland of de indruk gewekt is, dat dit niet zou gebeuren. WOENSDAG 7 JUNI 1939. Hilversum I. 1875 en 415.5 m. NCRV-Uitzending. 6.307.00 Onderwijs fonds voor de Scheepvaart. 8.00 Schriftlezing, meditatie. 8.15 Gramofoonmuziek. (9.309.45 Geluk wensen). 10.30 Morgendienst. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.15 Ensemble van der Horst. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. 12.30 Vervolg concert en gramofoonmuziek. I.30 Gramofoonmuziek. 2.00 Orgelspel. 3.00 Christ. lectuur. 3.30 Zang en piano (In de pauze: Gramofoon- 4.45 Gelukwenschen. muziek). 4.30 Gramofoonmuziek. 5.00 Voor jongens en meisjes. 5.45 Gramofoonmuziek. 6.10 Causerie „Filmt U nog niet?" 6.25 Gramofoonmuziek. Hierna Berichten. 6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan- varingsreglement. 7,00 Berichten. 7.15 Voor postzegelverzamelaars. 7.457.55 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-Berichten 8.15 Utrechtsch Stedelijk Orkest. 9.00 Causerie „Koffers pakken". 9.30 Vervolg concert. 10.15 Berichten ANP, actueel halfuur. 10.45 Gymnastiekles. II.00 Gramofoonmuziek Ca. 11.5012.00 Schriftlezing. Hilversum II, 301.5 m. VARA-Uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO 6.30—7.00 RVU. 7.30—8.00 VPRO. 8.00 Gramofoonmuziek. (Ca. 8.16 Berichten). 9.30 Causerie „Onze keuken" 10.00 Morgenwijding. 10.20 Vcor arbeiders in de Continubedrijven. 12.00 Gramofoonmuziek. 12.15 Berichten. 12.17—1.45 VARA-orkest. (1.00—1.15 Gramo- fonomuziek). 2.00 Voor de vrouwen. 3.00 Voor de kinderen. 5.30 Orgelspel. 6.00 Esmmalda. 6.28 Berichten. 6.30 „Leven en dood vanuit godsdienstig stand punt belicht", causerie 7.00 VARA-Kalender. 7.05 Felicitaties. 7.10 Causerie „Van streven en strijden". 7.30 Muziek. 7.30 Muziek. 7.35 Toesraak voor de jeugd. 7.50 Muziek. 7.558.00 Toespraak „Tot de V.C.S.B." 8.05 Herhaling SOS-Berichten. 8.07 Berichten ANP, VARA-Varia 8.20 VARA-orkest 9.00 Radiotooneel. 9.30 Gramofoonmuziek. 10.00 Berichten ANP. 10.10 Causerie „Schuldig of onschuldig". 10.15 VARA-orkest. 11.00—12.00 Gramofoonmuziek. feuilleton. 32. Er volgde een zoo dreigende stilte, dat een minder door kwaadaardigheid bezeten vrouw dan Emily de vlucht zou hebben genomen. Maar Emily hield stand. De woede van den schipper was van ondergeschikt belang voor haar. Ze was vervuld van Julie en van de straf, die haar wachtte. Haar beperkt ver stand kon zich maar met één ding tegelijk bezig houden. De lust in wreedheid scheen uit haar oogen en ze beloerde den schipper, om deze ook te zien ontwaken in de zijne. In dat opzicht werd ze niet teleurgesteld. De roode kleur in Reuben's oogen werd ster ker, terwijl hij voor zich uitstaarde en j lippen bewogen zich eenige seconden ovei zijn door tabak vergeelde tanden, voor h gruwelijken vloek uitstiet, die zelfs Em y deed rillen. Dan wendde hij zich plotseling tot,hP,r' Waarom voor den duivel kom je met d g leuter bij me aan? Wie zegt dat het waar is Waar heb je het gehoord? Emily week een stap achteruit. heeft het me verteld, zei ze. hij het in „De Zwarte Zwaan" gehoord. En nei is waar, dat het raam open is- Dat zelf gezien. En ze kan dat nooit alleen g daan hebben. Daar wil ik een eed op doen. Alleen een flinke, jonge kerel Hou je* mond! viel de schipper in. Dus Micky heeft het gehoord. En ze klet sen er allemaal over in „De Zwarte Zwaan". Ik zal ze leeren zich met zijn zaken te be moeien! Dat zal u niet veel helpen, als het waar ;s> Zei Emily gemelijk. Menschen praten nou eenmaal altijd. Wie reden tot gepraat geeft, die verdient de straf. Hou je bek, wijf! zei hij met nog meer nadruk. Ik zal mijn eigen zaakjes wel opknappen. Als het waar is, zal ik die meid een pak geven, zooals ze nooit heeft kunnen droomen en als het niet waar is, geef ik dien idioot van een Micky een aframme ling, dat hij niet meer kan zitten of staan. Emily keek een beetje vriendelijker. Ik denk niet, dat Micky het dezen keer zal zijn, zei ze. Kan me niet schelen, wat jij denkt! Maak dat je weg komt en zeg Peter, dat ik hem noodig heb. Ze ging naar de keuken en bracht het be vel aan Peter over. Hij verdween en Emily ging de lamp opsteken en de boodschappen uitzoeken, die Julie in de mand op tafel had laten staan. Zoo nu en dan sloop ze naar de deur, die in de gang uitkwam en luisterde ingespannen. Een tijd lang kon ze niets hoo ren. Toen sloeg de deur van het observato rium dicht en het geluid van Peter's voet stappen klonk in de gang. Nou. je hebt alle duivels van de hel wakker gemaakt, zei hij. toen hij weer in de keuken terug was. Ik moet alleen voor het veer zorgen en denk erom. als de jonge dame terug komt, moet je haar onder het een of ander voorwendsel in de kamer van den kapitein lokken en haar daar opsluiten. Er is geen kans, dat ze daar weer uitklimt. Ze zou door het dak van het observatorium gaan, als ze dat probeerde. De kamer van den kapitein! riep Emily. Je hebt makkelijk praten. Daar gaat ze voor geen geld van de wereld in. Orders van den kapitein, zei Peter lakoniek. En het wordt tijd, dat ik ga. Hij keerde zich naar de achterdeur, maar Emily was hem voor. Niks ervan, verklaarde ze gedeci deerd. Je blijft hier om me te helpen, veer of geen veer. Hier! Ze greep een oud stuk dweil, dat over een stoel lag. Ze komt zoo dadelijk terug. Jij gooit dat over haar hoofd en ik houd haar beenen. We zullen haar samen naar boven dragen. Ik bemoei me er niet mee, begon Peter, maar ze bracht hem tot zwijgen door een feilen stomp met haar elleboog in de ribben. Ssst! Daar komt ze aan. Pas nou op Prawle, of je krijgt met mij te doen. Trek het stijf over haar hoofd, zoodat ze niet kan schreeuwen. De fluisterende woorden waren nauwelijks geuit, of de deur waar achter ze stond werd opengeduwd door den emmer, die Julie droeg en het meisje verscheen op den drempel. Het volgend oogenblik was het ongelooflijke gebeurd. De ruwe doek, nog vochtig van het dweilen van den keukenvloer, was over haar hoofd en schouders geworpen, alle geluid verstikkend, terwijl Peter haar armen in zijn vasten zeemansgreep hield en Emily's mee- doogenlooze vingers haar enkels omknelden. Zoo plotseling was de aanval, dat ze gevan gen was, voor ze aan verweer kon denken. De emmer viel kletterend op den vloer en twee gebroken eieren kwamen op de steenen terecht, terwijl ze machteloos werd voort gesleept. Voor die eieren zal ze dubbel en dwars betalen, zei Emily kwaadaardig. Nou Prawle, we kunnen haar beter vastbinden, voor ze bij haar positieven komt. Ze zal vechten als een wilde kat, als ze dat doet. Er lag een waschlijn op het aanrecht. Peter reikte ernaar en die bonden ze om Julie's hulpelooze gestalte. Nou kan ze niets meer beginnen, grinnikte Peter. Kom maar schatje, dan gaan we naar de gruwelkamer en daar kan de kapitein met je afrekenen. Julie hoorde de woorden, maar ze verstond ze nauwelijks. Het gonsde verschrikkelijk in haar ooren. Ze stikte bijna en haar hart leek opgezwollen tot zoo'n enorme grootte, dat het kloppen ervan in haar ooren klonk als het slaan van een trom. Gelukkig voor haar merkte Emily het ook en plukte aan de ver stikkende plooien, waardoor ze iets vrijer kon ademen. Jij stomme kaffer! zei ze tot haar man. Je wilt haar toch niet meteen dood maken! Laat dat maar aan den schipper over. Vooruit, draag haar de trap op en ik zal wel voor de rest zorgen. Even later lag Julie, gebonden en hulpeloos op het bed van den kapitein, haar gezicht nog omwikkeld met de dweil, terwijl Emily als eenige bewaakster achterbleef. En blijven doe ik hier niet, zei ze. Alleen maar even om het je gemakkelijk te maken, mijn liefje. Je zult niet gauw weer zoo gemakkelijk liggen, want dezen keer krijg je met het touw, of ik heb het al heel erg mis. Ik zou maar niet schreeuwen als ik jou was, want het raam is dicht en de zee maakt zooveel lawaai, dat zelfs Rolf je niet hooren kan. Ziezoo! Met deze woorden trok ze een deel van de dweil uit het koord weg en sloeg het om, zoodat Julie's doodelijk wit gezicht te voorschijn kwam. Nou kun je op adem komen, terwijl ik een kaars aansteek en je kunt het arme oude hoofd zien, waar je zoo op gesteld bent. Ze zocht tastend haar weg in het half donker tot ze kaars en lucifers vond en zoo dra ze licht gemaakt had, plaatste ze dit vlak bij de glazen stolp met haar gruwelijken inhoud op de latafel. Julie wierp een blik van afschuw op en sloot dan haar oogen weer. Ze fluisterde heesch: Waarom is dit allemaal? Ik heb niets gedaan. Zijn jullie gek geworden? Zeker, spotte Emily, we zijn alle maal gekbehalve jij... arm onschuldig lam! Maar wacht maar tot de schipper met je heeft afgerekend. Misschien zul je dan zelf ook een beetje gek zijn. Maar, zooals ik je al gezegd heb, je kunt zoo hard schreeuwen als je wilt, want niemand zal het hooren. Julie's oogen openden zich weer en keken recht in Emily's kwaadaardig gezicht. Er sprak afschuw uit, maar er sprak ook iets uit... een naamloos iets... waarvoor de oude vrouw instinctief terugweek. Er was een on bekende kracht in Juli, die maakte dat Emily zich altijd in de minderheid voelde, als ze alleen waren. Ze voelde er zich nu door uit gedaagd en wendde zich af als een gluiperig dier, uit het veld geslagen. Wacht maar! Wacht maar! was alles wat ze te zeggen vond en ze herhaalde de woorden met al de duivelsche kwaadaardig heid, waartoe ze in staat was. Maar ze bleef niet langer in de kamer. Op een of andere manier deed dat doffe staren haar overwin ning nietig lijken. Ze ging de kamer uit, in zichzelf mompelend en.sloot de deur (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 7