Draag minstens één ding, Confetti-jurken en badkleeding Gouden vlecht dat van uw goeden smaak getuigt! De schoone baadster heeft veel noodig! Voor de zusters van Asschepoester Kantjes-oorlog GEESTIG De ganzepen als mode-„uitwas"! Zaterdag 24 Juni 1939 Vierde blad Modieuze wenken voor dit seizoen Wie vond de limonade uit? Gesmokkelde Platina-vossen Men kan een toilet hopeloos bederven door er leelijke schoenen of kousen, een hopeloozen hoed, of ouderwet- sche handschoenen bij te dragen! Doch ook kan meji een jurk, een mantelcostuumpje belangrijk aan chic doen winnen door een smaakvolle keuze van genoemde onder- deelen. Het is nu eenmaal de groote kunst om de aan dacht te vestigen op dat stukje van onze garderobe, wat het beste van onzen goeden smaak getuigt! Soms is het een zeldzaam sieraad, dan weer een origineele ceintuur, ook wel een paar aparte handschoenen of een hijzonder gekleede voetbedekking. Vaak schuilt de attractie van een uiterlijk in een hekoor- lijk kapsel. Bekoorlijk is dit kapsel zeer zeker.' Het komt echter al leen tot zijn recht bij een avondtoilet met het boven afge- beelde rugdécolleté. Wie een dergelijke coiffure tot een al- ledaagsche geschiedenis maakt, door ze bij kantoorjurk en tportdress te vertoonen, neemt een gróót risico! 't Wordt dan, in plaats van origineel en charmant, ver schrikkelijk banaal De goudglanzende vlecht over het streng gekapte hoofdje is gedacht bij een zwart fluweelen galatoilet, dat door een enkel bandje om den hals wordt opgehouden. Er is voor zomerjurken één „pa troon", dat zic'h door de jaren heen hardnekkig en met liet grootste succes handhaven blijft: dat is het stippenipatroon. Waarom? Het is onnoodig naar ver-afliggende en diep-verborgen oorzaken te vor- schen: het handhaaft zioh om de eenvoudige, maar volkomen afdoen de reden, dat het jong staat. Dat is trouwens niet te ontken nen. Een stippeltjesjurk staat jong. De draagster er van ziet er, ook als ze gevaarlijk dicht de der tig nadert en zelfs als ze de drie, nu niet bepaald fatale, maar toch ietwat onrustwekkende kruisjes al sinds eenigen tijd gepasseerd is, in een confetti-jurk als een kostschool- bakvisch uit. Hoe dat komt zal ik niet trachten na te gaan. Maar het is zoo; iedere vrouw weet dat het zoo is. En het is geen nuttelooze theoretische wetenschap, deze; het is er een, die zich tot onmiddellijke toepassing leent. Voor iederen smaak. En zoo verschijnen ook dezen zomer, zoo goed als verleden jaar, en zoo goed als tien jaar geleden, de stippeltjesjurken in de straten van groote en kleine plaatsen en houden er hun eindelooze kleurige optoch ten. Wat een charme, wat een gratie gaat er van die lichte vroolijke pakjes uit! Van alle stoffen worden ze vervaardigd: van voile, van mouseline, van zijden tricot, van foulard-zijde, van crêpe de Chine, van twill en zelfs van dun satijn. Er is voor iedere beurs, voor iederen smaak, voor elke voor keur. En de kleurencombinaties zijn zoo .veelvuldig als de sterren aan den hemel. Een sneeuwstorm. Dit jaar is er een uitgesproken voorliefde voor granaatroode, marine-blauwe of bijna- zwarte „fonds", waarop een sneeuwstorm van witte confetti neergedaald is. Maar de ondergrond kan ook van een bleeker kleur zijn, grijs, amandelgroen, lei-blauw, glycme- paars. Dan zijn de stippels niet wit, maar van alle tinten, die in het zonnespectrum voorkomen, en nog van eenige meer. Vooral oranje, pioenroos-rood en grasgroen hek ken de aandacht. Bij zulk een stippeltjes- jurk behoort een sjaaltje van hetzelfde des sin, maar dat sjaaltje wordt niet in de stat!, maar buiten of aan zee gedragen. Niet te druk versieren! Het spreekt vanzelf dat deze zomersche „pastille-jurken" van de meest-simpele ma kelij zijn. Elke overbodige versiering, elke gewilde ingewikkeldheid verzwaart ze, en elke verzwaring doet ze iets van haar jeugd- gevende gratie inboeten. Een eenvoudige coupe, die de gestalte van de draags er a recht doet wedervaren, is alles wat 7.e v a gen. Do rok kan geplooid zijn omdat plooirokken nu eenmaal in de mode zijn Plooien bederven niets. De corsages zijn van liet, type overhemdsblouse en sluiten tamelijk nauw. De hals kan afgei den niet een „guimpc" van linon, dat op sierlijke wijze gefronsd is. Do m len in geen geval tot beneden n s dalen en kunnen ook met 0 worden afgezet. Do ceintuur ^al hoogstens drie centimeter breed zijn. In v 11 P is die tegenwoordig van antiloop c r. een kleur overeenstemmend niet. ste tint, die in do. robe verwerkt is. wie Van artisticiteit houdt kan een „1 een losse schildersdas, dragen. Zulk een das is met de jeugdige allure van het ge- heele pakje in volmaakte harmonie. Kantjes-oorlog. Bij zulk een costuumpje worden niet de onderrokken gedragen, die sinds eenige weken „in de mode" zijn, maar die al weer op het punt staan te verdwijnen, u weet wel, die onderrokken, die een eindje onder den rok uitzakken en dan hun kostbare kantje laten zien. Toen die vóór korten tijd op het tooneel der mode verschenen er was niet bepaald van een debuut sprake, want de zichtbare onderrok is uit de oude, de zéér oude doos sloegen de vlammen der geestdrift een oogenblik hoog op. Maar dat al te laaiende enthousiasme bleek een stroovuurtje. Weldra hebben de draagsters van de zichtbare onderjurken ontdekt dat de strookjes, vooral in de groote stad, niet niet zoo smetteloos rein blijven als zij be- hooren te zijn, willen zij inderdaad „char meerend" werken. De zichtbare onderrokken scheppen he- melhooge waschrekeningen; zij zijn een luxe, en zelfs een ietwat belachelijke luxe. Ze geven zich dan ook, de een na de an der, gewonnen. Deze „kantjesoorlog", on bloedig, maar fel genoeg, staat op het punt een einde te nemen. Weer een badpak-uit-één-stuk. Liever dan aandacht te schenken aan uit-den-tijdsqhe onderrokken, geven wij onze attentie aan liet bad pak. Hoe ziet dat er dit jaar uit? Tegen de verwachting in heeft, het badpak-uit-één-stuk over de geheele linie een ovexwinning behaald. «Een enkele houdt zich aan de „bustehou der-slip", maar verreweg de meesten van ons zijn tot de gezonde overtuiging geko men, dat het badpak en de vrouw die het draagt er bij wint als het, ééndeelig is. De kleur van tallooze badpakken is blauw. Zwart dat langen tijd de meeste stemmen had wordt bijna niet meer verkocht. Het is blauw en. nog eens blauw wat men wenscht: vergeetmijniet-blauw, zeeblauw, hemelsblauw, koningsblauw, donker marine blauw. Maar blauw! In de coupe dezer bad pakken is weinig gewijzigd; slechts kan men opmerken, dat de rug aanzienlijk veel lager uitgesneden is dan verleden jaar. Het aantal zelfgebreide badpakken blijft legio. Natuurlijk! Het is zoo eenvoudig een bad pak te breien, niet waar? 240 gram drie- draads-wol, twee naalden van 2 m.M. mid dellijn en twee parelmoeren knoopjes is al les wat men noodig heeft. Als u een jersey steek gebruikt en 39 steken voor 10 c.M. in de breedte rekent (na het strijken) en 44 toeren voor 10 c.M. in de hoogte, kunt u er zeker van zijn tot een goed resultaat te ko men. Op de fiets... Wat het fietscostuum betreft is er een sterke „eb" in de voorkeur voor den broek rok te 'constateercn. Talrijke wielrijdsters hebben de „culotte" weer afgeschaft en dragen opnieuw een kort rokje, waaronder een short gedragen wordt van dezelfde stof, die met dit ï-okje één geheel vormt. Een kleurig sjaaltje om het haar. verder sokjes van dezelfde kleur en het toilet is gemaakt! De pet als hoofddeksel is door de wiel- rijdster verlaten. Een pet is en blijft een kleedingstuk van specifiek-mannelijke allu re en een vrouw kan er alleen maar bij winnen, als zij, ook wat baar kleeding be treft, op haar eigen terrein blijft en den man overlaat wat des mans is. GERTRUDE. Bovenstaande origineele handschoenen tooveren 'n eenvoudige, effenmid dagjurk om tot een ele gant wandelpakje! Zij zijn van geruite taftzij- de gemaakt en juist de lange ruime manchet geeft er zoo'n geestige allure aan. De lange avondjurken maken een pikant avondschoentje méér dan noodzakelijk! Wat zegt U van deze neus-looze, met imitatie- juweelen bezette creatie? Daar hadden de zusters van Asschepoester haar voordeel mee kunnen doen! Als 't maar ouderwetsch is, dan mag het! Hoepelrokken en luifelhoeden zijn in 't mo derne modebeeld opgenomen! Nu komt de ganzepen om een hoekje gluren!! Zal over ö0 jaren de vrouw een vulpen op haar hoedje dragen?. I In Italië, aan de Middellandsche Zee, waar het zalig te leven en warm is, had dezer dagen een bij eenkomst plaats van folkloristen, die zich in het bijzonder met de af komst en het consumeeren van spijzen bezig hielden. Deze keer was het er hun, mogelijk met het oog op de hitte, om te doen, het vader land van de limonade vast te stellen. Een Italiaansch staatsman, die zich voor deze dingen interesseert, trachtte in een lezing door hem op het terras van een strandbou- levardcafé gehouden, te bewijzen, dat zijn landgenooten de drank hadden ontdekt, al thans in Europa bekend gemaakt Een ander vorseher, die intusschen meer met alcoholische combinaties dan met on gegist vruchtensap op had, beweerde, dat de Arabieren van alles de schuld zijn. Een feit is het, dat het woord limonade is af geleid van het woord limone en dit is weer afkomstig van de Arabische tei-m limoen. Dit is de benaming voor citroen. De Ara bieren leerden de vrucht door bemiddeling van de Perzen kennen en namen ook de aanduiding-in-de-taal van de Perzen over. Deze hadden een en ander uit Indië. Vóór de tiende eeuw kan de limonade hier niet inheemsch zijn geweest, want de Arabieren hebben de citroenboom naar Europa gebracht. Daar hun profeet alles wat dronken maakt, vervloekt had, zochten ze naar andere middelen dan sterken drank om hun doi'st te lesschen. De Italianen schij nen in ons werelddeel de eersten te zijn ge weest, die de nieuwe lekkernij in groote hoeveelheden fabriceerden, en zij gaven er de naam limonata aan. In verschillende kringen in Noorwegen maakt men zich ernstig ongerust over het bericht dat een exemplaar van de tot dus ver alleen in Noorwegen voorkomende pla tina vos thans ook. in Zweden en Denemar ken aangetroffen is, hetgeen slechts te verklaren is door een ongeoorloofde smok kelarij. Het fokken van platina-vossen brengt Noorwegen ieder jaar een zèer groot bedrag op en het zou voor dit land uiterst nadeelig zijn wanneer het een concurrent krijgt. De Noorsche politie houdt zich daar om op het. oogenblik bezig met. een diep gaand onderzoek naar dit geval van smok kelarij. Het badpak-uit-één-stuk komt weer in de mode. Vroeger kon de schoone baadster daarmee volstaan, doch tegenwoordig sleept zij een koffer vol andei*e badkleeren mee naar haar vacantie- ooid! Want enkel een zeebad te nemen, is hopeloos uit-den-tijd Er is ook nog een zonnebad, een luchtbod, en misschien komen er nog wel eens zand- en stormbodenDe vacantiegangster rolt dus niet meer haar eenvoudig badcostuum in een hand doek en tijgt zeewaartsNeen, met een groote, fel gekleur de en fx-aai gelakte tasch begeeft zij zich vanuit haar hotel naar tent of badhuisje. In die tasch zitten minstens een wollen badpak, een zonnebadpak, een short, een lange strandpantalon, een sweater, een hoofddoek, een strandmantel, een badmantel Wij zijn er van overtuigd nog wel enkele kleedingstukken verge ten te hebben! 't Is heusch niet zoo simpel als 's wel lijkt, een bad te nemen!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 11