Wij lazen voor 0
Morgen begint ons
nieuwe feuilleton
Drie mannen en
hun noodlot"
Radioprogramma
vaart uit
DOOR
edqar rice
burroughs
Gaat dc Nederlandsche consnl-
generaal te Berlijn heen?
Duizenden wegwijzers
in Nederland
Ethel M Dell
71.
„Breng het meisje hier!" schreeuwde koning
Phoros. „Welk meisje?" viel een der gasten
heji in de rede. „H e t meisje. Er is slechts
één meisje in Athne, dat ik werkelijk wens
te zien. Breng haar hier!" De man schudde
het hoofd. „Ik niet. Koningin Menofra zou
mij gevangen laten zetten. Roep een slaaf."
„U kunt beter niemand sturen", adviseerde
een ander. „Menofra zou haar het hart laten
uitsnijden en het Uwe er bij." „Wie is hier de
koning?" vroeg Phoros. „Vraag dat aan Meno
fra", lachte het gezelschap. „Huh! Ik ben de
koning", bulderde Phoros, „en ik heb genoeg
van Menofra. Kom hier, slaag, en haal het
meisje!" Terwijl de slaaf wegrende, was het
alsof de meeste gasten zenuwachtig naar de
deur keken. Tarzan, die buiten stond, luisterde.
Hij voelde zich beschaamd dat hij tot dezelfde
soort schepsels behoorde als deze schurken. Hij
prefereerde de dieren van het oerwoud, waar
onder hij leefde. De meeste dieren waren moe
dig en zachtaardig voor hun soortgenoten en
doodden zelden uit moordlust. Slechts enkele
soorten apen, die dicht bij den mens stonden,
deden dit. Tarzan huiverde. Zijn gedachten
hielden zich bezig met de belangrijke vraag:
„Was het geheimzinnige meisje Gonfala?"
Uit de Pers van heden.
„VREDE WINSTGEVEND".
In een door de Ned. afd. van den Int
Vrouwbond voor Vrede en Vrijheid versprei
den folder lezen wij het volgende:
„Brengt oorlog voordeel?"
Een prominent inwoners van Costa Rica
vroeg onlangs aan een Amerikaan: „Wat is,
denkt U, de winstgevendste „business" ter
wereld?"
„Bananen soms?" vroeg de Amerikaan.
Kpp.n".
„Koffie?" ((Neen'.
„Wat dan in hemelsnaam?" „Vrede"'.
Zoo sprak een onbekende handelsman.
Wat zeggen de groot-industriëelen? Het blad
publiceert dan diverse uitspraken, w.o. deze,
van Myron C. Taylor, Voorzitter „United
States Steel Corporation":
onze beschaving, zooals wij die
noemen, heeft de menschelijke natuur niet
voldoende kunnen veranderen om de wereld
te maken tot een plaats waarin men veilig
kan leven.
Industriëelen beschouwen oorlog als de
groote verwoester en verstoorder hunner za
ken en allen zouden de afschaffing ervan
toejuichen. De jongste oorlog bracht bijna
den doodslag-toe aan alle gevoel van stabili
teit."
„STAATKUNDIGE SCHIJNWIJSHED".
Het Volk (s.d.a.p.) constateert, dat de Ka
binetscrisis weinig beroering gewekt heeft
onder de bevolking. Het blad meent, dat
de groote massa van het publiek allengs ver
moeid begint te raken van een politiek com
binatiespel, dat zoo kennelijk tekort schiet
in het aanvatten van de groote vraagstuk
ken, die op dit oogenblik om oplossing vra
gen. Reeds in 1924 heeft Troelstra, in zijn
politiek testament, gewaagd van de teleur
stellingen, die de coalitie-politiek, met haar
valsche scheidingslijn, aan de groote massa
der werkers had gebracht en hij sprak eèn
woord van ernstige waarschuwing voor de
toekomst, Thans zijn wij vijftien jaar ver
der en nog is het koekoek één zang. Zeker,
er zou een parlementaire meerderheid zijn
te vormen van lieden, die beseffen, dat de
tijd van thans om groote en ingrijpende op
lossingen roept, dat gebroken moet worden
met de doffe sleur van het verleden. Maar
wat baat het dit feit telkens weer vast te
stellen, indien het toch niet anders wordt?
Eigenlijk leven wij, parlementair ge
sproken, onder de dictatuur van en
kele stoffige wanbegrippen, waarvan
Koning Boris van Bulgarije begeeft z/ich naar de door noodweer geteisterde ge
bieden van zijn land. Vele streken staan nog blank en het vee neemt een
gedwongen „voetbad".
de stunteligheid aan het oog onttrok
ken wordt door het weidsch ornaat
een er economische en staatkundige
schijnwijsheid. Tegen de onafgebro
ken voortzetting van dit spel der
zelfgenoegzaamheid moet, juist in
deze dagen, nogmaals met klem wor
den gewaarschuwd.
Want, al zit er nog niet veel teekening
in dr. Colijn's politieke verkenningen, de in
druk wint toch veld, dat er weer geducht
gewerkt wordt om min of meer in het oude
spoor te blijven voortzeulen.
DRAVERIJEN TE HOORN.
Voor de kampioensdraverij op Zondag 9
Juli a.s. in het Juliana-sportpark te Hoorn
zijn de volgende paarden ingeschreven:
Buziau K.W., Carma Norton, Xerxes, Dia
mant Bleu, Zola, Daria, IJsco, Xiphias,
Maya Toddingtot, Barones Spears, Y Ker
nei, Fatima, Welkom van Aduara, Flora
Mc. Elwyn, Welkom, Zora, Aeschylos, Bon
Esprit, Baronesse, Bles Tonny H, Occasion,
Glossy Sillc, Charlie O, Claudy O, Y Zelda
Peter, Weidlooper, Determination, Absyrtus
Zoeklicht, Fanfare, Zonnestraal, Blangy,
Postduif. Jade. In totaal 34 paarden.
Hij zou een andere bestemming
volgen.
Naar ons ter oore komt, zou de Neder
landsche consul-generaal te Berlijn, de
heer M. J. van Schreven, voornemens zijn
binnenkort zijn ontslag in te dienen. Hij
zou niet uit den consulairen dienst treden,
maar een andere bestemming volgen.
De heer van Schreven, die thans verlof
heeft en in Zwitserland verblijft, is 19 Juli
1902 geboren. Als adspirant-vice-consul trad
hij op 1 Maart 1926 in don consulairen
dienst. Hij verwierf zich groote bekend
heid door een automobieltocht dwars door
Afrika, die van December 1936 tot Juli
1937 duurde en tot doel had het onderzoe
ken van de economische mogelijkheden
voor ons land in dat werelddeel.
In September 1937 werd hij consul-gene
raal te Berlijn. Tijdens het verlof van den
heer van Schreven treedt dr. H. R. van
Houten, gezantschapssecretaris te Berlijn,
als zijn vervanger op.
En er komen er steeds meer bij.
Li de periode van 1 Mei 1938 tot 31 De
cember 1938 werden in Nederland door de
A.N.W.B. 60 nieuwe wegwijzers geplaatst;'
41 wegwijzers werden door verandering in
het wegennet overbodig, waardoor het to
totaai kwam op 3874 wegwijzers.
Ook de plaatsing van wegwijzers van
het kleine model langs tertiaire wegen
vond voortgang, er werden er 20 geplaatst,
zoodat het totale aantal thans bedraagt
ISO.
Op ruime schaal werd, zoo vernemen wij
uit het jaarverslag van den A.N.W.B., voort
gegaan met de plaatsing van richtings
borden env óórrichtingsborden, de zoo bij uit
stek geschikte aanduidingen voor. het snel
verkeer.
Nieuwe richtingsboren ten getale van
104 en 25 nieuwe vóórrichtingsborden wor
den geplaatst. De totaal aantallen bedra
gen thans respectievelijk 820 en 159.
Het aantal paddenstoelen steeg tot 1645
stuks, waarvan er in Noord-Holland 151
staan.
Morgen beginnen wij met de pu
blicatie van ons nieuwe feuilleton!
Het is een uit het Amerikaansch
vertaald werk van den bekenden
auteur Morgan S. Roscue, die
vooral in Amerika en Engeland
enorm succes met zijn feuilleton^
geboekt heeft.
Wij zijn er van overtuigd, dat
Morgan Roscue ook ónzen lezers
vele aangename uren zal bezor
gen. „Drie Mannen en hun Nood
lot" houdt de spanning er in tot
aan den laatsten kolom en
wij twijfelen er niet aan of onze
lezers zullen met nóg meer
nieuwsgierigheid dan gewoonlijk
naar ons blad grijpen! Veel plezier
met de „Drie Mannen"!
ZATERDAG 8 JULI 1989
Hilversum I. 1875 en 414.4 m.
V AR A-Uitzending. 10.0010.20 en t.30
8.00 VPRO.
8.00 Gramofoonmuziek (ca. 8,16 Berichten).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor Arbeiders in de Continubedrijven.
12.00 Gramofoonmuziek (ca. 12.15 Berichten).
2.00 Causerie „Door China langs onbekende
wegen".
2.20 VARA-Kinderkoor „De Merels" en gra
mofoonmuziek.
3.00 Reportage.
3.30 VARA-Orkest.
4.30 Esperanto-uitzending.
4.50 Gramofoonmuziek.
5.30 Filmland.
6.00 Orgelspel.
6.28 Berichten.
6.30 Gramofoonmuziek.
7.00 VAR A-Kalender.
7.05 Felicitaties.
7.10 Politiek Radiojournaal.
7.308.00 Cursus „Langs steden en dorpen".
8.05 Herhaling SOS-Berichten.
8.07 Berichten ANP, VARA-Varia.
8.20 VARA-Orkest en soliste.
9.00 Puzzle-uitzending.
9.15 Esmeralda.
9.40 Orgelspel.
10.15 Radiotooneel.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Souvenir-orkest.
11.2012.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum. II. 301,5 m.
KRO-Uitzending. 4.00—5.00 HIRO.
8.009.15 Gramofoonmuziek (ca. 8.15 Ber.)
11.30 Godsdienstig halfuur.
12.00 Berichten.
12.15 KRO-Orkest.
1.00 Gramofoonmuziek (Ca. 1.15 Berichten).
I.20 Vervolg concert.
2.00 Voor de jeugd.
2.30 Gramcfoonmuziek.
2.45 Kinderuur.
4.05 Causerie „Juist in tijden als deze".
4.25 Gramofoonmuziek.
4.30 Berichten.
4.35 Gramofoonmuziek
4.40 Causerie „Spreken in vreemde talen".
5.00 Mandoline-orkest „Sempre Avanti". (5.15
—5.30 Filmnieuws).
5.45 KRO-Nachtegaaltjes.
6.20 Journalistiek Weekoverzicht.
7.15 Causerie „Volkskracht en Volksweerbaar,
heid".
7.35 Actueele aetherflitsen.
8.00 Berichten ANP, mededeelingen.
8.15 Meditatie met m mikale omlijsting.
8.45 Gevarieerd programma.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Causerie „Het onvergankelijke rijk"
(met muzikale omlijsting).
II.1012.00 Gramofoonmuziek.
FEUILLETON.
58.
Je hebt heelemaal niets te doen,
verklaarde Sybil. En het is in ieder geval
niet voor twaalf uur. Dus maak je maar
niet zenuwachtig. Je zult eens zien hoe goed
Ik voldoe als bruidsmeisje.
Ik zal niet weten wat ik zonder jou be
ginnen moet, zei Julie heel ernstig.
Malligheid! wimpelde Sybil af. Je
hebt straks Rolfe om voor je te zorgen. En
ik zal ook niet zoo erg ver uit de buurt zijn,
hoewel ik me niet vlei, dat je me vaak noodig
zult hebben. Nou, ga ik me aankleeden. Blijf
jij nog maar even rustig liggen, om er een
beetje aan te wennen. Ik ben zoo terug.
Ze ging fluitend naar haar eigen kamer.
Ze had besloten, dat dit een fleurige dag
zou zijn. Nu ze toch van haar patiënt af
scheid moest nemen, zou ze het tenminste
stijlvol doen. Voor Julie in ieder geval moest
het een gouden dag worden.
En zoo standvastig was ze in deze hou
ding, dat Julie niet anders kon doen dan haar
navolgen. Alles kwam haar dien dag onwer
kelijk voor, behalve Sybil's rustige blijmoe
digheid. De spanning van den vorigen dag
werkte nog na, want ze was allesbehalve
sterk, maar Sybil's geruststellende aanwezig
heid effende den weg. Het was niet eerlijk
tegenover Rolfe bang te zijn.
Sybil ordonneerde wijselijk, dat Rolfe niet
Vóór de plechtigheid zou worden toegelaten.
Het zou haar alleen maar vermoeien,
zei ze. En daar zij het was, die de leiding
had, stemde Julie gedwee toe. Sybil liet haar
tot het laatste oogenblik in haar kamer blij
ven. Je kunt moeder later wel zien,
zei ze. We zijn terug vóór de lunch. O.
en het zonnetje komt er ook door. Je kunt
toch wel loopen naar de kerk? Het is maar
een paar stappen.
De bleeke gloed van de Februari-zon
scheen over Juli, toen ze zich met Sybil aan
haar eene en Lord Telford aan haar andere
zij, naar de kerk begaf. Ze was uiterlijk vol
komen kalm.
Lord Telford's oogen namen haar vaderlijk
goedkeurend op. En nou, zei hij,
krijgen we het „happy end" van de liefdes
geschiedenis.
Nonsens, zei Sybil over het gebogen
hoofd van de bruid heen. Dit is nog maar
het begin.
Over Juli kwam een wonderlijk gevoel van
rust, toen ze het schaduwrijke kerkportaal
betrad, alsof ze met het overschrijden van
den drempel een andere wereld binnenging.
Het was al donker, toen Rolfe en zijn bruid
het paleis bereikten, dat als in de prookjes
op hen wachtte. Sybil had bevolen, dat Julie
in den middag een paar uur moest rusten
en het had haar ongetwijfeld verkwikt. Maar
het vreemde en de plechtigheid van het huis
maakten haar schuw, zoodat ze bijna geen
woord sprak. Het bevreemde haar eenigs-
zins, dat Rolfe volkomen op zijn gemak
scheen. Hij leidde haar naar een fauteuil btj
een vlammend houtvuur en terwijl ze daar
zat uit te rusten, schonk hij thee.
Beter dan de oude „Circe", hè? vroeg
hij glimlachend.
Ze keek hem twijfelend aan. Hij droeg
kleeren, die ze hem nooit eerder had zien
dragende gewone kleeren van een
heer... en hij scheen zich daarin even goed
thuis te voelen als in zijn oude, blauwe trui.
Nou? zei Rolfe. Vind je dat ook
niet?
Ze schudde langzaam het hoofd. Ik vind
het hier niet zoo gezellig.
Rolfe zag er verrukt uit. Ik wou juist
graag, dat je dat zeggen zou. Maar op het
oogenblik ben je niet sterk genoeg voor zoo'n
soort leven als op de „Circe". Later gaan we
erheen terug.
Ze keek glimlachend in het vuur. Maar
niet naar Beam.
Waarom niet?
Ze houden daar niet van ons, zei ze
droevig.
O, daar komen ze wel overheen. Ik heb
een plan, zeg! Veronderstel eens, dat - ik geld
genoeg had om Honeyballfarm te koopen en
er een gezellig huisje op het strand voor ons
tweeën van te maken. Zou je dat prettig
vinden
Honeyballfarm! zei ze ongeloovig.
Hij knikte. Ja! Alle voorbije ellende uit-
wisschen en inplaats daarvan iets goeds
maken. Dat zouden wij samen kunnen doen,
Julie. We zouden tochten maken met de
„Circe", maar we zouden een thuis hebben
om naar terug te keeren. We zouden er na
tuurlijk een heeleboel aan veranderen, zoodat
het een echt knus huisje bij de zee werd.
Zou je dat niet willen, schat?
Ze keek naar hem op. De verschrikte af
schuw was uit haar oogen verdwenen. Met
jou zou ik alles willen, zei ze.
Hl glimlachte haar toe. Wacht maar tot
we er zijn. Dan zul je er nog veel meer van
gaan houden. Het staat nu leeg, maar als
we willen kunnen we het krijgen.
Ik dacht, dat Lord Telford het gekocht
had.
Rolfe knikte. Ja. De heele streek is zoo
ongeveer van hem. Ik ben erg op dat huis
gesteld, Julie. Ik zou je gelukkig willen ma
ken, waar je zoo ongelukkig bent geweest.
Mag ik het probeeren?
Ze voelde zich aangestoken door zijn en
thousiasme. Maar ik heb heelemaal geen
geld, zei ze tenslotte.
Ik ook niet, zei Rolfe.
Maar hoe kunnen we danbe
gon ze.
Hij zou het ons als huwelijkscadeau wil
len geven. Hij wil graag, dat we ergens in
de buurt wonen. Rolfe keek om zich heen.
Ik zou dit paleis zonder jou niet verdra
gen kunnen. Met jou... wel, dan is alles na
tuurlijk anders.
Hij ging bij haar zitten en sloeg een arm
om haar heen. Julie zuchtte en leunde tegen
hem aan. Zoo voel ik het ook. Het huis
komt er wezenlijk niet op aan. Zelfs Honey
ballfarm... als jij er ook bent...
Als ik er ook ben! Hij hief haar ge
zichtje op en kuste haar op den mond.
Het is lief van je dat te zeggen. Dank je,
mijn schat.
Ze klemde zich aan hem vast zonder te
spreken. Eindelijk vroeg ze: Waarom is
Lord Telford toch zoo verschrikkelijk goed
voor ons?
Hij wil ons adopteeren, zei Rolfe.
Ons adopteeren? vroeg ze. Heeft
hij dan zelf heelemaal niemand?
Jawel, een zoon.
Ze hief haar hoofd op, om hem aan te kij
ken. Een zoon! Maar Rolfe dan... waar is
die dan?
Rolfe lachte wrang. Dat is het juist,
zei hij.
Wat is het juist? Ze staarde hem nu
met wijdopen, half verschrikte oogen aan.
Ik begrijp er niets van.
Hij trok haar plotseling vast tegen zich
aan. Ja, kijk me maar aan! Kijk me maar
aan! We lijken zoo afschuwelijk veel op el
kaar en toch heb je het nooit gezien.
Rolfe! riep ze ontsteld.
Hij drukte zijn gezicht tegen het hare.
Begrijp je het nou? Ik heb zoo ongeveer
mijn heele leven tegen hem gevochten. Maar
nu... heeft hij me overwonnen... door jou. Ik
wou mijn eigen leven maken, zooals hij ook
gedaan had. Ik wou onafhankelijk zijn. Maar
ik heb moeten toegeven. Ik kan hem niet
langer dwarsboomen. Hij is te goed geweest
voor ons beiden. Ik ben gevangen en ik kan
niet meer weg.
Maar Rolfe! protesteerde ze ontdaan.
O Rolfe! Ik had er geen idee van! Ik dacht
dat je niemand was, net als ik zelf. O Rolfe,
ik zou nooit met je getrouwd zijn, als ik het
geweten had.
Hij lachte en hield haar vaster tegen zich
aan. Het is nou te laat. Je bént met me
getrouwd. Je bent getrouwd met den zoon
van een lord zonder het te weten. Maar
wees er niet bedroefd om. Er is geen blauw
bloed in onze familie voorzoover ik weet.
Het is jouw taak om den vrede te bewaren
tusschen hem en mij. Hij is dol op je. Dus
je zult het misschien niet erg moeilijk vin
den.
Maar je had het me moeten vertellen,
zei ze. Ik wist, dat ik niet goed ge
noeg voor je was, maar dit heb ik nooit ver
moed.
Je bent duizendmaal te goed, ver
zekerde hij haar. En je bent alles wat ik
in de wereld verlang. Wat komt geld er op
aan? Niets komt er op aan behalve liefde.
Je geeft om al die dingen niets meer dan ik.
Je geeft alleen om mij. Is dat niet waar?
Hij sprak snel en heftig. Het trof haar zoo,
dat ze niet ontkennen kon. Natuurlijk
is het waar, zei ze. O, Rolfe, liefste
Rolfe, natuurlijk is het waar. Wat kon ik
anders doen dan van je houden, toen je je
leven wou geven voor het mijne.
Daarom is het niet, zei hij. Je
hield daarvoor al van me... lang daarvoor.
Ze knikte en bloosde. Ja, dat is zoo,
maar ik deed mijn best om niet van je te
houden.
Je hebt niet genoeg je best gedaan,
zei hij. Vertel me eens, wanneer hield je
voor het eerst van me
Ze aarzelde. Het is moeilijk om het pre
cies te weten. Ik... was eigenlijk bang voor
je, Rolfe.
Dat weet ik, zei hij. Ik was een
bruut. Herinner me er niet aan.
O, maar niet altijd. En met de woor
den kwam er een groote teederheid in haar
oogen. Weet je nog dien avond, dat ik
voor het eerst met je mee ging thee-drinken
op de „Circe" En dat ze op het water lag
als een sprookjesschip? En toen floot je
weet je het nog, Rolfe! Ik heb er later vaak
aan gedacht.
Wat floot ik? zei hij.
Ze antwoordde zacht: Het was: „Verlaat
me niet." Ik had me zoo slecht gevoeld en dit
maakte me opeens... t?ter. Later vroeg ik me
af, of je het werkelijk geweest kon zijn, die
dat floot en of je het nog ooit weer zou doen.
Maar je deed het nooit. Ze sloeg de oogen
neer. Ze kon hem niet meer aanzien. Eb
toen... dien avond dat je me zoo vertrouwde
en beloofde goed voor me te zijn... toen voelde
ik, dat je op een of anderen dag het toch
weer doen zou.
Ze zweeg en er viel een stilte, die enkele
seconden duurde. En toen deed Rolfe een
vreemd ding. Hij knielde naast haar neer en
met haar handen tegen zijn hart gedrukt be
gon hij zacht en fijn het lied te fluiten, waar
ze zooveel van hield. Toen het uit was, leunde
ze tegen hem aan. Alle vrees en aarzeling
waren uit haar verdwenen en ze beroerde met
haar lippen zijn haar.
God zegen je daarvoor, Rolfe, zei ze
eenvoudig. Je hebt gemaakt, dat ik me
eindelijk... heelemaal veilig voel. En ik wil nu
alle haat en slechtheid uit me wegdrijven en
probeeren om... goed te zijn.
Ja. zei Rolfe en hield haar vast tegen
zich aan. we zullen het samen een heel
eind brengen.
EINDE.