Wij lazen voor RADIO Nationaal van heden DRIE MANNEN - Uit de Pers van heden Ook dc Maginoflinie overstroomd Vreeselijke dood van Joodscbe vluchtelingen PROGRAMMA en kun noodlot DOOR EDGAR RICE BURROUGHS Maandag 7 Augustus 96. Hyark was een weinig van streek, toen Tarzan zijn dolk tussen het koord van zijn lendendoek stak. Wat voor soort man was dit, die met blote handen ongewapend op hem af durfde komen? Hij was niet bang voor den man, zei hij tegen zichzelf, maar de leeuw zou ieder ogenblik losgelaten kunnen worden. Het was dus nodig, dat de man ge dood was, voordat de leeuw hem bereikte. Het dier zou evengoed op Hyark kunnen afkomen als op den ander. Het was deze angst, die zich voegde by zijn verbazing. Maar nu moest hij vlug handelen. Hier was de wildeman heel dicht bij. Met een kreet stootte Hyark zijn speer naar de borst van zjjn tegenstander. Toen deed Tarzan juist datgene, wat hij van plan was geweest, om dat hij zijn eigen kracht en vlugheid kende. Hij greep de steel van de speer en wrong die uit de greep van Hyark, terwijl hij daarna EEN ERNSTIGE BESCHULDIGING. Het Handelsblad heeft herhaaldelijk ge wezen op het bijzondere gevaar van vracht auto's met zijwaarts uitstekende laadbakken. De regeering is, zoo schrijft het blad thans, voor al deze wenken doof gebleven en zij liet een misstand voortduren, die sindsdien nog tot een reeks ongelukken heeft geleid, welke haar bloedige bekroning vond in de hoogst tragische gebeurtenis bij Breda, welke aan drie jonge meisjes het leven heeft ge kost en die tevens nog eens de noodzake lijkheid heeft aangetoond van een zoo spoe dig mogelijk invoeren der Rij tij den wet. Laat men nu toch eindelijk dat gedeelte van deze nieuwe wet met haar uitvoerings bepalingen, dat al jaren lang wel voor het gebruik gereed ligt, op zeer korten termijn van kracht laten worden. Wij herhalen thans dit verzoek met des te meer kracht, nu schier dagelijks blijkt, hetgeen wij en anderen al uit en te na heb ben betoogd: Hoofdschuldigen aan de onduldbare vcrkeers-ónveiligheid op onze wegen zijn niet zoozeer de rijdende en loo- pende weggebruikers, als wel de verantwoordelijke instanties van Wa terstaat, die een weergalooze traag heid aan den dag leggen tegenover de dringende verkeers-eischen van de dagelij ksche practijk en wier irritee rend getreuzel met het voltooien van 1, de noodige wettelijke voorzieningen langzamerhand bedenkelijk begint te lijken op niet te verontschuldigen on verschilligheid jegens de primaire veiligheidsbelangen der Nederland- sche bevolking langs den weg. „ORDENING OF KRANKZINNIGHEID?" Onder dit hoofd refereert de Haagsche Post (lib.) aan de veroordeeling van twee schoenmakers, die, zooals wij dezer dagen uitvoerig meldden, boete en voorwaardelijke gevangenisstraf opliepen, omdat ze de Vesti gingswet overtreden hadden. Ze waren n.1. beiden niet credietwaardig. In ons verslag kwam, zooals men zich herinneren zal, de volgende passage voor: „Op de vraag van mr. Ilaase, of ver dachte van plan was met de schoen makerij op te houden, zeide verd., dat hij dat niet kon, omdat hij een vrouw met tien kinderen heeft, en niet in den steun wil vervallen". De Haagsche Post schrijft nu: Hier waren dus twee menschen, die, om aan den kost te komen voor hen en hun gezinnen, niet naar „den Steun" liepen, maar wilden werken, hard werken. Maar ze kon den geen vergunning krijgen om te werken! En daar ze dit hardnekkig toch wilden doen wat een gekke lui zijn er tegenwoordig nog, menschen die per sé op eigen zak willen leven in plaats van op dien van de belastingbetalers werden ze ste vig beboet en met hechten^ bedreigd. De zin van de Vestigingswet is deze, dat men den kleinen (en trouwens meteen den groo- tcn!) middenstander wil beschermen tegen de concurrentie van wilde beunhazen. En een voorbeeld daarvan kon men vinden in het relaas van een derde zaakje. Zoo iets is niet onredelijk al kan men óók wel zeg gen, dat dergelijke dilettanten op den duur toch niet veel klandizie zullen houden, maar gevallen als de 'wee hierboven vermelde zijn onmenschelijk. Natuurlijk hangt de straf maat af van de min of meer strenge ge zindheid van den rechter, maar dat hij zul ke barre straffen op kan leggen, heeft de wetgever mogelijk gemaakt. Men kan dus tegenwoordig, in het zoogenaamd „vrije" Nederland, ver oordeeld worden tot 25, tot 100 gul den boete, ja tot 14 dagen voorwaar delijke hechtenis principale hech tenis! omdat men wil werken en er geen vergunning voor krij gen kan. Werken kan in ons land thans een misdrijf zijn! Leven wij nu in een werkhuis of in een krankzinnigengesticht?, vraagt het blad tenslotte. Franschen ontruimen verschil lende bedrijven. OFFICIEELE TEGENSPRAAK. De aanhoudende regenval heeft aanzien lijke schade aangericht aan den Franschen oever van den Rijn in de omgeving van Straatsburg. Ook deelen van de militaire versterkingen hadden te lijden. Verscheide ne vestingwerken zijn overstroomd. Bewo ners van het plaatsje Marlen in Baden heb ben kunnen waarnemen hoe verschillende verblijven door de bezetting ontruimd wer den. Door officieele kringen te Straatsburg wordt het bericht, als zou door overstroo mingen schade zijn aangericht aan de Fran- sche versterkingswerken, echter beslist te gengesproken. Liet weer in des treek is re genachtig, doch men heeft niets gemerkt van zwaren regenval, was van rivieren of aangerichte schade. Uit Chicago wordt gemeld, dat bij het ge rechtelijk onderzoek ter vaststelling van de doodsoorzaak van een vrouw, Andcle Lan ger, die te Chicago uit een hotelraam was gesprongen, door de jury was geconsta teerd: zelfmoord gedurende tijdelijke krank zinnigheid, die een gevolg was van vervol ging. De ongelukkige vrouw, die zich van het leven beroofde, was een Joodsche vluch telinge uit Tsjecho-Slowakije. Toen zij den vreeselijken sprong deed, hield zij twee kin deren, een van vier en een van zes jaar, vast en sleurde ze mee in den dood. Haar echtgenoot, een voormalig welvarend textiel fabrikant te Praag, was zoo geschokt, toen hem de dood van zijn vrouw en kinderen werd meegedeeld, dat men hem onder be waking heeft moeten houden uit vrees, dat ook hij een wanhoopsdaad zou plegen. De familie Langer werd verteerd door de vrees dat zij bij de verstrijking van haar termijn van voorloopige toelating in de Ver. Sta ten naar Praag zou worden teruggestuurd. Toen de vrouw haar noodlottig plan uit voerde, lag er bij den hotelportier een brief, waarin aangekondigd werd, dat het gezin was toegelaten voor blijvende vestiging in Canada. Golflengten 1875 en 405 M. Nationaal programma, verzorgd door de V.A.R.A., van 8.0016.00 uur. 8.00—8.04 Tijdsein, opening, Wilhelmus. 8.048.40 Nederlandsche liederen en melo dieën. 8.40—9.30 Gramofoonmuziek. 0.309.45 VAR A-kinderkoor jes. 9.4510.15 Clavccymibelmuziek. 10.1511.15 „De Koning-Stadhouder". 11.1511.30 Orgelspel. 11.3012.00 Gramofoon,muziek. 12.0012.15 Tijdsein. Nederlandsche volks liederen zang en piano. 12.1512.30 Weerbericht. Beiaardooncert. 12.3012.45 Nederlandsche volksliederen. 12.4513.00 Orgelspel. 13.00—14.00 14.0014.15 14.1514.35 14.36—15.00 15.00—15.15 15.15—15.25 15.25—15.40 15.40—16.00 „Uit vier eeuwen", declamatie. Orgelspel. Toespraak door Koos Vorrink. Gramofoonmuziek. VAR A-kinderkoortjes. Gramofoonmuziek. Carillonbespeling. Declamatie. het wapen tegen de grond smeet. De reus greep onmiddellijk naar zjjn zwaard, maar zijn vlugge bewegingen waren traag verge leken bij Tarzan's snelheid. De aapman was hem voor, greep hem met stalen vingers beet. Toen ging er een juichkreet op uit de menigte de leeuw was los! Nationaal programma, verzorgd door de A.V.R.O. van 16.0024.00 uur. 16.00—17.00 Feestconcert. 17.00—17.30 Rede door majoor b.d. W. G. dc Bas. 17.3018.20 Oranje-feestprogramma. 18.2019.05 Het AVRO-Amusements-orkest. 19.051920 Van huiskamer tot huiskamer, een gesprek met Nederl. Indië. 19.2020.00 Gereserveerd voor de V.P.R.O. 20.00—20.15 Tijdsein AVRO-klok, weer- en Nieuwsberichten. 20.15—21.00 De Koninklijke Militaire Kapel. 21.0021.35 Gramofoonmuziek 21.35—22.30 Declamatorium. 22.3023.00 De oogst van den dag (reporta geklanken). 23.1024.00 Gramofoonmuziek en eventueel nog reportages. Golflengte 301.5 M. Nationaal programma, verzorgd door de K.R.O„ van 8.00—16.00 uur. 8.008.30 Morgenconcert. 8.30—9.00 De KRO-Melodisten. 9.009.10 Nationale liederen. 9.10—10.00 K.R.O.-orkest. 10.0010.15 Nederl. liederen (bariton). 10.1510.35 „Oranje-Sprookje" (voordracht) 10.3510.45 De Koninklijke Mannenzangver- eeniging „Orpheus". 10.45—11.00 „Oranje's jongste telg" door pas toor W. Nolet. 11.0011.30 Feestconcert 11.3012.00 Overdenking. 12.0012.15 Politieberichten 12.1513.00 John Kristel en zijn orkest. 13.0013.20 Vaderlandsch koor-intermezzo. 13.2014.00 John Kristel en zijn orkest. 14.0014.15 Declamatie. 14.15—14.45 De KRO-Melodisten. 14.4515.15 Zeven huizen van Oranje, klank beelden met tijdeigen muzikale illustra tie. 15.1516.00 Feestconcert door de Haarlem- sche Orkestvereeniging. Nationaal programma, verzorgd door de N.C.R.V., van 16.00—24.00 uur. 16.0016.15 Schriftlezing en meditatie. 16.15—17.00 Concert. 17.0017.30 Hymne, onder leiding van Piet van Egmond. 17.3018.00 De Arnhemsche orkestvereeni ging. 18.0019.00 Populaire orgelbespeling. 19.0019.15 Politieberichten. 19.1519.20 Gramofoonmuziek. 19.2020.00 Gereserveerd voor de VPRO. 20.0020.15 Weer- en nieuwsberichten, her haling van S.O.S.-berichten. 20.1521.30 Concert door het NCRV-klein koor en orkest en declamatie. 21.3021.50 Spreker. 21.5022.00 Koorzang. 22.0022,30 Tweede uitzending van nieuws berichten. Het actueel halfuur. 22.30—23.30 Oranje feestconcert in de Oude Kerk te Amsterdam. 23.3024.00 Gramofoonmuziek. DINSDAG 8 AUGUSTUS 1939. Hilversum I. 1875 en 414,4 m. AVRO-Uitzending. 6.307.00 RVU. 8.00 Orgelspel. 8.15 Berichten. 8.17 Gramofoonmuziek. 10.00 Mo.genwjjding. 10.15 Gramofoonmuzik. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Francis Keth's ensemble. 11.00 Causerie „De vrouw en het wereldbeeld" 11.10 Huishoudelijke wenken. 11.35 Francis Keth's ensemble. 12.15 Berichten, 1.00 Interview. 1.05 AVRO-Amusementsorkest. I.30 Gramofoonmuziek. 2.00 Causerie over Dr. Jan Pieter Heije. 2.30 Jetty Cantor's ensemble. (3.153.45 Gramofoonmuziek). 4.30 Kinderkoor. 5.00 Kinderhalfuur. 5.30 De Romancers en soliste, 6.28 Berichten. 6.30 Causerie „Het pulserend heelal. Wiskundige fantasiën of werkelijkheid". 7.00 AVRO-Dance-Band. 7.30 Pianovoordracht. 8.00 Berichten ANP, radiojournaal, mede- deelingen. 8.20 Causerie „De bewegelijke wereld". 8.35 Gevarieerd concert. 9.30 Raiotoneel. 10.10 Omroeporkest, AVRO-Operette-koor en solisten (opn.). II.00 Berichten ANP, hierna: Dansmuziek (gr.pl.). 11.4012.00 Gramofoonmuziek. Hilversum II. 301,5 in. KR O-Uitzending. 8.00 Gramofoonmuziek (Ca. 8.15 Berichten). 9.30 Gezongen H. Mis. 10.30 Gramofoonmuziek. 12.00 Berichten. 12.15 Gramofoonmuziek. 1.15 John Kristel en zyn Troubadours. 2.00 Vrouwenuurtje. 4.00 John Kristel en zjjn Troubadours. 5.45 Felicitaties. 6.05 KRO-Kamerorkest. (Opn.). Ca. 6.30 Berichten. 7,00 Berichten. 7.15 Causerie „Handwerk en machine in de paramentiek". 7.35 Muscia Catholica. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.15 Haarlemsche orkestvereeniging en solist. 8.45 Herdenking van Pastoor L, H. Perquin. 9.00 Vervolg concert. 9.30 Rococo-octet (opn.), 9.45 Gramofoonmu-iek. 10.30 Berichten ANP. 10.4012.00 Gramofoonmuziek. FEUILLETON. Naar het Amerikaansch van Morgan S. Roscuc 26. HOOFDSTUK XIV. Thee in de „Flaza". Toen O'M&lley terug was op zijn kamers, kwam de reactie en hij was te vermoeid om nog veel na te denken. Half versuft kleedde hrj zich uit, nam een bad en tuimelde in bed. Binnen een minuut was hij vast in slaap. Den volgenden morgen, toen het meisje hem zijn ontbijt bracht, wérd hij pas wakker. Bij viel half uit bed, zoo slaperig was hij nog, "Pende de deur en nam het blad aan. Toen strompelde hij naar de badkamer, zijn oogen uitwrijvend. Tien minuten later, verfrischt en klaar wakker na een koud bad, ging hij ontbijten. Onderwijl liet hij de gebeurtenissen van den avond te voren nog eens aan zijn geest pas seeren. En het resultaat was. dat hij voor den zooveelsten keer weer twijfelde. Gisteravond haa hij geloofd dat Barrett, de verwachting dat Ö'Malley volgen zou, hem "aar het huis had gelokt, den moord begaan "ad even voor hij binnen gekomen was en toen gevlucht was om Ö'Malley voor de gevol gen op te laten draaien. Het leek waarschijn- 'Jk. dat Barrett de politie had gewaarschuw d ooi er zeker van te zijn, dat Ö'Malley geat osteerd zou worden. Nu hij de zaak rustiger overdacht viel er eu nieuw licht over een paar bijzonderheden, dat deze theorie aan het wankelen dreigde te brengen. Ten eerste, Barrett had geen tijd gehad om, na Ö'Malley ontmoet te hebben de politie te waarschuwen. En bovendien als hij het plan had gehad een moord te begaan, zou hij niet zoo roekeloos zijn hen van te voren op het spoor, zelfs van den vermeenden moordenaar te brengen, want Barrett kon toch niet zeker weten dat Ö'Malley hem volgen zou. Neen, Barrett had de politie niet gewaarschuwd. Ten tweede, er was geen sprake van twist of ook maar de minste onaangenaamheid, tus- schen Barret en Ö'Malley geweest, die een motief kon opleveren voor een dergelijke wraakneming. Eerder het tegendeel, tenzij Barrett hem uit den weg wilde hebben en hetgeen hij wist, in welk geval het dwaasheid zou zijn om hém te laten arresteeren. Daar bij zou Barrett het niet noodig vinden er een ander in te halen zoolang hij zelf kon ont snappen. Ten derde, en dit was belangrijker omdat het den moord zelf betrof, was er de kwestie van den tijd. Barrett was het huis misschien twee minuten voor O Malley binnen gegaan, waarschijnlijk was het tijdsverschil nog kor ter. Als hij de trap even behoedzaam was op- geloopen als de Ier, kon hij die verlichte ka mer nauwelijks twee minuten eerder dan de man die hem volgde zijn binnen getreden, zelfs als hij het huis kende. Ö'Malley herinnerde zich duidelijk den toe stand van de brandkast. Hij had geen teeken gezien, dat er op wees, dat deze geforceerd was. Mogelijk had Bindles hem open laten staan en had Barrett de brandkast zoo ge vonden. Maar dat leek te onwaarschijnlijk om waar te zijn... zoo'n verbijsterende buitenkans voor den man. die gekomen was om de brand kast leeg te halen! Maar de safe was duchtig doorzocht: de rommel van papieren er omheen sprak een te duidelijke taal. Aan alles in de kamer kon men zien, dat er een ordelijk man huisde en het stof op de schrijftafel bewees dat hij niet wilde dat iemand aan zijn papieren kwam. Daarom zou Bindles die papieren nooit op den grond hebben laten liggen. Maar om de brandkast te openen en te doorzoeken of alléén te doorzoeken als de kast open was ge weest, zou minstens een minuut of vijf in be slag nemen. En Barrett had maar twee mi nuten gehad om Bindles te vermoorden, de brandkast door te snuffelen en uit de kamer te ontsnappen Tenslotte was er nog de vermoorde zelf, als factor waarmee rekening moest gehouden worden. Bindles, als hij het tenminste was, moest kort te voren aangevallen zijn. Maar ook hier waren meer dan twee minuten in het spel. Ö'Malley was niet in staat geweest den loop van de wond te onderzoeken, maar hij was er van overtuigd, dat de oude heer door de longen gestoken was, te oordeelen naar de kleur van het bloed. Het feit, dat het bloed bijna, maar niet geheel opgehouden had uit den mond te vloeien, wees er op, dat het wa pen het hart niet had geraakt. Aarj den bui tensten rand van den bloedplas op de tafel, was het reeds begonnen te stollen en het hart had juist opgehouden te kloppen. Al deze ver schijnselen stelden het buiten twijfel, dat de misdaad minstens twee minuten vóór Barrett het huis binnentrad, gebeurd moest zijn. Wanneer deze redeneering foutief was en Barrett den ouden man toch vermoord had, had hij het alleen kunnen doen, terwijl Ö'Malley de sousterraintrap opsloop. Maar de Ier had scherp geluisterd. Er waren geen deu ren gesloten en hij had geen schreeuw of hij gend geluid gehoord. Ö'Malley was zich volkomen bewust, dat er drie redenen waren waarom hjj niet wenschte te gelooven dat Barrett schuldig was aan den moord: Louise, Claudia Hunt en een zekere onwillekeurige sympathie en eerbied, die hij zelf voor den man voelde. Doch als Barrett het niet gedaan had wie dan wel? Uren piekerde Ö'Malley dien morgen over deze vraag en ten slotte kwam hij tot de hoogst onbevredigende slotsom, dat hij er geen antwoord op kon vinden. Maar er was voldoende twijfel in zijn geest, geheel afge scheiden van het gevaar, dat hjj zelf daardoor zou loopen om hem te weerhouden naar de politie te gaan. Ze moesten er zelf maar pro- beeren achter te komen. Hij moest eerst meer omtrent Barrett zien gewaar te worden, voor hij het net om den man heen haalde. En hij voelde er ook niet veel voor om een verkla ring van zijn eigen aanwezigheid in het huis te moeten geven een verklaring, die zeker van hem gevraagd zou worden als hij Barrett aanklaagde. Hij kon alleen maar de waarheid vertellen, en die zou verdacht genoeg klinken om hem ernstige onaangenaamheden om van erger niet te spreken te bezorgen. Ö'Malley lunchte in een restaurant in de buurt, kocht alle middagedities en keerde daarmee naar zjjn kamers terug. Genesteld in zijn gemakkelijken stoel, met een pijp in den mond en de kranten op zijn schoot, kreeg hij, in snelle opeenvolging, twee lichtelijk ver bijsterende schokken. Hij vond een gedétailleerd en sensationeel verslag van den moord in de „Evening Tur- moil". Kolommen vol, want Bindles was in zijn tijd 'n bekende figuur in Wall Street ge weest. Zijn eerste verrassing werd veroorzaakt door een „vette kop" op de voorpagina. „Wolfran Schenk, bekend financier, ziet man binnengaan en waarschuwt de politie." Weer Schenk! Ö'Malley las het heele relaas snel door, toen las hij het nog eens over. Daarna leunde hij achterover in zjjn stoel, stomverbaasd. Het verhaal was wel zoo sen sationeel als een verslaggever het zich maar kon wenschen. Na een beschrijving hoe het lichaam gevon den was, gaf het blad in bijzonderheden de feiten, zooals Schenk ze aan de politie mee gedeeld had. Schenk had Bindles vroeger in den avond opgebeld over zekere financleele aangelegenhedenheden, die hij voor den ge wezen effectenhandelaar behandelde. Hij had b(j kennissen gedineerd en gedanst en had af gesproken op zijn weg naar huis nog even bij Bindles aan te korgen. Deze laatste had de gewoonte laat op te blijven en hij had Schenk verzocht toch nog te komen, ook al werd het héél laat; hij zou hem zelf binnenlaten. Het betrof een belangrijke en dringende zaak. Even na tweeën was Schenk buiten adem een politiebureau binnen komen vallen en had den wachtcommandant verteld, dat, toen hij het huis van Bindles naderde een sluipende gestalte in het sousterrain verdwenen was en dat hij daarom de politie waarschuwde. Toen hem later gevraagd werd waarom hij te voet was, had hij verklaard, dat hij vrienden in zijn auto naar huis had laten brengen en naar Bindles' huis gewandeld was om nog wat fris- sche lucht en beweging te hebben. Het was maar een twaalf blokken van het huis waar hij gedineerd had. Daarop volgde een beschrijving hoe Schenk met een aantal agenten en detectives naar het huis was teruggekeerd en hoe ze het om singeld hadden; een ging naar den souster- rain-ingang, die geforceerd was, een ander begaf zich naar den achteruitgang, terwijl drie zich met Schenk bij de voordeur posteer den. Schenk had aangebeld. De politie had op de deur gebondsd en na een tusschen poos van scheidene minuten was een angstige bediende in nachtgewaad naar beneden komen loopen, verbaasd, dat zjjn meester hen niet had bin nengelaten, daar hij nog op scheen. Vervolgens kwam 'n aanschouwelijk schil derij van wat ze in de biblotheek hadden aan getroffen en een uiteenzetting van de wijze waarop de moordenaar ontsnapt was. Het gaf Ö'Malley een onbehaagelflk, kil gevoel langs z(jn ruggegraat, want van zijn sprong uit het keukenraam ontbrak geen enkele bijzonder heid. zoo min als van zijn daaropvolgenden aanval op den agent, die hem over den muur gevolgd was. Deze ging het verder, had hem vanuit het raam op den muur zien springen, maar had zich gehurkt verborgen gehouden in de hoop. dat de moordenaar in zjjn armen zou vallen als h(j bleef. Het blad verkondigde de meening. dat de moordenaar een van de meest verdorven misdadigers moest zijn. die New York bevatte en het verslag eindigde met het uitspreken van fle gebruikelijke ver wachting. dat de politie binnenkort de hand op den dader zou leggen. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 7