„Bommen
en Sterren
99
De maand van
het vuurwerk
Geen
oorlogs
industrie
maar als
uiting
van
vreugde.
DRIE MANNEN
DOOR
EDGAR RICE
BURROUGHS
Morgan S* Roscue
Roekeloosheid die aan het
misdadige grenst
109.
Onder bevel van Thudor maakten de Ca-
theniaansche soldaten zich gereed om de
I olifantsafdeeling van hun vijanden tegemoet
te gaan en aan te allen. „Geef mij wapens
en ik zal met U vechten", sprak Valthor.
I Thudos keek hem verwonderd aan. „Waarom
zal een edelman uit Athne de wapens opne
men tegen zijn eigen volk?" „Deze mannen
zijn de volgelingen van Phoros, den wreden in
dringer," zei Valthor, en als het mogelijk is
hen te verdrijven, dan kan Zygo, onze ware
koning, weer de troon innemen". Thudos
lachte verheugd. „Als wij winnen, dan zetten
wij Zygo weer op de troon, zodat wij in de
toekomst met waardige tegenstanders oorlog
zullen voeren", lachte hij. Thudos wilde juist
het bevel geven voor een front-aanval, toen
Tarzan riep: „Wacht!" De ogen van den aap
man waren gericht op den olifant met de
ene donkere tand, die hij teruggezonden had
om de andere olifanten tot staan te brengen
of minstens op te houden. Het grote dier
raakte nu slaags met een van de eerste oor-
logsdieren. Door de schok kwamen de berij
ders op de grond terecht, terwijl de oorlogs
olifant zijn evenwicht verloor en omrolde.
De overige olifanten trompetterden angstig
en waren niet meer te houden. „Nu!" riep
Tarzan rustig. „Laat de leeuwen los", beval
de koning.
Waar groote en kleine bommen ge
maakt worden, magnesium-tourbil-
lons, slangen, wentelaars. Hermes
staven, zwermbommen, brillant. en
kunstbommen met diverse effecten.
Het opschrift boven deze bijdrage vestigt
onwillekeurig den indruk, dat men het
verhaal van een oorlogsindustrie te lezen
zal krijgen. En toch is niets minder waar:
imen verzeilt in een vreedzaam-werkend
bedrijf, waar iedereen allerminst „oorlogs
zuchtig" is, en waar elke gedachte aan
oorlogswinst ook verre te zoeken valt,
waar men alleen maar werkt om de
menschheid oogeniblikken van genoegen en
van prettige verstrooiing te brengen.
Allerwegen zitten wij thans in de
„maand van het vuurwerk". Nog zeer
onlangs werd vuurwerk afgestoken ter
gelegenheid van de geboorte van Prinses
Irene en over enkele dagen hebben wij
Koningin's verjaardag, waarop zoowel in
Noordholland-Noord in Zuid-Limburg als
in Gelderland en Zeeland, de slangen, bom
men, tourbillons en wat men meer wil, de
menigte wederom in extase zullen doen
komen. Enorme drukte heerscht er momen
teel in de vuurwerkfabricage. Honderden
vuurpijlen worden gemaakte bij de Konin
klijke Nederlandsche Kunstvuurwerkfa
brieken A. J. Kat, v.h. Joh. Loef te Leiden
en naar de magazijnen aldaar vervoerd, om
er spoedig verder hun weg t.e vinden. Over
het algemeen is het niet heelemaal juist in
ons land van „vuurwerkfabricage" te spre
ken, aangezien er slechts enkele fabrieken
zijn.
Toen ik op bezoek was bij den heer Kat,
den directeur dezer fabriek, antwoordde hij
mij op 'n vraag, of het druk was: zéér
druk zelfs! Men kan weer merken, dat 't
tegen de feesten loopt! In gewonen tijd
FEUILLETON.
Naar het Amerikaansch van
39
O'Malley zette zijn sluipenden tocht om het
huisje voort en kwam aan de voorzijde. On
derweg passeerde hij de keukendeur. In een
plotselinge opwelling probeerde hij de deur
knop om te draaien. Deze draaide onder zijn
handen en de deur ging een eindje open.
Maar hij sloot haar ijlings weer en begaf zich
naar het verlichte venster, aan den voorkant
dat hij uit de verte gezien had.
Eer hij de voordeur bereikte kwam hij aan
een ander verlicht venster, dat hij uit zijn
schuilhoek niet had kunnen ontdekken. Er
waren jalozieën voor, die naar beneden ge
trokken waren. Maar een dunne lichtstreep
toonde O'Malley, dat de jaloezie niet geheel tot
aan de vensterbank reikte. Hij tastte zijn weg
door een hoop rommel heen en kroop tot
onder het raam, toen hief hij langzaam het
hoofd op tot hij naar binnen kon kijken, door
den kier onder de jalozie.
Het vertrek werd verlicht door een flikke
rende gasvlam. Er stonden een tafel en en
kele stoelen. In een daarvan die achterover-
gewipt was tegen den muur van den voor
kant van het huis zat de man, die dien mid
dag proviand had ingeslagen. Hij grijnslachte.
Met zijn rug naar O'Malley gekeerd stond
een andere man voor de tafel; de Ier ver
moedde dat het Mc Girk was. Met de han
den in zijn zakken sprak hij tegen iemand
die zich tegenover hem bevond, maar
zijn breed lichaam aan het oog onttrokken
was. O'Malley ving deze woorden op:
En nu ga je maar wat eten, versta je
juffertje. Ze zeggen, dat het niet pleizierig
is als ze je het eten in de keel moeten stop
Pen je kleeren worden er zoo vies van...---
Hij kreeg schijnbaar geen antwoord, of een
ontkennend, want hij trok zijn handen uk
de zakken en liep met iets dreigends in zijn
houding langzaam om de tafel heen. n
zijn gelaat van terzijde zichtbaar werd. zag
OMalley, dat het inderdaad Mc Girk was.
Maar zijn belangstelling concentreerde zien
heb ik 40 a 50 man in dienst, op 1t oogei>
blik ruim 00. Misschien zullen er dat nog
wel meer worden.
Waar het hier een fabriek betreft, meer
dan een eeuw oud (zij werd opgericht in
het jaar 1826 was het dus ook mogelijk
een vergelijking met andere jaren te ma
ken, waarin ook veel vuurwerk gebruikt
werd, b.v. in 1938, toen was inderdaad bij
deze fabriek zeer veel werk te verzetten.
Maar U zult het toch elk jaar zoo
omstreeks dezen tijd wel drukker hebben,
tegen den 31sten Augustus? Zeker, zoo
luidde het antwoord, en dan komt daar
bij nog een andere factor. Dan zijn er zoo
ongeveer 3 a 400 menschen van ons in
geheel Nederland, want bij elk vuurwerk
moeten onze monteurs zijn.
Die kennen het „knallen van de zweep".
Zij weten, hoe alles behandeld moet worden,
het opzetten der geraamten, het aansteken
en wat er zoo meer bij komt kijken".
Al pratende, zijn wij op een plaats van
dit bijna een hectare omvattende bedrijf. 200
meter buiten de bebouwde kom gelegen ter
rein (voorschrift!) gekomen, waar zulk een
geraamle los op den grond uitgespreid ligt:
contour van Maurice Chevalier, voor 't
vuurwerk in Scheveningen. Weer een ande
re figuur voor het vuurwerk in Zandvoort,
dat duizenden kijkers trekt en dat dit jaar
door Kat verzorgd wordt. Voor elke figuur,
elke vuurwerk, wordt een kleine schets ge
maakt en alles wordt te Leiden uitgewerkt.
Hoe meer ik kennis krijg va.n hetgeen daar
verricht wordt, hoe meer zich bij bij de in
druk vertigt, dat dit geen menschen zijn,
die automatisch of machinaal dien arbeid
verrichten. Zij zijn in zeker opzicht, art.ist,
kunstenaar, die plannen uitdenken, die zich
'n voorstelling trachten te vormen, op wel
ke wijze het fraaiste effect verkregen kan
worden, hoe de miemschen het mooiste
vuurwerk te kunnen geven, ,,'t Is heusch
niet overdreven," aldus de heer Kat, „als
ik u zeg, dat we daar dag en nacht over
aan 't denken zijn. Niet altijd hetzelfde,
maar afwisseling. Dat wil het publiek nu
eenmaal, en daarmee hebben we rekening
te houden!"
Hier ziet u het vuurwerk voor Scheve
ningen, en daar voor Zandvoort, allerlei
fantastische, fraaie en van rijpelijk-over
dachte en bestudeerde plannen getuigend:
Oranje magnesiumzon, die 'n Oranje gloed
over het.terrein werpt: gekleurd diamant
front met spiraal van gekleurd licht en loo-
pende gekleurde vuurlijnen, waaromheen
zich polypen vormen. Een luchtbombarde
ment door slangen, cobra's en tourbillons,
gevolgd door batterijen brillantbommen met
diverse vuureffecten. Dat alles afgewisseld
door cobra's, magnesium tourbillons, wen
telaars, Hermesstaven, zwermbommen, bril
lant- en kunst bommen met diverse effecten
en figuren. Bijna zou 't iemand groen en
geel voor de oogen worden bij 't hooren van
zooveel vuurwerk-vocabulaire
Het vervoer van dit vuurwerk naar al die
plaatsen geschiedde tot verleden jaar nog op
zeer primitieve wijze, het mocht niet per
vrachtauto vervoerd worden in ons land.
Thans hebben wij een speciale vrachtauto
voor 't vervoer, waarop met groote letters
het woord „Buskruit" geschilderd staat, al
dus de heer Kat.
Wij passeeren een groot aantal loodsen,
gebouwtjes, welke door betonnnuren geschei
den zijn, met het oog op eventueele ontplof
fingen, waarin honderden figuren geborgen
zijn: magazijnen, waarin duizenden „fon
teinen" gereed liggen; houten vakken in ge
timmerde stellages, waarin allerlei soort
bommen, met 3, 4. 5 ontploffingen. Maar
ook grootere exemplaren, niet 13, 14 en 15
ontploffingen (de laatste weegt 20 kilo!),
ja zelfs met 20 knallen. Plaatsen, waar
luchtslagen enz, klaar liggen voor het ge
bruik. De hoogte dezer vuurpijlen wordt
bepaald door middel van driehoeksmeting:
de hoogte komt tot 150 a 200 meter. „Nu
moet U niet denken, dat vuurpijlen alleen
gemaakt worden voor vuurwerk", zoo zegt
de heer Kat. „Er zijn er, die een geheel
andere bestemming hebben, n.1. hagelslag,
d.w.z. hagelwolken worden er door uiteenge
slagen (contra la grelle), zooals de Fran-
schen zeggen, die dit middel veel bij den
wijnbouw toepassen. Deze pijlen gaan tot
een hoogte van 2050 meter. Voorts worden
zij ook wel aangemaakt voor nevelvorming
bij mitrailleurbeschieting.
Het verwonderde mij, zoo weinig machi
nes te zien: 't blijkt, dat alles hier handen
arbeid is. Slechts enkele hulpapparaten uit
gesloten.
Over bommen, enz.
Reeds werd enkele malen over „bommen"
een belangrijk onderdeel van elk vuurwerk,
gesproken. Men heeft er nogal alle mogelij
ke soorten in. De kleine worden met pek
draad omwonden, een werkje, dat zeer
nauwkeurig dient te geschieden en dat
symmetrisch moet gebeuren. Om zoo'n klei
nen bom zit ongeveer 3 meter pektouw ge
bonden. „Als -ie barst", dan moet het kleu
reneffect zoo groot mogelijk zijn, aldus de
heer Kat. De inhoud van zoo'n bom is zeer
verschillend: men heeft onderscheidene com
posities, diverse chemicaliën worden gebe
zigd. Rood wordt b.v. teweeggebracht door
chloorkali, groen: cloorzuur bariet en schel
lak. Alle bommen zijn in papier verpakt,
waarop de kleuren zijn aangegeven. Zooals
reeds gezegd, duizenden liggen gereed! Zij
worden in kisten verzonden, alléén als
vrachtgoed van 20 kilo. Ook hier blijkt de
wetgeving in Nederland lichtelijk achterlijk
te zijn... Men denke b.v. eene even. Wat de
Hembrug wel eens verzendt! De groote bom
men hebben in de lucht een spreiding van
300 meter middellijn: er zijn er bij met 20
uitbarstingen.
Verder héél kleine bommetjes, die slechts
6 c.m. lang zijn en die weer bij de grootere
bommen gaan.
Dan een vakterm: hier ziet u „gouden
muizen", een combinatie van kruit, alumi
nium en magnesium of wel van magne
sium alleen. Weer een ander gebouwtje,
waarin we binnengaan: er heerscht een
behagelijke temperatuur; de centrale ver
warming werkt: zeventig graden; aan den
wand hangt een haarhygrometer, want
vocht is in dit bedrijf uit den booze! Er
moet „op temperatuur" gewerkt worden,
want voor bepaalde sterren mag in het
drooghuis de temperatuur niet hooger dan
70 graden zijn.
Een zeer belangrijk onderdeel dezer fa
bricage is de lont, om het vuurwerk aan
te steken. Per dag wordt hier ongeveer
tienduizend meter gemaakt en dit geschiedt
in den tijd van ongeveer, drie kwartier. Op
dit gebied eenig in Europa!
Duizenden nog eens duizenden lonthui
zen liggen gereed. In de stad zélf is een
bij dit bedrijf behoorende cartonnage-
fabriek, waar deze hulzen gemaakt worden,
want zoo vertelde men mij de kwali
teit van het papier is van 't allergrootste
belang, 't Is een eerste eisch!
Dan komen we langs de Japansche bom
men. Vervolgens een kleiner paviljoen,
waarop de aankondiging „Bengaalsch
Vuur"; grootere en kleinere potten, waar
op eveneens weer de kleur aangegeven
staat. Zoo ook: zevenklappers, siswerk,
rotjes, dat bestempeld wordt met den
naam van „klein vuurwerk". Egn zeer
fraai effect geven ook de Arabische palm-
boomen, die een goudvuur van ongeveer
4 meter breedte sorteeren. De grondstof
hiervan gaat in een mortier in den grond.
Daaruit ziet men dan een bom groeien
tot 60 meter hoogte, die boven een palm
boom te zien geeft. Het is, alsof het Verre
Oosten, met zijn magische sprookjes, na
bij is
Het allernieuwste.
Dan vertelt de heer Kat mij nog het al
lernieuwst op 't gebied van vuurwerk: het
Vreugdevuur, dat veelal op 't strand wordt
afgestoken. Het wordt op takken neerge
legd en geeft, als het brandt, den indruk
van een Paaschvuur.
Rooken is in dit bedrijf natuurlijk ta
boe! Langs de expeditie verlaten we de
terreinen van dit interessante „bommen- en
sterrenlbedrijf".
De kisten met vuurwerk staan er gereed
voor Parimaribo, voor Curaqao, Bonaire en
Ned. Indië Teekeningen en uitvoerige be
schrijvingen worden erbij gevoegd, waardoor
de ontvangers het gemakkelijk in elkaar
kunnen zetten.
Buiten dit gevaarlijke bedrijf vertelt de
heer Kat mij nog, dat er ook voor de zee
vaart en de haringvisscherij gewerkt wordt
en natuurlijk thans ook voor het leger. Hoe,
dat doet hier minder ter zake Wij aanschou
wen dit echter gedeeltelijk. Er zijn vuurpij
len voor de zeevaart, noodsignalen en hal-
med lights, die aan een boei bevestigd wor
den en door het water aangaan en een half
uur dan blijven branden.
Gedachten aan luchtbescherming komen
naar voren: de thermietbommien, met een
temperatuur van 3800 gr. Smelt- en sproei-
thermiet. En dan niet te vergeten het sloop
werk van bouwwerken, opruimen van hooge
schoorsteenen door middel van trothyl (dus
springstoffen).
Dit bedrijf, dat een zeer groote bekendheid
in den lande geniet, wordt meermalen be
zocht door studenten. De heer Kat zélf
onmiddellijk op de derde aanwezige in het
vertrek.
Dicht bij de tafel, tegenover hem, zat Clau-
dia Roode streepen liepen van de hoeken
van haar fijnen- mond over haar zachte wan
gen. Er was een kleine bloedvlek op haar
bovenlip. Haar handen lagen onbeweeglijk op
de tafel voor haar, aan weerszijden van een
bord met de gebakken eieren en gesmeerd
brood, dat ze niet had aangeroerd. De onge
wone houding van haar voeten trok O'Mal-
ley's aandacht. Onder de tafel glurend zag
hij, dat haar enkels aan de pooten van haar
stoel waren vastgebonden. Haar oogen wa
ren omlaag gericht.
Terwijl Mc Girk naderkwam keek ze op
en deinsde onwillekeurig achteruit. Ze tracht
te den man moedig aan te kyken, maar kon
de vrees in haar groote oogen niet verber
gen. De spanning van vier en twintig uur
gevangenisschap had blijkbaar veel van
haar dapperheid gevergd.
Luister eens juffie, kwam Mc Girk's
stem en die stem klonk thans grof en drei
gend, we hebben nu geduld genoeg met je
gehad. Je eet die eieren op, anders zullen
we je eens flink onderhanden nemen, begre
pen?
Claudia's gezicht gloeide vuurrood. Ze
staarde hen met felle oogen aan, haar lichaam
strak van nerveuze spanning.
Ik wil niet, riep ze wild. Als jullie me
niet laat gaan, honger ik dood en mijn broer
zal jullie neerschieten. Hij zal jullie dooden,
jullie alle twee, beesten die jullie zijn.
Mc Girk keek grijnslachend op haar neer,
zijn pafferig gezicht hard en wreed. Er kwam
een moorddadige uitdrukking in zijn oogen.
Hij deed zijn riem af en hield met de andere
hand Claudia's pols vast.
Kom, Bleekneus, grauwde hij tegen den
anderen man neem die borden weg, dan zul
len we haar een portie geven van wat goed
is voor die meisjes, die niet willen gehoor
zamen
O'Malley zag dat Claudia worstelde om
haar pols te bevrijden, haar gezicht was deer
niswekkend in haar vergeefsch verzet. Hij
zag ook dat Bleekneus de borden weggriste
en wachtte niet langer.
Hij rende om het huis en slipte zacht de
keuken binnen, de deur achter zich open
latend. Van de voorzijde van het huis kwam
een angstige kreet. O'Malley rende naar het
aanrecht en met een snelle beweging schoof
hij de heel stapel borden eraf. Met een oor-
verdoovend lawaai kletterden zij op den
grond. Daarop stormde hij naar een half
gesloten deur aan den eenen kant van de
keuken, die naar een soort bijkeuken voerde.
Deze deur duwde hij open, sloop in de duister
nis erachter, maar liet een kier vrij, zoodat
hij in de keuken kon zien.
Het gekletter der gebroken borden werd
gevolgd door een plotselinge, doodelijke
stilte.
HOOFDSTUK XX.
A.S.C.H.-Huis.
Als O'Malley het huisje, waar Claudia ge
vangen gehouden werd, bij daglicht en van
de voorzijde was genaderd, zou hij het raad
sel van de boodschap in de code geheel heb
ben kunnen oplossen. Niet dat hij nu behoefte
had aan die oplossing, want hij had het
meisje gevonden ook zonder dat hem de be-
teekenis van de beide letters, die nog onver
klaard waren gebleven, duidelijk was gewor.
den. Dat de „t" van het woord dat hij als
tasch gelezen had bij het voorafgaande
moest worden gevoegd en de eerste woorden
dus moeten luiden. „Taxi-zeven-hunt" was,
na wat Barrett en hij ontdekt hadden, even
min aan twijfel onderhevig, als de „a" en de
„s" een aanduiding vormden voor Arthur
Street, de straat, die naar huisje voerde.
Maar de vergulde letters die boven de voor
deur prijkten en thans voor O'Malley's oog
verborgen bleven, onthulden de rest .„Syn-
thia-Home" bleek het houten villaatje te hee-
ten, vermoedelijk naar de echtgenoote van
den eigenaar die het, zonder kwaad te ver
moeden, gemeubeld aan Mc Girk verhuurd
had. Een dergelijk eenzaam gelegen pied-a-
terre konden hij en zijn trawanten voor de
uitvoering van allerlei duistere doeleinden
slecht missen!
Het huisje lag op het Noorden. De voor
deur, de kleine vestibule en de trap naar
boven, waren rechts gelegen als men binnen
kwam. De gang, die smal was doordat de
trap er langs liep,, kwam op een deur uit,
die naar de keuken voerde.
Aan den linkerkant, wanneer men binnen
trad, was een deur naar de woonkamer,
waarin O'Malley Claudia had ontdekt. Verder
de gang in gaf een andere deur toegang tot
de eetkamer. Achter de eetkamer was de
dienkeuken. Woonkamer, eetkamer en dien
kamer bevonden zich aan de zijde van het
huis en waren onderling door deuren ver
bonden.
De keuken lag in den Zuidwestelijken hoek.
de dienkeuken in den Zuidoostelijken. De
kenken had maar één venster, dat op het
Zuiden uitkeek. Dan kwam de buitendeur van
de keuken en het raam van de dienkeuken.
Een deur die, waarachter O'Malley een
houdt ook lezingen, zoo b.v. voor de Han-
delshoogeschool te Rotterdam. Het vuur
werk wordt opgenomen op de film, en die
film wordt ten besluite van dit interessan
te bezoek gedraaid. Men ziet de menschen
in extase staan, alleen, we hooren niet de
Qh's en Ah's, welke de praktijk vaak zoo
heerlijk doet hooren......!
Nog enkele weken en overal in ons land,
in Noord en Zuid, in Oost en West zullen de
vuurpijlen de hoogte ingaan. Zal menigeen
zioh misschien afvragen hoe zouden ze dat
vuurwerk toch wel maken, en waar? Moge
deze regelen U dan een klein tipje van den
sluier van 'n bedrijf hebben opgelicht, dat
en allen op onze beurt oogenblikken van
zeer aangename verpoozing weet te schenr
ken! Waar wij dan staan temidden van
ontploffende bommen, sterren, Bengaalsch
vuur, gouden muizen, Arabische palmen,
enz. En last but not least: bij een Vreugde
vuur. Want op dién dag zal er toch. overal
in den lande vreugde zijn!
Het noodlottige schot te Vlagt-
wedde.
Militair tot drie maanden gevan
genisstraf veroordeeld.
Op 8 Juni van dit jaar heeft te Vlagtwedde
een schietongeval plaats gehad, dat aan een
jong meisje het leven heeft gekost..
De twintigjarige soldaat A. M., dienst
plichtige bij 't twaalfde grensbataljon, stond
dien dag te Vlagtwedde op post. nabij een
mitrailleursnest, In de nabijheid daarvan
stonden qenige kinderen. De soldaat be
moeide zich met hen en om hen hang te
maken, trok hij zijn dienstpistool, Hij ma
noeuvreerde daarmede, er niet aan denken
de, dat het met scherpe patronen geladen
was. Plotseling ging een schot af. Het meis
je J. K. werd door een kogel in het hoofd
getroffen en overleed vrij spoedig.
Gisterochtend stond de soldaat terecht
voor den Krijgsraad te 's-IIertogenbosch we
gens het veroorzaken van dood door schuld.
Hij bekende de feiten.
De auditeur-militair, mr, van der Kun,
was van meening, dat de roekeloosheid,
waarmedp de soldaat met het pistool is om
gegaan. grenst aan het misdadige, Hij
eischte een gevangenisstraf van vijf maan
den.
De krijgsdaad, uitspraak doende, heeft
den soldaat wegens het veroorzaken van
dood door schuld, veroordeeld tot drie
maanden gevangenisstraf.
schuilplaats had gezocht leidde van de
dienkeuken naar de keuken.
In den Westelijken muur van 't huis was
maar één venster aan den voet van de trap.
dat licht gaf in de hall. Aan de voorzijde,
naar het Noorden toegewend, bevond zich een
dubbel raam dat van de woonkamer dat
O'Malley uit zijn observatiepost in het onbe
woonde huis gezien had. Aan den Oostkant
de verste zijde van O'Malley's schuilp'aats
afgerekend waren twee vensters. Het eerste
hiervan was in de woonkamer en het was dit
venster, waardoor O'Malley een oogenblik te
voren gekeken had. Het andere raam was in
de eetkamer, halverwege den Oostelijken
muur.
'OMalley had de borden op den grond laten
vallen om afleiding te veroorzaken zonder
zichzelf te verraden en zonder dat hij een
speciaal plan in den zin had. Terwijl hij daar
achter de deur van de dienkeuken stond in
de plotselinge stilte, zag hij in het licht van
de keuken een andere deur, bijna achter zijn
rug, die maar dat wist hij niet naar de
eetkamer leidde. Een plotselinge aanval zou
evengoed van dezen kant kunnen komen als
uit de keuken en hij hield met beide moge
lijkheden rekening.
Hij bleef onbeweeglijk staan, de ooren ge
spitst om het geringste geluid op te vangen.
Eensklaps kraakte een deur, die van de gang
naar de keuken leidde. O'Malley schoof zij
waarts tot hij deze deur kon zien. Ze ging
heel langzaam open. Door de wijderwordende
kier verscheen de blinkende loop van een
revolver, die door een vleezige en niet al te
schoone hand werd vastgehouden. En toen
werden het vierkante gezicht en de kwaad
aardige loensche oogen zichtbaar van den
man, dien Mc Girk „Bleekneus" had genoemd.
Een snelle blik gaf den man de zekerheid
dat de keuken leeg was. Toen keken zijn
oogen van de gebroken borden naar de open
achterdeur; hij liep de keuken door en stak
zijn hoofd behoedzaam naar buiten in de
duisternis.
Dit was O'Malley's kans om zijn tegenstan
der afzonderlijk onderhanden te nemen en hij
greep die oogenblikkelijk aan. Zonder een ge
luid te maken, schoot hij zijdelings de keuken
in, nam een aanloop en was met een sprong
op den rug van zijn slachtoffer, zijn linker
arm stevig om den nek van Bleekneus ge
klemd en met den anderen den pols beetpak
kend, waarvan de hand de revolver vast
hield.
Wordt vervolqd.