Voedselvoorziening en
bedrijfsleven
IVOREN SCHAT
DRIE MANNEN
Oproep aan boeren
en tuinders
Nederland geen
krijgstooneel!
Radioprogramma
Het geheim van de
481ste STAATSLOTERIJ
door: A. PANDOR
Aankoop en aanvoer wordt ge
centraliseerd.
Omtrent de samenwerking van de regee-
ringsorganen, die op het gebied der voedsel
voorziening in oorlogstijd thans werkzaam
zijn, met het betrokken bedrijfsleven, zooals
dit zich thans ontwikkelt, wordt van be
voegde zijde het volgende medegedeeld:
De huidige internationale omstandigheden
hebben het noodzakelijk gemaakt, tijdig een
officieel centraal orgaan te stichten, waarin
aankoop in het buitenland en aanvoer naar
Nederland van voedingsgrondstoffen voor
mensch en dier in de eerste plaats granen,
zal kunnen worden geconcentreerd. Dit or
gaan is inmiddels gesticht onder den naam
van graan-inkoop-bureau, welke organisatie
is ondergebracht bij de af-deeling buitenland
van de Nederlandsche Akkerbouw-Centrale
te 's-Gravenhage. Het bureau heeft zijn werk
zaamheden reeds aangevangen.
Hoewel het de bedoeling is den aanvoer
van deze grondstoffen zoo lang mogelijk
langs de normale kanalen te doen verloopen,
biedt de genoemde organisatie intusschen
zekerheid, dat, naarmate de ontwikkeling
der internationale omstandigheden daartoe
dwingt, de aankoopen kunnen worden ge
centraliseerd.
Voor welke producten?
De getroffen maatregel geldt voor de vol
gende producten of groepen van producten:
Tarwe, waaronder begrepen voedertarwe;
harde voedergranen, boekweit en zonne
bloempitten; veekoeken; peulvruchten; olie
houdende zaden, pitten e.d., copra inbegre
pen; bloem en meel; andere derivaten van
granen; rijst; visch- en diermeel.
Deskundige vertegenwoordigers uit handel
en coöperaties zijn ititgenoodigd, het bureau
bij zijn werkzaamheden met betrekking tot
deze producten en productengroepen terzijde
te staan. Van alle aangezochte personen is
volle medewerking verkregen. De algerneene
leiding van het inkoopbureau berust bij den
heer ing. C. C. C. van Stolk, directeur der
Nederlandsche Akkerbouwcentrale, de afdee-
ling buitenland dezer centrale verstrekt des-
gewenscht vei'dere inlichtingen.
Distributie van veevoeder.
In aansluiting op het bericht omtrent de in
stelling van een af deeling Veevoederdistri
butie bij het Rijksbureau Voedselvoorziening
in oorlogstijd, kan het volgende worden me
degedeeld:
Ter verkrijging van een zoo goed mogelijke
distributie der beschikbare voorraden vee
voeder is het streven van de afdeeling vee
voederdistributie er van den aanvang af op
gericht, de voorziening met veevoeder zoo
veel mogelijk te concentreeren op de ver
strekking van mengvoeder. BehalVe de twee
veevoederdeskundigen, die permanent aan
het rijksbureau voedselvoorziening in oor
logstijd ten dienste der voedervoorziening
zijn verbonden, heeft de afdeeling veevoeder
distributie zich de medewerking verzekerd
van nog een aantal ter zake deskundigen
uit het bedrijfsleven, die in twee mengvoe
dercommissies arbeid verrichten.
Voor de bakkers.
Op het gebied van de productie en verwer
king van broodbloem en- meel waren reeds
In vredestijd commissies van deskundigen
werkzaam. De technische contactcommissie
voor de bakkerij onder voorzitterschap van
den heer ing. C. C.C. van Stolk geeft voor
lichting en verleent medewerking op het ge
bied der broodbakkerij, de technische con
tactcommissie voor de broodbloemmaalderij
onder voorzitterschap van den heer H. M.
Abraham te 's-Gravenhage heeft op haar ter
rein een soortgelijke taak. Hetzelfde geldt
voor de technische contactcommissie voor de
FEUILLETON.
Naar het Amerikaansch van
Morgan S. Roscue
53.
Heelemaal niet. Je hebt bewezen, dat je
een bovenste beste vriend van de familie bent.
En met iets grimmigs voegde Barrett er bij:
Zelfs van mijn halfbroer
Beoordeel hem niet te hard, pleitte
O'Malley. Hij had geen flauwe notie van wat
hij deed door jou te bespionneeren. Hij dacht
dat het alleen verband hield met het stijgen
en dalen van koersen
Nu, hoe dat ook mag zijn, geef me een
hand, O'Malley!
Ze drukten elkaar plechtig de hand.
Barrets kleine wagen had met snelle vaart
gereden. Een blik door het raampje deed
O'Malley zien dat ze reeds in Manhattam
waren.
Wat zou je er van zeggen, als je mij
even aan mijn huis afzet, stelde hij voor. Jij
wilt natuurlijk je familie vanavond nog spre
ken en het is al laat.
Uitstekend, stemde Barrett toe. Ik zal
je morgen door Claudia laten opbellen en je
te dineeren vragen. Ik denk niet dat ze be
zwaren zal maken.
O'Malley lachte vroolijk.
Kan het geen invitatie voor de lunch
zijn? vroeg hij.
Ik denk van wel. Ik ga morgen niet
naar kantoor.
Een paar minuten later stopte de auto voor
O'Malley's huis. Hij zei goedennacht en bleef
op den stoep den wagen nakijken, tot deze
in de duisternis verdween. Daarop ging hij
naar binnen en zoo mogelijk naar bed. Maar
het duurde een heelen tijd voor zijn wild-
woelende hersens tot rust wilden komen.
bloemverwerkende industrie, waarvan de
heer Abaham eveneens vooratter is.
Met betrekking tot de artikelen thee en
koffie is eveneens in overleg getreden niet
enkele voor den handel daarin representa
tieve personen, die de regeering bij eventu-
eele maatregelen terzake zullen terzijde
staan. Ook dit contact zal in commissorialen
vorm worden georganiseerd.
Vertrouwt en steunt Uw organi
saties bij Uw welhaast boven-
menschelijke taak!
De drie centrale landbouworganisaties, te
weten de Christelijke Boeren- en Tuinders-
bond in Nederland, de Katholieke Neder
landsche Boeren en Tuindersbond en het
Koninklijk Nederlandsch Landbouwcomité,
doen den volgenden oproep aan de boeren
en tuinders:
De in Europa ingetreden oorlogstoestand
zal ook voor den vaderlandschen land- en
tuinbouw een sterke toeneming beteckenen
der reeds zoo groote moeilijkheden.
Wij roepen u allen, ook uw huisgenooten
op, met ons deze moeilijkheden vastbera
den tegemoet te treden en zoo mogelijk te
overwinnen.
In de eerste plaats moeten wij als deel
der Nederlandsche natie alles doen om on
der leiding van onze Koningin en onze re
geering onze nationale zelfstandigheid te
bewaren.
Dan moeten wij bezonnen en kloek de
groote bedrijfsmoeilijkheden, die ons te
wachten staan, onder de oogen zien.
Deze moeilijkheden zijn vooral van drieër
lei aard:
1. Wij zullen zooveel mogelijk moe
ten voortbrengen, terwijl het moge
lijk is, dat er tekort zal zijn aan wat
wij voor een zoo groot •mogelijke pro
ductie noodig hebben.
2. De regcering zal nog meer dan
in de afgeloopen jaren moeten rege
len, wat nog grooter verlies van be-
drijfsvrijheid zal meebrengen.
3. Deze welhaast bovcnmenschelij-
ke taak zal door menschen, feilbare
menschen, moeten worden volbracht
met de kans op het maken van fou
ten.
Nederlandsche boeren en tuinders, ver
trouwt, benut en steunt uw Organisaties,
want zij zijn in dezen tijd meer onmisbaar
dan ooit. Zal de regeering haar taak aan
kunnen, zal zij de benoodigde deskundige
medewerking ontvangen, de onmisbare op
bouwende critiek vernemen, zullen' de ze
ker te verwachten spanningen langs een
gezonden weg kunnen worden weggenomen,
dan zijn uwe organisaties daartoe de on
misbare instrumenten.
De Nederlandsche boeren en tuinders kun
nen hun taak aan, eeuwenlange ervaring,
gepaard met een hechte traditie van toewij
ding en verantwoordelijkheidsbesef gaan in
onze bedrijven hand aan hand met de mo
derne inzichten der wetenschap en doelma
tige bedrijfsvoering. Zonder eenig voorbe
houd stellen wij dit alles ten dienste van
ons volk, al vertrouwen wij ook, dat ons
volk na deze herhaalde harde oorlogsles zal
bewijzen, te hebben geleerd hoe onmisbaar
en zegenrijk een krachtige en flinke land
bouwbevolking voor het volksgeheel is en
bereid zal zijn daarna te handelen.
Onze Koningin en onze regeering kunnen
op onze organisaties, ja wij durven zonder
eenig voorbehoud zeggen, op onzen gehee-
len boeren- en tuindersstand rekenen bij
hun pogingen in den opgestoken internatio
nalen orkaan ons schip van staat te klaren
en te behouden.
Wij weten, dat voor tijden van vrede en
voor tijden van oorlog geldt liet oude psalm
woord: de Heer regeert! In dat besef vinden
wij de kracht voor te gaan met het vaste
voornemen onder alle omstandigheden onzen
plicht te doen.
HOOFDSTUK XXVI.
HET BLIJDE EINDE.
Toen O'Malley aan het ontbijt zat,
belde
DE BRIEF NAAR INDIë.
Het publiek doet er voorloopig goed aan
briefpost voor Indië steeds naar het tarief
voor luchtverkeer te frankeeren. Het ver
schil met het zeeposttarief is niet zoo heel
groot en men heeft het voordeel, dat in
dien er gevlogen kan worden deze corres
pondentie althans medegaat. Zoo is bijv.
de voor luchtvervoer gefrankeerde post
van de Oranje op het laatste oogenblik
nog van boord gehaald en met het vlieg
tuig van Dinsdagmorgen, 5 September,
verzonden.
Engeland en Frankrijk zullen,
zoo noodig, de vrijheid der klei
nere staten waarborgen.
In zijn commentaar op het vliegen van
niet geïdentificeerde vliegtuigen boven N e
der land schrijft de „Daily Telegraph":
Het Nederlandsche bericht, dat vliegtui
gen in formatie waren waargenomen, doet
de veronderstelling opkomen, dat het hier
Duitsche vliegtuigen betreft, omdat bij
de aanvallen op het nationaal-socialistische
gebied de Britsche vliegtuigen afzonder
lijk vlogen. Groot Brittannië heeft aan de
neutrale mogendheden de meest volledige
waarborgen gegeven, dat haar grondgebied
zal worden geëerbiedigd.
De mogelijkheid zal steeds bestaan, dat
een vlieger, die zich niet kan oriënteeren,
een neutraal land zal passeeren, doch in
de instructies aan de vliegers zijn alle
voorzorgen genomen tegen het zich voor
doen van een dergelijke fout.
In deze aangelegenheid hebben de Geal
lieerden er alle belang bij iedere overtre
ding van de overeenkomst, welke zij heb
ben onderschreven, te voorkomen. Frank
rijk en Groot Brittannië hebben de wapens
opgevat voor de onafhankelijkheid van de
kleinere mogendheden en geen gedachte
aan eenig militair voordeel zal nu hen er
op eenig oogenblik toe brengen bewust de
neutraliteit te schenden van die landen, die
verkozen hebben buiten het conflict te
blijven.
Voor Nederland en België In het bijzon
der is een essentieel iets voor hun positie,
dat zij niet het tooneel moeten worden van
operaties, hetzij te land of in de lucht.
Dit feit wordt door de bondgenooten er
kend, die, wanneer het noodig mocht wor
den, de vrijheid van de kleinere staten
zullen waarborgen, zooals zij er naar stre
ven die van Polen te behouden.
(Niet officieel)
4de klasse, 3de lijst
Trekking van Woensdag 6 September 1939
Hooge Prijzen
25.000.— 7977
100— 5059
Prijzen van 65.
1582 1723 1789 20P4 2364 2366 2447 2485
2711 2'834 2848 3096 3411 3456 3712 3729
3773 4046 4353 4885 5132 5151 5206 5290
5313 5443 5476 5700 5815 5850 5911 6363
6378 7220 7374 7670 7718 7960 8074 8152
8669 8895 9252 9313 9704 10507 10877 10990
11267 11793 12786 12991 13074 13333 13393 13724
13947 14057 14303 14574 14586 14621 14843 14897
15390 15655 15693 16332 16349 16398 16531 16669
16726 17072 17211 17410 17787 17973 18175 18596
18610 18774 18923 19116 19370 19856 19949 20130
20204 20800 20862 20977 21331 21527 21542 21687
21714 21829
Verbet. 4de kl„ 2de lijst: 17210, 18445, 21081,
allen met 100—, ontbreken.
VB JDAG 8 SEPTEMBER 1939.
Hilversum I. 1875 en 414,4 m.
8.00 VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA.
12.00 AVRO. 10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA
8.00 Gramofoonmuziek (ca. 8.16 Ber.).
10.00 Morgenwijding.
10.20 Declamatie.
10.40 Viool en piano.
11.05 Declamatie.
11.20 VARA-orkest.
12.00 Orgelspel (ca. 12.15 Ber.).
12.20 Gramofoonmuziek.
12.30 AVRO-Amusementsorkest.
1.15 Gramofoonmuziek.
2.00 Verkorte opera „Der Wildschtitz" (opn.).
3.00 Caucerie: „Het straatleven in een Marok-
kaansche stad".
3.30 Nina Do'ce's Puszta-orkest.
4.005.00 Gramofoonmuziek.
5.05 Voor de kinderen.
5.30 Orgel- en pianospel en zang,
6.00 Esmeralda en soliste.
6.28 Berichten.
6.30 Letterkundig overzicht.
7.00 VARA Kalender.
7.05 „De scholendienst van het Instituut voor
Arbeidersontwikkeling", lezing.
7.23 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 „De Kracht van de Heilige Geest'", lezing.
8.00 Zang en orgel.
8.30 Causerie: „Het geestelijk leven in Ame-
riko (2)".
9.00 Reportage.
9.20 VARA-orkest.
9.30 Gramofoonmuziek met conférence.
10.00 VARA-orkest.
Een aiontuurlijke reis naar de ontoegan
kelijke oerwouden van Afrikaop zoek naar
de plaats, waar de olifanten hun laatste le
vensdagen slijten.
33.
Lopez, die Bep nog steeds als een schild
voor zich hield, liep achteruit zijn huurlingen
achterna. „Neen Lopez," riep René, „dat gaat
zo niet, jij gaat met ons mee!"
„Dat dacht je maar," schreeuwde de Bra
ziliaan terug. „Als je op my schiet, raak je
dit meisje eerst."
„Stop!" schreeuwde René en liet opnieuw
het machinegeweer spreken. „Luister, man
nen, stuur Lopez met het meisje terug, of ik
zal het daglicht uit jullie allen blazen!"
34.
Het gefluit van die laatste kogels over de
hoofden van de vluchtende mannen was vol
doende om hen tot staan te brengen en te
luisteren. Op dit nieuwe commando aarzelden
ze echter te gehoorzamen. Lopez van zijn
kant brulde tegen hen, dat ze niet naar René
moesten luisteren. Maar kogels spreken nu
eenmaal een eigen taal. Twee van Lopez'
mannen grepen den tegenstribbelenden Brazi
liaan beet en sleurden hem over de pier naar
de plek waar mijnheer Hendriks en Kazimoto
stonden, die hem nu vastgrepen. Bep, die
inmiddels uit den greep van Lopez bevrijd was,
rende naar de haren terug. „Hu!" zei ze hui
verig. „ik haat dien oliekleurigen struikrover."
„In orde," riep Rene tegen de mannen van
Lopez. „Vooruit, gaan jullie nu maar weer
weg." Toen vloog de cabinedeur van de „Zil
veren Albatros" open. „Kom er in," verzocht
René zijn vrienden. „Allemaal. We hebben
geen tijd te verliezen we moeten maken,
dat we hier weg zijn, voordat de kerels hier
met andere geweren terugkomen."
Kazimoto duwde Lopez naar binnen en hield
hem in een hoek in bedwang. Bep en Koen
klommen, gevolgd door hun vader, nu even
eens snel naar binnen.
36.
Tenslotte kwam Boo-loo-la, op wiens ge
zicht geen enkele uitdrukking verried, wat hij
van het gevecht met Lopez' bende dacht.
„Neemt U het stuur even over, vader?" vroeg
René. „Ik wil even een paar woorden met
onzen vriend Lopez wisselen." Mijnheer Hen
driks nam op den stuurstoel plaats. De reus
achtige motoren dreunden. Langzaam taxiede
het watervliegtuig over de Congorivier en
verhief zioh als een grote, elegante vogel
statig in de lucht.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Avondwijding.
11.00 Pianovoordracht.
11.30 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.5512.00 Gramofoonmuziek.
Hilversum II. 301,5 m.
Algemeen Programma, verzorgd door de
NCRV.
8.00 Schriftlezing, meditatie.
8.15 Berichten, gramofoonmuziek (9.309.45
Geluk wenschen
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.15 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek.
12.00 Berichten.
12.15 „Laudatio" (Om 12.30 „Een woord voor
U").
1.00 Gramofoonmuziek.
1.30 Quintolia en Gramofoonmuziek.
2.30 Christelijke lectuur®
3.00 Leeuwarder pianokwartet (3.203.50
Gramofoonmuziek.
4.30 Orgelspel.
5.30 Declamatie, en gramofoonmuziek.
ca. 6.30 Berichten, hierna: Causerie: „De dah
lia's in het Vondelpark te Amsterdam".
7.00 Berichten.
7.15 Boekbespreking.
Claudia op. Aan haar stem te oordeelen,
vloeide haar hart over van geluk.
Hallo, lieveling, heeft u lust om straks
bij ons te komen lunchen? En toen opeens
in een onbedwingbare uitbarsting van vreug
de: O Terry is het niet allemaal ongeloof
lijk!
Je kunt net zoo goed vragen of een
neger watermeloen lust! was het jolige be
scheid. Hallo liefste ik houd van je
reusachtig
Stil toch, Terry! vermaande ze. Dus je
komt? En dank-je hartelijk, dat je ons alle
maal zoo schitterend geholpen hebt, speciaal
Ward. Hij mag je vreeselijk graag, Terry!
Dat is dan wederkeerig, gaf O'Malley
vroolijk ten antwoord. Natuurlijk kom ik.
Maar luister eventjes. Claudia, schattebout.
Mag ik 'n heel goede kennis van me mee
brengen? Ik weet, dat het idioot is om dat
te vragen, maar ik heb al een tijd geleden
met die kennis een afspraak gemaakt voor
vandaag en ik wil óók zoo graag bij jou
zijn. Kunnen we allebei komen? Zij is heel
aardig heusch, buitengewoon sympathiek.
En ze zal absoluut geen lastige derde zijn,
dat verzeker ik je op mijn eerewoord!
Er viel even een stilte eer Claudia ant
woordde.
Zeker kan het Terry, kwam eindelijk de
melodieuze stem, maar er was toch een
zweem van gedwongenheid in. Natuurlijk kun
je haar meebrengen. We verwachten je om
één uur. Daag!
Wacht eventjes! schreeuwde O'Malley.
Maar een klik aan den anderen kant ver
telde hem, dat hij te laat was. Hy aarzelde
een oogenblik, legde toen den hoorn neer en
verwijderde zich toen van het toestel, ondeu
gend lachend in zichzelf.
Hij ging naar het station en wachtte op
den trein, die om tien uur uit Long Island
vertrekt en even voor twaalven in New York
aankomt. Louise zag er bleek en bedrukt uit
en het deed O'Malley pijn te zien hoe groot
de verandering was, die sedert haar vaders
dood over haar gekomen was. Hij nam haar
direct onder zijn hoede en loodste haar in
een taxi. Toen zei hij tegen den chauffeur
hen naar Centraal Park te brengen en daar
een poosje te blijven rondrijden.
O Terry, riep Louise, toen hij naast
haar gezeten was, vertel mij gauw het laat
ste nieuws! Hebben ze Ward gearresteerd?
Nog niet, deelde O'Malley mee. Maar voor
we het daar over hebben, moet ik je eerst
iets zeggen over de lunch. Ik heb afgespro
ken dat ik je mee zou nemen naar een vriend
bij wien ik vandaag zou lunchen. Hij is een
gemoedelijk ongetrouwd heerschap, dus we
zullen geen last van hem hebben. En ik weet,
dat hij het reusachtig prettig zal vinden je
te ontmoeten.
Terry! riep Louise verwijtend. Je weet
toch, dat ik heelemaal niet uitga?
O, dat hindert niet, was het luchtige
antwoord; het is doodgewoon, huiselijk koffie
drinken. En we kunnen daar ongestoord pra
ten. Na de lunch doet hij altijd een dutje. Ik
heb je een heeleboel te vertellen.
O ja, Terry? Ik vind het heerlijk, je
weer te spreken. Je bent altijd zoo'n goede
vriend voor me geweest. En ik ril als ik be
denk hoeveel tijd je voor me opgeofferd
hebt.
O, dat was heusch geëh verloren tijd,
verzekerde O'Malley. En verder hoop ik altijd
een vriend van jou te mogen zijn. Ook nu.
Maar dat spreekt immers vanzelf! zei
Louise onschuldig.
O'Malley onderdrukte een zenuwachtig
lachje. Hij speelde met vuur en hij was zich
ten volle daarvan bewust.
Nu, laten we niet meer over die ge
schiedenis praten tot na de lunch, stelde hij
voor. Mijn vriend verwacht mij om een uur
ons bedoel ik. Dus vertel me eerst eens
wat over je zelf.
Terwijl ze door het park reden, deed hij
haar vragen over haar financieele aangele
genheden en praatte zij over wederzijdsche
kennissen. Plotseling vroeg hij terloops waar
om ze Barrett na den dood van zijn vader
nooit geschreven had.
Dat heb ik wel gedaan! riep Louise. Ik
heb hem tweemaal geschreven en mijn vader
heeft de brieven voor mij gepost: hij nam
ze met zijn andere post mee, zooals hij meest-
als met mijn correspondentie deed, dat weet
ik nog heel goed. Maar ik heb nooit meer een
woord van hem gehoord. En toch, ik neem
het hem niet kwalijk, voegde ze er haastig
aan toe.
Even later stak O'Malley zijn hoofd door
de voorruit en gaf den chauffeur op zachten
toon het adres van Barrett. Terwijl ze naar
River side Drive reden en' in de lift naar bo
ven gingen, hield O'Malley haar bezig met
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, Herhaling SOS-Ber.
8.15 NCRV-Kleinkoor en -orkest, m.m.v. solis
ten.
9.05 Klein koor en Instrumentaal ensemble
van de Kaiser Wilhelm-Schule te Amster
dam.
9.30 Vervolg van 8.15.
10.00 Berichten ANP, actueele halfuur.
10.30 „Fidel-octet" en Gramofoonmuziek.
11.25 Gramofoonmuziek.
11.5012.00 Schriftlezing.
een aaneenschakeling van vragen. Maar toen
de deur geopend werd om hen binnen te
laten werd hij stil, want Louise was doods
bleek geworden en Barretts oude bediende
was een stap achteruit gedeinsd.
Miss Louise! fluisterde de oude man.
Op hetzelfde moment kwam Claudia uit de
bibliotheek, op den voet gevolgd door Bar
rett. Claudia liep dadelijk naar hen toe. Maar
Barrett was stil blijven staan, een blik van
onuitsprekelijk verlangen op het bleeke ge
zicht van O'Malley's begeleidster.
Terry! kreunde Louise zacht, wat wreed
van je!
Maar nu was voor O'Malley het oogenblik
gekomen.
Eerst mijn excuses! riep hij vroolijk;
maar dit heeft nu werkelijk lang genoeg ge
duurd. Barrett, Louise heeft je brieven nooit
ontvangen en jij hebt haar brieven ook nooit
in je bezit gekregen. Ze heeft je tweemaal
geschreven. Chester moet jullie correspon
dentie verdonkeremaand hebben, Claudia, mag
ik je aan Louise Chester voorstellen?
Claudia was een moment als versuft. Toen
ging ze vlug op Louise toe en nam haar
hand.
O! mompelde ze vol medelijden, wat
wreed
Louise! hygde Barrett tegen de doods-
bleeke wankelende jonge vrouw. Is het waar?
Hèb je geschreven?
Kom mee! fluisterde O'Malley tegen
Claudia. Hij sloeg een arm om haar slanke
middel en duwde haar zacht de bibliotheek
binnen. Ze wierp een snellen blik achter zich.
De oude butler was verdwenen.
Barrett had zijn armen uitgestrekt en in
zijn oogen was hetzelfde licht, dat ze in die
van O'Malley had gezien. Alleen was het ver
zacht door de lange jaren van verdriet en on-
gestild verlangen.
Louise ging met onzekere stappen naar
hem toe, haar oogen glansden van geluk
haar fynbesneden mond trillend
Het gordijn achter de bibliotheekdeur viel
achter hen neer.
O'Malley draaide met Claudia rond en trok
haar slanke figuurtje naar zich toe.
Laten we het goede voorbeeld volgen
adviseerde hy overmoedig.
EINDE.