Opruiing
IVOREN
verleden
Handelsverdragen
en tuinbouw
Een bijl als wekker
Radioprogramma
Het geheim van de
van het
Loods in elkaar gewaaid
Vreemd vliegtuig
boven ons Jand
Belastingacademie geopend
door: A. PANDOR
S Je 2i6t 6r no» 200 tleek a
Nieuwe Rotterdamsche Crt te
gen dr. Molhuysen.
Onder het hoofd „Dreigt een conflict9"
deelden wij onlangs mede, dat het Kon. Ned
Landbouwcomité geprotesteerd heeft tegen
de landbouwpolitiek der regeering. „Mbeh*
de regeering, aldus luidde het officieels"
communiqué over het standpunt van het
K.N.L.C., onverhoopt blijven vasthouden aan
de tot dusver gevolgde politiek, dan is te
verwachten, dat de samenwerking met den
georganiseerden landbouw uiterst moeilijk
zal worden."
De Nieuwe Rotterd. Crt. (lib.) noemde deze
uitlating eene „die in stérke mate naar
opruiing riekt."
Dit verwijt heeft de secretaris van het
Kon. Ned. Landb. Comité, dr. H. Molhuysen
zich aangetrokken en hij zendt een uitvoerig
verweer aan de N. Rotterd. Crt. dat thans
gepubliceerd wordt en waarin hij o.m. zegt'
„Hoe men in een dergelijk geval van op
ruiing kan spreken, is mij een raadsel. M.i.
spruit een dergelijke qualificatie voort uit
volslagen onbekendheid met den aard en
de houding eener Centrale landbouworga
nisatie."
Dr. Molhuys valt het liberale dagblad dan
op verschillende punten aan.
De N.R.Ct. had o.m. geschreven:
„Door het garandeeren van richtprijzen
heeft de landbouw in de achter ons liggen
de crisisjaren een vrijwel verzekerd be
staan geRad."
Dr. Molhuysen geeft enkele cijfers en
zegt dan:
„Hoe men aan de hand van derge
lijke cijfers van een vrijwel verze
kerd bestaan kan spreken is mij
niet duidelijk. De waarheid is, dat
de boerenstand, damk zij hard wer
ken en een levenspeil zoo sober,
dat een werklooze uit de groote stad
daarmede niet zou accoord gaan,
het hoofd boven water heeft kunnen
houden. Meer echter ook niet. Van
inhalen van verliezen is geen sprake
geweest"
Verder schreef de N.R.Ct.:
„Bij zulk een actie wordt te licht verge
ten, dat de landbouw met groote offers van
de gemeenschap in stand is gehouden."
Antwoord van dr. Molhuysen:
„Nu zijn echter de bordjes verhangen en
in plaats van „groote offers van de gemeen
schap" te vragen, is nu diezelfde gemeen
schap in afhankelijkheid van den landbouw
geraakt. Van den landbouw moet en mag
ook worden geeischt, dat hij zooveel moge
lijk voedsel voor mensch en dier voortbrengt.
Maar dan ligt het toch ook voor de hand,
dat de overheid tegenover hem een andere
'houding aanneemt en hem een redelijke
verdienste moet gunnen. In plaats daarvan
houdt zij vast aan haar landbouwpolitiek
en veroorzaakt daardoor groeiende ontstem
ming bij den boerenstand.
Het Kon. Ned. Landbouw Comité be
schouwt het als zijn plicht de regeering op
de hoogte te brengen van wat er leeft on
der den boerenstand en haar te waarschu
wen voor de gevolgen van het streven de
prijzen der landbouwproducten op een te
laag peil te houden.
Daarin een poging tot opruiing te zien, is
onjuist."
In een naschrift op het verweer van dr.
Molhuysen blijft de N.R.Ct. bij haar stand
punt ten aanzien van de gewraakte uitla
ting. Het blad schrijft o.m.:
„Het spijt ons te moeten consta-
teeren, dat dr. Molhuysen in zijn bo
venstaand betoog tracht goed te pra
ten, wat onder de huidige omstandig
heden o.i. als een onnationale hou
ding dient te worden gelaakt."
FEUILLETON
Naar 't Engelsch van A. W. Marchmont
2.
Terwijl ze er naar keek, hield ze haar adem
in. van verbazing, bewondering en ontstelte
nis tegelijk.
Haar allereerste reactie was de verleiding,
die een dergelijke vondst als onderbewust
meebrengt. Ze hoefde slechts haar reis af te
breken, naar een plaats te gaan, waar ze
wist dat ze er zich zonder gevaar van kon
ontdoen en dan zou ze genoeg bezitten om
voor de rest van haar leven vrij van geld
zorgen te zijn.
Maar die verleiding duurde slechts een
oogenblik. Met iedere vezel van haar lichaam
haatte ze alles wat met misdaad in verband
stond en ze zou liever uit den trein zijn ge
sprongen dan een leven leiden, zooals ze van
zoo dichtbij had meegemaakt.
In welke verhouding dat vreemde paar,
dat vandaag haar pad gekruist had, ook tot
elkaar stpnd, één ding wist ze: dat de man
een boosdoener was, vermoedelijk een dief,
en deze juweelen waren oogenschijnlijk af
komstig van diefstal. Het leek haar toe, dat
hij met de mogelijkheid van een arrestatie
had rekening gehouden en de sigarenkoker
daarom in de tasch van het meisje had ge
stoken; of zij zelf wist wat voor kostbare
inhoud die tasch herbergde, was een tweede
vraag. Wat dat betrof, kon Dessie niet an
ders doen dan op een bericht wachten. Het
jonge meisje, dat hé.é.r tasch had, bezat im
mers haar adres hij de familie Barker, zoo
dat ze zeker van haar hooren zou. Ze borg
de robijnen op hun plaats, stopte de sigaren
koker weer in de tasch en zette zich opnieuw
tot nadenken.
Ze rekende uit, dat ze de eerste twee dagen
Het Koninklijk Nederlandsch Landbouw
comité publiceerde immers, dat de regeering
wu zij op medewerking van den landbouw
Kunnen rekenen, een scheutiger prijzenpoli-
ick diende te volgen. Bij niet inwilliging
an dezen eisch werd een uiterst moeilijke
samenwerking tussehen regeering en organi
saties aangekondigd.
Een groote landbouworganisatie, die zich
an een dergelijke taal bedient, laadt zeer
sterk den schijn op zich, haar leden tegen
beslissingen van de centrale overheid te
willen opzetten. Wanneer zulks niet in dc
bedoeling heeft gelegen, dan werden de ge
bezigde bewoordingen wei zeer ongelukkig
gekozen.
Het blad besluit:
Te betreuren blijft, dat het Koninklijk Ne
derlandsch Landbouwcomité, naar wij uit
het betoog van dr. Molhuysen lezen, op den
thans ingeslagen weg wil blijven voortgaan.
VERTROUWEN IN DE REGEERING
VERLOREN?
Men deelt ons mede:
Dezer dagen hield de Nederlandsche Tuin-
dersbond district Zuidholland een ledenver
gadering te 's Gravenhage onder leiding
van den heer W. J. van Kampen te Voor
burg. Deze vergadering was buitengewoon
druk bezocht.
De heer Varekamp te 's Gravenzande
kreeg het woord voor het houden
van zijn inleiding over: „Handelsver
dragen en hun gevolgen voor den tuin
bouw." Allereerst ging spreker na de fu
neste gevolgen, die de verdeeling der clea-
ringgelden in en na 1933 voor den tuinbouw
heeft gehad, er op wijzende dat binnen en
kele jaren de uitvoer van Nederland naar
Duitschland terug liep met 362 millioen
gulden, waarvan 300 millioen gulden
kwam ten laste van de agrarische bedrij
ven. Spr. deed verder uitkomen, dat de
monopolieheffingen, indertijd door de re
geering ingesteld om het inlandsche pro
duct te beschermen, later werden gebruikt
als onderhandelingenobject. Na gewezen te
hebben op de ongunstige verdragen met
Amerika en Denemarken, bezag spr. het in
dit voorjaar afgesloten handelsverdrag met
België, waarvan hij nog niet begrijpt, hoe
de Nederlandsche regeering tot afsluiting op
een voor den tuinbouw zoo funeste basis
heeft kunnen komen met alle troeven in
handen, gezien het feit dat Nederland uit
België voor gemiddeld 50 mill. gulden per
jaar meer importeert, dan België van Ne
derland betrekt.
Het kan dan ook volgens spr. geen ver
wondering baren dat een zeer groot deel
van den Nederlandschen tuinbouw ten op
zichte van het afsluiten van handelever-
dragen zijn vertrouwen in de Nederland
sche regeering volkomen heeft verloren.
Vader en drie kinderen gewond.
Tengevolge van den hevigen storm zijn te
Nieuwe Compagnie, gemeente Hoogezand,
drie muren van een bij de nieuwe veevoe
derfabriek in aanbouw zijnde loods, welke
reeds zes meter hoog waren opgemetseld,
doch nog geen verband hadden, omgewaaid.
De zich in de nabijheid bevindende A. van
Bruggen geraakte onder vallend gesteente.
Een van zijn beenen brak, terwijl
het andere been ernstig werd gekneusd. De
laatste muur kwam op een aangrenzende
woning terecht en drukte daarvan een zij
muur in. De brokstukken vielen in voor-
en achterkamer en ook in een bedstede,
waar twee jongens sliepen. Beiden werden
licht gewond. Ook in de achterkamer
werd een kind van de familie van Brug
gen gewond. De ravage veroorzaakte groote
schade aan het meubilair.
De man des huizes is naar het Diako-
nessenhuis in Groningen vervoerd.
VERVOER VAN SUIKERBIETEN.
De Minister van Economische Zaken
maakt bekend, dat van het verbod van ver
voeren en afleveren van suikerbieten nog
ontheffing is verleend voor het vervoer naar
en de aflevering aan stroop- en jamfabrie-
ken.
Het vervoerverbod kan dus geen beletsel
meer vormen voor het nakomen van met
die fabrieken afgesloten leveringscontrac
ten.
Kleermaker door zijn knecht
aangevallen. Dader voortvluch
tig.
Zondagochtend is de kleermaker H. Mol,
die een zaak heeft aan den Adm. de Ruyter-
weg te Amsterdam, door zijn knecht de 29-
jarige S. uit Groningen, die bij hem inwoont,
met een bijl aan het hoofd gewond. De da
der is nog voortvluchtig.
De kleermaker, die dezen Zondagochtend
nog in diepen slaap was, werd onzacht ge
wekt door een slag op het hoofd. Toen de
man zich den toestand had gerealiseerd,
wist hij, dat niemand anders dan zijn
knecht, die hij hein in den kelder slaapt, en
die reeds meermalen bedreigingen tegen
hem had geuit, de dader kon zijn. S. bleek
reeds verdwenen en de kleermaker was nog
in staat om telefonisch om assistentie te
vragen. De politie van het bureau de Ruy
terweg was spoedig ter plaatse en Mol ver
klaarde, dat zijn knecht die volgens zijn
patroon, „een niet geheel toerekenbaar type"
was al eens eerder had gezegd, dat hij
zijn baas nog eens vermoorden zou.
Het slachtoffer, dat niet ernstig werd ge
wond, is naar het Wilhelmina Gasthuis ver
voerd.
De politie hoopt den dader spoedig te
kunnen aanhouden.
Door den mist verdwaald?
De regeeringspersdienst meldt:
Zondagavond laat is langs de Noordzee
kust achtereenvolgens op verschillende
plaatsen motorgeronk waargenomen. Blijk
baar is een vreemd vliegtuig, dat zich door
den mist niet orienteeren kon, boven ons
grondgebied verdwaald geraakt.
Op verschillende plaatsen is het vliegtuig
onder vuur genomen.
De secretaris-generaal van het departc%
ment van Financiën, jhr. mr. A. M. C. van
Asch van Wijck heeft gistermiddag in een
plechtige zitting in het gebouw Beursplein
20 te Rotterdam de belasting-academie ge
opend, nadat de directeur der academie.,
mr. J. van der Poel, een rede had gehou
den. Tot hen die de zitting bijwoonden
behoorde de burgemeester van Rotterdam,
mr. P. J. Oud.
WOENSDAG 18 OCTOBER 1939.
Hilversum I. 1875 en 414.4 m.
NCRV -uitzending, 6.307.00 Onderwijsfonds
voor de Scheepvaart.
8.00 Eventueel berichten ANP, Schriftlezing,
meditatie.
8.15 Gramofoonmuziek (9.309.45 Geluk-
wenschen)
10.30 Morgendienst.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.30 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
12.30 Al: Round-sextet en gramofoonmuziek
(Om 12.45 Eventueel berichten ANP).
2.00 Gramofoonmuziek.
2.30 Voor jeugdige postzegelverzamelaars.
3.00 Fluit en piano en gramofoonmuziek.
3.453.55 Gramofoonmuziek.
4.00 Zang met pianobegeleiding en gramo
foonmuziek.
4.45 Felicitaties.
5.00 Voor de jeugd.
5.45 Gramofoonmuziek.
6.00 Causerie: „Pensioenfondsen in onderne
ming en bedrijf".
6.15 Gramofoonmuziek.
6.30 Taalles en causerie over het Binnenaan-
varingsreglement.
7.00 Berichten.
7.15 Causerie: „De noodzakelijkheid van ons
werk in dezen tijd".
7.30 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-ber.
8.15 Stafmuziek van het 6e Regiment Infan
terie.
8.45 Mannenkoor „Die Haghe Sangers" (opn.)
9.00 Vervolg orkestconcert.
9.35 Holiandsch Kamermuziekensemble.
Een avontuurlijke reis naar de ontoeqan-
kelijke oerwouden van Afrika, op zoek naar
de plaats, waar de olifanten hun laatste le
vens daoen slijten.
SCHAT
15 7
157.
De jacht was bijna onmogelijk in den nacht,
maar het spoor zou waarschijnlijk de volgende
dag nog duidelijk zichtbaar zijn. Toen opeens
verscheen als bij toverslag een reusachtige
bronzen gestalte. „Boo-loo-la!" riep René, Ka-
zimoto verrel hem wat er gebeurd is. In jul-
1L eigen taal kun je hem dat beter en vlug
ger vertellen, dan ik het kan".
De olifantsman luisterde zonder een spier
van zijn gezicht te vertrekken. Toen zei hij:
„Als de zon opkomt, Bwana Roho, zal ik U
plaats laten zien, waar rotsen roepen".
158.
Daar ze geen keuze hadden, besloten ze den
olifantsman te vertrouwen en namen zijn aan
bod als gids aan. Bjj het aanbreken van de
dag stonden ze klaar om opnieuw de jungle
in te trekken. Alleen vergezeld door Kazimoto,
volgden zij Boo-loo-la, die vooraan liep. De
weg ging langs allerlei kronkelingen hoog
tegen den kant van den Elgon op. Soms liep
het pad weer naar beneden en konden zij de
grote berg zien afsteken tegen de hemel.
159.
Aan de andere kant, duizenden meters be
neden hen, strekte zich een woud uit, door
sneden met rivieren en watervallen. „Is dat
niet schitterend", mompelde Bep. Maar ze
hadden geen tijd om stil te staan en het uit-
zich te bewonderen. Die nacht sloegen zij hun
kamp op aan de rand van een uitgebrande
krater. Rond hen heen waren spelonken, die
de vulkaan daar honderden, misschien wel
duizenden jaren geleden gevormd had.
160.
De volgende dag trokken ze verder. Het
pad leidde door vreselijke bergengten met
hoopoprijzende wanden. Laat in de middag
kwamen ze op een plek, waar de wind door
de terrasvormige rotsen gierde, die er uitza
gen als minnarets en torens van een oud ka
steel of fort.
10.00 Berichten ANP, actueel halfuur.
10.30 Hollands Kamermuziekensemble.
11.10 Gramofoonmuziek.
11.5012.00 Schriftlezing.
Hilversum II. 301.5 m.
VARA-uitzending. 10.0010.20 v.m. VPRO.
6.30—7.00 RVU. 7.308.00 VPRO.
8.00 Eventueel Berichten ANP, gram.muziek.
9.30 Causerie: „Onze keuken".
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor arbeiders in de Continubedrijven.
11.30 Voor de vrouw.
12.00 Gramofoonmuziek.
12.45 Berichten ANP.
12.50 Het Rosian-orkest.
1.15—1.45 VARA-Strijkorkest.
2.00 Knipcursus.
2.30 Utrechts Stedelijk Orkest en solist (opn.)
3.15 Voor de kinderen.
5.30 VARA-orkest.
6.30 Cyclus: „Graphologie, middel tot men-
schenkennis".
7.00 VARA-Kalender.
7.05 Felicitaties.
7.10 Koorzang.
7.30 Bijbelvertelling, voorafgegaan door een
korte toespraak over de nieuwe Nederland
sche vertaling van het Nieuwe Testament.
nog niets van de eigenares van de tasch kon
hooren. Misschien zou ze wel in eigen per
soon de robijnen komen terughalen; in ieder
geval moest ze tot zoolang maar doen of er
niets gebeurd was. Als ze meer wist, kon ze
verder zien wat haar te doen stond.
Het was echter pas den vierden dag dat
ze iets vernam; toen ontving ze haar eigen
tasch terug, met den inhoud onaangeroerd,
benevens een brief. Maar de brief bevatte
onderteekening noch adres van de afzendster
en was in een eigenaardigen, vagen toon ge
steld. De inhoud luidde als volgt:
„Geen woorden kunnen u vertellen hoe
dankbaar ik ben voor wat u deed! U hebt
geen idee waarvan u mij gered hebt en ik
kan het u helaas ook niet zeggen. Als door
een toeval die tasschen niet verwisseld wa
ren waarvoor ik u eveneens dankbaar
der ben dan ik u zeggen kan zou ik uw
naam en adres nooit te weten zijn geko
men. Ik stuur u hierbij de tasch terug, zoo
als ik die gevonden heb. Wees zoo goed
de mijne te vernietigen. Uit den inhoud
kunt u zelf wel opmaken, wat ik ter ge
legener tijd graag terug zou hebben, als
ik tenminste ooit den moed zal hebben mij
aan u bekend te maken. Houd het zoolang
als u kunt; is het u 'e lastig, dan moet u
alles maar vernietigen. Nogmaals mijn
innigen dank en ik wensch dat ik mij
eenmaal uw vriendin mag noemen, Bewijs
mij één vriendelijkheid vergeet wat ,u
gezien hebt, toen we elkaar ontmoetten."
Dessie las den brief eenige malen over en
verdiepte zich erin wat achter die eigenaar
dige bewoordingen verscholen kon liggen en
vele uren bracht zij door met pogingen om
het raadsel te ontwarren.
Na eenige dagen kwam zij tot een besluit.
Niemand wist waar ze heengegaan was, even
min welken naam ze had aangenomen, maar
ze had op haar eigen naam een safe gehuurd
in Londen, zoodat ze een geheim adres had.
Ze bpsloot nu niets te vernietigen, maar de
safe te gebruiken om de tasch met inhoud
op te bergen. Déar zou geen sterveling die
zoeken en zouden geheim en juweelen beide
veilig zijn. En ze deed nog meer. Practisch
meisje als ze was stelde ze een relaas van
haar heele avontuur op schrift, terwijl het
nog versch in haar geheugen lag, om dit bij
de tasch weg te sluiten.
Toen ze haar taak volbracht had, kreeg ze
nog een idee ze wilde uit de kranten, waar
in zeker berichten over de arrestatie op het
perron zouden staan, zien gewaar te worden,
of er misschien een weg was om zich van de
juweelen te ontdoen zonder zelf gevaar te
loopen.
Ze liet de voornaamste dagbladen uit Bir-
mingham komen en het bleek een nog ern
stiger historie dan ze verwacht had.
De man was gearresteerd voor een moord
in Frankrijk gepleegd op een bejaard
familielid, Duvivier genaamd, onder omstan
digheden, die een goeden kijk gaven op het
sluwe en laffe karakter van den moordenaar.
Deze was in hechtenis genomen op grond van
ec uitleveringsverzoek en wel als resultaat
van een zeer toevallige ontmoeting. De detec
tives, die voor een andere zaak in Birming-
ham waren, hadden den gezochte gezien en
herkend. Zijn naam was Rolande Lespard.
Het proces, dat eerst in Engeland en later
in Frankrijk gevoerd werd, duurde maanden
en m-'-nden, maar het meisje volgde het nauw
keurig en met onuitputtelijk geduld en ein
delijk las ze uat de man niet ter dood ver
oordeeld was, zooals hij verdiende, maar tot
vi-r jaar deportatie; de jury vond in het ver
schrikkelijk humeur van den vermoorde de
verzachtende omstandigheid, welke een Fran-
sche jury bijna altijd op de een of andere ma
nier weet te ontdekken. Maar gedurende het
heele proces werd er met geen woord over de
juweelen gerept!
Dessie Merrion maakte een keuze uit de
beste verslagen van de Engelsche en Fran-
sehe couranten en voegde ze bij hetgeen ze
al in de safe opgeborgen had. Ze besloot van
héér kant eveneens zwijgzaamheid te blijven
betrachten en maar kalm af te wachten tot
er naar haar vreemd en pijnlijk bezit navraag
zou worden gedaan.
Drie jaar hoorde zij niets.
Toen kwam er op zekeren dag een brief.
Ze was niet meer bij de familie Barker en
woonde op kamers in Londen, waarheen de
brief haar nagezonden werd. Datum, adres of
onderteekening ontbraken. Wat ze las en her
las, was het volgende:
,,Ik moet u waarschuwen. Ik kan mij nog
niet bekend maken, maar ik ben a nog even
dankbaar voor uw hulp als op dien bewus-
ti dag. Toen ik u de vorige maal schreef,
wist ik nog niet wat mijn tasch bevatte en
wat u gevonden zult hebben. De booswicht
die dat er ingestopt neeft, en wiens proces
u misschien heeft gevolgd, is vrij en heeft
mij opgezocht, daar hij dacht dat wat zich
in mijn tasch bevond, in mijn bezit zou zijn.
Ik vertelde hem van de verwisseling der
tasschen, maar hij kan zich u absoluut niet
meer herinneren en uw naam zal nooit en
nimmer over mijn lippen kom^n Hopenlijk
zult u hem nooit in uw leven ontmoeten;
7.55 Causerie: „De Steen".
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.03 Berichten ANP, VARA-Varia.
8.15 Vraag en antwoord.
8.30 De Ramblers.
9.00 Gramofoonmuziek.
9.10 Radiotooneel.
9.40 VARA-orkest en solist,
10.40 Medische vraagbaak.
11.00 Berichten ANP.
11.10 Gramofoonmuziek.
11.4012.00 Orgelspel.
mocht dit wel het geval zijn, mijd hem dan
zooveel u kunt. Hij is een niets ontziend,
kwaadaardig wreed en gevaarlijk man. De
vrouw, die in zijn handen valt, is waarlijk
te beklagen. Als uw leven en uw eer u lief
zijn, zorg dan dat u die vrouw niet bent.
Ik houd van u als van een zuster."
De ontvangst van dezen brief gaf Dessie
Merrion stof voor vele overpeinzingen, maar
verontrustte haar niet in het minst. De kans
dat zij Rolande Despard zou ontmoeten was
wel zoo klein, en de kans dat hij, in dat wei
nig waarschijnlijke geval, haar zou herkennen
bovendien zoo gering, dat zij aan een derge
lijke mogelijkheid niet hoefde te denken.
„We zullen elkaar wel nooit ontmoeten,"
dacht zij. „Daarbij, mocht het wel gebeuren,
dan zou ik wel zalig zorgen uit zijn buurt te
blijven. Ik ken hèm, maar hij kent m rj niet
en kan geen reden hebben om mij het lastig
te maken. Het geheim is veilig in de safe.
Nooit zal ik de juweelen gebruiken, maar ik
geef ze niet terug, als er ook maar een
schaduw van kans is, dat ik er zelf door in
moeilijkheden kom. Ik zal dezen brief er ook
heenbrengen en dan zal ik van die heele ge
schiedenis wel nooit meer hooren."
Ze bracht haar voornemen ten uitvoer en
voegde den volgenden dag den brief bij de
andere papieren, die, naar zij meende, voor de
rest van haar leven veilig en wel in het safe
loket zouden blijven liggen.
HOOFDSTUK IT.
Vooruitzicht van gevaar.
„Op je gezondheid, Dessie, en dat de weg
spoedig geeffend wordt naar een behoorlijk
inkomen, zoodat we kunnen trouwen!"
De spreker een innemende jongeman van
laehtt t° -met 6611 open Sezicht, glim
lachte tegen zijn gastvrouw, hief zijn kopie
thee op en dronk het in één teug leeg
Dessie Merrion lachte als antwoord; een
licht van geluk scheen in haar oogen en een
zachte blos kleeurde haar bleeke wangen
„Als je eens wist hoe dat leven op kaders
vervelen, liefste," vervolgdeTom
Cheriton, „en dan, hoe eerder jij je jour
naistiek werk er aan kunt geven' hoe liever
het mij is, het is te vermoeiend voor je
Dessie Sedert je die typhus hebt gehad na te
haast nU" achterbuui"ten, kan ik het Mee
haast met meer verdragen, dat jij zoo hard
(Wordt vervolgd.)