IVOREN
Boter wordt duurder
verleden
Ver van huis begraven
De onbewaakte***
Radioprogramma
Het geheim van de
Vanaf morgen f 1,60
per kilo
Verzenmaker gestraft
De aanslag op den kleermaker
Tweede Kamerlid beboe
Nederlands leervoorraac
van
het
Vlaardingen kiest zee
Gevangenis of asyl?
doorAPANDQfy
OOK MARGARINEPRIJS VERHOOGD.
STEUNTOESLAG KAAS VERMINDERD.
De minister van Economische Za
ken heeft met betrekking tot den
zuivelsteun voor het aanstaande
winterhalfjaar den boterprijs met
ingang van 19 October a.s. nader
vastgesteld op f 1.60 per K.G. Het
vorige jaar was deze prijs f 1-45.
Bij deze prijsverhooging is o.a. overwo
gen, dat de productiekosten van het zuivel
bedrijf op enkele onderdeden een stijgende
lijn vertoonen, dat tengevolge van de moei
lijkheden bij den aanvoer van veevoeder
in het aanstaande halfjaar een geringere
melkproductie waarschijnlijk is en ten slot
ten. dat het veehouderijbedrijf door het
veelvuldig optreden van mond- en klauw
zeer in de laatste jaren zeer is verzwakt.
De minister heeft zich bij het vaststellen
van den hoogeren prijs niet ontveinsd de
ernstige moeilijkheden, welke de afzet van
zuivelproducten naar het buitenland reeds
ondervindt en welke in de toekomst moge
lijk nog grooter zullen worden.
MARGARINEPRIJS VERHOOGD.
Tevens is het noodzakelijk geble
ken, de heffing op de margarine
aldus vast te stellen, dat de prijs
der margarine met 8 cents per Kg.
wordt verhoogd.
Deze verhooging houdt bijna geheel ge
lijken tred met de stijging van de prijzen
der grondstoffen van dit product, terwijl
bovendien de bedoeling heeft voorgezeten,
de in verband met den zuivelsteun ree\
jaren bestaande prijsverhouding tusschen
boter en margarine te handhaven.
STEUNTOESLAG KAAS.
Voorts heeft de minister besloten wegens
de stijging der kaasprijzen den uit het
Landbouwcrisisfonds verleenden steuntoe-
slhg op kaas met ingang van 19 October
a.s. met de htelft te verminderen
Omgekomen schepelingen
de Indrateraardebesteld.
van
Op de Nieuwe Oosterbegraafplaats te
Amsterdam zijn gistermorgen teraardebe
steld de stoffelijke resten van de drie Fin-
sche zeelieden, schepelingen van de hout
boot „Indra" welk schip de vorige week na
bij" Terschelling óp een mijn is gcloopen.
Men zal zich herinneren, dat de lijken van
deze slachtoffers in het zwaar beschadigde
schip werden aangetroffen, nadat de „In
dra" in het dok was leeggepompt.
Ver van hun vaderland rusten deze zee
lieden thans in Nederlandschen bodem.
Slechts enkele landgenooten waren bij de
eenvoudige plechtigheid, waarmede de ter
aardebestelling geschiedde, tegenwoordig.
De drie kisten, die in één graf werden
neergelaten, warén gedekt met kransen van
den kapitein van de „Indra", van het car
gadoorskantoor Sydzes en Co. en van de be
manning van het Zweedsche s.s. „Eriks-
borg" dat in dien rampzaligen nacht de
overlevenden van het Finsche schip aan
boord nam en getuige van het drama is ge
weest.
Pastoor Viitasaari leidde aan de groeve
een korten Finschen dienst, die besloten
werd met het „Onze Vader."
FEUILLETON
Gedicht beleedigde de Joden.
De Haagsche rechtbank veroordeelde A.
van der O., den auteur van een gedicht in
„De Misthoorn", dat beleedigend werd ge
acht voor de Joodsche bevolkingsgroep, gis
teren tot een voorwaardelijke gevangenis
straf van één maand met drie jaar proef
tijd en een geldboete van honderd gulden
subs. honderd dagen hechtenis. De Officier
had eveneens een voorwaardelijke gevange
nisstraf van één maand gevraagd en een
geldboete van 200 gulden. Dezelfde straf
had de officier geëischt tegen J. N., den re
dacteur van genoemd blad. De rechtbank
legde hem dezelfde straf op als den auteur.
Drie leden, die met het beleedigde gedicht
hadden gecolporteerd en tegen wie de offi
cier geldboeten van dertig gulden subs. der
tig dagen hechtenis had geeischt, werden
veroordeeld tot geldboeten van tien gulden
subs. tien dagen.
Weer een auto door trein gegre
pen. Chauffeur komt er goed
af.
Gistermorgen te ongeveer acht uur is
op den onbewaakten overweg, nabij wacht
post 19, te Griendtsveen, een vrachtauto, be
stuurd door den heer Heezemans uit Deur-
ne, door een personentrein komende uit de
richting Venlo, gegrepen.
De auto werd totaal vernield. De chauf
feur werd er uit geslingerd, doch bekwam
slechts onbeduidende verwondingen.
De oorzaak van het ongeluk moet worden
geweten aan de dikke mist, welke het uit
zicht ter plaatse belemmerde.
De trein had ongeveer twintig minuten
vertraging.
Wegens beleediging van mr. Rost
van Tonningen.
Tegen het Tweede Kamerlid H. Ruyter
had de Haagsche officier van Justitie op
October een geldboete geëischt van 60 gul
den subs. 60 dagen hechtenis wegens belee
diging van het kamerlid mr. M. M. Rost
van Tonningen in het gebouw der Tweede
Kamer. Oogenblikkelijk na de schorsing der
zitting van die kamer op 1 Maart van dit
jaar, had de heer Ruyter den heer Rost van
Tonningen het woord „landverrader" toe
gevoegd. De rechtbank veroordeelde giste
ren den heer Ruyter tot een geldboete van
25 gulden subs. 25 dagen hechtenis.
Alles opgeven!
De minister van Economische Zaken
maakt bekend, dat hij heeft vastgesteld de
lederbeschikking 1939, no. 1. Bij deze be
schikking is het terrein van werkzaatnhe
dei* van het Rijksbureau voor Huiden en
Leder uitgebreid tot alle leder, schoenen
drijfriemen en lederwaren.
De beschikking bevat geen distributiere
gcling voor de genoemde artikelen, doch
heeft ten doel op de hoogte te komen van
den leervoorraad in ons land. Opgave van
den voorraad is voor de betrokkenen ver
plicht.
Dader meldt zich, maar
van niets
weet
Gisterochtend tegen vijf uur heeft de
kleermakersknecht S., die Zondagochtend
zijn patroon H. Mol met wien hij in den
keider van diens woning aan den Admiraal
de Ruyter weg sliep, met bijlslagen heeft
verwond, zich bij de politie aangemeld.
De man, die een ietwat zonderlingen in
druk maakt, verklaarde zich van het geval
niets meer te herinneren, en als hij het al
gedaan had, er dan niets meer van te we
ten.
Van Zondagochtend tot gisterochtend heeft
hij in de stad rondgezworven. S. is opgeslo
ten en zal dezer dagen voor den officier van
Justitie worden geleid. De toestand van het
slachtoffer is goed vooruit gaande.
Naar 't Engelsch van A. W. Marchmont
3.
„Ja, die koorts heeft me geweldig aaneg-
pakt," was het wederwoord, „en als Dora me
niet zoo goed had verzorgd, zou ik er nu niet
meer zijn. Ze is toch een opofferende ziel!
Wie zou ooit gedacht hebben, dat een opper
vlakkig en frivool wezen als zij, zoo'n hart
van goud had? Ik hoop, dat ik haar nog eens
kan toonen, hoe dankbaar ik haar ben. Ik zou
met liefde mijn leven op het spel zetten, als
ik er haar mee helpen kon."
„Een knappe, jonge weduwe met een inko
men van vijf- a zesduizend pond per jaar heeft
als regel niet veel hulp noodig," klonk het
ironisch, „en zeker niet, nu zij een nieuwe man
krijgt. Het is toch ergerlijk te bedenken dat
wij misschien nog een jaar moeten wachten,
terwijl wij elkaar al zoo lang kennen, en zij
pas veertien dagen verloofd is en nu al over
trouwen praat."
„Ze schijnt wel hevig verliefd te zijn! In
haar laatsten brief raakte ze niet uitgepraat
over haar graaf. Ik ben benieuwd hoe hij er
uit ziet. Heb jij hem al gezien, Tom?"
„Ik? Weineen, dat kan immers niet. Ze heb
ben elkaar pas kort geleden op reis ontmoet
en zijn nog niet terug! Ik heb overigens nog
nooit eerder van den man gehoord. Maar ik
heb George Vezey gezien." En Tom lachte
geamuseerd.
„Arme George! Ik geloof dat hij op zijn
manier veel van haar houdt."
„Geloof jij dat werkelijk van dien kwast?"
„Ja, hij houdt van haar, Tom evengoed
als jij van mij houdt, en ik ben overtuigd, dat
die verloving hem veel verdriet zal doen. Ik
weet wanneer het een man ernst is en ondanks
Reeds tien haringschepen uitge
varen.
Vanuit Vlaardingen zijn gisteren weer drie
schepen naar de haringvisscherij vertrok
ken.. Thans nemen vanuit Vlaardingen
reeds tien schepen aan de haringvisscherij
deel.
PRIJS VAN AARDAPPELEN OPGE
DREVEN.
De Officier van Justitie hij de rechtbank
te Roermond eischte gistermiddag tegen
een grossier in aardappelen uit Venlo één
jaar gevangenisstraf wegens overtreding
van de Prijsopdrijving- en Hamsterwet.
De grossier had einde Augustus Zeeuw-
sche bintjes, die hij kort tevoren nog voor
f2.80 per 100 kg. had verkocht aan een
kleinhandelaar te koop aangeboden voor
13.50 per 100 kg.
Verdachte in hooger beroep, om
dat hij niet tegen de gevangenis
kan.
Een nog jonge man stond gisteren voor
het Amsterdamsche hof terecht, verdacht
van mishandeling.
De rechtbank te Haarlem had hem tot
zes maanden gevangenisstraf veroordeeld.
De man is in hooger beroep gekomen
omdat hij zooals hij beweerde niet
tegen de gevangenis kan. Ondanks zijn
jeugd was hij reeds herhaaldelijk met de
justitie in aanraking geweest, o.a. wegens
mishandeling van zijn moeder.
Op zekeren dag mengde hij zich in dron
kenschap in een vechtpartij om zijn vriend
te helpen. Hij stak er met een mes op loi
en verwondde zijn tegenpartij in den schou
der. De wond was gelukkig niet ernstig.
Er was een rapport van een geneesheer
te Haarlem, die op de funeste gevolgen van
de gevangenis voor verd. wees. De arts ver
klaarde zich bereid, toezicht op den man
te houden.
De president, mr. Joh. M. Jolles, merkte
op, dat het mogelijk is, verd. op te nemen
in het psychopathen asyl te Avereerst.
Wilt u dat verdachte? U blijft daar min
stens een jaar.
Verd.: Ik weet niet wat dat is--
De procureur-generaal, mr. J. Versteeg,
zeide in zijn requisitoir, dat verd. een ern
stige correctie behoeft om hem te leeren
niet meer te drinken en te vechten.
Spr. requireerde bevestiging van het
vonnis.
Arrest 31 October.
GEWETENSGELD?
Bij den dienst voor Maatschapplijken
Steun is Zaterdag j.1. in de bus van het bij
kantoor Rustenburgerstraat te Amsterdam
een enveloppe gedeponeerd inhoudende een
bedrag groot f 115.
DONDERDAG 19 OCTOBER 1939.
Hilversum I. 1875 en 414.4 m.
8.00—9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO.
2.00—12.00 NCRV,
8.00 Berichten ANP.
8.059.15 en 10.00 Gramofoonplaten.
10.15 Morgendienst.
10.45 Gramofoonplaten.
11.30 Godsdienstig halfuur.
12.00 Berichten.
12.15 KRO-Orkest (12.45—1.10 Berichten
ANP, gramofoonplaten).
2.00 Handwerkuurtje.
2.55 Gramofoonplaten.
3.00 Vrouwenhalfuurtje.
3.303.55 Gramofoonplaten.
4.00 Bijbellezing.
5.00 Gramofoonplaten.
5.15 Handenarbeid voor de jeugd.
5.45 Pianovoordracht en gramofoonplaten.
6.30 Causerie: „De beteekenis van het Leger
des Heils voor onzen tijd".
7.00 Berichten.
7.15 Causerie: „Wat er op de wereld gebeurt".
7.45 Causerie: „Metaalbewerking".
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-ber.
8.15 Christel. Jeugdkoren met pianobegelei
ding en gramofoonplaten.
Een avontuurlijke reis naar de ontoegan
kelijke oerwouden van Afrika, op zoek naar
de plaats, waar de olifanten hun laatste le
vensdagen slijten.
SCHAT
161.
Hier bleef Boo-loo-la plotseling staan. „Het
kasteel, dat roept", kondigde hij san. De wind
huilde griezelig door d" scheuren en spleten
als angstwekkende verduidelijking van de
naam. „Zoo, dit is dus het krsteel dat roept!"
verklaarde Koen, weer geheel hersteld van
zijn onfortuinlijk avontuur van twee nachten
geleden, opgewonden. „We moeten hier er
gens uitzien naar tekens van sheik Moham
med", zei mijnheer Hendriks tegen hen. „Te
oordelen naar hetgeen zijn mannen mij vertel
den, was er heel weinig van een spoor van de
ontvoerders te bekenner".
162.
„Deze rotsachtige landstreek maakt het se.
makkerlijk geen sporen achter te laten."
„De mannen hebbe" hem niet gevolgd",
Boo-loo-la met effen gezicht. Kazimoto Ver.
klaarde nu, dat de volgelingen van den sheit
waarschijnlijk bang waren voor de „roepende
rotsen", omdat ze daar een bijgelovige vreea
voor hadden.
Waar moeten we naar den sheik zoeken?"
vroeg René aan Boo-loo-la. De olifantsman
haalde zijn brede schouders op en keek naar
de hemel.
1*3.
„Het zal dagen duren om hem te vinden
als hij hier is in deze wildernis van torens
en spelonken", zei mijnheer Hendriks opmerk
zaam rondkijkend.
.Hebben deze rotsen altijd geroepen, zoals
nu?" vroep Bep.
„Waarschijnlijk reeds vele eeuwen lang",
antwoordde haar vader. „Wij zijn hier op de
rand van een uitgebrande krater. De hele
top van leze berg moet bij een vreselijke ex
plosie vernield zijn. Maar wij verpraten onze
tijd wij moeten ons zoeken voortzetten".
164.
De rotsen kreunden en zuchtten met een
geluid, alsof een grote menigte mensen op
een afstand joelde, of -.Is het donderend ge
raas van de golven, die door de storm op de
kust worden gebeukt.
„Kijk!" riep Koen plotseling.
Uit een van de vele spelonken kwam een
sliert rook te voorschijn. „Ik dacht, vader,
dat U vertelde, dat de krater uitgewerkt was",
zei Bep.
„Misschien is het een soort hete bron",
veronderstelde René, terwijl hij vooruit liep.
9.00 Causerie: „De zeeslag bij Duins (20 Oc
tober 1639)".
9.30 Kamerorkest „Ars Nova et Antiqua".
10.00 Berichten ANP, actueel halfuur.
10.30 Kamerorkest „Ars Nova et Antiqua",
en soliste.
11.15 Gramofoonplaten.
11.5012.00 Schriftlezing.
Hilversum II. 301.5 m.
AVRO-uitzending.
8.00 Berichten ANP, gramofoonplaten.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gewijde muziek (gr.pl.).
10.30 Voor de vrouw.
10.35 Omroeporkest.
11.00 Voor de Vrouw.
11.15 Omroeporkest en soliste en gramofoon
platen.
12.30 Gramofoonplaten (ca. 12.45 Ber. ANP).
1.15 AVRO-Aeolian-orkest.
2.00 Voor de vrouw.
2.30 Zang met pianobegeleiding.
3.00 Brei- en borduurcursus.
3.45 Gramofoonplaten.
4.00 Voor zieken en thuiszittenden.
4.30 Gramofoonplaten.
5.00 AVRO-Weekkaleidoscoop.
5.25 Gelukwenschen.
zijn aanstellerij en zijn fatterigheid zou
George Vezey een beste man voor Dora zijn
geweest, want hij is een dood-goeie vent. Als
die Franschman hoe heet hij ook weer
die De Montalt, maar de helft van Georges
eigenschappen bezit, mag Dora tevreden zijn.
Wat zegt George Vezey er eigenlijk van?"
„Och, je kent hem, Dess; als je het effect
weet van een lepel sterke azijn in een kannetje
room, dan heb je precies zijn geestesgesteld
heid. Hij is een dood-goeie kerel, zooals je
zegt, maar hij haat dien De Montalt uit den
grond van zijn hart. En wat hem zoo wild
maakt, is het feit, dat hij dien vent zelf aan
haar voorgesteld heeft! Je moet hem hooren:
als er maar een kwart waar is van wat hij
beweert, is er niet veel goeds aan Dora's aan
staanden man!"
„Ik hoop terwille van Dora dat George te
boersch is om een zuiver oordeel te hebben,
zei Dessie.
Ik ben benieuwd dien meneer De Montalt te
ontmoeten, maar ik wil je wel vertellen dat
de manier, waarop dit in zijn werk is gegaan,
mij niet aanstaat. Het zou mij niet verbazen
als haar hoofd op hol is door het knappe
gezicht van dien man en door al de lievig-
heidj'es die hij haar wel vertellen zal en
h ij, hij zal haar wel inpikken om haar geld."
„O Dessie, Dessie," lachte Tom, „wat ben
jij een detective! Zonder een schijn of scha
duw van bewijs iemand verdenken!"
„Nu, we zullen zien wie gelijk heeft," ant
woordde ze eveneens lachend.
Tom stond op.
„Ik moet nu weg; maar luister eens, Dessie.
Als jij jou lieve vingers" hij hief haar hand
op en kuste de vingers langzaam in een
andermans brei roert, dan moet je je niet ver
bazen als je ze brandt. Dag liefste!"
Hij lachte weer, kuste haar innig en ging
heen.
Dessie, alleen gebleven, schonk zich nog een
kopje thee in, ging met een gelukkige uit
drukking op haar gezicht weer zitten en nam
een boek op, dat op het tafeltje voor haar lag.
Maar inplaats van het te openen liet ze het
op haar schoot liggen en leunde peinzend
achterover.
Het leven van het laatste jaar was wel niet
zonder schokken voorbijgegaan, maar ze was
er toch in geslaagd zich na hard werken een
onafhankelijke positie te veroveren. Twee jaar
bij mrs. Barker als hulp in de huishouding
bleken een waardevolle leerschool te zijn ge
weest: het lastige humeur van de vrouw des
huizes had haar zelfbeheersching en eindeloos
geduld geleerd. Toen was er een ommekeer
gekomen door het laaghartig gedrag van een
jongeman, die zij had leeren kennen, en zij
had haar betrekking vaarwel gezegd.
Maar deze stap bleek nuttig te zijn geweest.
Ze was er reeds eerder in geslaagd een paar
korte novellen in een tijdschrift geplaatst te
krijgen en nadat een uitgever een serie ver
halen van haar geaccepteerd had, besloot ze
met schrijven en journalistiek werk in haar
onderhoud te voorzien.
Het was een taaie strijd geweest, maar ze
had dien gewonnen. Beschikkend over een
natuurlijke gave om haar gedachten vlot en
boeiend uit te drukken, vond zrj langzamer
hand het publiek, dat haar pennevruchten
gaarne las. De strijd was echter nog niet vol-
streden toen zij en Tom Cheriton elkaar ont
moeten. De kennismaking was een gevolg van
een door haar geschreven artikel en de twee
voelden zich al dadelijk tot elkaar aangetrok
ken. Toen kwam de ziekte, waarvan ze ge
sproken hadden een hevige typhusaanval,
waarin mrs. Dora Markham door haar toe
gewijde zorgen en verpleging Dessies leven
gered had. Het meisje voelde zich met een
band van groote dankbaarheid aan haar ge
bonden en het was door deze diepe genegen
heid, dat haar gedachten zich zoo ernstig
bezig hielden met de plotselinge verloving van
haar vriendin met een man, waar niemand
eigenlijk iets van wist, behalve dat hij van
adellijke afkomst en half van Fransch en half
van Engelschen bloede was en dat zij elkaar
in Ostende hadden leeren kennen. Dessie was
zoo gelukkig met de liefde van iemand als
Tom Cheriton, dat ze Dora niets liever toe-
wenschte dan een huwelijk met een even dege
lijk en toegewijd man. Maar ze koesterde een
vagen twijfel en een vooroordeel, waarvan ze
zelf niet wist waarop het gebaserd was,
jegens monsieur de Montalt.
Nadat Tom was weggegaan, bleef ze nog
een poos zoo zitten, totdat ze uit haar over
denkingen opgeschrikt werd door de telefoon-
bel. Een enthousiste stem klonk aan haar oor:
het was Dora, van haar reis terug, die haar
uitnoodigde dien avond te komen eten, omdat
ze haar verloofde aan Dessie wilde voor
stellen.
Het was al laat geworden, maar Dessie was
spoedig gekleed. Een taxi bracht haar naar
South Kensington, waar de jonge weduwe een
groot huis in Edgecumbe-square bewoonde.
Het was een hartelijke begroeting en mrs.
Markham, vol van het eene onderwerp, praatte
aan één stuk door.
5.30 AVRO-Amusementsorkest en solist.
6.30 Sportpraatje.
7.00 Voor de kinderen.
7.05 Programma voor militairen.
8.00 Berichten ANP, mededeelingen, even
tueel: Vraag en antwoord.
8.20 Concertgebouworkest en soliste. (9.20—
9.50 Gramofoonplaten).
10.30 Viool en orgel.
11.00 Berichten ANP, hierna AVRO-Dans-
orkest.
11.4012.00 Gramofoonplaten.
De beschrijving van haar aanstaanden echt
genoot was genoeg om Dessie een onbehaag
lijk gevoel te geven. Hij was een „lange, onge
looflijk knappe man met donkere oogen, een
aristocratisch buitenlandsch type, vol diep ge
voel en teederheid". Sedert ze dien Fransche
moordenaar aan het station in Birming-
ham gezien had, had ze een antipathie tegen
een zeker soort knappe, donkere mannen be
houden en de beschrijving van Graaf de Mon
talt deed haar vermoeden, dat deze tot het
zelfde type behoorde en versterkte haar in
haar vooroordeel dat hij een fortuinjager zou
zijn. Intuïtief kon ze hem niet uitstaan en toen
het oogenblik naderde dat ze met hem kennis
zou maken, zag ze werkelijk tegen de ont
moeting op.
Mrs. Markham was heel ernstig.
„Ik hoop, Dessie, dat je hem sympathiek
vindt."
Het meisje antwoordde met een nietszeg
gende opmerking en toen ze zweeg werd mr.
de Montalt aangediend.
Dora Markham kreeg een kleur; ze ging
haastig naar hem toe en legde haar handen
in de zijne. Hij nam ze, kuste ze glimlachend
en keek haar met een verteederde uitdrukking
in zijn donkere oogen aan.
Toen keerden ze zich naar Dessie.
Ze had de leuning van haar stoel vast
gegrepen en vocht om haar zelfbeheersching.
Ze had hem herkend, op hetzelfde moment dat
hij de kamer binnenkwam, en terwijl hij glim
lachend en zelfverzekerd op haar toeliep, wist
ze maar al te goed dat Dora's „aristocra
tische" verloofde niemand anders dan Rolande
Despard was.
HOOFDSTUK III.
Graaf de Montalt.
Het drietal was alleen en geen van hen voelde
zich erg op dreef. Als de bedienden in de
kamer waren praatten ze over onbelangrijke
onderwerpen en sloegen elkaar in de pauzes
gade. Dora vroeg zich zenuwachtig af of haar
verloofde in Dessies smaak zou vallen; de
Montalt hield zich bezig met de vraag °P
welken voet hij zou komen met het meisje,
waarvan hij wist dat ze zooveel invloed had
op de vrouw, met wie hij ging trouwen. En
Dessie zelf was nog zoo uit haar evenwicht
door den schok van haar ontdekking, dat het
geen wonder was, dat de rechte stemming
haar ontbrak.
(Wordt vervolgd.)