Van Duikboot tot Kansel Mussolmi los vao Killer? 16 Duitsche vliegtuigen neergeschoten En omgekeerd. Ds. Niemöllers geestelijke strijd Busbestuurder maakt groote fouten Duitsch dienstmeisje bedrogen Madrileenscbe universiteit heropend De Führer confereert nog steeds Tankscheepje bij Urk gezonken Arrondissements rechtbank te Alkmaar De oogst van één week Turkije krijgt geen Poolsch goud Nog meer boete voor Duitsche joden Een persbericht meldt, dat Ds. Nie- möller, de bekende voormalige lei der van de Belijdende Kerk in Ber lijn, die zich sedert geruimen tijd in een concentratiekamp bevindt, de regeering van zijn land heeft verzocht hem als vrijwilliger dienst te laten nemen. Het antwoord laat nog op zich wachten Opnieuw wordt de naam genoemd van ds. Niemöller, een naam die een navranten klank heeft gekre gen, een naam ook die een begrip werd, omdat zich daarin twee ge voelservaringen symboliseerden: die van het leed en die van de wilskracht. Ds. Niemöller, zich nog immer in een Duitsch concentra tiekamp bevindend sedert de da gen van het geruchtmakende pro ces dat nimmer een bevredigend einde vond, zou de staat zijn diens ten hebben aangeboden, door zich aan te melden als vrijwilliger. In zijn verzoekschrift zou de predikant er den nadruk op hebben gelegd, dat niet zijn verlangen naar de vrijheid maar zijn va derlandsliefde hem bracht tot den stap die hij thans onderneemt. En die opnieuw na hoeveel malen reeds? zijn naam op veler lippen bracht. Hoogtepunt uit den kerkstrijd. De man die zijn loopbaan als militair begon wil naar dat beginpunt terugkeeren en die gedachte reeds zet voorloopig een stireep onder den gigantischen kerkstrijd in het Duitschland van na '33, onder de oppositie van de Protestantsche Belijdenis beweging en de Katholieke Kerk tegen die zijde van Duitschland's binnenlandsche po litiek die door deze beide groote groepen als anti-kerkelijk in het licht gesteld werd. Uit deze groep der Belijdennisbeweging steekt de figuur van ds. Niemöller als de belangrijkste en de merkwaardigste toren hoog boven de anderen uit en als een vlammend protest herleven de dagen van het groote Niemöller-proces dat op 7 Fe bruari 1938 in de Duitsche hoofdstad een aanvang nam. Het proces waarvan de bij zonderheden naar alle windhoeken der aarde gekabeld werden, het proces, dat een niet te stuiten stroom van geschriften, dagblad- en tijdschriftartikelen, brochures en zelfs boeken ontketende, het proces van een man die zijn recht bepleitte met het heilige vuur en de hartstochtelijke overgave die zijn gansehe wezen teeken den. De figuur van ds. Niemöller is meer dan van alle zijden belicht, onderzocht, zocht, bestudeerd en „microscopisch uit eengerafeld", door duizenden die van diep respect vervuld waren voor de rotsvaste overtuiging van dezen man en van verba zing over de merkwaardige atmosfeer die hij rond zich optrok. „Van den duikboot naar den kansel". „Van de duikboot naar den kansel", al dus luidde het door ds. Niemöller geschre ven boek, waarin hij tegelijkertijd zijn militaire loopbaan en zijn zoozeer veran derde levensovertuiging in het licht stelde, het boek waarin hij op boeiende wijze de merkwaardige ontwikkelingsgang schilder de van duikbootkapitein tot predikant en dat thans, nu zijn naam opnieuw in het centrum der belangstelling staat, al een heelactueele klank heeft gekregen. Want weer zijn de luchten vervuld van het oorlogsgerucht als in de dagen van den officier en (later) den commandant Niemöller en wederom bereiken ons dage lijks mededeelingen over de onzalige acti viteit der duikbooten. In ds. Niemöllers boek wordt het raad sel van den marine-officier die theoloog werd, zoo klaar en ongecompliceerd opge lost, dat liefhebbers van psychologische romans ietwat teleurgesteld zuilen zijn. Mocht de wereldoorlog met al zijn verschrikkingen en gruwelijkheden zijn onwankelbaarheid als militair onaangetast laten, de eerste na- oorlogsche jaren, waarin het on- menschelijke bedrijf allengs die per in zijn herinnering stond ge grift, brachten de groote verande ring teweeg, die zijn levensgang in een andere richting koerste. Een onverschrokken kapitein. Als kind van vijf jaar reeds wilde Nie möller naar zee. Met de „U 73" en later als commandant van de „U 151" maakte hij maandenlange tochten in de Middel- landsche Zee, bracht tientallen vijandelij ke schepen tot zinken, zocht hij zijn weg door mijnenvelden, glipte hij tweemaal met zijn boot onder het ijzeren net door waarmee de Italianen de Straat van Otranto haden versperd en overleefde hij duizend gevaren alvorens gezond en „on beschadigd" terug te keeren. De man die voor zijn rechters en zijn leven streed en vrees noch zwakte toonde, vernietigde in den wereldoorlog kostbare levens en kost bare ladingen en zag zich op grond daar van met de hoogste ordeteekenen onder scheiden. Twee derde deel van Niemöllers V>pk is met oorlogsherinneringen gevuld. Ds. NIEMOELLER. Zij zouden het dagboek kunnen vormen van een ambitieuzen duikbootkapitein die zijn vreugde beleeft aan de wildste avon turen en die nimmer door zijn geweten geplaagd wordt. En toch Het gewetensconflict. Eenmaal, het was in de Ionische Zee, torpedeerde hij een vrachtschip met sol daten en munitie aan boord, bestemd voor het Balkanfront. Het schip zonk, maar plots verscheen er een Fransche torpedo jager om de drenkelingen aan boord te nemen. Wat te doen? Het is niet het werk van een duikboot-commandant om een schip tijdens reddingspogingen te vernie len. Maar oorlog is oorlog! De drenke lingen van dat oogenblik waren de front soldaten van den volgenden dag Nie möller geeft het bevel om een torpedo op het schip te richten Daarna kwam het gewetenscon flict. „Plotseling", aldus vertelt ds. Niemöller in zijn boek, „spreidde zich heel dat begrip „oorlog" voor onze oogen uit. Plotseling besef ten wij door een stukje eigen bele venis de tragiek van de Schuld..." Het beeld liet den kapitein nimmer meer los, het werd hem een ob sessie, een dwangvoorstelling die aan zijn zedelijk bewustzijn knaag de. Niemöller gevoelde zich diep doordrongen van het besef dat er situaties kunnen ontstaan die de wettelijke moraal aan den rand van het faillissement brengen. De gebeurtenis met het vrachtschip en de torpedojager raakte' Niemöllers leven en veranderde het. Zware geestelijke strijd. In 1919 in het huwelijk getreden en werkend op een boerenhoeve om in zijn onderhoud te voorzien (hij verspeelde zijn recht op pensioen door na den vrede te weigeren zijn duikboot aan de Engelschen uit te leveren), voltooide hij zijn theolo gische studie, die een nieuwe toekomst voor hem opende en in 1921 besteeg hij den kansel. Velen zien zijn geestelijken strijd in de jaren die daarop volgden als grooter, feller, directer en persoonlijker nog dan die uit zijn militairen tijd. De rechten en de vrijheid van de kerk vonden in hem een beschermer van verbijsterend formaat dat is niet ten laaste gebleken tijdens het proces waarvan hij het mid delpunt vormde en in den tijd, nu reeds twee en een half jaar ruim, dat hij in den kerker van het concentratiekamp zucht. Driemaal heeft men ds. Niemöller aangeboden de vrijheid te herkrijgen, mits hij zijn strijd niet nieer in het openhaar zou voeren; driemaal heeft de predikant geweigerd: „Wie zijn hand aan de ploeg legt en hem dan terugtrekt, die is geen plaats in Gods Rijk waard"... En thans vraagt ds. Niemöller zijn land opnieuw te mogen dienen als militair, als vrijwilliger in het leger. De wegen van den mensch kunnen zonderling zijn. ook die van den geestelijken geleerde. Op luxe-auto gebotst, passagiers gewond. Vier bus- Gisterenavond omstreeks half elf is op de St. Jansbrug te Groningen een autobus van de gemeentetram in bot 'ng gekomen met een luxe-auto, bestuurd door den 55-jarigen heer K. E. uit Zuidwolde, doordat de auto busbestuurder, de 51-jarige M. H. J. van R., geen voorrang verleende. Hij kon de bus eerst tot stilstand brengen, nadat de wagen tegen den muur van een pakhuis botste. Beide voertuigen werden zwaar gehavend en moesten later worden weggesleept. De beide bestuurders bleven ongedeerd, doch van de twaalf passagiers, die zich in de autobus be vonden, bekwamen er vier meer of min ern stig letsel. Hun toestand was evenwel zoo, dat zij na ter plaatse te zijn verbonden, per taxi naar huis konden terugkeeren. De verkeersbrigade van de politie stelt een onderzoek naar de schuldvraag in. Een 32-jarige Duitsche dienstbode, in be trekking bij een familie in de Joh. V hulststraat te Amsterdam. had eenige maanden geleden kennis gemaakt met een 28-jarigen slagersknecht. Zij gingen samen uit en hij sprak haar van liefde. Hij was weliswaar getrouwd, maar hij zou echt scheiding aanvragen. Daarvoor was geld noodig. Het meisje leende hem vijftig g;v den. Hij wilde hard voor haar werken, een eigen handeltje zou aardig zijn. Het meisje leende hem honderd gulden. Hij begon ech ter geen handeltje, maar kocht en verkocht een auto. Hij moest als hij het in de we reld tot iets wilde brengen en dat wilde hij voor haar, netjes voor den dag komen. Het meisje leende hem voor kleeren een aardig sommetje van haar gespaarde geld. Hij ver sliep zich des morgens wel eens, dat kwam omdat hij geen klok had. Het meisje leen de hem haar gouden horloge. Zij gaf hem ook nog in goed vertrouwen een gouden ring mee, hij wilde er voor haar een dia mantje in laten zitten. Niets was goed ge noeg vor haar als zij maar het rioodige financierde! Vierhonderd gulden tenslotte... Eindelijk dan merkte zij, dat het toch eigenlijk meer om haar spaarduitjes te doen was. En toen deed zij aangifte bij het bureau Overtoom. De liefde is voorbij en de slagersknecht is ingesloten. van Franco aan de groote geestelijke tradi tie van het verleden aanknoopt. De libera le universiteit wordt vervangen door een nieuwe, die enkel en alleen het welzijn van "len staat dient en die ontstaan is uit het bloedoffer van tienduizenden Spaansche studenten. Tegenspraak van Engelsche zijde. De Duitsche radio, aldus wordt in een me- dedeeling van het Foreign Office gezegd, doet het voorkomen, alsof het aan de Pool- sche nationale bank behoorende goud, dat voor de Duitsche bezetting uit Polen werd verwijderd, door de Britsche regeering aan Turkije zou kunnen worden overhandigd. Dit, aldus de mededeeling, is volkomen on waar. Het goud is eigendom van de Poolsche regeering, welke uitsluitend bevoegd is, er over te beschikken. Uit het bloedoffer van tiendui zenden studenten. De universiteit van Madrid, die sedert het begin van den Spaanschen burgeroorlog in 1936 gesloten was, is Maandag feestelijk heropend. De studentenhom! der Falange woonde de plechtigheid bij. De minister van onderwijs, Ibanez Martin, sprak de feestre de uit en behandelde daarin de geschiede nis van de Spaansche geesteswetenschappen. Hij legde er den nadruk op, dat het Spanje Aanvulling 5 pit. In November van het vorig jaar is al dus meldt het Duitsche Nieuwsbureau den Joden in Duitschland de betaling van een contributie van een milliard rijksmark opge legd. De heffing werd destijds vastgesteld op 20 procent van het vermogen. Een beperking of uitbreiding van de verplichting tot beta len was voorzien voor het geval, dat de op brengst van een milliard rijksmark over schreden of niet bereikt zou worden. Uit hetgeen tot dusver binnengekomen is, blijkt, dat het bedrag van een millioen rijks- mark niet bereikt zal worden. Ter aanvulling van de opbrengst is door een verordening van den rijksminister van financiën de hef fing verhoogd van 29 tot 25 pet. van het ver mogen. Het verschil van 5 pet. vervalt den 15den November 1939. Bemanning gered. Gisteravond om half negen is op ongeveer vijf K.M. beoosten Urk een tankscheepje, dat gesleept werd door de sleepboot „Albert 1" van de firma Hoekman op Urk, tijdens storm weer omgeslagen en geheel onder water ver dwenen. De beide opvarenden, schipper De Boer van Urk en zijn knecht, konden op de sleepboot worden overgezet. De tankboot kwam van de Zuiderzeewer ken, waar het nabij den dijk had gelost, en was op weg naar de haven. Het gezonken schip levert gevaar voor de scheepvaart op. Het ligt ongeveer vijftig meter buiten den wal, tegenover den steiger van Blankevoort. Nog steeds wappert boven de Rijkskanse larij de standaard van den Fuehrer, een ze ker teeken, dat Hitier in de Duitsche hoofd stad vertoeft, ondanks het feit, dat er nu al tien dagen verloopen zijn, sinds den datum, dat hij officieel naar het Westfront vertrek ken moest, zegt de corr. van de N.R.Ct Dag in, dag uit brengt von Papen, de met spoed uit Ankara teruggeroepen Duitsche gezant, bezoeken aan Hitier en er is dus niet veel scherpzinnigheid voor noodig om de gevolgtrekking te maken, dat het verblijf van Hitier in de Rijkshoofdstad voor een groot deel verband houdt met het afgesloten driezijdig verdrag tusschen Engeland, Frank rijk en Turkije. Ongetwijfeld ziet Duitschland daardoor zijn drang naar het Oosten belemmerd, maar vragen wij ons af, zou tengevolge daarvan niet een grooter gevaar Duitschland bedrei gen? Het is immers een feit wij wezen daar op reeds eerder dat vooral Italië's positie door dit verdrag is gewijzigd en wel zóó, sterk, dat een Italiaansche actie in den Bal kan, gericht tegen de Duitsche aspiraties, niet denkbeeldig moet worden geach' Vermelding verdient dan ook een Havasbericht uit Bern, dat wijst op een in een Hongaairsch blad gepu bliceerd bericht uit Belgrado waarin de mogelijkheid wordt onder oogen gezien van de bijeenroeping door Mussolini van een conferentie der staten van Zuidoost Europa, indien de Westersche mogendheden er in zouden slagen de nog tusschen Italië en Turkije bestaande tegenstellingen weg te nemen. Deze mogelijkheid is lang niet denkbeel dig. Zeker zullen Engeland en Frankrijk er veel voor over hebben om Ankara en Rome tot elkaar te brengen teneinde zoodoende Hitier de pas naar Oost en Zuid voorgoed af te snijden. En hier lijkt ons wel het zwaartepunt te liggen van de besprekingen, welke met von Papen en anderen te Berlijn worden gehou den. Hitier zal een tegenzet moeten doen! Maar welke? De wereld wacht opnieuw. Aanvallen op de Engelsche kust bracht den Duitschers zware of fers. DUITSCHLAND VERLOOR DE EERSTE RONDE. Van weling'«:chte Engelsche vloot- kringen worden thans bijzonderhe den medegedeeld, waaruit blijkt, dat de Duitsche luchtmacht in de afgeloo pen week minstens 16 bombarde- mentsvlegtuigen heeft verloren in de aanvallen op de Britsche kust en op Britsche schepen. Hieraan wordt toegevoegd, dat het werkelijke aantal vermoedelijk nog hooger is. Aan Britsche zijde zijn dertig dooden ge vallen, geen Britsch schip is verloren gegaan, doch eenige schade is aan gericht aan het oude slagschip „Iron Duke." Bij de aanvallen van 16 en 17 October heb ben, naar is vastgesteld,, de Duitschers acht toestellen verloren, vermoedelijk zijn nog twee toestellen omlaag geschoten en het is niet zeker hoeveel vliegtuigen hun basis hebben kunnen bereiken. Wat betreft de hernieuwde activiteit van de duikbooten wordt in welingelichte mari nekringen verklaard, dat hoewel de Britsche scheepvaart wederom verliezen heeft gele den, deze slechts 10 procent uitmaken van het verlies van dezelfde periode in 1917 aan aantal schepen en 21 procent van het ton nage. De conclusie is, dat Duitschland definitief de eerste ronde beeft verloren van zijn po ging een intense luchtoorlog toe te passen te gen de Britsche vloot en koopvaardij. De aanval op de Firth of Forth was de eerste aanval van moderne vliegtuigen in open strijd op moderne oo ogsschepen, voor zien van modern afweergeschut en geholpen door moderne jachtvliegtuigen. De zware ver liezen, welke de vijand heeft geleden, be wijzen, volgens de Ëngelschen, dat het zeer moeilijk is voor aanvallers te ontkomen aan het vuur van oorlogsschepen. POLITIERECHTER. (Zitting van Maandag 23 Oct.) Den Helder. EEN WINKELDIEVEGGE. Mej. C. J. v. D., die 25 Sept. reeds voor den Politierechter was verschenen wegens een winkeldiefstal stond thans nogmaals te recht. De ambtenaar der Reclasseering, de heer J. Wiggers uit Alkmaar, bracht een zeer gunstig rapport uit. De officier van justitie eischte f 15 boete subs. 15 dagen hechtenis en een voorwaar delijke gevangenisstraf voor den tijd van 2 maanden met een proeftijd van 3 jaren. De Politierechter Mr. Krabbe vonnis wij zende, veroordeelde verd. tot f 10 boete, subs. 10 dagen en een voorwaardelijke gevange nisstraf voor den tijd van 1 maand met een proeftijd van 2 jaar. Wieringermeer. EEN JASSENDIEF. Noch verdachte, noch de getuige waren verschenen. Het bleek, dat een zekere P. J. S. tegen wien verstek werd verleend, te Wie ringermeer een jas had gestolen van een zekeren Th. H., aldaar. Tegen den niet ver schenen getuige werd acte verleend. Mr. Krabbe merkte op, dat verd. geen blanco strafregister had, waarop de officier van justitie mr. v. d. Feen de Lille één maand gevangenisstraf eischte. Daar verdachte een buitengerechtelijke be kentenis had afgelegd, werd verd. conform den eisch veroordeeld. War men'huizen. DWARS. Een zekere J. C. K. uit W'armenhuizen, die ooj^ al niet was verschenen, had op 9 Augus tus niet voldaan aan het bevel van de po litie om af te stappen. Twee veldwachters hadden in de Dorpsstraat aldaar post gevat om de rijwielbelasting te controleeren. De gemeenteveldwachter H. P. de L. en de rijksveldwachter C. Sch. legden verklaringen af, waaruit bleek, dat verd. was doorgereden en toen hij werd achterhaald, bleek hij geen belastingmerk te hebben. De Officier eischte een gevangenisstraf voor den tijd van veertien dagen. Mr. Krabbe achtte een vrijheidsstraf nog niet op z'n plaats, daar verd. nog nimmer was veroordeeld en legde verd. een geldboete op van f 15.subs. 10 dagen hechtenis. Zuidscharwoude. SCHELDEN OM EEN GULDEN. In den nacht van 6 op 7 Augustus was verd. P. J. H. tijdens de kermis aanwezig in een café te Noordscharwoude. Hem werd ten laste gelegd, dat hij een zekere mej. J. P. aldaar had uitgescholden. De getuige mej. J. P. uit Nieuwe Niedorp had twee jaar geleden aan verd. een gulden geleend. Hadt U zoo'n goed geheugen? vroeg mr. Krabbe. Als 't nu 2 jaar geleden was, hadt U hem niet op een dansavond moeten ma nen. Get. vertelde verder, dat verd. haar had uitgescholden. Maar U bent al meer veroordeeld, merkte de Politierechter op tot verd. De Officier van Justitie, mr. v. d. Feen de Lille zeide, dat verd. erkende en eischte f 14 boete, subs. 7 dagen hechtenis. Mr. Krabbe vond de houding van get. ook niet in den haak en veroordeelde verd. tot f 10 boete. subs. 5 dagen. Wieringen. VIEZERIK. Mej. J. de J. uit Wieringen had haar vriendin, mej. M. G„ eveneens te Wierin gen woonachtig uitgescholden voor „vieze rik". Verd. liet verstek gaan, maar mej. M. G. als get. gehoord, bevestigde een en ander. De Officier van Justitie, mr. v. d. Feen de Lille, eischte f 12 boete subs. 6 dagen en conform dezen eisch werd verd. veroor deeld. Callantsoog. HIJ WAS ANTI-MILITAIRIST. In den nacht van 5 September van 2 tot 4 uur had verd. H. J. J. te Callantsoog al daar van den burgemeester een oproep ont vangen, om ten Raadhuize dienst te doen. Verd. had daaraan niet voldaan. k ben anti-militairistzeide verd. Maar dit was geen militaire dienst, maar in het belang van de Luchtbescherming, merkte mr. Krabbe op. Wie zegt, dat we beschermd zijn? vroeg verd. Laat dat nu aan de autoriteiten over. Als getuige werd gehoord de burgemees ter van Callantsoog.' die vertelde, dat deze verd. niet aan den oproep wilde voldoen. U schijnt maar niet in te zien, dat U zich aan het gezag heeft te onderwerpen, zeide mr. Krabbe tot verd. De officier requisitoir nemend, achtte het onjuist dat deze verd. op z'n stuk bleef staan. Hij is niet tot andere gedachten te brengen. Mr. v. d. Feen de Lille requireerde een gevangenisstraf voor den tijd van vier maanden. U bent al drie keer wegens ver zuim van militairen dienstplicht veroor deeld, zeide Mr. Krabbe. U heeft zich daar aan te houden. De Politierechter veroordeelde deze verd. tot een gevangenisstraf voor den tijd van vier maanden. Voor eenzelfde feit stond daarna terecht verd. H. H. uit Callantsoog. Deze verd. zeide dat hij niet wist, dat hij aan den oproep moest voldoen. Principieel was verd. niet direct tegen den militairen dienst. Ook in dit geval legde de burgemeester R. getuigenis af. De gem.veldwachter zeide, dat verd. er niet aan deed. Dit is dus een ander geval dan het vori ge, meende Mr. Krabbe. De officier eischte tegen dezen verd. een gevangenisstraf voor den tijd van 2 maan den. In tijd van oorlog moet iedereen waak zaam zijn; anders marcheert de boel niet, meende Mr. Krabbe en veroordeelde verd. tot 2 maanden gevangenisstraf.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 6