Tc kort opslagruimte
voor voldoenden graanvoorraad
Wolprijs
nog niet bepaald
Minister weerlegt
verwijt
Steenkolen voorraad
bevredigend
VxyeJ&ol
Programma voor
12 en 19 November
Toegang tot de
Oostzee afgesloten
Arrondissements rechtbank
tc Alkmaar
Dus nog hoop in
Noord Holland!
PUBLICATIE
Duitsche huisvrouw
kan dikker boter smeren
Vaccine tegen wondklem
ontdekt
Stormvaart van
100 k.m* per uur
Zuid-Afrika actief
in den
°orlo$
VEEVOEDER ONDERWEG
NAAR ONS LAND.
Heeft Nederland tijdig voorraden
voedsel en grondstoffen ingesla
gen? Deze vraag is, sinds de oor
log uitbrak, meermalen op criti-
schen toon gesteld. De minister
van Economische Zakenmr. tl.
P. L. Steenberghe, heeft thans in
een persconferentie de op de re
geering uitgeoefende critiek trach
ten te weerleggen. „Noodzakelijke
voorraden voor een redelijken ter
mijn zijn wel degelijk gemaakt
en hiervoor zijn millioenen uitge
geven" aldus de minister, dien
wij hieronder verder aan het
woord laten.
Mr. M. P. L. STEENBERGHE.
„Aan het aanleggen en het houden
van grootere voorraden waren gren
zen gesteld door de financieele mo
gelijkheden. Om een enkel voorbeeld
te noemen, zou voor een voorraad
graan, veevoedergraan inbegrepen,
voor 1 jaar een kapitaalsuitgave
voor den aankoop van pl./m. f 73
millioen noodig zijn geweest, terwijl
de rente over dat bedrag f 2.190.000
per jaar zou hebben bedragen.
Do opslagkosten, waarvoor .slechts een
zeer globale berekening mogelijk is, zou
den voor zoo'n voorraad naar schatting
f 16.000.000.per ajar hebben bedragen.
GEEN SILO'S GENOEG.
Afgezien echter van de bezwaren van fi
nancieele aard bestaan tegen een zoodani-
gen grooten voorraad ook technische en
economische bezwaren. Om eens een voor
beeld te noemen:
De opslagcapaciteit van graan is
niet groot genoeg voor eenigszins
omvangrijken voorraad van bijvoor
beeld 1 jaar. Er zouden meer silo's
moeten zijn bijgebouwd, waarmede
groote bedragen zouden zijn ge
moeid. Deze silo's zouden weer
leeg komen te staan, wanneer de
noodzaak voor het houden van
groote voorraden niet meer zou be
staan. Een zoodanige overcapaci
teit zal wellicht een nadeeligen in
vloed uitoefenen op de opslagtarie
ven en daarmede op de positie van
de veemen.
HANDEL MAG NIET WORDEN
UITGESCHAKELD!
Overigens moet men bedenken, dat het
tijdstip van het uitbreken van een oorlog
nu éénmaal niet valt te voorspellen, zoodat
de regeering, indien zij een keer begonnen
is met het aanleggen van groote voorraden
te bevorderen, daarmede jarenlang zou moe
ten voortgaan. Jarenlang zal men dus
groote voorraden aanwezig weten, die even
tueel geregeld moeten worden ververscht.
In het algemeen heeft dit een prijs-
drukkenden invloed op de markt,
hetgeen tot gevolg heeft, dat de
handel minder geneigd zal zijn te
koopen. Meer en meer zal de re
geering dan genoodzaakt zijn zelf
te koopen met geleidelijke terzijde-
schuiving van den handel, hetgeen
juist niet de bedoeling is.
ONZE VEEVOEDER POSITIE.
Zooals ook reeds in mijn radiorede van
24 October 1.1. is betoogd, is de politiek van
de regeering er op gericht, dat de land
bouw een redelijken prijs voor zijn produc
ten ontvangt. Met de verhoogde werkzaam
heid van den Landbouw voorlichtingsdienst
wordt voorts beoogd zooveel mogelijk uit
den vaderlandsehen bodem te halen voor
een zoo goed mogelijke voedselvoorziening.
Niettemin blijven we, zij het ook in min
dere mate dan in 1914, afhankelijk van
den aanvoer van grondstoffen uit 't buiten
land, in het bijzonder geldt dit voor het
veevoeder. Vandaar dat juist het vraag
stuk van de veevoedervoorziening de volle
aandacht van de regeering heeft.
Wat de genomen maatregelen betreft
moge allereerst worden gewezen op de aan
zienlijke regeeringsaankoopen van buiten-
landsche tarwe, welke reeds lang voor den
oorlog hebben plaats gehad.
Bovendien is sedert 1 September
door de bemoeienissen van de re
geering een groote hoeveelheid
graan uit het buitenland aange
voerd. terwijl momenteel nog aan
zienlijke hoeveelheden graan en
andere veevoeders onderweg zijn
naar ons land.
Alles bijeengenomen kan worden gezegd,
dat onze veevoederpositie thans niet on
bevredigend is, hoewel uiteraard door de
groote afhankelijkheid van het buitenland
onder de huidige omstandigheden voor de
toekomst niets met zekerheid valt te voor-
voorspellen."
De minister besprak nog enkele andere
punten, waarvan wij elders in dit blad mel
ding maken.
„Texelsche landbouworganisaties
trachten ons comité te torpedee-
ren", aldus de heer Sijbr. C. Eel-
man.
Gistermorgen werd in hotel „de
Oranjeboom" te Den Burg een ver
gadering gehouden van wolhouders
in deze gemeente. De bijeenkomst
werd door ongeveer 30 personen bij
gewoond. De voorz. de heer Sijbr. C.
Eelman deelde mede dat deze bijeen
komst was belegd om aan de wolhou
ders mededeeling te doen van de
werkzaamheden van het comité. In
de allereerste plaats wilde de heer
Eelman dank brengen aan den heer
Scholten uit Alkmaar, die 't comité
krachtig heeft bijgestaan en er bij
zonder de aandacht op had gevestigd,
dat vooral ook in N.Holland zeer
vele belanghebbenden zijn in den
wolhandel.
Juist op tijd.
Spr. begon dan met voorlezing van een
schrijven van den 9 Sept. aan den Minister
van Economische Zaken en toonde aan de
hand van verschillende hierop ingekomen
brieven aan, dat men juist nog op tijd ge
weest is om een vaststelling van een prijs
van 80 cent per Kg. te voorkomen. Vervol
gens wees de heer Eelman op de werkzaam
heden, die waren verrieht in verband met
het losmaken van de prijsbepalingen voor
den handel en voor particuliere wolhouders
Spr. had er n.1. de aandacht op gevestigd
dat er op Texel wolhandelaren zijn, die zeer
veel wol uit andere streken van ons land
hadden geimporteerd.
De heer Eelman wees er op, dat 't hier
niet alleen 't veehoudersbelang gold, maai'
een algemeen belang, Immers heel Neder
land vooral in dezen oorlogstijd heeft er
groot belang bij dat de wolveehouderij in
tact blijft en als de toestand blijft zooals hij
de laatste jaren was, zal dit onmogelijk gaan
omdat er al jarenlang veel te weinig voor
de wol is betaald. Er zijn vele wolhouders,
die van drie jaar wol hebben liggen en 't
zou een zeer belangrijke steun zijn, aldus
spr., indien nu een redelijke prijs, dien wij
op f 1.50 hebben beoordeeid, zal worden uit
betaald.
Te weinig invloed van de wol
producenten.
Spr. deed ook voorlezing van de hem toe
gezonden voorwaarden van wolvordering,
hem toegezonden door 't Rcgelingsbureau
voor wolvordering. Deze Regeling had men
genoemd Wolvoorziening en uit de onder-
teekening bleek dat deze zaak geheel in
handen zit van den Wolhandel on Textiel
Farikanten. Genoemd werden de namen
van den heer Spaendonck, A. M. Hart. En
Mutseart, ook de heer Govers heeft zitting
in dit comité. De heer Eelman verlangde
meer invloed in een dergelijk lichaam van
de wolproducenten.
Vragen aan den minister.
Vervolgens deelde de heer Eelman mede
dat de heer Scholten hem er op had gewe
zen, dat men zich in 't belang van de Vee
houders moest wenden tot een Kamerlid,
die dan enkele vragen aan den Minister
zou kunnen stellen. Hiertoe had men het
Kamerlid v. d. Weijden bereid gevonden.
Eerstdaags zal men de met dezen heer opge
stelde vragen in de pers kunnen lezen. Ten
slotte betoogde spr. dat men door de ge
voerde actie heeft bereikt, dat al is de wol
vordering geregeld, voor de producten nog
geen prijs is bepaald.
Uitbetaling gevorderde granen.
Verder is de heer Eelman, daartoe aan
gezocht door vele Landbouwers van Texel
en elders, een actie begonnen voor snel
lere uitbetaling van ingevorderde granen
(ook is tegelijkertijd actie gevoerd voor
uitbetaling van de nog te vorderen wol.) 't
Was Spreker gebleken dat vele landbouwers
financieel in moeilijkheden verkeeren, om
dat de uitbetalingen zoo lang op zich laten
wachten. De door hem gevoerde actie heeft
tengevolge gehad dat heden reeds f 100.000
voor de granen wordt uitbetaald. Spr. had
gewerkt voor directe uitbetaling van 75%
doch dit bleek niet mogelijk. Evenwel had
spr. een schrijven ontvangen, waarin werd
toegezegd, dat, wanneer er landbouwers
zijn die door vertraagde uitbetaling in moei
lijkheden zijn, deze terstond zulen kunnen
worden geholpen.
Tevens besprak voorzitter nog even de
belangen van de aardappelbouwers, waar
voor spr. ook werkzaam zal zijn; hierover
zullen later meer mrdedeelingen worden
gedaan.
In verband met deze zaak en de uitbe
talingen van Granen zal dezer dagen een
vergadering worden gehouden te Purme
rend. Vermoedelijk Zaterdag a.s.
Geen medewerking van Texelsche
landbouw-organisaties.
Ten slotte besprak voorzitter de
houding van de Texelsche Land-
bouw-organisatie's in dit verband.
Men heeft getracht ons comité te
torpedeeren, zei spr. doch zelf doen
ze niets.
In verband hiermede vestigde spr. de aan
dacht op de thans gevoerde actie met ver
melding van het resultaat van Regeerings
steun voor de wolveehouders.
De heer Eelman wees er op dat hij voor
't afkomen van dien steun persoonlijk een
gesprek met dr Colijn heeft gehad Het voor
nemen bestond toen om den steun op de
helft van 't uitbetaald bedrag vast te stel
len. Ik heb toen, zei de heer Eelman, be
toogd dat dit bedrag niet half voldoende
was.
Tevens noemde spr. 't een schan
daal dat de organisatie's 1 pet. is
f 1400 hebben ingehouden van het
bedrag dat moest worden uitbetaald.
Spr. had deze zaak in de Haag be
spraken en daar was men 't met
hem eens. Nu is aan 92 kleine scha
penhouders niet uitbetaald en hier
voor was naar spr.'s meening een
regeling te treffen geweest.
Hierna volgde sluiting.
VERPLICHTE AANSLUITING B.OTER-
BEREIDERS.
Van officieele zijde deelt men ons het vol
gende mede:
Aangezien op 3 September 1.1. in werking
is getreden de regeling, waarbij de uitbeta
ling der industrieel verwerkte melk aan de
veehouders naar vetgehalte verplicht wordt
gesteld, is de noodzakelijkheid gebleken,
wederom het bereiden van boter afhanke
lijk te stellen van het aangesloten zyn bij
do Nederlandsche Zuivelcentrale. afdeeling
Zuivel, als boterproducent Zulks blijkt uit
artikel 4, van het Crisis-Zuivelbesluit 1935 I,
zooals dit laatstelijk is gewijzigd bij Ko
ninklijk Besluit van 23 October 1939, no. 5
(Staatsblad no. 679 N.N.).
Dit geldt echter niet voor de bereiders
van schapen of geitenboter, de zelfkazendc
melkveehouders en hen die niet fabriekma
tig boter bereiden.
Zij, die destijds door genoemde Centrale
als boterproducent toegelaten waren en de
ze toelating niet hebben opgezegd, behoe
ven generlei formaliteiten te vervullen,
daar zij ook thans nog als toegelaten boter-
producenten beschouwd worden Degenen
echter, die deze toelating opgezegd hebben
of sinds 1 Jauari 1938 eerst met de boter-
bereiding zijn begonnen en die niet behoo-
ren tot de vermelde categorieën, ten aanzien
waarvan de bepaling niet geldt dienen zich
ten spoedigste aan te melden bij de Neder
landsche Zuivelcentrale, afdeeling Zuivel,
Laan van Meerdervoorf 84, te 's-Graven-
hage. telefoon no. 390125.
's-Gravenhage, 6 Nov. 1939. (Adv.)
Uitvoer beperkt.
Op een vraag, of onze kolenvoorraden op
dit oogenblik nog verkoop van Nederland
sche kolen naar het buitenland wettigen,
heeft de minister van Economische Zaken
verklaard, dat de voorraadpositie van steen
kolen hier te lande bevredigend is, mede
dank zij de groote aanvoeren in de afgeloo-
pen maanden. Behalve met de voorraadpo
sitie moet bij de beoordeeling van de uit-
voermogelijkheden rekening gehouden wor
den met den invoer en de productie van steen
kolen. Wat de invoerpositie betreft, deze is
in de maanden September en October gunstig
gebleven. Daarentegen onderging de produc
tie een vermindering door het mobiliseeren
van een groot aantal mijnwerkers. Als ge
heel genomen is de toestand aldus, dat een
controle op den uitvoer noodzakelijk is, doch
dat deze niettemin voortgang kan vinden,
zij het ook met een niet onbeteekenende be
perking. Er dient nog te worden bedacht,
dat enkele van de landen, waarheen een be
langrijk deel der Limburgsche kolen wordt
uitgevoerd, ook thans nog tot de voornaam
ste kolenleveranciers van de Nederlandsche
markt behooren.
ANTI-HONGAARSCHE PROPAGANDA.
In de Weensche straten zijn aanplakbiljet
ten verschenen, waarop een Duitsche soldaat
staat afgebeeld, die een enkel stukje brood
in de hand houdt en een Hongaarsch boeren
meisje met een mand vol brooden. Het on
derschrift luidt: „Hoe lang kunnen wij dit
nog aanzien?"
Voor Zondag a.s. zijn door den K.N.V.B.
volgende wedstrijden vastgesteld:
de
Suc
Afdeeling L
B: ZaandijkO.S.V.; Z.F.C.W.F.C.,
cesPu mie rs t e ij n.
E: H.R.C. 3—B.K.C.
G: Uitgeest—D.T.S., Alkmaarsche Boys 2—
C.S.V.
Het programma voor 19 November luidt.
Afdeeling I:
B: H.R.C.O.S.V.; HollandiaAlcmana v ie
trix; W.F.C.Purmersteyn; Zaandijk-
Succes; Z.F.C.—West-Frisia en Alkm
BoysHelder.
E: WatervogelsHelder 2; Schagen—Ou
desluis- B.K.C.—Wieringerwaard; H.R.C
2Atlas.
G: N. NiedorpD.T.S.; Alcm. Victrix 2—
C.S.V.; Uitgeest—Alcm. Victr. 3; Alkm
Boys 2—Bergen.
AAN DEN ZUIDELIJKEN INGANG
VAN DE SONT. 300 MIJNEN
DRIJVEN LOS IN DE SONT.
OPWINDING IN ZWEEDSCHE
REEDERSKRINGEN.
Door de uitbreiding van het Duitsche
mijnveld ter hoogte van Falsterbö aan den
zuidelijken ingang van de Somt is de toe
gang tot de Oostzee feitelijk afgesloten, het
geen in Zweedsche reederskringen opwin
ding veroorzaakt heeft. Men zegt, dat in
het gebied, waar geen mijnen liggen, het
water slechts diep genoeg is voor schepen,
die niet zwaar beladen zijn. De Zweedsche
ladingen zullen, aldus zegt men, dus van
de havens aan de westkust moeten vertrek
ken, wat treinkosten medebrengt.
De reeders zijn verder ongerust tenge
volge van de berichten over een strengere
Britsche controle op de uitgaande schepen.
Het feit, dat Duitschland heeft be
sloten tot uitbreiding van zijn mij
nenveld tot op 3 zeemijlen uit de
kust, heeft grooten indruk gemaakt;
het is immers bekend, dat Zweden
al sinds onheugelijken tijd als
grens van het territoriale gebied
een afstand van 4 zeemijlen uit de
kust heeft aangenomen.
300 MIJNEN IN DE SONT.
Naar schatting bevinden zich thans 300
drijvende mijnen in de Sont. Gisteren
waagden zich maar weinig schepen in dit
vaarwater. Verscheidene mijnen zijn aan
gespoeld en ontploft, zoodat veel ruiten ver
nield werden. Het geluid der ontploffing
werd tot in de buitenwijken van Kopenha
gen gehoord. Tot dusverre zijn minstens 30
dooden aan de Deensche Oostkust aange
spoeld.
In verband met de aanwezigheid der
mijnen is het passagiersvervoer tusschen
Kopenhagen en het eiland Bornhotm in
beide richtingen gestaakt. De hotels aan de
kust doen steeds minder zaken, aangezien
verscheidene op de kust aangespoelde mij
nen tot ontploffing zijn gekomen. Eenige
mijnen zijn in Kastrup, in de buitenwijk
van Kopenhagen aangespoeld. Minstens
dertig mijnen zijn aan land gedreven aan
de oostkust van Denemarken.
Rantsoenen verdubbeld.
In verband met de gunstige ontwikkeling
van den aanvoer worden de levensmiddelen
rantsoenen in Duitschland met ingang van
20 November aanzienlijk verhoogd. De ver
hooging geldt in de eerste plaats de boter-
rantsoenen, welke soms bijna 'verdubbeld
worden. Bovendien zal een bijzondere toewij
zing van vleesch, boter, eieren, rijst, peul
vruchten en chocolade geschieden. De rant
soenen voor kinderen ondergaan een speciale
verhooging.
Gevreesde ziekte in oorlogstijd.
Er is een vaccine tegen tetanus (wond-
klemj ontdekt. De academie van weten
schappen te Parijs heeft de kennisgeving
ontvangen, dat Ramon en Lemayer erin
geslaagd zijn dit vaccine te maken. De ex
perimenten hebben bewezen, dat het vac
cine mensch en dier een sterke en duur
zame immuniteit verleent tegen tetanus.
Deze ontdekking is van zeer bijzonder
belang in den huidigen oorlogstijd, nu te
tanus een der meest gevreesde ziekten
voiTnt.
Aan Amerika's oostkust.
De oostkust der Vereenigde Staten is
geteisterd door een storm, zoo hevig, als se
dert den orkaan van September 1938 niet
was voorgekomen. De storm eischte eenige
slachtoffers en richtte materièele schade
aan. De wind bereikte een snelheid van 100
k.m. pe ruur en belemmerde de kustvaart
en het luchtverkeer. Verscheidene vis-
schersvaartuigen werden op de rotsen ge
worpen en men verkeert in ongerustheid
omtrent het lot van drie scheepjes, die elk
een tiental mannen aan boord hebben.
Opleidingsschool voor vlieB.
bemanning.
In verscheidene deelen van Zuid Af
zullen, krachtens een overeenkomst 3
Britsche regeering, speciale opleidingssrK
voor vliegtuigbemanningen worden
richt. Op groote schaal zal begonnen waP^
aan de opleiding van vliegtuigbestu,,,!?e»
fotografen en bedieners van vliegtUj„ a,eb
Deze mededeeling ging vergezeld
opmerking, dat Zuid-Afrika zich met de i
ste toewijding voorbereidt op een moer
actief aandeel in den oorlog. Maatre
voor de kustverdediging van Zuid-Afrika.1:»
reeds getroffen. a
POLITIERECHTER
(Zitting van Maandag 6 November)
Den Helder.
EEN RARE SINJEUR.
Het was een flinke, stevige kerel verd
J. B. uit Den Helder, die in Maart i'n beti v
king was gekomen bij een zekeren M. B a
in genoemde stad een groentenzaak had
Verd. had zich als bediende van B r,Pr)
rende het tijdvak van Maart tot Juni, een
drag van ongeveer f 100.toegeëigend
Ofschoon verd. voor de politie had beken,)
en deze bekentenis had onderteekend
kende hij thans.
De politierechter Mr. Krabbe meende h
verd. een rare sinjeur was. Immers, toen
ontslagen was, heeft u een heelen nacht m]
uw schoonvader, die u zoo'n goed voorbed]
geeft, doorgeboemeld.
Get. M. B., van beroep grocntenhandelaa-
vertelde, dat sedert 17 Maart verd. voor
tweede maal bij hem in betrekking kwam
De eerste maal had get. niets gemerkt, maa
na 17 Maart kwam get. steeds geld tekort
Aan de hand van het kasregister had get
dit geconstateerd.
De heer Wiggers, reclasseeringsambtenaar
te Alkmaar, noemde het een slechte daad
van verd. om zijn patroon te bestelen. Hij j.
met zijn schoonvader in slecht gezelschap m.
komen. Verd. heeft het geld uitgegeven om
sigaretten te koopen en biertjes te drinken
Eigenlijk had Mr. Wiggers een beetje mede
lijden met verd. Een voorstel kon de Reclas
seeringsambtenaar niet doen.
De Officier van Justitie, mr. v. d. Feen de
Lille zegt, in zijn requisitoir, dat verd. hier
ontkent, doch bij de politie en ook bij den
heer Wiggers heeft verd. het misdrijf be
kend. De Officier moet aannemen, dat verd
geld heeft weggenomen, al staat het bedraa
dan ook niet vast. Mr. v. d. Feen de Lille
ei&cht een gevangenisstraf voor den tijd van
drie maanden.
De verdediger, mr. dr van Leeuwen, zeide
in zijn pleidooi, dat hier niet bewezen kon
worden geacht dat zijn cliënt het bedrj?
van f 100 had verduisterd. Al moge het over.
tuigend bewijs geleverd zijn, met het wette
lijk bewijs is dit niet het geval. Spr. wilde
de zaak nader doen onderzoeken door den
Rechtercommissaris.
De Politierechter heeft hier geen bezwaar
tegen en wil de zaak in handen stellen van
den Rechtercommissaris,
Wieringen.
EEN LIEVE SCHOONZUSTER.
Mej. A. K., wonende te Wieringen, die ver
stek liet gaan. bleek geen katje te zijn om
zonder handschoenen aan te pakken, dat
bleek wel uit de verklaring van haar zwa
ger S. R. uit Wieringen, die door verd. op
leelijke wijze was uitgescholden. Het drama
had plaats gehad op 6 September j.1.
De Officier achtte het ten laste gelegde
wettig en overtuigend bewezen en eischte
f 14 boete subs. 10 dagen hechtenis.
De Politierechter veroordeelde verd. bij
verstek tot f 10 boete, subs. 5 dagen.
Den Helder.
WEDERRECHTELIJK BINNENDRINGEN.
Het kwam feitelijk niet vast te staan,
waarom verd. H. B. uit den Helder te Huis
duinen was binnengedrongen in de woning
van Mej. I. B., die van hem een café had
gehuurd. Verd. had zijn vrouw opgetild en
zoo de pin van de serre eruit gehaald.
Verd. deed een omstandig verhaal, dat goj
het perceel had onderverhuurd aan een of
ficier, maar get. mej. I. B. betwistte zulks
Het is wel waar, zei verd., er werd kwistig
met water omgegaan.
Dat waren de bovenburen; vertelde get.
U had daar niet wederrechtelijk mogen
binnenkomen; zeide de politierechter.
Getuige en verdachte raakten daarna
debat, waarna de politierechter hamerde en
beide kemphanen er op wees, dat ze hu»
mond hadden te houden.
De Officier wees er in zijn requisitoir of>
dat verd. B. geen onbekende was voor
rechtbank, dan voor dit en dan voor <w-
Het wordt een staalkaart van alle mogeltP
zaken. Wat, verd. had gedaan, was ontoe
laatbaar. De Officier eischte een geldboet
van f 30, sub. 15 dagen. Verd. beweerde on
schuldig te zijn.
De Politierechter was een andere me
ning toegedaan en veroordeelde verd.
f 30 boete. subs. 20 dagen hechtenis.
Harenkarsp e 1
DAT MOCHT NIET!
Op 15 September had verd. K. R.
maar met schipper P. K. een vat petrolleu
inhoudende 185 L. meegegeven om e
leveren aan den landbouwer H. H. te
renkarspel.
Get. II. had een leeg vat meegekrege]1'
Eerst leverde verd. niet af, doch OP
September was het vat geleverd. e
Wist u niet, dat dat niet mocht? vr0^
mr. Krabbe.
Daar wist ik niks van; zeide get.
Maar nu weet u het wel; het is oorlog6
tijd nietwaar! aldus de Politierechter.
De officier requisitoir nemend, eisc
een geldboete van f 10.— subs. 10 dagei
hechtenis.
Mr. Krabbe achtte overtreding der
sterwet bewezen en veroordeelde verd.
f 5.boete, subs. 2 dagen hechtenis.