SALON Oecumenische Kerstwijdingsdienst As-onthullingen 4*6 graden onder 0 Maandag 18 December 1939 Tweede Blad ftadinluwJi Een dappere daad beloond Hedenmorgen 8 uur Schaatsen uit 7 vet Goedkoopc kerstpostpaketten voor gemobiliseerden Mijn zaak is een fijne zaak m, l3 Uitvoering van het M.S*F» MANSHANDEN „Klaar voor onder water": Zaterdag 23 December in Casino Zilveren eere-kruis voor moed uit gereikt aan den stoker-olieman Kal jé. Zaterdag had in het Troephuis van de Pad vinders op het Dijkje een korte plechtigheid plaats. In tegenwoordigheid van verschillende leden van het plaatselijk Bestuur en van deputaties's van verschillende padvin- dersgroepen in Den Helder werd aan den diepzeeverkenner W. J. P. Kaljé, stoker olieman aan boord van H. Ms. kruiser „Sumatra", het Zilveren Eerekruis voor Moed namens het Hoofdkwartier van de Vereeniging „De Nederlandsche Padvin ders", uitgereikt door den w.n. D.C. voor het Noorderkwartier, den heer L. N. A. v. d. Plank. Nadat de voorzitter van de plaatselijke af- deeling met een kort woord de plechtigheid had geopend en nadat het ceremonieel van het vlagbreken had plaats gevonden, spreekt de D.C. den heer Kaljé toe: Bij zijn installatie legt een jonge padvinder (Welp) onder meer de volgende belofte af „lederen dag een goede daad te doen". Dit is misschien wel het mooiste, maar ook het moeilijkste wat van een mensch gevraagd kan worden, vooral waar het natuurlijk de bedoeling is deze daad te verrichten zonder de bijbedoeling daarvoor een belooning te ont vangen. De diepzeeverkenner Kaljé heeft zon der zich om eigen leven te bekommeren, een meisje gered uit een Amsterdamsche gracht en is na die redding heengegaan, zoo snel, dat het Amsterdamsche publiek niet geweten heeft wie die redding heeft verricht. Hij deed zijn goede daad en vond deze van zelfsprekend. Het Hoofdkwartier heeft ech ter gemeend, een herinnering aan deze daad te moeten uitreiken en de D.C. speldt hem nu het Eerekruis voor Moed op de borst, daaybij de hoop uitsprekend, dat hij dit mag dragen op zijn militaire uniform, tevens stelt hij den heer Kaljé tot voorbeeld voor alle Ne derlandsche padvinders. Nadat de Voorzitter van het plaatselijk Bestuur de heer Kaljé eveneens geluk- wenscht heeft met deze onderscheiding, wordt deze bijeenkomst door hem gesloten. Het is een koud week-end geweest, zóó koud, dat alle plassen, slootjes en andere stille wateren in en buiten de stad, ge stold zijn en bedekt met een al vrij dikke korst ijs. Gisteren zag men dan ook aller wegen de echte schaatsliefhebbers naar die plassen en slootjes trekken, om de eerste baantjes te maken. Van normaal ijsvertier was uiteraard geen sprake, maar zij, die genoegen wilden nemen met de enkele vierkante meters van de be vroren poelen en plassen, en dat was vooral de jeugd, konden hun hart op halen. En al moge dan de dooi weer in vallen (hetgeen overigens geenszins vast staat), zij zullen kunnen zeggen gereden te hebben. Wat de temperatuur betreft, heden morgen 8 uur bedroeg deze 4,6 graden onder het nulpunt. Dat was de laagste stand, die het kwik tot nu toe in deze vorstperiode bezeten heeft. Gedurende het week-end schommelde hij namelijk vrijwel constant om en nabij de 3. In den nanacht van heden zakte hjj toen plotseling tot 4,6. De groote vraag is thans: wat zal het weer doen? De barometer staat nog steeds gunstig, hoewel er een zekere tendens tot zakken niet ontkend kan worden. Men beschikt echter thans niet meer over voldoende gegevens om een eenigszins betrouwbaar weerbericht samen te stellen. Oorzaak daarvan is, dat de in oorlog gewikkelde mogendheden om redenen van strategisch belang deze berichten niet meer publiceeren. Ziedaar de directe gevolgen van den oorlog voor den in hoop en vreeze levenden Helderschen schaatsliefhebber Het lijkt er evenwel op, dat deze vorst periode nog wel even zal aanhouden en dan staat het als een paal boven water, Qat we misschien reeds vandaag, doch zeker morgen, o pde schaats komen. Mocht er, voordat de krant van morgen verschijnt, een baan ge opend worden, dan zullen wij dit direct per bulletin bekend maken. In ieder geval houde men de schaatsen gereed, opdat men kan uitrukken zoodra het sein: „ijs veilig" gegeven wordt. 's-Gravenhage, 16 December 1939. Wie van de gelegenheid gebruik wil ma ken, tegen het goedkoope tarief een Kerst postpakket aan gemobiliseerde vrienden of verwanten te zenden, zij er aan herinnerd, dat deze pakketten op 18, 19 of 20 December a.s. ter post dienen te worden bezorgd. Wie na den 20sten zijn pakket ter verzending aan biedt, moet weer het volle tarief betalen en riskeert bovendien, dat zijn pakket den ge adresseerde niet tijdig voor Kerstmis bereikt. Zooals men in ons nummer van Zaterdag gelezen heeft, werd Vrijdag het commandement der Marine verrast met een rijke verzameling warme kleedingstukken voor diegenen „onzer jongens", die op koude posten staan. Op de foto de verheugde „commissie van ontvangst", die de distributie ter hand neemt. Van rechts naar links: schout-bij-nacht H. Jolles, mevrouw Jolles, mevrouw Velderman en de adjudant van den commandant der Marine, de luitenant ter zee le kl. B. J. Velderman. (Foto F. Bosch). Er zit iets schoons in het eens per jaar gemeenschappelijk belijden van verschil lende Christelijke kerken van wat zij ge meenschappelijk bezitten. Er is ook onder de christenheid een vaak jammerlijke verdeeldheid, waardoor men de groote eenheid, die er ondanks alle kerkelijke en dogmatisch verschil bestaat, uit het oog verliest. En nu komen verschillende ker ken eens in het jaar, tegen Kerstfeest, het groote feest van de Christenheid, bij een om te getuigen van wat men gemeen schappelijk bezit in Christus als de Heer der Kerk. Er waren gisteren in de Westerkerk, op het Helden der Zeeplein heel wat belangstellenden voor dezen gemeenschappelijken dienst. De kerk was flink bezet. Onder de aanwezigen bevond zich ook Burgemeester Ritmeester. Inleidend woord pastoor Verliey. Het was de pastoor van de OudrKatholieké kerk, de Z.Eerw. heer H. J. Verhey, die na het uitspreken van het votum en gemeenschappe lijken zang van Psalm 24 5, in gebed voor ging, waarna hij het inleidend woord sprak. Daarin wees hij op den ernst van onzen tijd, waarin een sterk verlangen bij de gansche christenheid openbaar wordt tot toenadering, om te komen tot het groote ideaal van Chris tus: één kudde, onder één Herder. Zijn komst tóch had tot doel om te verkondigen, dat God een welbehagen had in het menschelijk ge slacht en om te vereenigen allen die verbonden zijn door de band der liefde tot één kudde, waarvan Hij Heer en Meester wil zijn. Door menschelijke zwakheid is dit ideaal niet be antwoord, toch moeten wij daarheen. De eene Herder is er, daarom is ook de eene kudde er, die 'eene kudde is er waar de eene Herder wordt gevolgd. Wij moeten ons er van bewust worden, dat de Goede Herder zijn werk voortzet en volmaakt tot op den huidigen dag. Hij gebruikt daartoe den mensch en uit dat besef is de oecumenische gedachte geboren. Wij moeten blijmoedig getuigen, dat wij, ondanks alle verschil, willen be- hooren tot één kudde en één Heer. Zij is nu meer dan ooit noodig, die eenheid, nu de gansche wereld dreigt ineen te storten. Wij moeten gevolg geven aan den oproep van Christus: „S'ta op en volg Mij". Die op roep komt tot ieder van ons, tot iedere Chris telijke kerk, opstaan en volgen, heelend en helpend, waar de wereld, die zoo groote be hoefte aan liefde heeft, die hulp vraagt. Ds. Enklaar: „De strijdende kerken". De volgende spreker was Ds. Enklaar. Ned. Herv. (Vrijz.). In deze dagen van verschrik king, aldus Ds. Enklaar, is één ding bhiven: het eeuwige Koninkrijk. We moeten in dezen tijd luisteren en beseffen, dat ons één ding altijd weer geschonken wordt, als een nieuw geschenk, de eeuwige Christus. Wanneer in onze dagen de menschheid haar leegheid en armoede gevoelt, is Hij de eenige waar genezing is te vinden. En nu vraagt men misschien: waar moet ik aankloppen? Waar overal strijd is, is ook in de kerken strijd, doch wij allen willen strijden den goeden strijd des geloofs. De heilige strijd om anderen te win nen voor Jezus Christus en Zijn liefdedienst. Dat is de strijd van alle strijdende kerken. Daarom dit optreden van verschillende voor gangers, opdat de leden van de kerken dit mede zullen verstaan. Het is niet de bedoeling te verdoezelen de bonte kleuren van groote verscheidenheid, maar we moeten gaan zien, dat alle kerken naar boven wijzen. Hoe dichter wij komen bij het evangelie van Christus, hoe dichter wij komen bij elkaar. Zooals de wereld een groote verscheidenheid toont en het gezin een eenheid vormt, niette genstaande de verscheidenheid van leden, zoo moeten de kerken een eenheid uitdragen en moet ieder op zijn post staan om te werken naar zijn gaven en vermogen, met deze weten schap, dat Christus voorgaat. Ieder moet in zijn kerk God verheerlijken en verkondigen, de Weg, de Waarheid en het Leven. Niet bui ten de kerk blijven staan en oordeelen wat niet moest zijn, want dat is onsociaal en onchriste lijk. We moeten niet vergeten, dat de kerk op aarde gevormd wordt uit aardsche men- schen en daarom gebrekkig is. Laat ons werken, opdat we allen één zijn in Hem en streven naar heiligheid des levens, door onzen kerkgang, door het lezen van den Bijbel, door gebed. Hoemeer wij dat verstaan, hoemeer wij zullen zijn voor de wereld. Ds. Jansen: „De gemeenschap der Heiligen". Ds. Jansen, Herv. predikant (Orthodox) begon eveneens met er op te wijzen, dat al mogen er nog zooveel kerkjes gevormd wor den, er is en blijft maar één kerk, de kerk van Jezus Christus. Als spr. het heeft over „de gemeenschap der Heiligen", dan moet hij beginnen met een misverstand recht te zetten. Dit woord wordt vaak misverstaan. De heili gen zijn geen menschen, die uitsteken boven anderen, het zijn geen Übermenschen. Heilig staat hier tegenover profaan, dat zijn de men schen, die niet anders denken dan aan de na tuurlijke dingen. Heilig wil zeggen verlichte menschen, waarover een stralenbundel van Gods heiligheid valt. Dat maakt alles anders. Alle geschapen schoonheid verdoft in Gods heerlijkheid. En die heerlijkheid komt tot ons in het evangelie van Jezus Christus. Hij is de Lichtbron, die allen vereenigd, wier oogen open gaan voor zijn Goddelijk licht. En allen op wie dit licht valt zijn de heiligen, die leven uit het wonder van de vergeving der zonden. Juist dit wonder van de vergeving drijft in zichzelf onheilige menschen tot volhardende zedelijke inspanning en diepe nederigheid. Hij weet zichzelf alleen heilig in Christus en uit dat besef groeit de gemeenschap onder en met elkander. Wat in ons vermogen is moeten wij doen om die eenheid te bevorderen. Begin daarmee bij uzelf. Ieder die in Gods licht wil komen moet beginnen met tot Jezus Christus te gaan om van Hem te ontvangen Zijn Waarheid en Liefde. Ds. Smidts: „Christus de Heer Kerk". Ds. P. J. Smidts (Doopsgezind) spreekt over het onderwerp: „Christus, de Heer der Kerk", waarbij hij er op wijst, dat de Doops gezinden, bij de reformatie, geen gezag buiten het gezag van den Heer der Kerk, Jezus Christus, aanvaardden. Waar twee of drie in Mijnen naam vergaderd zijn, daar ben ik in het midden, zoo heeft Christus gezegd. Wie de kerkgeschiedenis kent, weet, dat twee strekkingen daarin naar voren komen, eenerzijds het intuïtief verlangen om gezag en traditie te behouden, waardoor men gemak kelijk verstart en daartegenover de strooming om te breken met alle gezag en traditie, waardoor men vervalt t'ot een al te groot subjectivisme, dat straks verwildert. Jezus Christus nu doet die dood te niet van een te starre traditie en Hij doet ook de dood te niet in de kerk. Het is ge makkelijk om Christus als Heer te be zitten. Christus komt in aile tijden, ook in onzen tijd om ons te noooïgen hem vrijwillig te kiezen. Jezus zegt: Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Hij noodigt ons Hem te volgen. De wereld zegt, naar het woord van prof. Heering: „Ik ben de afgrond, de leugen en de dood en zij dwingt ons haar te volgen. Christus noodigt ons vrijwillig. Christus komt als de leider, die zichzelf geeft. Hij zegt: „Ik sterf opdat gij zult leven". De dictator zegt: „Gij sterft, opdat ik zal leven". Christus deelt zijn schatten uit, opdat zijn kerk de wereld zal veroveren. Moge in dezen adventstijd de bede in ons hart worden gevonden: Maranatha, Heere Jezus, kom haastelijk." Slotwoord Ds. v. Wichen. Het slotwoord werd door ds. v. Wichen (Ned Herv. Predikant) gesproken. In het centrum van dezen adventsdienst staat, aldus ds. v. Wichen: „Een Heer en die Heer bij ons thuis". Naar het woord van Paulus moet het zoo zijn, dat wij worden een woonstede Gods in den geest. Dat is het doel van deze prediking. Ook spr. herinnert aan de veelvormigheid van het En U weet uit ervaring, dat U bij ons steeds iets goeds koopt. Maar niet alleen de kwaliteit, ook de smaak van de artikelen is van invloed op ons succes. Daarom verkoop ik zoo graag de echte Geldersche van Stegeman. Want die is niet alleen van prima kwaliteit, maar ook heerlijk van smaak. Dat is een merk, waar ze om vragen. Want wie gewend is aan Stegeman's worst, met die fijne, zachte rooksmaak, wil nooit meer iets anders. met ons raambiljet. gezin, dat toch een eenheid is. Zoo is het met de kerk; een groote verscheidenheid, toch één bij alle verschil. Wij worden alle kinderen Gods als God in ons bouwt. Hij doet dat door Jezus Chris tus die het fundament is. God bouwt met menschen, die gereinigd zijn door Christus, geheiligd in Hem. Wie zoo kind Gods geworden is, zal dit nu in de wereld uitstralen, door zichzelf te wil-> len offeren, een instrument van God te zijn. Laat de bede voor Kerstmis in ons hart zijn, zoo zegt spr.: „Heer Jezus kom en ver vul mij met Uw eeuwig licht en doorstroom mij met Uw Goddellijke kracht." Bont allerlei. Zaterdagavond heeft in het Casino een M.S.F.-feestavond plaatsgevonden, waarvoor een zeer behoorlijke belangstelling bleek te bestaan en die geopend werd door den voor zitter van het Fonds, den heer Jac. Bos. Nadat de heer Bos den aanwezigen het wel kom had toegeroepen wees hij er op, dat de zaken naar vollen wensch van het bestuur gaan. De medewerking, zoowel van de zijde der marine als van die der burgerij laat niets te wenschen over. Integendeel, overal merkt men dat het besef levendig is, dat deze instel ling een doel nastreeft, dat aller sympathie noodig heeft. Speciaal sprak de heer Bos zijn voldoe ning uit over de medewerking der marine- autoriteiten, een medewerking die men op den hoogsten prijs stelt. Tenslotte bracht spr. dank aan hen, die de vele prijzen ten bate van de verloting dispo nibel stelden en aan de medewerkenden, die op zich genomen hadden de aanwezigen te amuseeren. En hierna nam de revue „Pang! Die is raak" een aanvang, waarvan de geestelijke vader Cor van Kuyk is. Wij vernamen, dat de heer van Kuyk in het bnurgerleven betrok ken is bij revue-werk, zoodat wij met belang stelling de te leveren prestaties van zijn en semble wachtten. Het was een bont allerlei, dat, de eene keer wat meer en de andere keer wat minder tijd aan tusschenruimte, opgevoerd werd. Daar was muziek van de Marine Kazerne Band, Jean Verlint zong een aantal liederen Bor- king had de hoofdrol in handen en deed de zaal genieten van zijn kunnen als muzikaal clown, Nelly Kleis zong eveneens „croon"- liedjes, er waren sketches, er was een prach tig nummer „kunstwielrijden" en evenwichts- acrobatiek, een ballet annex „levende beel den", kortom er was variatie te over en om menig onderdeel heeft men zich uitstekend kunnen amuseeren. Daar waren gedeelten waarin de regie wat haperde en waarin de zaken niet zoo vlot marcheerden, maar dat nam men gaarne op de koop toe. Dat men zich amuseerde, bleek wel uit het applaus dat herhaaldelijk opkla- terde. In één woord een revue, niet zonder ge breken, maar die in haar geheel toch voldeed. Op de revue volgde de traditioneele verloting en daarna het bal, dat de vele feestvierenden ongetwijfeld nog geruimen tijd bij elkaar gehouden heeft en waarbij de aanlokkelijke vooraden croquetjes, die ons oog „ergens in Casino" gestreeld heb ben. zonder twijfel hun weg gevonden hebben..,. Zaterdag heeft graaf Ciano, de Italiaan- sche minister van Buitenlandsche Ziaken, een rede gehouden, die van het grootste belang^ is inzake de huidige en ook de toekomstige groepeering der oorlogvoerende landen. Men kan zonder overdrijving spreken van onthul lingen, waarvan de belangrijkheid ongetwij feld nader nog zal blijken. In het kort gezegd, komt de quintes- ssence van de rede hierop neer: Het DuitschItaliaansche verdrag verhin dert zonder meer dat Italië nu of later (tenminste gedurende den tijd, dat het bondgenootschap gesloten is (aan de zijde van de geallieerden meestrijdt tegen Duitschlandhet bevat daarentegen niet de clausule dat Italië mee zal m o e t e n strijden met het Derde Bijk. De rede heeft verhelderend gewerkt, spe ciaal daar waar Ciano mededeeling deed over het besprokene tusschen hem en Von Ribben- trop op de conferenties van Berlijn en Salz- burg. Het blijkt daarbij wel zonneklaar, dat er tusschen beide mogendheden een verschil van meening gerezen is over de vraag: oorlog of geen oorlog. Italië schijnt er alles op gezet te hebben (en nog te< zetten) om den vrede, kost wat kost, te bewaren. Het had nog min stens drie jaren noodig voor de afwikkeling van binnenlandsche vraagstukken, terwijl ook Duitschland aanvankelijk een vijftal jaren zeide noodig te hebben alvorens het gewapen derhand tegen een andere natie ten strijde kon trekken. De Poolsche crisis heeft echter een kardi nale wijziging in Duitschlands opvattingen ge maakt. Uitstel kon plotseling niet meer ge duld worden en kennelijk tegen den zin van Italië is het den oorlog begonnen. Men juiche niet te vroeg bij het vernemen van dit verschil van inzicht bij de as-partners. Temeer niet, dat men voorloopig de hoop ver vlogen kan achten, dat het rijk van den Duce zich te eeniger tijd aan de zijde der geallieer den zal scharen, terwijl het daarnaast in gee- nen deele uitgesloten moet worden geacht, dat Italië nimmer aan de zijde van Duitschland zal vechten. Deze laatste mogelijkheid moge dan voorshands zeer gering te achten zijn, definitief is zij niet. In Londen en Parijs heeft de rede een goede pers, hetwelk echter eveneens het geval is te Berlijn. Ieder der belligerenten schijnt voor zich voordeel weten te trekken uit de woorden van den Italiaanschen minister. Summa summarum: de as wentelt nog steeds, maar waarschijnlijk niet meer op dót toerental als voorheen. Nog een enkel woord over den strijd ter zee. Gisteravond heeft de commandant van het vest zak-slagschip „Admiral Graf Spee" zijn schip de lucht in laten vliegen. Er was kennelijk geen kans meer haar aan den ring va.il Fransch-Britsche eenheden te onttrekken en liever dan haar te zien ondergaan door Brit- sche voltreffers of in handen te zien van den tegenstander, heeft kapitein Langsdorff het schip aan de vernietiging prijs gegeven. Ongetwijfeld een daad van groot formaat; men zal niet ophouden in het Derde Rijk dit voorbeeld aan de andere mannen der marine voor oogen te houden, als ken schetsend voor de Duitsche eer. Hoe men de zaak echter beschouwe, deze 30 procent van de Duitsche slagvloot is een niet ongevoelig verlies voor het Derde Rijk, hetwelk men kwalijk zal kunnen ver- heelen. DAMES KAPPER HEEREN Stakmanbossestr. 65 Tel. 514 Cabaretavond ten bate van het Marine Rampen Fonds. Ongetwijfeld zal men zich nog kunnen her inneren, dat ongeveer een maand geleden door de pas opgerichte amusementsvereeniging van den Onderzeedienst, „Klaar voor Onderwater", een uitvoering is gegeven in Musis Sacrum, die een groot succes geworden is. Zoowel het cabaret als het bal waren in beproefde handen en van vele zijden werd reeds direct na die uitvoering gevraagd wanneer een reprise ge geven zou worden. Welnu, er komt een herhaling. Op Za terdag 23 December a.s. komt „Klaar voor Onderwater" wederom voor het voetlicht Het programma is aangevuld en waa; eenige verbetering noodzakelijk was, is dit geschied. Ook ditmaal zijn de baten bestemd voor het Marine Rampen Fonds. Als wij ons niet sterk vergissen zal voor dezen marine-avond we derom groote belangstelling bestaan. De vo rige maal was Musis Sacrum te klein om alle liefhebbers te bergen. In dit verband verdient het dan ook aanbeveling, zich zoo spoedig mo°elijk van een plaatsbewijs te voorzien De entreeprijs heeft men zeer laag gehou den: voor burgers 35 cent, en voor militairen •to cent. Kaarten kan men verkrijgen bij Drukkerij de Boer. Boekhandel Daan Schreuder. Sigarenmagazijn Henk Mes'ker. Boekhandel Duinker. Boekhandel Egner, Sigarenmagazijn Snel, Koningstraat Sigarenmagazijn Stegehuis, Weststraat.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1939 | | pagina 13