Wijziging
vestigingswet
Jan Zeedijk in Amerika
U*i bedeicfrtiike
tyeUjite*Us
Spit, rheumatiek?
N"nAKKERTJE
Een zonderlinge
veldwachter
De uit ons land
ontvoerde Britten
P^dselacbtig ongeluk
Radioprogramma
De Avonturen van
Vijf weken voor dierenbeul
MONICA HART
Oneerlijk gemeente-secretaris
Ook m'ltvuur
Water'and
Een straat des doods
Door trein gegrepen en
gedood
Zichzelf in bet hoofd gescvofen
door R. J. VAN NEERVOORT
Per 1 Januari in werking getre
den.
Naar wij van officieele zijde ver
nemen is de wet strekkende tot wij
ziging van de vestigingswet klein
bedrijf 1937 met ingang van 1 Ja
nuari 1940 in werking getreden. Dit
brengt met zich mede, dat de ka
mers van koophandel en fabrieken
dan bevoegd zijn in enkele geval
len, welke verband houden met de
huidige mobilisatie, een bijzondere
vergunning te verleenen. Zulk een
bijzondere vergunning kan worden
verleend:
a. tot voortzetting van een bedrijf indien
in verband met buitengewone opkomst in
werkelijken militairen dienst van den on
dernemer of beheerder een waaremend be
heerder optreedt, alsmede ingeval van wij
ziging in den persoon van den waarnemend
beheerder:
b. tot voortzetting van het in de betref
fende inrichting uitgeoefende bedrijf bij te
rugkeer uit werkelijken dienst van den on
der a bedoelden ondernemei of beheer
der;
c. tot vestiging van een inrichting, indien
het betreft het wederom doen aanvangen,
binnen dezelfde gemeente en door denzelfde
ondernemer, na zijn terugkeer, uit werkelij
ken dienst, van de bedrijfsuitoefening, ge
staakt in verband met zijn buitengewone
opkomst in werkelijken dienst.
Betrokkene behoeft in deze gevallen niet
aan de vestigingseischen te voldoen. Nade
re inlichtingen kunnen door de kamers
van koophandel en fabrieken worden ver
strekt.
Bij bovenbedoelde wetswijziging is tevens
bepaald, dat voortaan een bedrag van f 5.
verschuldigd is.
1. Bij een aanvraag om een vergunning
tot vestiging van een inrichting voortzet
tot vestiging van een inrichting uitgeoefen
de bedrijf in geval van wijziging in de
personen van ondernemers of beheerders,
alsmede ten aanzien van de uitbreiding van
het in 'n inrichting uitgeoefende bedrijf met
een tak van detailhandel, ambacht of klei
ne nijverheid, gedurende den z.g. „sper
tijd";
2. Bij de indiening van een met redenen
omkleed beroepschrift bij den minister van
Economische zaken:
3. voor het verkrijgen van de z.g. „ministe
rieele verklaringen."
Met betrekking tot het onder „2." genoem
de geval zij nog opgemerkt, dat het ge
storte bedrag wordt teruggegeven ingeval
van vernietiging der beslissing van de ka
mer van koophandel en fabrieken.
Sleeperspaard met
ranse ld.
zweep afge-
Gisteren had zich voor den politierechter
te Zutphen een eierenpakker uit Winters
wijk te verantwoorden, die een paard ern
stig had* mishandeld. Hij had toen hij een
vracht eieren van 2200 kig. per sleeperswa-
■gen vervoerde het dier met den zweep af
geranseld, omdat het paard den in de mod
der gezakten wa<gen niet verder kon trek
ken.
De eisch luidde één maand gevangenis
straf.
De politierechter veroordeelde den man
tot vijf weken gevangenisstraf.
FEUILLETON
door
22.
Halfont ademde diep. Wat 'n strijd was dat
geweest voor dat handjevol Boeren met hun
vrouwen en kinderen! En wat 'n ras was dat
geweest, dat ras der voortrekkers! Halfont
was een Engelschman, maar hij had groot
respect voor die Boeren.
Daar was in het boek nog 'n passage, die
hij met spanning las. Een historisch feit, dat
zich had voorgedaan. De jonge Boer, wiens
moeder een Engelsche was geweest en die
daarom den Engelschen naam Ralph droeg
dezelfde Ralph, van wien in het bovenstaande
reeds sprake is deed op zijn grooten schim
mel een rit op leven en dood, om een kamp
van Boeren te redden, dat overvallen zou
worden door een sterke impi (krijgsmacht)
van Zoeloes.
Ziehier met welk een beeldende kracht het
boek dit feit verhaalde in de woorden der
oude Boerenvrouw.
De schemering begon nu te vallen en het
duurde niet lang, of het was volslagen don
ker. Nu moest hij langzaam rijden, zijn weg
bepalend naar de sterren en de vage. donkere
lijnen der bergen afzoekend naar den ingang
van den pas. Doch Ralph zocht vergeefs naar
de zaagvormige rots. Hij bereikte wel den
bergketen en reed uren lang op en neer,
speurend en zoekend naar de grillig gevorm
de rots, waar de bergpas begon, terwijl hij
verging van ongeduld en angst, doch alles
vergeefs. Eindelijk steeg hij af, liet den
schimmel grazen en rusten en wachtte, tot de
maan zou opgaan. Nooit scheen de maan zoo
laat op te gaan, doch eindelijk, eindelijk ver
dreef het zachte, vriendelijke licht der maan
de duisternis en dhhr. op geen halve mijl
afstands, daar stond de zaagvormige rots en
daa: begon de nauwe pas door de bergen.
„Ik heb niet veel tijd meer te verliezen,
HfJ verscheurde zijn processen-
verbaal.
De 37-jarige E. S., gemeenteveldwachter
te Pijnacker is door de Haagsche rechtbank
tot f 25 subs. 10 dagen hechtenis veroordeeld
omdat hij een procesverbaal dat hij terzake
van overtreding van de jachtwet had opge
maakt, heeft verscheurd.
Hij was in hooger beroep bij het Haagsche
Gerechtshof gekomen, omdat hij zich aan dit
feit onschuldig voelde en een veroordeeling,
hoe gering ook, hem zijn positie als veld
wachter zou kosten.
Ter terechtzitting bleek dat het be
wuste proces-verbaal inderdaad
zoek geraakt is. Verdachte vermoed
de, dat hij per ongeluk met een aan
tal oude papieren verscheurd heeft,
doch van opzet was geen sprake.
Een rapport, over verdachte uitge
bracht, luidde allerminst gunstig.
Tientallen processen-verbaal, waren
onder verdachte al weggemaakt.
Verdachte beweerde, dat dit rapport vele
onjuistheden bevatte.
De advocaat-generaal, Mr. L. B. J. Ver
meulen, eischte verhooging van de opge
legde straf tot f 100.subs. 50 dagen hech
tenis.
Mr. de Lauwere pleitte vrijspraak. Verd.
was in den tijd, dat het aan verdachte ten
laste gelegde gebeurde, overkropt met werk.
Zoo is het proces-verhaal in ongereede ge
raakt, doch van opzet is geen sprake.
Uitspraak 17 Januari.
Berouw komt te laat.
Het gerechtshof te 's Hertogenbosch be
handelde in hooger beroep de strafzaak te
gen J. H. L„ oud-gemeente-secretaris van
Amstenrade, verdacht van het feit, dat hij,
in zijn kwaliteit van administrateur, van
het kerkbestuur van de r.k.-parochiekerk te
Amstenrade een bedrag Aan f6889.25 heeft
verduisterd De verduistering geschiedde tus
schen 1 Januari 1929 en 19 Juli 1939.
In eerste instantie stond L. terecht voor
de rechtbank te Maastricht. De officier van
justitie eischte een gevangenisstraf van twee
jaar. De rechtbank veroordeelde hem tot
negen maanden gevangenisstraf.
Tegen dit vonnis hadden zoowel de offi
cier van justitie als de verdachte hooger
beroep aangeteekend.
L., die een volledige bekentenis aflegde en
berouw toonde over zijn misdrijf, riep de
clementie in van het hof. Ongelukkige spe
culaties hadden hem tot deze verduistering
gebracht.
Getuigen werden niet gehoord.
De advocaat-generaal eischte tegen den
verdachte een gevangenisstraf van één jaar
en zes maanden. De verdediger, mr. Stroom
uit Maastricht, vroeg, den verdachte te ver-
oordeelen tot een gevangenisstraf, gelijk
aan den tijd in voorarrest doorgebracht en
voorts een voorwaardelijke gevangenisstraf
op te leggen.
m
Zes gevallen te Oostzaan.
In Oostzaan is, volgens de „Waterlander"
thans reeds het zesde geval van miltvuur
met doodelijken afloop op de gemeente
secretarie geregistreerd.
Drie menschen in Londen door
gasvergiftiging omgekomen.
Tengevolge van hef ontsnappen van licht
gas uit de hoofdbuis onder een straat in
Fulham (Londen) zijn drie personen om
het leven gekomen, terwijl vijf anderen met
gasvergiftiging in een ziekenhuis zijn Qpge-
nomen. Brand of ontploffingen hebben zich
niet voorgedaan De slachtoffers werden be
wusteloos uit een drietal huizen gehaald.
Engelsche regeering heeft
znieuwe stappen gedaan.
geen
Naar aanleiding van het in de bladen
verschenen en aan United Press ontleende
bericht, dat de ambassade der Vereenigde
Staten te Berlijn op verzoek van de Brit-
sche regeering stappen heeft ondernomen
in verband met de ontvoering te Venlo van
de beide Britsche officieren Stevens en
Best, wordt bij informatie in welingelichte
kringen te Londen medegeedeld, dat ter
stond nadat de beide Britten door agenten
van de Gestapo naar Duitschland ontvoerd
waren, tot de Amerikaansehe ambassade
te Berlijn het verzoek werd gericht, het oog
op hen te houden, zulks in overeenstem
ming met de algemeene regeling, op grond
waarvan de regeering der Vereenigde Sta
ten de Britsche belangen op Duitsch grond
gebied behartigt.
Van de Amerikaansehe ambassade is tot
dusver over dit onderwerp geen enkel rap
port ontvangen, noch heeft de Britsche re
geering nieuwe stappen ondernomen.
Verminkt lijk bij onbewaakten
overweg gevonden.
Gistermorgen om tien uur vond de ar-
beide A. van der Wiel uit Drunen nabij
den onbewaakten overweg in de Stations
straat aldaar het totaal verminkte lijk van
een man. Bij nader onderzoek bleek het
de 69-jarige A. Krol uit Elshout te zijn.
Deze werd sinds Dinsdagavond vermist.
Men vermoedt, dat de ongelukkige Dins
dagavond laat of gistermorgen vroeg door
een trein in de richting D°n Bosch wre
pen is. Het stoffelijk overschot is overge
bracht naar het lijkenhuisje te Drunen.
Jongen te water geraakt en evr-
dronken.
Toen Dinsdagavond] aat de vijftienjarige
bakkersknecht Dijks uit Borger niet was
thuisgekomen, stelden zijn ouders de poli
tie van het feit in kennis. Deze heeft den
volgenden nacht den omtrek afgezocht. Gis
terochtend vond men het stoffelijk over
schot van den iongen en zijn fiets in het
kanaal te Westdorp. Hoe de jongen te wa
ter is geraakt, is nog een raadsel.
Doodelijk ongeluk te Putten.
Gistermorgen is op het erf van de boer
derij „Groot Hussel" te Putten, een ernstig
ongeluk gebeurd. De 18-jarige landbouwers
zoon J. van Malestein, was bezig met een
geweer op duiven te schieten. Door onbe
kende oorzaak heeft de jongen op een ge
geven moment zichzelf in het hoofd gescho
ten, waardoor hij op slag gedood werd.
Het lijk is de ouderlijke woning binnen
gebracht.
VRIJDAG 5 JANUARI 1940.
Hilversum I. 1875 en 414,4 m.
8.00. VARA. 10.00 VPRO. 10.20 VARA. 12.00
AVRO. 4.00 VARA. 7.30 VPRO. 9.00 VARA.
10.40 VPRO. 11.00—12.00 VARA.
8.00 Berichten ANP, hierna Gramofoonmuziek.
9.30 Keukenpraatje.
10.00 Morgenwijding.
10.20 Voor arbeiders in de continubedrijven.
12.00 De Vagebonden en zang.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
1.00 Het AVRO-Amusementsorkest en soliste.
2.00 Voor de vrouw.
2.10 Haags trio en gramofoonmuziek.
3.00.Modepraatje.
3.30 AVRO-dansorkest.
4.00 Gramofoonmuziek met toelichting
4.30 VARA-orkest.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 VARA-orkest.
201.
Jan huiverde en voltooide de zin niet. De
admiraal stond op, stak zijn hand uit en
greep die van Jan. „Daarna", zei hij, „werd
het oorlogsschip door de schorpioenbende be
dreigd en zonder U zou het niet mogeljjk zjjn
geweest, het schip te redden. Zeedijk! Uw
heldhaftigheid en moed hebben ons voor veel
ellende behoed!"
202.
Terwijl de admiraal Jan de hand schudde,
kwamen ook de andere officieren op hem toe,
wensten hem geluk en stelden hem allerlei
vragen. Het duurde eer uur voordat Jan ein
delijk kon vertrekken. De volgende dag snelde
Red Pennington het hotel binnen, waar Zee
dijk logeerde. „Is mijnheer Zeedijk hier in
geschreven?" vroeg hij. „Ja, mijnheer!" ant
woordde de bediende. „Maar ik vermoed, dat
U commandant Zeedijk bedoelt?"
203.
„Goeie help!" barstte Red uit. „Comman
dant! Jan Zeedijk een !Zegt U eens, wat
is het nummer van zijn kamer?"
De bediende gaf Red het nummer op. Met
de lift was hij spoedig op de verdieping waar
Jan Zeedijk verblijf hield en met een soort
Indianengehuil rende Red de gang door. „He,
Zeedijk", schreeuwde hij, „Hé Jan!" Een deur
in de gang vloog open. Zeedijk, opnieuw in
uniform, kwam naar buiten.
204.
„Hallo!" riep Red en snelde zijn vriend te
gemoet. Kapitein Holding bevond zich in de
kamer van Zeedijk. Te samen met Jan legde
hij alles aan Red uit. „Zoo, jjj hebt dus ge
heimen gehad voor je besten vriend, hè?"
lachte Pennington, nadat hij gehoord had hoe
Jan Zeedijk geprobeerd had een zwaar vonnis
te krijgen van de krijgsraad.
5.50 Gramofoonmuziek.
6.006.30 Rosian-orkest.
6.35 Artistieke causerie.
6.55 Gramofoonmuziek.
7.00 Cyclus: „Het beginselprogramma der
S.D.A.P.".
7.18 Berichten ANP.
7.30 Berichten.
7.35 Voor de jeugd.
8.00 Pianovoordracht.
8.30 Cyclus: „De nooden van de hedendaagsche
kunst en hun geestelijke achtergrond."
9.00 Radiotooneel.
9.20 VARA-Harmonie-orkest.
9.55 VARA-Schaaktweekamp.
10.00 Koorzang en orgel.
10.20 Declamatie.
10.30 Gramofoonmuziek.
10.40 Avondwijding.
11.00 Berichten ANP.
11.10 VARA-Schaaktweekamp.
11.15 Jazzmuziek (gr.pl.).
11.4012.00 Orgelspel.
Hilversum II. 301,5 m.
Algemeen programma, verzorgd door den
KRO.
8.00 Berichten ANP.
8.059.15 en 10.00 Gramofoonmuziek.
11.30 Bijbelsche causerie.
12.00 Berichten.
12.15 Gramofoonmuziek.
12 45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
1.10 Paul Wijnappel's strijkensemble. (1.30
mompelde Ralph, terwijl de schimmel in ga
lop naar den pas reed. Binnen drie uren zal
het dag zijn en deze bergen schijnen wild en
uitgestrekt.
„Nu was hij in den pas en liet den schim
mel zoó hard rijden, als mogelijk en raad
zaam was b(j deze vermoeiende helling. Snel
en snuivend galoppeerde de schimmel den
bergpas op, terwijl de doodsche stilte van den
nacht slechts werd verbroken door zijn da
verende hoefslagen, het gerol der wegge
trapte steenen en het verre gebrul van proo.-
zoekende leeuwen. Twee uren lang ging de
rit opwaarts. Toen had hij het hoogtepunt
der bergen bereikt en nu lag voor hem diep
onder zijn voeten, de lange, veruitgestrekte
laagvlakte van Natal en daar ja, daar
ginder, op verren afstand glinsterden in
het zachte maanlicht een witgetopt kapje en
daar beneden een zachtstroomende rivier
Mijlen ver nog en toch had hij nog maar
één uur, om den afstand af te leggen. Gedu
rende een kort oogenblik liet Ralph het paard
uitblazen; dan zette hij het dier weer aan en
met een luid en trotsch snuiven begon de
schimmel zijn laatsten rit.
Ah. wat een rit! Heeft ooit een man
zulk een rit gedaan? Een onbegaanbaar
bergpad af te stuiven met grooter snelherd
dan waarmede anderen op de open vlakte
durven rijden, var rots tot nu te <pnn6e
met machtigen sprong over boschjes en beeken
te zetten en plassend en snuivend door stroom
pjes te waden! Omlaag, omlaag, raasde de
schimmel, geen enkele maal vallend, geen en
kele maal zelfs struikelend. Omlaag, sneller
dan een hert, en zekerder dan een vos; nu
hrd hij het ergste van den weg achter zich
en een lange zachte helling, bijna geheel vrij
van rotsblokken en steenen, leidde naar de
vlakte beneden. De schimmel vloog voort met
een geweldige vaart en bereikte veilig de
vlakte en het open veld; maar die razende
rit deed zijn gevolgen gelden, want het dier
dreef van het zweet, zijn oogen waren met
bloed beloopen, en de adem kwam wild ko
kend en stootend uit zijn keel.
,Ra ph ging staan in zijn stijgbeugels en
wierp een scherpen blik naar den horizon,
die in het Oosten begon te verbleeken.
„Er is nog tjjd," mompelde hij, „het kopje
is niet ver meer en de Zulu's zullen n et aan
vallen, voor het meer licht is geworden."
„Nu moest hij weer een lange helling om-
.aag rg'den, want aan den voet der bergen lag
het land nog in jonge zachte golvingen van
heuvel en dal. Hij bereikt den top van den
heuvel, begon de audere helling af te dalen
en... was, vóórdat hij het goed had gez en en
begrepen, midden door een Zulu-bende heen
gereden, die in drievoudige linie zwijgend en
behoedzaam voort marcheerde. Zij uitten
kreten van verbazing, doch in een oogwenk
was de schimmel reeds buiten bereik vin
hun speren en Ralph's hart was vol dank
baarheid, want nu waande hij zich buiten
gevaar.
Doch Ralp keek scherp uit en ja, daar wa
ren de Zulu's vóór hem en achter hem en
links en rechts van hem. Overal kwamen de
Zulu's opzetten, in snellen pas van alle zijden
naderend en roepend: „Bulala umlungu".
(Doodt den blanken man).
„De Zulu's kwamen hem nu reeds in groep
jes tegemoet en zij waren reeds zoo dicht bij
hem, dat de schimmel nauwelijks tijd had,
om in vaart te komen, voordat hij de Kaffers
had bereikt. Toen de vijanden binnen tien
yards waren, nam Ralph het geweer in de
eene hand en vuurde af en het schot doodde
een der Zulu's. Toen wierp hij het geweer
weg, daar het nu toch niet meer van dienst
kon zijn.
„Nu waren man en paard tusschen de
Zulu's en pleegden door hun steeds aan-
rro" en 'e rijen, terwijl de zwarte duivels naar
links en rechts ter zijde werden geworpen,
.coa.s een sch p doet, dat het water door
klieft. Ah, een steek als met gloeiend ijzer
een assagaai, zat in Ralph's linker schou
der en bleef in de wonde steken. Nog lager
boog hij zich, tot zijn hoofd haast verborgen
was in de vliegende manen van het paard,
doch nu grepen zwarte handen teugels en
stijgbeugels en langzaam, maar zeker verloor
het groote dier zijn snelheid, om eindelijk stii
te moeten houden. Een groote Zulu stak 't
paa.d een assagaai midden in de borst en
Ralph hijgde: „Nu is alles voorbij."
„Doch alles was nog niet voorbij, want de
snerpende pijn van de wonde in zijn borst
voelend, werd de schimmel plotseling dol. Hij
uitte een doordringenden kreet, zooals alleen
een paard in doodsnood dat kan en, zijn ooren
naar achteren leggend, tot zijn kop bijna een
wolfskop geleek, richtte zich op de achter-
poolen en sloeg met de voorpooten omlaag,
schedels en lichamen der Zulu's brekend en
verpletterend. Dan kwam hij weer op vier
pooten neer en vloog, met geopenden bek
en onder een tweede gillenden schreeuw, op
den Zulu los, die hem had gestoken; de lange,
witte tanden van het dier grepen den man
in zijn zijde, boven de heup, en zoo, met den
gillenden man tusschen de tanden, vloog de
schimmel voort, den Ziilu heen en weer schud
dend, zooals een fox-terrier een rat schudt.
„Ja, hij schudde den man heen en weer, tot
de geheele zijde van den Kaffer opengereten
was en de man stervend op den grond viel
Weer opende het razende dier den muil en
1.40 Gramofoonmuizek.)
2.00 Orgelconcert en zang.
3.00 Gramofoonmuziek.
3.15 KRO-orkest.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.15 Musiquette.
6,00 Gramofoonmuziek.
6.15 KRO-Melodisten en solist.
7.00 Berichten.
7.15 Luchtvaartcauserie.
7.35 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP.
8.15 Declamatie.
8.30 KRO-New Style Artists en Rococo-octet.
9.15 Schaak-interview.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.00 Paul Godsin's solisten-ensemble.
10.30 Berichten ANP.
10.4012.00 Gramofoonmuziek.
vloog op een anderen kaffer aan, maar deze
wachtte niet zoo lang geen enkele kaffer
wachtte meer. In die dagen was een paard
voor de Zulu's nog een verschrikkelijk beest,
waartegenover zij, hoe dapper overigens, niet
durfden stand houden.
•Het is een duivel en toovenaars berijden
hem." schreeuwden zij, links en rechts baan
makend en vluchtend voor het razende dier.
Zij waren er door heen! Achter hen klonk
het dol-geschreeuw der Zulu-bende, maar zij
waren er door heen, hoewel een breede speer
in Ralph's schouder stak en een andere in de
borst van den schimmel zat.
„Geen twee mijlen verder lag het wit-
getopte kopje.
„Het paard zal sterven," dacht Ralph. En
inderdaad, de schimmel was zijn dood nabij,
maar in heel zijn leven had de schimmel nog
niet zóó snel geraasd, als hij nu deed over het
open veld, dat tusschen de Zulu-bende en het
kopje lag. Langzaam, maar zeker drong de
assegaai in de levensorganen van het reus
achtige dier door, maar met vooruit gestrek-
ten nek rende hij verder en verder met de
vaart van een renpaard.
„De Boeren in het kamp waren thans wak
ker; het geluid van het schot en de kreten der
Zulu's hadden hen gewekt. Half gekleed, ston
den zij nu, mannen en vrouwen, op de wagen-
bokken, speurend naar het Westen. Langzaam
brak het daglicht door en zagen zjj een
schouwspel, zooals zij nog nooit hadden ge
zien. Daar naderde een reusachtig paard, met
duizelende snelheid en donderende hoefslagen;
bloed droop uit zijn bek, uit zijn flanken, uit
zijn borst vooral, het schuim vloog om den
mond en de oogen puilden uit. En op den rug
van dat dier zat een blondbaardige man, met
een aasegaai in den schouder.
„Het paard zal dadelijk neervallen en ik zal
doodgedrukt worden, dacht Ralph. En als het
paard gestorven ware onder zijn dollen rit, dan
zou de berijder inderdaad onder zijn gewicht
verpletterd zijn geworden. Doch het kwam
anders. Op eenigen afstand van het kamp ge
komen, begon de schimmel plotseling te strui
kelen en te zwaaien; toen, na drie groote
sprongen, bleef hij stokstijf staan, keek met
treurige, bloedbeloopen oogen om zich heen en
hinnikte zacht, alsof hij een stem hoorde,
welke hij kende en lief had.
„Ralph liet zich snel uit het zadel glijden en
wachtte.
(Wordt vervolgd.)