Lentefeest in China
RADIO
DE SCHAT
Offers aan den god der welvaart
in de U/&eüijn
Zaterdag 23 Maart 1940
PROGRAMMA
GEEN BIJGELOOF. MAAR TRADITIE.
„ONZE BOOZE GEESTEN ZIJN DE
JAPANNERS".
SJANGHAI.
„Kong si fa tsè", dat was de Chineesche
gelukwensch, dien we meerdere malen per
dag uitspraken op het Chineesche Nieuw
jaarsfeest, het derde Nieuwjaarsfeest, dat
we binnen zes weken hier konden vieren.
Het eerst kwam óns Nieuwjaarsfeest, 1 Ja
nuari, een kleine veertien dagen later
volgde het Russische Nieuwjaarsfeest, dat
door de duizenden Russische emigranten in
China nog steeds gevierd wordt met uitvoe
rige maaltijden, begoten met overvloed van
drank en in het begin van Februari viel
het Chineesche Nieuwjaarsfeest, dat /Jii
stempel drukte op de millioenenstad. Men
vergete niet: het aantal der Europeanen,
Amerikanen, Russen bedraagt hier enkele
tienduizenden, dat der Chineezen eenige
millioenen.
Lentefeest.
- Het eigenaardige is, dat wettelijk het
Chineesche Nieuwjaarsfeest sedert een
kleine dertig jaar tegelijk valt met ons
Nieuwjaarsfeest, daar de Chineesche regee
ring toen ons „zonnejaar" invoerde en het
oude Chineesche „maanjaar" verviel. Ech
ter, het Chineesche volk laat zich oude ge
bruiken niet door een eenvoudig regeerings
besluit wegnemen en het viert nog steeds
„het oude Nieuwjaar", dat. „officieel" geen
Nieuwjaar meer is, doch wel erkend wordt
als het „lentefeest". Bewoners van Europa
inoge het vreemd klinken, dit „lentefeest"
in begin Februari, nu in West-Europa d£
thermometer tot vijf-en-veertiggraden Fah-
renheit onder het vriespunt viel. Maar
hier was het inderdaad een lentefeest. En
kele dagen voor het Chineesche Nieuwe
Jaar had het hier gesneeuwd en enkele
graden gevroren. Bij hondertallen raapte
uien 's morgens van de straten de lijken
van menschcn op, grootendeels daklooze
kinderen, die van de koude gestorven wa
ren. De Chineesche boeren beschouwden
die sneeuw enkele dagen voor Nieuwjaar
als een gunstig teeken, een belofte voor
een jaar van welvaart. Maar met het
nieuwe jaar kwam een weersverandering
en er heerschte een temperatuur als in een
zoele Meimaand en ook dat gold als gun
stig voorteeken. Drie dagen is feest ge
vierd en ook de Europeesche kantoren,
banken en andere, bleven die dagen ge
sloten. In den „goeden ouden tijd" vierde
men in China het Nieuwjaarsfeest zelfs
gedurende vijf-en-twintig dagen, geduren
de welken tijd de openbare kantoren ge
sloten bleven en er zelfs geen recht werd
gesproken.
Heilwensch met drinkgeld betaald.
„Kong si fa tsè", is de heilwensch,
die men in die dagen overal hoort
en die in vele gevallen met een
drinkgeld moet worden beantwoord.
Mij heeft daardoor het feest een
handvol dollars gekost, maar ge
lukkig waren het slechts papieren
Chineesche dollars, waarvan er
ruim dertien gaan in een Ameri-
kaansclien dollar.
Kong si fa tsè is de traditioneele Chi
neesche Nieuwjaarswensch en beteekent
ongeveer: „Onderdanig wensch ik u een
FEUILLETON
door MALCOLM HOWES
20
Stump's verstandige raad was overbodig.
Geen van de twistenden naderde hem. De
strijd eindigde zelfs even snel als hij begon
nen was en ze waren in het hotel, voordat
de verschrikte bedienden het opwindende feit
durfden bekend maken, dat de jongedame
verdwenen was.
De neger, die haar naar beneden had be
geleid, was er zeker van, dat ze uit eigen be
weging was weggereden met het rijtuig, dat
buiten stond, maar mr. Feshawe's radelooze
protesten, toen de verschrikte hotelier hem
vertelde, wat er gebeurd was, overtuigden
Royson, dat de bewering van den bediende
dwaasheid was. Bovendien werd hij ieder
oogenblik duidelijker, dat mrs. Haxton en niet
Irene de buit was, dien de roovers zochten.
Royson, ofschoon wit'van hulpelooze woede,
besefte spoedig dit element in een anders on
verklaarbaar mysterie en trachtte mr. Fens-
hawe's wilden schrik te bedaren, door hem te
verzekeren, dat het meisje stellig zou worden
teruggezonden, zoodra de vergissing gemerkt
werd.
Ér was geen tijd voor uitleggingen. Alles
holde doelloos in paniek heen en weer. Een
bode werd gezonden om de politie te roepen
en er heerschte een algemeene chaos, toen
een Aarabier Royson naderde, wiens fijn ge-
teekende trekken, gewelfde wenkbrauwen en
hooge jukbeenderen, aantoonden, dat hij van
een andere afstamming was dan de bastaar
den van de kust. Ook zijn houding was die
van een man van aanzien. Het was Abdullah,
die uit de onsamenhangende woorden van den
neger had begrepen, dat het mevrouw Hax
ton was die in het rijtuig was ontvoerd. Hij
had zyn eigen redenen om aan te nemen, dat
De grootste godheid der Chineezen,
Boeddha.
gelukkig nieuwe jaar en dat ge meer rijk
dommen moogt gewinnen".
De jaarwisseling in China is ook de tijd
voor vele offers aan verschillende goden,
die men te vriend moet houden, en van
maatregelen tegen booze geesten. Het af
schieten van vuurwerk bij de jaarwisseling
was aanvankelijk bedoeld als een afschrik
king der booze geesten, doch waarschijn
lijk is nog nimmer in China zoo weinig
vuurwerk afgestoken als bij het intreden
van het thans pas nieuwe jaar.
„Onze booze geesten zijn thans de
Japanners," zeide een jonge Chinees
tot mij, „en die kunnen met vuur
werk niet worden afgeschrikt.
Daarvoor heeft men munitie noo:
dig en velen onzer hebben het
geld, dat wij vroeger uitgaven voor
vuurwerk, gestort in een fonds
voor munitie ter bestrijding der
Japanners en die gelden worden
ter beschikking gesteld van de na
tionale regeering te Chunking."
De waarde der offers.
Maar dan de goden... en er zijn er nogal
wat en ze moeten allen hun offers ontvan
gen, de god van de keuken, de god van het
geluk, de god van de welvaart. Geofferd
worden in vlammend vuur o.a. zilveren
muiltjes en biljetten van honderd dollar.
Maar die zilveren muiltjes zijn kleine
muiltjes, aan elkaar gebonden in geheele
rissen, zilveren muiltjes van bordpapier
met zilverpapier bekleefd. En die biljetten
van honderd dollar?
Ik wil niet beweren, dat zij valsch zijn,
maar in deze wereld hebben ze toch geen
gangbaarheid. Ze zijn alleen bestemd voor
de betere wereld en voor de goden en in
deze slechtere wereld kan men nog geen pak
je sigaretten koopen voor zoo'n „goddelijk"
biljet van honderd dollars. Vermoedelijk
kan men er in de wereld der goden meer
voor krijgen, maar daarvoor is deze dan
ook een „betere" wereld.
Deze voor de offering bestemde bankbil
jetten kan men in bepaalde, gewoonlijk na
bij tempels gelegen winkels koopen en men
betaalt er voor een biljet van honderd dol
lars zooiets als vijf cents. Ze gelijken niet
veel op de honderd-dollar-biljetten dezer
wereld, maar toch, het bedrag staat er uit
drukkelijk en duidelijk op vermeld, zoodat
de goden er in hun wereld blijkbaar mede
tevreden zijn. En daarom gaat het dan toch
maar.
De god van de welvaart komt.
Den vierden dag van het nieuwe
jaar vindt plaats de begroeting van
den god van de welvaart, die op
zijn jaarlijksch bezoek naar de aar
de komt.
In ouderwetsche Chineesche huis
houdens worden dien dag groote
feestmalen aangericht met over
vloed van xarkensvleesch, heele kip
pen, eieren, en andere lekkernijen
in roodc schotels. Groote kaarsen
worden ontstoken.
Het geheel wordt opgeluisterd met mu
ziek. Dien dag is een goede dag voor de
bedelaars, die dan rond gaan met schotels,
waarop de god van de welvaart is afge
beeld. En zeker geen ouderwetsche Chinees
gevoelt er iets voor den god dien dag te
beleedigen door te weigeren iets in den
schotel van den bedelaar te offeren.
Men zie in dit alles niet een groote mate
van bijgeloof, want zelfs hoog ontwikkelde
Chineezen doen aan dit -alles mede. Het
moet meer worden beschouwd als traditie,
een oude traditie, waaraan men gehecht
en gewend is, zooals bij ons aan het St. Ni-
colaasfeest, dat de meest boosaardige niet
zal willen beschouwen als „bijgeloof". Elke
Chinees viert het Nieuwjaarsfeest naar zijn
middelen met uitvoerige maaltijden, met
bezoeken, met uitgangen haar schouwbur
gen, met drentelen langs de overvolle stra
ten, waarbij kennissen elkander met geest
drift begroeten. Jongeren brengen ouderen
hun nieuwjaarswensch met diepe buigingen
en er heerscht een onderlinge gemoedelijke
gezelligheid, waar men natuurlijk als
vreemdeling buiten staat.
Geen onvertogen woord.
De meeste Chineezen hadden zich voor
het nieuwe jaar in gloed-nieuwe kleederen
gestoken en de straten waren vol van een
feestelijk gestemde, maar rustige menigte,
waaronder vele gezinnen, vader, moeder,
hinderen, vaak ook kleinkinderen, allen
gelukkig en tevreden. Enkele jongeren had
den een klein orkestje gevormd en trok
ken rond, echter niet om geld op te halen
mar louter voor hun genoegen. Bij die hier
en daar beangstigende volte viel echter ner
gens een onvertogen woord, hoorde men
nergens ruzieënde stemmen. Opgewektheid
goedmoedigheid en goede manieren heersch
ten overal, zelfs in het sterkste gedrang bij
voorbeeld voor een der vele Chineesche the
aters, die allen fraai waren versierd. Enor
me zaken maakten de danshuizen, waarvan
er te Sjanghai vele tientallen, zoo geen hon
defdtallen zijn. Van deze zijn de vrijwel uit
sluitend door Chineezen bezochte dansgele
genheden verreweg de fraaiste en elegant
ste. En... er wordt ook het best gedanst. De
moderne Europeesche en Amerikaansche
dans heeft de harten van jong-China ver
overd, tenminste in de groote kuststeden.
De danswoede heeft hier zoo'n omvang
aangenomen, dat men in de zakenwijk,
waar zich de groote kantoren bevinden,
zelfs dansen kan in de middaguren van
twaalf tot twee als het Chineesche perso
neel der meeste kantoren vrij heeft om te
eten.
Dit geldt voor de gewone werkdagen,
maar thans, gedurende de feestdagen van
Cliineesch Nieuwejaar waren die dansge
legenheden om zoo te zeggen dag en nacht
in bedrijf.
Het Chineesche Nieuwejaar, dat tevens
het lentefeest is in het begin van Febru
ari In den tuin, waarop mijn kamer
uitkijkt, zit een merel, die dit bevestigt en
vol geestdrift een lentelied uitjubelt.
J. K. BREDBRODE.
ZONDAG 24 MAART 1940.
Hilversum, 1875 en 414.4 m.
8.00 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VPRO. 5.30
VARA. 6.30 VPRO. 8.00—12.00 AVRO.
8.00 Liturgische Paaschmorgenwjjding.
9.15 Berichten.
9.20 Tuinbouwpraatje.
9.35 Gramofoonmuziek.
9.45 Causerie „Van Staat en Maatschappij".
10.00 Leydensdorff-strijktrio.
10.40 Declamatie en gramofoonmuziek.
11.00 Gramofoonmuziek.
11.20 „Aardstralen, wichelroede en onze ge
zondheid", lezing.
11.35 Rosian-orkest.
12.00 Causerie: „Het feest der Opstanding".
12.10 Gramofoonmuziek.
12.30 Carillonbespeling.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
1.00 Zang en piano.
1.30 Causerie „De gesproken mailbrief".
1.50 Gamelanmuziek (opn.).
I.55 Declamatie.
2.00 Boekenhalfuur.
2.30 Leden van het Omroeporkest en solisten.
3.45 Declamatie.
4.10 Gramofoonmuziek met verbindende tekst.
4.45 Gramofoonmuziek.
4.55 Sportnieuws ANP.
5.00 Gesprekken met luisteraars.
5.30 Voor de kinderen.
6.00 Sportpraajte.
6.15 Sportnieuws ANP.
6.30 Paaschjeugddienst, hierna: Reportage.
8.00 Berichten ANP, mededeelingen.
8.20 Omroeporkest, gemengd koor en solisten.
9.00 Hersengymnastiek.
9.30 Gevarieerd programma.
II.00 Berichten ANP.
11.10 AVRO-Dansorkest.
11.4012.00 De Melodische Spelers.
8.30 KRO. 9.30 NCRV. 12.15 KRO. 5.00
NCRV. 7.45—11.30 KRO.
9.30 Morgenwijding.
9.30 Gewijde muziek (gr.pl.)
9.50 Nederlandsch-Hervormde Kerkdienst.
Hierna: Orgelconcert.
12.15 Uit Rome: Zegen ,Urbi et Orbi".
12.45 Berichten ANP.
1.00 Letterkundige causerie.
1.20 Rococo-octet.
I.40 Gramofoonmuziek.
2.00 Viool, piano en gramofoonmuziek.
4.30 Ziekenhalfuurtje.
4.555.00 Gramofoonmuziek.
5.05 Gewijde muziek (gr.pl.).
5.50 Gereformeerde Kerkdienst. Hierna: Ge
wijde muziek (gr.pl.).
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, mededeelingen.
8.15 KRO-koor en -kamerorkest,
9.35 Gramoonfoonmuziek.
9.50 KRO-kamerorkest en solist.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Epiloog.
II.00—11.30 Esperantolezlng.
MAANDAG 25 MAART 1940.
Hilversum, 1875 en 414.4 m.
VARA-uitzending. 10.0012.00 v.m. en
7.30—8.00 VPRO.
9.30 Viool en piano.
9.50 Gramofoonmuziek.
10.00 Kinder-Paaschdienst.
10.30 Remonstrantsche Kerkdienst.
11.50 „Het crisiswerk van den Nederlandschen
Protestanten-Bond", toespraak.
12.00 De Krekels met orgelbegeleiding.
12.15 Uitzending voor de a.s. FIKA-collecte.
12.30 Vervolg van 12.00.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
1.00 De Ramblers.
1.30 Gramofoonmuziek.
1.45 Koper-ensemble (opn.).
2.05 Declamatie.
2.30 Residentie-orkest en solist (opn.).
3.30 VAR A-Theaterorkest en solisten.
4.00 Gevarieerd programma.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 Gramofoonmuziek.
6.00 Orgel, trompet, viool en hobo.
de dame in Massoea in moeilijkheden kon ge
raken en de man noemde héAr naam duide
lijk, terwijl die van miss Fenshawe hem niet
bekend was.
Monsieur, zei hrj, Dick bedaard in uit
stekend Fransch toesprekend, kunt u paard
rijden
Ja, zei Dick, tegen alle verwachting in,
hopende, dat deze man met de kalme oogen
hem misschien, althans over de wijze van
Irene's gevangenneming een aanwijzing kon
geven. Ga dan met mij mee, vervolgde Ab
dullah even zacht. Ik denk, dat ik wel kan
uitvinden, waarheen madame gebracht is.
U kunt krijgen, wat u wilt, als u de
waarheid spreekt, zei Dick. Laat ik u naar
mr. /Fenshawe brengen. Hij zal u zeggen
Ik zoek niemand's hulp dan de uwe,
fluisterde Abdullah. Ik kom alleen bij u, om
dat u een Europeaan bent en ik iemand moet
helpen om mij te rechtvaardigen, opdat ik
niet in moeilijkheden kom. Ik ben hier vreemd
en mijn woorden zouden aan doovemans deur
kloppen. U ziet er uit als een man, die kan
handelen. Kom, mijnheer, we verspillen tijd.
Maar ik moet het mijn vrienden ver-
telllen.
Neen. dat is onmogelijk, monsieur. In
dien ik gelijk heb, moeten u en ik alleen de
waarheid weten. Die anderen zijn opgewon
den. Ze zullen voor den heelen bazaar hun
nieuws uitschreeuwen. En, indien we niet sla
gen, zijn we in een half uur terug. Geen
woord tegen iemand, maar volg me!
Abdullah had het uiterlijk van iemand, die
wist, wat hij wilde. Hij stapte onmiddellijk
weg zonder rechts of links te zien en Royson
volgde de opwelling, die hem drong niet te
aarzelen, maar de aangeboden hulp aan te
nemen bjj het zoeken naar Irene. Handelen
was in elk geval beter dan het krankzinnig
makende wachten op den tragen, ambtelijken
weg, dus haastte hij zich achter den Ara
bier aan.
Deze sloeg de eerste zijstraat in. De afwe
zigheid van lantarens en de dunne sluier van
damp, die over den bodem hing, maakten de
duisternis bijna ondoordringbaar, maar Ab
dullah ging zonder aarzelen voort en Royson
liep achter hem aan om een botsing te ver
mijden met de vreemde gedaanten van men-
schen en dieren, die telkens uit de duisternis
opdoken.
Na enkele minuten trok de damp een
beetje op en merkte hij, dat ze de grens van
de inlandsche wijk hadden bereikt. De huizen
stonden niet langer dicht opeen, kleine hut
ten kwamen in plaats van de smalle, hooge
huizen. Weldra kon hij de donkere heuvels
zien afsteken tegen den hemel, waar zijn diep
blauw overging in het amber en groen van
het laatste daglicht. Niet ver weg spiegelde
een effen watervlak, en hij kon juist de
rechte, zwarte streep van den dijk naar het
vasteland onderscheiden, toen Abdullah in een
hut van vlechtwerk dook.
De Arabier had gedurende hun snellle
wandeling geen woord gesproken.
De Engelschman wist niet of hij de hut, die
blijkbaar onbewoond was, al dan niet zou
binnentreden, maar het blije gehinnik van een
paard verklaarde al spoedig Adullah's ver
dwijnen. Het gestamp van onbeslagen hoeven
klonk op den harden grond, een gordijn van
riemen en rinkelen van metaal en de Ara
bier leidde een slank gebouwd paard naar
buiten, dat op het eerste gezicht veel te licht
scheen voor een man van Dick's afmetingen.
De eigenaar van het dier toonde echter geen
twijfel op dit punt. Hij reikte Dxk de teugels.
Attendez ici un moment, s'il vous plait,
monsieur, (wacht een oogenblik, als 't u blieft
meneer) zei hij en snelde weg naar een
andere hut. Het paard probeerde zijn meester
te volgen en Royson vond afleiding voor zijn
verwarde, angstige gedachten, in de nood
zakelijkheid, het dier te kalmeeren. Het was
bang voor hem, het was waarschijnlijk nog
nooit door een Europeaan aangeraakt, maar
Dick sprak het toe in de lingua franca van
den stal en kon spoedig den gebogen hals
streelen en zijn vingers in de dikke gele
manen wikkelen.
Abdullah keerde niet zoo spoedig terug, als
zijn plan was. Hij was een ander paard gaan
leenen, en werd opgehouden, doordat de
eigenaar in den bazaar was. Maar het lot was
hem gunstig door den man vroeger dan ge-
woornlijk terug te zenden voor het avond
maal en toen hij na een afwezigheid van tien
minuten kwam terugrijden, verloor hij niet
meer tijd.
U weet zeker, dat u goed kunt rijden,
monsieur, vroeg hij aan Dick.
Heel zeker.
In het zadel dan, en laat de teugels slap
hangen. Moti zal u veilig dragen en het is
een zandweg, over de brug
Voort reden ze over den oneffen bodem in
een lichten galop en Dick deed zijn eerste
ervaring op van den merkwaardig-zekeren
gang van het Arabisch paard in zijn eigen
omgeving.
Toen ze het vasteland bereikt hadden
kwam Royson naast zijn metgezel rijden.
Waar gaan we heen? vroeg hij.
Naar een dorp. Het is niet ver af. Daar
kunnen we misschien nieuws vernemen.
Na geruimen tijd sprak Abdullah:
Kalm aan, monsieur. We zijn er.
Achter een bouwvallige hut brandde een
vuur. Eenige mannen hurkten om een drie
poot, waarop een groote, ijzeren pot stond.
6.45 „De Joodsche Nederlander in dezen tijd",
toespraak.
7.00 Felicitaties.
7.05 Kinderuitzending.
7.30 Wijdingsdienst.
8.00 Herhaling SOS-Berichten.
8.03 Berichten ANP.
8.15 Arbeiderszangvereeniging „Kunst en
strijd". Utrechts Stedelijk Orkest en solist,
9.00 Declamatie.
9.20 Bravour en Charme.
9.50 Lezing „Veertig jaar volksvoorlichting".
10.16 Rosian-orkest.
11.00 Berichten ANP.
11.1012.00 Gramofoonmuziek.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 12.15—1.00 NCRV.
8.30 Morgenwijdig.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Hoogmis.
11.15 Gramofoonmuziek.
12.30 Berichten ANP.
12.35 Gramofoonmuziek.
12.45 Bel Canto en gramofoonmuziek.
3.00 Wijdingsdienst.
3.504.55 en 5.00 Gramofoonmuziek.
5.15 Kinderuur.
6.15 NCRV-vocaal ensemble en NCRV-orkesL
7.15 „Christus herrezen", lezing.
7.45 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-berichten.
8.15 NCRV-vocaal-ensemble en NCRV-orkest.
8.45 „Paasch-perspectieven", causerie.
9.15 NCRV-orkest.
9.30 Lente-programma.
10.30 Berichten ANP.
10.35 Orgelconcert.
11.15 Gramofoonmuziek.
Ca. 11.50—12.00 Schriftlezing.
DINSDAG 26 MAART 1940.
Hilversum, 1875 en 414.4 m.
AVRO-uitzending. 6.307.00 RVU.
8.00 Berichten ANP.
8.10 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding.
10.15 Gramofoonmuziek.
10.30 Voor de vrouw.
10.35 Concertgebouw-orkest en solist (opn.
11.00 Voor de huisvrouw.
11.30 Omroeporkest en gramofoonmuziek.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
I.00 De Vagebonden en solisten.
2.00 Voor de vrouw.
2.10 Omroeporkest.
2.45 Knip- en naaicursus.
3.45 Lyra-trio.
4.30 Kinderkoor.
5.00 Voor de kinderen.
5.30 AVRO-Aeolian-orkest en soliste.
6.30 Medische causerie.
7.00 Voor de kinderen.
7.05 Zang en orgel.
7.30 Engelsche les.
8.00 Berichten ANP, mededeelingen.
8.15 Internationaal overzicht.
8.35 Bonte Mobilisatietrein.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.30 AVRO-Dansorkest.
II.00 Berichten ANP.
11.10 Jetty Cantoris ensemble.
11.4012.00 Liedjes.
KKO-Uitzending.
8.00 Berichten ANP.
8.05 Gramofoonmuziek.
9.00 Pontificale H, Mis.
12.00 Berichten.
12.15 Musiqpette.
12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
I.10 KRO-orkest.:
2.00 Vrouwenuur.
3.00 Modecurus.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.00 KRO-Melodisten en solist.
5.45 Felicitaties.
6.05 Rococo-octet.
6.35 Sportpraatje.
7.00 Berichten.
7.15 Cyclus „Naar de nieuwe Gemeenschap".
7.35 Miltaire muziek.
7.50 Voor militairen.
8.00 Berichten ANP, medeedelingen.
8.15 Stedelijk orkest van Maastricht en solist.
9.00 Voor de jeugd.
9.35 KRO-orkest en KRO-Melodisten.
10.30 Berichten ANP.
10.40 Gramofoonmuziek.
10.45 KRO-Boys en solist.
II.1012.00 Gramofoonmuziek.
Een sprak en zelfs Royson's ongeoefend oor
herkende de regelmatige cadans van den ver
teller. Een algemeen gelach gaf aan, dat het
protest van een gedwarsboomden schurk of
het wijze gezegde van moelah zooeven gehoor
had getroffen, toen Abdullah uit het zadel
sprong en den kring naderde.
Vrede zij met u, broeders, zei hij, ernstig
buigend.
De verteller zweeg plotseling. Een van de
mannen stond op en antwoordde:
Vrede zij met u, broeder, en de genade
Gods en Zijn zegeningen.
Deze formule bewees, dat de groep bij het
vuur Mohammedanen waren.
Na een paar zinnen gewisseld te hebben
met den man, die zijn groet beantwoord had,
vertaalde Abdullah diens antwoord in het
kort voor Dick, die in groote spanning ge
wacht had.
Enkele minuten geleden is een rijtuig
hier langs gekomen. Waar de weg zich splitst
geen honderd meter verder, sloegen ze links
af. We moeten hard rijden, monsieur. Mis
schien hebben we geluk.
Ze stegen op en reden weg, in snellen galop
de duisternis in. Bij de splitsing sloegen ze
den weg naar het zuiden in en het terrein
werd bijna onmiddellijk heuvelachtig. Ze
hielden hun paarden wat in gedurende het
bestijgen van een lange helling, maar een
plateau, en de zachte daling naar het strand
gaven hun gelegenheid hun vaart weer te
vergrooten.
Toen ze weer op vlak terrein waren, waar
de lichtstraal van den vuurtoren van Massoea
achter de gebouwen op het eiland verborgen
wes. bereikten ze onverwachts een gebroken
rijtuig. Het lag aan den kant van den weg
op een manier, die op een kapot wiel wees, en
een man hield de twee ponny's vast. die waren
uitgespannen. Abdullah trok zijn paard bijna
op de heupen, zoo plotseling hield hij de
teugels in. Hij naderde tot vlak bij den man
die de paarden hield, een Somali, en een
woest tweegesprek begon, dat eindigde in de
toornige verklaring tot Royson:
Deze zoon van een slaaf zegt. dat dit
niet het rijtuig is, dat mij in den bazaar
voorbijreed. Ik geloof, dat hij liegt, maar wat
kan ik doen?
(Wordt vervolgd.)