Lentefeest in China RADIO DE SCHAT Offers aan den god der welvaart in de U/&eüijn Zaterdag 23 Maart 1940 PROGRAMMA GEEN BIJGELOOF. MAAR TRADITIE. „ONZE BOOZE GEESTEN ZIJN DE JAPANNERS". SJANGHAI. „Kong si fa tsè", dat was de Chineesche gelukwensch, dien we meerdere malen per dag uitspraken op het Chineesche Nieuw jaarsfeest, het derde Nieuwjaarsfeest, dat we binnen zes weken hier konden vieren. Het eerst kwam óns Nieuwjaarsfeest, 1 Ja nuari, een kleine veertien dagen later volgde het Russische Nieuwjaarsfeest, dat door de duizenden Russische emigranten in China nog steeds gevierd wordt met uitvoe rige maaltijden, begoten met overvloed van drank en in het begin van Februari viel het Chineesche Nieuwjaarsfeest, dat /Jii stempel drukte op de millioenenstad. Men vergete niet: het aantal der Europeanen, Amerikanen, Russen bedraagt hier enkele tienduizenden, dat der Chineezen eenige millioenen. Lentefeest. - Het eigenaardige is, dat wettelijk het Chineesche Nieuwjaarsfeest sedert een kleine dertig jaar tegelijk valt met ons Nieuwjaarsfeest, daar de Chineesche regee ring toen ons „zonnejaar" invoerde en het oude Chineesche „maanjaar" verviel. Ech ter, het Chineesche volk laat zich oude ge bruiken niet door een eenvoudig regeerings besluit wegnemen en het viert nog steeds „het oude Nieuwjaar", dat. „officieel" geen Nieuwjaar meer is, doch wel erkend wordt als het „lentefeest". Bewoners van Europa inoge het vreemd klinken, dit „lentefeest" in begin Februari, nu in West-Europa d£ thermometer tot vijf-en-veertiggraden Fah- renheit onder het vriespunt viel. Maar hier was het inderdaad een lentefeest. En kele dagen voor het Chineesche Nieuwe Jaar had het hier gesneeuwd en enkele graden gevroren. Bij hondertallen raapte uien 's morgens van de straten de lijken van menschcn op, grootendeels daklooze kinderen, die van de koude gestorven wa ren. De Chineesche boeren beschouwden die sneeuw enkele dagen voor Nieuwjaar als een gunstig teeken, een belofte voor een jaar van welvaart. Maar met het nieuwe jaar kwam een weersverandering en er heerschte een temperatuur als in een zoele Meimaand en ook dat gold als gun stig voorteeken. Drie dagen is feest ge vierd en ook de Europeesche kantoren, banken en andere, bleven die dagen ge sloten. In den „goeden ouden tijd" vierde men in China het Nieuwjaarsfeest zelfs gedurende vijf-en-twintig dagen, geduren de welken tijd de openbare kantoren ge sloten bleven en er zelfs geen recht werd gesproken. Heilwensch met drinkgeld betaald. „Kong si fa tsè", is de heilwensch, die men in die dagen overal hoort en die in vele gevallen met een drinkgeld moet worden beantwoord. Mij heeft daardoor het feest een handvol dollars gekost, maar ge lukkig waren het slechts papieren Chineesche dollars, waarvan er ruim dertien gaan in een Ameri- kaansclien dollar. Kong si fa tsè is de traditioneele Chi neesche Nieuwjaarswensch en beteekent ongeveer: „Onderdanig wensch ik u een FEUILLETON door MALCOLM HOWES 20 Stump's verstandige raad was overbodig. Geen van de twistenden naderde hem. De strijd eindigde zelfs even snel als hij begon nen was en ze waren in het hotel, voordat de verschrikte bedienden het opwindende feit durfden bekend maken, dat de jongedame verdwenen was. De neger, die haar naar beneden had be geleid, was er zeker van, dat ze uit eigen be weging was weggereden met het rijtuig, dat buiten stond, maar mr. Feshawe's radelooze protesten, toen de verschrikte hotelier hem vertelde, wat er gebeurd was, overtuigden Royson, dat de bewering van den bediende dwaasheid was. Bovendien werd hij ieder oogenblik duidelijker, dat mrs. Haxton en niet Irene de buit was, dien de roovers zochten. Royson, ofschoon wit'van hulpelooze woede, besefte spoedig dit element in een anders on verklaarbaar mysterie en trachtte mr. Fens- hawe's wilden schrik te bedaren, door hem te verzekeren, dat het meisje stellig zou worden teruggezonden, zoodra de vergissing gemerkt werd. Ér was geen tijd voor uitleggingen. Alles holde doelloos in paniek heen en weer. Een bode werd gezonden om de politie te roepen en er heerschte een algemeene chaos, toen een Aarabier Royson naderde, wiens fijn ge- teekende trekken, gewelfde wenkbrauwen en hooge jukbeenderen, aantoonden, dat hij van een andere afstamming was dan de bastaar den van de kust. Ook zijn houding was die van een man van aanzien. Het was Abdullah, die uit de onsamenhangende woorden van den neger had begrepen, dat het mevrouw Hax ton was die in het rijtuig was ontvoerd. Hij had zyn eigen redenen om aan te nemen, dat De grootste godheid der Chineezen, Boeddha. gelukkig nieuwe jaar en dat ge meer rijk dommen moogt gewinnen". De jaarwisseling in China is ook de tijd voor vele offers aan verschillende goden, die men te vriend moet houden, en van maatregelen tegen booze geesten. Het af schieten van vuurwerk bij de jaarwisseling was aanvankelijk bedoeld als een afschrik king der booze geesten, doch waarschijn lijk is nog nimmer in China zoo weinig vuurwerk afgestoken als bij het intreden van het thans pas nieuwe jaar. „Onze booze geesten zijn thans de Japanners," zeide een jonge Chinees tot mij, „en die kunnen met vuur werk niet worden afgeschrikt. Daarvoor heeft men munitie noo: dig en velen onzer hebben het geld, dat wij vroeger uitgaven voor vuurwerk, gestort in een fonds voor munitie ter bestrijding der Japanners en die gelden worden ter beschikking gesteld van de na tionale regeering te Chunking." De waarde der offers. Maar dan de goden... en er zijn er nogal wat en ze moeten allen hun offers ontvan gen, de god van de keuken, de god van het geluk, de god van de welvaart. Geofferd worden in vlammend vuur o.a. zilveren muiltjes en biljetten van honderd dollar. Maar die zilveren muiltjes zijn kleine muiltjes, aan elkaar gebonden in geheele rissen, zilveren muiltjes van bordpapier met zilverpapier bekleefd. En die biljetten van honderd dollar? Ik wil niet beweren, dat zij valsch zijn, maar in deze wereld hebben ze toch geen gangbaarheid. Ze zijn alleen bestemd voor de betere wereld en voor de goden en in deze slechtere wereld kan men nog geen pak je sigaretten koopen voor zoo'n „goddelijk" biljet van honderd dollars. Vermoedelijk kan men er in de wereld der goden meer voor krijgen, maar daarvoor is deze dan ook een „betere" wereld. Deze voor de offering bestemde bankbil jetten kan men in bepaalde, gewoonlijk na bij tempels gelegen winkels koopen en men betaalt er voor een biljet van honderd dol lars zooiets als vijf cents. Ze gelijken niet veel op de honderd-dollar-biljetten dezer wereld, maar toch, het bedrag staat er uit drukkelijk en duidelijk op vermeld, zoodat de goden er in hun wereld blijkbaar mede tevreden zijn. En daarom gaat het dan toch maar. De god van de welvaart komt. Den vierden dag van het nieuwe jaar vindt plaats de begroeting van den god van de welvaart, die op zijn jaarlijksch bezoek naar de aar de komt. In ouderwetsche Chineesche huis houdens worden dien dag groote feestmalen aangericht met over vloed van xarkensvleesch, heele kip pen, eieren, en andere lekkernijen in roodc schotels. Groote kaarsen worden ontstoken. Het geheel wordt opgeluisterd met mu ziek. Dien dag is een goede dag voor de bedelaars, die dan rond gaan met schotels, waarop de god van de welvaart is afge beeld. En zeker geen ouderwetsche Chinees gevoelt er iets voor den god dien dag te beleedigen door te weigeren iets in den schotel van den bedelaar te offeren. Men zie in dit alles niet een groote mate van bijgeloof, want zelfs hoog ontwikkelde Chineezen doen aan dit -alles mede. Het moet meer worden beschouwd als traditie, een oude traditie, waaraan men gehecht en gewend is, zooals bij ons aan het St. Ni- colaasfeest, dat de meest boosaardige niet zal willen beschouwen als „bijgeloof". Elke Chinees viert het Nieuwjaarsfeest naar zijn middelen met uitvoerige maaltijden, met bezoeken, met uitgangen haar schouwbur gen, met drentelen langs de overvolle stra ten, waarbij kennissen elkander met geest drift begroeten. Jongeren brengen ouderen hun nieuwjaarswensch met diepe buigingen en er heerscht een onderlinge gemoedelijke gezelligheid, waar men natuurlijk als vreemdeling buiten staat. Geen onvertogen woord. De meeste Chineezen hadden zich voor het nieuwe jaar in gloed-nieuwe kleederen gestoken en de straten waren vol van een feestelijk gestemde, maar rustige menigte, waaronder vele gezinnen, vader, moeder, hinderen, vaak ook kleinkinderen, allen gelukkig en tevreden. Enkele jongeren had den een klein orkestje gevormd en trok ken rond, echter niet om geld op te halen mar louter voor hun genoegen. Bij die hier en daar beangstigende volte viel echter ner gens een onvertogen woord, hoorde men nergens ruzieënde stemmen. Opgewektheid goedmoedigheid en goede manieren heersch ten overal, zelfs in het sterkste gedrang bij voorbeeld voor een der vele Chineesche the aters, die allen fraai waren versierd. Enor me zaken maakten de danshuizen, waarvan er te Sjanghai vele tientallen, zoo geen hon defdtallen zijn. Van deze zijn de vrijwel uit sluitend door Chineezen bezochte dansgele genheden verreweg de fraaiste en elegant ste. En... er wordt ook het best gedanst. De moderne Europeesche en Amerikaansche dans heeft de harten van jong-China ver overd, tenminste in de groote kuststeden. De danswoede heeft hier zoo'n omvang aangenomen, dat men in de zakenwijk, waar zich de groote kantoren bevinden, zelfs dansen kan in de middaguren van twaalf tot twee als het Chineesche perso neel der meeste kantoren vrij heeft om te eten. Dit geldt voor de gewone werkdagen, maar thans, gedurende de feestdagen van Cliineesch Nieuwejaar waren die dansge legenheden om zoo te zeggen dag en nacht in bedrijf. Het Chineesche Nieuwejaar, dat tevens het lentefeest is in het begin van Febru ari In den tuin, waarop mijn kamer uitkijkt, zit een merel, die dit bevestigt en vol geestdrift een lentelied uitjubelt. J. K. BREDBRODE. ZONDAG 24 MAART 1940. Hilversum, 1875 en 414.4 m. 8.00 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VPRO. 5.30 VARA. 6.30 VPRO. 8.00—12.00 AVRO. 8.00 Liturgische Paaschmorgenwjjding. 9.15 Berichten. 9.20 Tuinbouwpraatje. 9.35 Gramofoonmuziek. 9.45 Causerie „Van Staat en Maatschappij". 10.00 Leydensdorff-strijktrio. 10.40 Declamatie en gramofoonmuziek. 11.00 Gramofoonmuziek. 11.20 „Aardstralen, wichelroede en onze ge zondheid", lezing. 11.35 Rosian-orkest. 12.00 Causerie: „Het feest der Opstanding". 12.10 Gramofoonmuziek. 12.30 Carillonbespeling. 12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek. 1.00 Zang en piano. 1.30 Causerie „De gesproken mailbrief". 1.50 Gamelanmuziek (opn.). I.55 Declamatie. 2.00 Boekenhalfuur. 2.30 Leden van het Omroeporkest en solisten. 3.45 Declamatie. 4.10 Gramofoonmuziek met verbindende tekst. 4.45 Gramofoonmuziek. 4.55 Sportnieuws ANP. 5.00 Gesprekken met luisteraars. 5.30 Voor de kinderen. 6.00 Sportpraajte. 6.15 Sportnieuws ANP. 6.30 Paaschjeugddienst, hierna: Reportage. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.20 Omroeporkest, gemengd koor en solisten. 9.00 Hersengymnastiek. 9.30 Gevarieerd programma. II.00 Berichten ANP. 11.10 AVRO-Dansorkest. 11.4012.00 De Melodische Spelers. 8.30 KRO. 9.30 NCRV. 12.15 KRO. 5.00 NCRV. 7.45—11.30 KRO. 9.30 Morgenwijding. 9.30 Gewijde muziek (gr.pl.) 9.50 Nederlandsch-Hervormde Kerkdienst. Hierna: Orgelconcert. 12.15 Uit Rome: Zegen ,Urbi et Orbi". 12.45 Berichten ANP. 1.00 Letterkundige causerie. 1.20 Rococo-octet. I.40 Gramofoonmuziek. 2.00 Viool, piano en gramofoonmuziek. 4.30 Ziekenhalfuurtje. 4.555.00 Gramofoonmuziek. 5.05 Gewijde muziek (gr.pl.). 5.50 Gereformeerde Kerkdienst. Hierna: Ge wijde muziek (gr.pl.). 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.15 KRO-koor en -kamerorkest, 9.35 Gramoonfoonmuziek. 9.50 KRO-kamerorkest en solist. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Epiloog. II.00—11.30 Esperantolezlng. MAANDAG 25 MAART 1940. Hilversum, 1875 en 414.4 m. VARA-uitzending. 10.0012.00 v.m. en 7.30—8.00 VPRO. 9.30 Viool en piano. 9.50 Gramofoonmuziek. 10.00 Kinder-Paaschdienst. 10.30 Remonstrantsche Kerkdienst. 11.50 „Het crisiswerk van den Nederlandschen Protestanten-Bond", toespraak. 12.00 De Krekels met orgelbegeleiding. 12.15 Uitzending voor de a.s. FIKA-collecte. 12.30 Vervolg van 12.00. 12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek. 1.00 De Ramblers. 1.30 Gramofoonmuziek. 1.45 Koper-ensemble (opn.). 2.05 Declamatie. 2.30 Residentie-orkest en solist (opn.). 3.30 VAR A-Theaterorkest en solisten. 4.00 Gevarieerd programma. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 Gramofoonmuziek. 6.00 Orgel, trompet, viool en hobo. de dame in Massoea in moeilijkheden kon ge raken en de man noemde héAr naam duide lijk, terwijl die van miss Fenshawe hem niet bekend was. Monsieur, zei hrj, Dick bedaard in uit stekend Fransch toesprekend, kunt u paard rijden Ja, zei Dick, tegen alle verwachting in, hopende, dat deze man met de kalme oogen hem misschien, althans over de wijze van Irene's gevangenneming een aanwijzing kon geven. Ga dan met mij mee, vervolgde Ab dullah even zacht. Ik denk, dat ik wel kan uitvinden, waarheen madame gebracht is. U kunt krijgen, wat u wilt, als u de waarheid spreekt, zei Dick. Laat ik u naar mr. /Fenshawe brengen. Hij zal u zeggen Ik zoek niemand's hulp dan de uwe, fluisterde Abdullah. Ik kom alleen bij u, om dat u een Europeaan bent en ik iemand moet helpen om mij te rechtvaardigen, opdat ik niet in moeilijkheden kom. Ik ben hier vreemd en mijn woorden zouden aan doovemans deur kloppen. U ziet er uit als een man, die kan handelen. Kom, mijnheer, we verspillen tijd. Maar ik moet het mijn vrienden ver- telllen. Neen. dat is onmogelijk, monsieur. In dien ik gelijk heb, moeten u en ik alleen de waarheid weten. Die anderen zijn opgewon den. Ze zullen voor den heelen bazaar hun nieuws uitschreeuwen. En, indien we niet sla gen, zijn we in een half uur terug. Geen woord tegen iemand, maar volg me! Abdullah had het uiterlijk van iemand, die wist, wat hij wilde. Hij stapte onmiddellijk weg zonder rechts of links te zien en Royson volgde de opwelling, die hem drong niet te aarzelen, maar de aangeboden hulp aan te nemen bjj het zoeken naar Irene. Handelen was in elk geval beter dan het krankzinnig makende wachten op den tragen, ambtelijken weg, dus haastte hij zich achter den Ara bier aan. Deze sloeg de eerste zijstraat in. De afwe zigheid van lantarens en de dunne sluier van damp, die over den bodem hing, maakten de duisternis bijna ondoordringbaar, maar Ab dullah ging zonder aarzelen voort en Royson liep achter hem aan om een botsing te ver mijden met de vreemde gedaanten van men- schen en dieren, die telkens uit de duisternis opdoken. Na enkele minuten trok de damp een beetje op en merkte hij, dat ze de grens van de inlandsche wijk hadden bereikt. De huizen stonden niet langer dicht opeen, kleine hut ten kwamen in plaats van de smalle, hooge huizen. Weldra kon hij de donkere heuvels zien afsteken tegen den hemel, waar zijn diep blauw overging in het amber en groen van het laatste daglicht. Niet ver weg spiegelde een effen watervlak, en hij kon juist de rechte, zwarte streep van den dijk naar het vasteland onderscheiden, toen Abdullah in een hut van vlechtwerk dook. De Arabier had gedurende hun snellle wandeling geen woord gesproken. De Engelschman wist niet of hij de hut, die blijkbaar onbewoond was, al dan niet zou binnentreden, maar het blije gehinnik van een paard verklaarde al spoedig Adullah's ver dwijnen. Het gestamp van onbeslagen hoeven klonk op den harden grond, een gordijn van riemen en rinkelen van metaal en de Ara bier leidde een slank gebouwd paard naar buiten, dat op het eerste gezicht veel te licht scheen voor een man van Dick's afmetingen. De eigenaar van het dier toonde echter geen twijfel op dit punt. Hij reikte Dxk de teugels. Attendez ici un moment, s'il vous plait, monsieur, (wacht een oogenblik, als 't u blieft meneer) zei hij en snelde weg naar een andere hut. Het paard probeerde zijn meester te volgen en Royson vond afleiding voor zijn verwarde, angstige gedachten, in de nood zakelijkheid, het dier te kalmeeren. Het was bang voor hem, het was waarschijnlijk nog nooit door een Europeaan aangeraakt, maar Dick sprak het toe in de lingua franca van den stal en kon spoedig den gebogen hals streelen en zijn vingers in de dikke gele manen wikkelen. Abdullah keerde niet zoo spoedig terug, als zijn plan was. Hij was een ander paard gaan leenen, en werd opgehouden, doordat de eigenaar in den bazaar was. Maar het lot was hem gunstig door den man vroeger dan ge- woornlijk terug te zenden voor het avond maal en toen hij na een afwezigheid van tien minuten kwam terugrijden, verloor hij niet meer tijd. U weet zeker, dat u goed kunt rijden, monsieur, vroeg hij aan Dick. Heel zeker. In het zadel dan, en laat de teugels slap hangen. Moti zal u veilig dragen en het is een zandweg, over de brug Voort reden ze over den oneffen bodem in een lichten galop en Dick deed zijn eerste ervaring op van den merkwaardig-zekeren gang van het Arabisch paard in zijn eigen omgeving. Toen ze het vasteland bereikt hadden kwam Royson naast zijn metgezel rijden. Waar gaan we heen? vroeg hij. Naar een dorp. Het is niet ver af. Daar kunnen we misschien nieuws vernemen. Na geruimen tijd sprak Abdullah: Kalm aan, monsieur. We zijn er. Achter een bouwvallige hut brandde een vuur. Eenige mannen hurkten om een drie poot, waarop een groote, ijzeren pot stond. 6.45 „De Joodsche Nederlander in dezen tijd", toespraak. 7.00 Felicitaties. 7.05 Kinderuitzending. 7.30 Wijdingsdienst. 8.00 Herhaling SOS-Berichten. 8.03 Berichten ANP. 8.15 Arbeiderszangvereeniging „Kunst en strijd". Utrechts Stedelijk Orkest en solist, 9.00 Declamatie. 9.20 Bravour en Charme. 9.50 Lezing „Veertig jaar volksvoorlichting". 10.16 Rosian-orkest. 11.00 Berichten ANP. 11.1012.00 Gramofoonmuziek. 8.30 NCRV. 9.30 KRO. 12.15—1.00 NCRV. 8.30 Morgenwijdig. 9.30 Gramofoonmuziek. 10.00 Hoogmis. 11.15 Gramofoonmuziek. 12.30 Berichten ANP. 12.35 Gramofoonmuziek. 12.45 Bel Canto en gramofoonmuziek. 3.00 Wijdingsdienst. 3.504.55 en 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Kinderuur. 6.15 NCRV-vocaal ensemble en NCRV-orkesL 7.15 „Christus herrezen", lezing. 7.45 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS-berichten. 8.15 NCRV-vocaal-ensemble en NCRV-orkest. 8.45 „Paasch-perspectieven", causerie. 9.15 NCRV-orkest. 9.30 Lente-programma. 10.30 Berichten ANP. 10.35 Orgelconcert. 11.15 Gramofoonmuziek. Ca. 11.50—12.00 Schriftlezing. DINSDAG 26 MAART 1940. Hilversum, 1875 en 414.4 m. AVRO-uitzending. 6.307.00 RVU. 8.00 Berichten ANP. 8.10 Gramofoonmuziek. 10.00 Morgenwijding. 10.15 Gramofoonmuziek. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Concertgebouw-orkest en solist (opn. 11.00 Voor de huisvrouw. 11.30 Omroeporkest en gramofoonmuziek. 12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek. I.00 De Vagebonden en solisten. 2.00 Voor de vrouw. 2.10 Omroeporkest. 2.45 Knip- en naaicursus. 3.45 Lyra-trio. 4.30 Kinderkoor. 5.00 Voor de kinderen. 5.30 AVRO-Aeolian-orkest en soliste. 6.30 Medische causerie. 7.00 Voor de kinderen. 7.05 Zang en orgel. 7.30 Engelsche les. 8.00 Berichten ANP, mededeelingen. 8.15 Internationaal overzicht. 8.35 Bonte Mobilisatietrein. 9.45 Gramofoonmuziek. 10.30 AVRO-Dansorkest. II.00 Berichten ANP. 11.10 Jetty Cantoris ensemble. 11.4012.00 Liedjes. KKO-Uitzending. 8.00 Berichten ANP. 8.05 Gramofoonmuziek. 9.00 Pontificale H, Mis. 12.00 Berichten. 12.15 Musiqpette. 12.45 Berichten ANP, gramofoonmuziek. I.10 KRO-orkest.: 2.00 Vrouwenuur. 3.00 Modecurus. 4.00 Gramofoonmuziek. 5.00 KRO-Melodisten en solist. 5.45 Felicitaties. 6.05 Rococo-octet. 6.35 Sportpraatje. 7.00 Berichten. 7.15 Cyclus „Naar de nieuwe Gemeenschap". 7.35 Miltaire muziek. 7.50 Voor militairen. 8.00 Berichten ANP, medeedelingen. 8.15 Stedelijk orkest van Maastricht en solist. 9.00 Voor de jeugd. 9.35 KRO-orkest en KRO-Melodisten. 10.30 Berichten ANP. 10.40 Gramofoonmuziek. 10.45 KRO-Boys en solist. II.1012.00 Gramofoonmuziek. Een sprak en zelfs Royson's ongeoefend oor herkende de regelmatige cadans van den ver teller. Een algemeen gelach gaf aan, dat het protest van een gedwarsboomden schurk of het wijze gezegde van moelah zooeven gehoor had getroffen, toen Abdullah uit het zadel sprong en den kring naderde. Vrede zij met u, broeders, zei hij, ernstig buigend. De verteller zweeg plotseling. Een van de mannen stond op en antwoordde: Vrede zij met u, broeder, en de genade Gods en Zijn zegeningen. Deze formule bewees, dat de groep bij het vuur Mohammedanen waren. Na een paar zinnen gewisseld te hebben met den man, die zijn groet beantwoord had, vertaalde Abdullah diens antwoord in het kort voor Dick, die in groote spanning ge wacht had. Enkele minuten geleden is een rijtuig hier langs gekomen. Waar de weg zich splitst geen honderd meter verder, sloegen ze links af. We moeten hard rijden, monsieur. Mis schien hebben we geluk. Ze stegen op en reden weg, in snellen galop de duisternis in. Bij de splitsing sloegen ze den weg naar het zuiden in en het terrein werd bijna onmiddellijk heuvelachtig. Ze hielden hun paarden wat in gedurende het bestijgen van een lange helling, maar een plateau, en de zachte daling naar het strand gaven hun gelegenheid hun vaart weer te vergrooten. Toen ze weer op vlak terrein waren, waar de lichtstraal van den vuurtoren van Massoea achter de gebouwen op het eiland verborgen wes. bereikten ze onverwachts een gebroken rijtuig. Het lag aan den kant van den weg op een manier, die op een kapot wiel wees, en een man hield de twee ponny's vast. die waren uitgespannen. Abdullah trok zijn paard bijna op de heupen, zoo plotseling hield hij de teugels in. Hij naderde tot vlak bij den man die de paarden hield, een Somali, en een woest tweegesprek begon, dat eindigde in de toornige verklaring tot Royson: Deze zoon van een slaaf zegt. dat dit niet het rijtuig is, dat mij in den bazaar voorbijreed. Ik geloof, dat hij liegt, maar wat kan ik doen? (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 13