CHINA
Het voetbal
menu
zal de Japanners Opslokken
K.n.U.R.
ikCkoJi maAyen
In ons district
ïl.ü.U.B.
Dc Japansche soldaat niet met verlof
naar huis Hij moest eens de waar
heid over den toestand in China aan
het volk thuis vertellen
door K. BREDERODE
©te eeWe WLaMeM
Een dankbaar onderwerp;
het Vreemdelingenlegioen
3
Shanghai. In Maart.
Vt'e spraken over den oorlog. den oor-
"loar in Europa en dien in China. Het ge
zelschap bestond uit eenige oude „Ghina-
mannen" en mij, een nieuweling in het
groote „Hemelsche Rijk". Oude „Chinaman-
nen", in het Engelsch genoemd „old
Chinahands" zijn Europeanen en Amerika
nen. die al vele jaren in China leven en
het land mondig kennen. Over het alge
meen verkeeren deze menschen niet meer
in de Fransche, de Engelsclie en de Ameri-
kaansche clubs. Ze vormen als het ware
een apart ras en een kleine, aparte samen
leving in het groote China. Ze bezitten
een grondige kennis van het land en het
volk, een kennis, die ze niet hebben opge
daan uit boeken. Onbewust aanvaarden ze
de wijsheid van den dichter die schreef:
„Het leven alleen is de school van het le
ven; s levenservaring. het heilige boek,
waar ik niet vruchteloos de waarheid in
zoek".
Het leven van elk dezer menschen is een
wilde avonturenroman. Een hunner heeft
nog den Russisch-Japanschen oorlog in
Mandsjoerije medegemaakt. Een ander is
een Belg. een Vlaming, die den vorigcn
oorlog als Belgisch soldaat medemaakte, bij
Luik, in Antwerpen, aan den IJzer stond
en einde 1915 als instructeur met F.ngelsch
geschut door de Witte Zee naar Rusland
ging, daar bleef tot de revolutie en toen
door Siberië vluchtte naar Wladiwostock
en nimmer meer naar zijn vaderland terug
keerde, al dien tijd in Mandsjoekwo en
China vertoefde. Een derde is een ruiin zes
tigjarige Amerikaan, die gedurende den
SpaanschAmerikaanschen oorlog als vrij
williger naar de Philippijnen trok en na
afloop van zijn diensttijd zijn geluk be
proefde in China, waar hij nu dus ruim
veertig jaren woont. Hij herinnert zich nog
het oude Chineesche keizerrijk en velen
van het gezelschap herinneren zich nog
den tijd, dat alle Chineezen vlechten droe
gen. Een belangrijk tijdperk van de Chinee
sche geschiedenis hebben zij medegemaakt
en ook het opkomen van Japan als een
wereldmacht.
Er waren juist weder eenige belangrijke
veldslagen geleverd tusschen de Japanners
en de Chineezen en daarover spraken we.
AI deze oude Chinamannen hebben vrien
den, jarenlange vrienden, onder de Chinee
zen met wie zij nu en dan vertrouwelijk
babbelen en zoo kan men bij hen bijzonder
heden vernemen, waarvan andere Europea
nen niets weten.
Onder instemming van de andere oude
„Chinamannen" maakte een hunner de
opmerking; De Japanners hebben thans veel
meer dan een millioen manschappen in
China. Ze kunnen rustig nog een paar mil
lioen manschappen sturen, maar dit ver
andert niets aan den toestand: de Chinee
zen slokken hen allen op.
Ik keek verbaasd op en de anderen lach
ten om mijn verbazing. Een hunner zeide:
„Schrik maar niet. De Chineezen zijn geen
menscheneters, maar het Chineesche volk
heeft 't vermogen, alle vreemde elementen
in zich op te nemen en tot Chineezen te
maken. Dit procés duurt al vele eeuwen.
Menigmaal is China verovert, doch bij slot
van rekening verdwenen de veroveraars. Ze
losten zich op in het Chineesche volk en
China en de Chineezen bleven. Zoo is het
gegaan met de Mongolen en met de Mand-
sjoes. Op kleiner schaal geschiedde het
zelfde met de Portugeezen, die in de zes
tiende eeuw in China zoo'n grooten invloed
hadden. Duizenden, tienduizenden Portugee
zen zijn hier gebleven, maar het aller
grootste deel hunner zijn tot Chineezen
geworden, zijn „opgeslokt" door de Chi
neesche massa. In de middeleeuwen hadden
zich in China honderdduizenden Joden ge
vestigd. Waar ze vandaan kwamen is on
bekend, doch in enkele Chineesche provin
cies vindt men nog hun sporen. De Joden
zijn zeer moeilijk te assimileeren, maar de
Chineezen hebben hen opgeslokt en het
eenige, wat men van hen vindt is een ze
ker Joodsch type in sommige Chineezen. De
Japanners laten hun soldaten, dezelfde
soldaten, te lang in China en dit vormt
voor hen een gevaar, dat de machthebbers
te Tokio niet schijnen in te zien".
Toevallig ontmoette ik korten tijd na dit
gesprek een Nederlander, die geruimen
tijd in China vertoeft en een groot deel van
het land heeft bereisd. Hij spreekt zoowel
Chineesch als Japansch en woont in het
„vrije" China en in het door Japanners be
zette deel van China.
Op zijn reizen had hij meermalen gele
genheid gehad met Japanners in China, ook
met soldaten en onder-officieren in aanra
king te komen en hij vertelde me in ande
ren vorm ongeveer 't zelfde als de oude
..Chinaman". In het binnenland van China
had hij opgemerkt, hoe Japansche soldaten,
die reeds meer dan een jaar in China ver
toefden, op goeden voet stonden met dc Chi
neesche bevolking, waardoor tegelijk de
discipline in het Japansche leger was ver
zwakt.
Ik dacht aan het gesprek met de oude
„Chinamannen" en vroeg ine af of daar
mede het „opslikken" der Japansche sol
daten door de Chineesche gemeenschap be
gint.
Echter, de Nederlander vertelde me meer
van zijn ervaringen tusschen de Japanners.
De Japansche soldaat is over het al
gemeen niet zoo geestdriftig over
de veldtocht in China, als de Ja
pansche pers het wil voorstellen.
Voor de eer voor zijn keizer te
vechten schenen die Japansche sol
daten niet veel meer te gevoelen.
De groote meerderheid, vooral on
der de manschappen, die zich reeds
lang in China bevinden, verlangt
naar huis en hoopt op een spoedig
einde van het eindelooze Chinee
sche avontuur.
Met verlof gaan deze mannen niet en
tienduizenden hunner zijn reeds vanaf het
begin van den veldtocht, dus ruim twee
jhar, in China. Verlof naar Japan wordt
alleen, en dan nog in geringe mate, ver
leend aan officieren, voornamelijk hoogere
officieren. Slechts bij uitzondering wordt
aan manschappen en onder-officieren verlof
verleend naar Japan.
De Japansche autoriteiten vreezen name-
liik, dat door zulke verlofgangers de werke
lijke staat van zaken in China onder het
Japansche volk algemeen bekend zou wor
den en dit tracht men te vermijden.
Ik heb zelfs eenige malen door oude
„Chinamannen" de meening hooren verkon
digen, dat Japan aan den China-oorlog
geen einde kan maken, daar een terugkeer
van meer dan een millioen ontevreden Ja
pansche soldaten een hoogst ernstig gevaar
zou vormen voor de machthebbers in Ja
pan. Zouden deze massas terugkeeren zon
der dat belangrijke voordeelen in China
waren behaald, dan zou deze ontevredenheid
der manschappen wel eens uitermate be
smettelijk kunnen zijn en op de groote mas
sa der bevolking kunnen overslaan. Daar
om. beweren sommigen, is Japan wel ge
dwongen den oorlog in China voort te zet
ten, hoewel heldere koppen te Tokio reeds
lang hebben ingezien, dat Japan in China
op den duur niets te winnen heeft. Steeds
meer geld en steeds meer manschappen
vraagt het Chineesche avontuur aan Japan
en het einde van dit avontuur is nog lange
niet in het verschiet. Nu en dan verspreidt
het Japansche legerbestuur berichten, die
als troost voor 't Japansche volk moeten
dienen, maar bij nader beschouwing niet
veel waard zijn. Juist gisteren deelde het
Japansche legerbestuur mede, dat de Ja
pansche troepen rijke kolenmijnen in Chi
na hadden bezet.
Dit klinkt dan als een groot succes voor
de Japansche wapenen, doch ver
liest vrijwel alle beteekenis, als men dan
ontdekt, dat deze kolenmijnen zijn gelegen
ongeveer honderd kilometer van Peking, in
een gebied dus, dat in naqm reeds twee
jaar geleden door de Japanners werd bezet.
In dit gebied zelfs nog moeten de Japan
ners vechten om kolenmijnen in hun bezit
te nemen.
CHINEESCHE PADVINDERS AAN HE
FRONT HELPEN BIJ HET VERVOER
DER GEWONDEN.
De kolenmijnen liggen in Noord-China en
er was voor de Japanners een kort ge
vecht noodig om ze in bezit te krijgen. In
Zuid-China echter moeten dc Japanners te
gen de legermacht van Tsang-Kei-Tsjek
herhaaldelijk groote veldslagen leveren en
daar vallen aan weerszijden veel meer men
schen, dan tot nu toe aan het Westfront
in Europa.
Het groote pubiek in Japan weet dit ech
ter niet en beschouwt deze bezetting van
kolenmijnen als een groote zegepraal voor
het Japansche lger. De zich in China be
vindende Japansche soldaten weten lang
zamerhand wel, wat zulke „overwinningen'
bcteekenen en het is begrijpelijk, dat het
Japansche legerbestuur zulke mannen liever
in China laat, daar hun nadere inlichtingen
liet Japansche volk wel eens tot andere in
zichten zouden kunnen brengen.
Zondag a.s. belooft een dag te worden
met rare uitslagen.
Verscheidene vereenigingen, vooral de
Helderschen, kunnen door het Intrek
ken van de verloven niet met hun
volledige elftallen uitkomen. Indien er
dus geen uitstel wordt verleend, wordt
het morgen een dag van verrassingen.
AFDEELING I.
De groote vraag is hier, of Blauw Wit nog
een steek zal laten vallen. Geschiedt dit, dan
is de spanning definitief teruggekeerd.
Morgen is er wel een kleine kans op, want
een ploeg als V.S.V. is een moeilijken tegen
stander voor de Zebra's. Er zal door de Am
sterdammers in ieder geval beter gespeeld
moeten worden dan tegen Stormvogels Zon
dag j.1.
Doen ze dat niet, dan vreezen we voor hen,
dat V.S.V. met de winst gaat strijken.
In afwachting hiervan gaan D.W.S. en
A.D.O. weer op het oorlogspad om nieuwe
triomphen te vieren. Maar... ook deze clubs
zien zich morgen voor lastige obstakels ge
plaatst.
A.D.O. moet naar IJmuiden, waar Storm
vogels brandt van verlangen om de A.D.O.-
ers te verslaan en D.W.S. brengt een ^bezoek
aanAjax.
Neen, ook voor A.D.O. en D.W.S. wordt het
een zwaren Zondag.
De strijd om de laatste plaats wordt voort
gezet met den kamp HaarlemD.O.S., waar
in we de Haarlemmers favoriet achten. K.F.C.
heeft misschien kans op één punt in haar uit
wedstrijd tegen 't Gooi.
AFDEELING II.
Beide kampioenscandidaten zijn in derby's
gewikkeld. Feijenoord krijgt het zich kranig
herstellende R.F.C. op bezoek, terwijl Sparta
naar Schiedam „tijgt" om Hermes partij te
geven.
Met eenige moeite kunnen deze wedstrijden
o.i. zoowel voor Feijenoord als de Spangen
bewoners de volle winst opleveren.
Voorts bezegelt V.U.C. C.V.V.'s lot, want
het is niet aan te nemen, dat Charlois nu
plotseling in staat is om De Harder c.s. ook
maar één punt af te snoepen.
D.H.C.D.F.C. en XerxesH.B.S. zijn wed
strijden, waarbij niets meer op het spel staat.
De bezoekers zijn favoriet.
HET OOSTEN,
TubantiaHeracles, ziedaar het treffen,
dat in afdeeling III in het middelpunt der
belangstelling staat. Beide clubs staan
precies gelijk, op twee punten gevolgd
door A.G.O.V.V. en N.E.C.
De winnaar van dezen kamp krijgt dus
een voorsprong op alle concurrenten.
Had Tubantia Zondag n.1. niet zoo vol
komen gefaald, we zouden haar de
meeste kans gegeven hebben, ook al door
het terreinvoordeel.
Maar nu zien we er voor de Hengeloërs
hoogstens een gelijk spel in.
A.G.O.V.V. en N.E.C., de ploegen, die
Opnieuw is het enerveerende be
drijf van den oorlogsfilm-reporter
in hooge mate actueel geworden.
De gevaren aan dit werk verbonden
zijn natuurlijk groot en veelvul
dig, gelijk iinmer voor den film
reporter.
Het is in verschillende binnen- en buiten-
landsche bioscooptheaters gewoonte gewor
den, om aan het einde van het wereld-
nieuws-journaal de speciale reportages van
het oorlogsfront aan te kondigen en het is
waarlijk geen wonder, dat de aandacht in
de zaal dan plotseling in hooge mate ge
spannen is en dat nien geboeid naar liet
doek kijkt, om te zien welke nieuwe opna
men de operateurs gemaakt hebben. Het
behoeft nauwelijks betoog dat de camera-
mensclien der journaal-film-maatschappijen
die naar het front worden gestuurd om
met nieuwe actualiteiten terug te komen,
he in dezen tijd buitengewoon moeilijk
hebben. Deze „film-oorlog-verslaggevers",
behooren in Frankrijk tot de „Service Ci-
nematographique de 1'Armée", de „S.C.A.'
In de eerste maanden van den oorlog heb
ben zij geleerd hoe de zuiver filmtechnische
moeilijkheden overwonnen moeten worden
en zij hebben zich in dien tijd bepaald tot
enkele korte reportages, die overigens dik
wijls in artistiek opzicht ver uitstaken bo
ven de gebruikelijke journaal-opnamen.
Te moeilijker was hun opgave dik
wijls, omdat zij zich dikwijls be
vinden tegenover het probleem een
handeling te laten zien. wanneer er
in werkelijkheid niets gebeurt. Des
ondanks gaven zij een suggestief
beeld van wat zich achter het
front afspeelt en van de systema
tische arbeid die daar wordt ver
richt.
Deze opnamen worden door .speakers" in
geleid met verklarende uitleggingen, maar
dikwijls luidde de eerste woorden van zulk
een inleiding: „Rien a signalerEen
uitdrukking die in wezen neerkomt op het
klassieke „lm Westen nichts Neues". Toch
volgt er op dat „Er is niets te melden",
dikwijls „maar"en dat maar wordt
dan op het doek getoond: de groote stuk
ken geschut worden in stelling gebracht
respectievelijk verdekt opgesteld of geladen;
de granaten wórden opgestapeld en naar
de voorste linies gebracht; de waarnemings
posten nemen hun plaatsen in bij de
„ooren van het leger"; de ingenieuze, prach
tige apparaten met behulp waarvan de he
mel wordt „afgeluisterd", zoodat de nade
ring van eventueele vliegmachines ter
stond kan worden vastgesteld; vliegtuigmo
toren worden gereviseerd; er moet dwars
door het prikkeldraad heen eten worden
gebracht naar een of andere voorpost; de
Rijn stroomt rustig en kalmpjes, maar in
de verte zien wij de vijandelijke kazematten.
Ziedaar het leven van alledag aan het
front en dat alledaagsche leven nu wordt
door de operateurs van de S.C.A (en in
andere landen door de filmreporteurs van
andere organisaties en maatschappijen) met
een dikwijls adembeklemmende suggestivi-
teit op het doek gebracht.
Het vreemdelingenlegioen.
Voor het Fransche publiek in het
bijzonder is er dan nog een ander
onderwerp waarvoor het altoos een
niatelooze belangstelling heeft. Dat
handelt over het vreemdenlegioen
en verleden jaar heeft de speelfilm
„De groote onbekende" daar alles
van laten zien.
De cameramenschen van de Noord-Afri-
kaansche afdeeling van de S.C.A. hebben
toen de marsch van de legionnairs uit
Sidi-Bel-Abbes gedraaid. Dat was natuur
lijk geen spel meer, maar rechtstreeksche
en levensechte werkelijkheid, maar dat
neemt niet weg dat de tafereelen zooals
die op het doek werden vertoond, dank zij
de vaardige regie, maar dank zij ook de
zgn. „technische instellingen", waarvoor de
„cutter" verantwoordelijk is, een dusdanig
geheel vormden, dat het resultaat terecht
een .groote speelfilm" mocht heeten en een
product werd dat zich met de beste Ane-
rikaansche meten kon.
Oorlogspositie.
Dc camera-menschen bepaalden zich er
niet toe alleen de plechtige marsch te verfil
men op tie bekende, (vooral sedert de groo
te parade van i Juli 1939 ock in Parijs zoo
populaire) marschmelodie, der legioennairs
maar zij zochten het vooral ook in allerlei
persoonlijke details van de mannen van 't
vreemdenlegioen zelve en daardor kreeg de
film tal van aantrekkelijke accenten, zoo
dat het karakter van het journaal of de
documentaire geheel verdween. Men ziet de
door de zon gebruinde gezichten met de
liarde trekken, men ziet hoe deze menschen
met kinderlijke zorg hun spulletjes inpak
ken, men ziet ook hoe zij afscheid nemen
van hun verwanten en vrienden, (zulks ter
geruststelling van de velen die in de dwaze
veronderstelling leven dat de legioennairs
geen familieleden of vrienden hebben), en
tenslotte ziet men hoe zij zich, uitgeleide
gedaan door velen, op weg begeven. Dan
stoomt de trein door het Noord-Afrikaan-
sche landschap en de silhouet van een oor
logsschip wordt zichtbaar. Het behoeft
nauwelijks betoog dat er heel veel poezie in
dergelijke opnamen schuilt, oorlogspoëzie
weliswaar, maar dan toch gezien en geïn
terpreteerd door filmkunstenaars, die daar
uit een mooie filmische compositie weten
te scheppen.
Fantastische moeilijkheden.
Natuurlijk kan niet worden gezegd
dat een film-opname als die waar
van wij hierboven enkele bijzonder
heden vertelden, nu precies de
meest karakteristieke oorlogs-jour-
naal-opname is, te meer waar bet
hier ging om een wezenlijke speel
film met „journalistiekeei inslag".
In werkelijkheid komt er bij de
„oorlogsfilms" die niet in de film
studio maar wel degelijk aan het
front worden opgenomen, nog wat
anders kijken.
Men kan over het algemeen gerust zeggen
dat de filmbezoeker die vanuit zijn gemak
kelijke feauteuil in het bioscoopzaal tie dc
tafereelen vóór hem op het doek bekijkt, er
geen notie van heeft welke moeilijkheden
en ontberingen dikwijls moesten worden
overwonnen en doorstaan alvorens derge
lijke opnamen tot stand konden komen.
Een energieke camera-reporter moet na
tuurlijk de kunst verstaan om overal door
te dringen, ook op plaatsen waar zijn aan
wezigheid verboden of levensgevaarlijk is.
En op dat gebied worden heel wat stoute
stukjes uitgehaald. Ook buiten den oorlog.
Herinnert de lezer zich bij voorbeeld het
sensationeele Hauptmann-proces in Fle-
mington? De eerste dagen werden de
film-reporteurs uit de zaal verwijderd,
maar een hunner kroop 's nachts het ge
bouw binnen, logeerde er klandestien tot
den volgenden dag en draaide toen precies
wat hij hebben wilde, riskeerend dat hij
gearresteerd zou worden wegens inslui
ping.
Filmreportages aan het front stellen na
tuurlijk nog andere voorwaarden, in de
eerste plaats: onverschrokkenheid. Waar
kogels rondvliegen kunnen zij verdwalen
en waar met bommen wordt gegooid i« het
levensgevaarlijk. Vele filmreporters trek
ken zich daar geen steek van aan; zij
dringen door waar zij zijn willen en zij
draaien. Om den verwenden bioscoopbe
zoeker te laten zien wat hij graag zien wil.
G. H. W,1
OT) de loer USSen, ontmoeten de bet«j,
lijders" uit het Oosten Wanneer er geen on.
dèrschatting in het spel is, blgven deze club,
^Hengelo. die ook nog een klein kansje be.
zit zal in Nijmegen moeite genoeg hebben
om tegen Quick met de hakken over de sloot
18 EnschedeGo Ahead is van weinig belang.
De Enschede-ers kunnen nog wel een punt},
gebruiken in verband met de dreiging van
de 10e plaats.
HET ZUIDEN.
Ook in het Zuiden een big-match, n.1.
JulianaN.O.A.D. Alleen zijn we hier
overtuigd van een zege der Spekholzena-
ren daar we de productiviteit van Vroo-
men c.s. veel hooger aanslaan dan die der
Tilburgernaren.
Slechts een N.O.A.D. op haar best kan
aan Juliana weerstand bieden.
MV.V., der „Dritte im Bunde", heeft het
veel gemakkelijker. Roermond, dat naar
Maastricht moet, heeft geen schijn van
^Eén geluk voor de Roermondenaren, dat
haar mede-candidaten voor de laatste plaat.
Helmond en Limburgia in Tilburg tegen
resp. Willem II en Longa evenmin kans op
succes hebben. In Eindhoven gaat de derby
Eindhoven—P.S.V., die wel de noodige be-
langstelling zal trekken. Tenslotte spelen in
Den Bosch B.V.V. en N.A.C. tegen elkaar.
HET NOORDEN.
Als G.V.A.V. in dit seizoen nog een
keer struikelt, dan is daar morgen o.L
de grootste kans op. Sneek op eigen ter
rein met De Bock in de gelederen, is een
kwade tegenpartij. Wie weet!
H.S.C. zal goed doen om in Winschoten
W.V.V. „van de sokken" te spelen, wil ze ten
minste haar theoretische kansje ook nog niet
verliezen.
Achilles wint van Be Quick, terwijl in
Veendam Heerenveen een warme ontvangst
bereid zal worden. Toch gelooven we, dat
Lenstra c.s. met de punten gaan strijken.
Zal H.R.C. zich herstellen van haar
jongste nederlaag. Dat is de groote
vraag, die hier de gemoederen bezig
houdt. Er is kans op, maar... Alkmaar-
sche Boys in Alkmaar is een tegenstan
der, die H.R.C. vaak nogal „zwarigheid"
op heeft geleverd. De Racers zullen hun
best® spel moeten spelen, willen ze zich
volledig kunnen rehabiliteeren.
Helder krijgt alweer een interessante
thuiswedstrijd te verwerken. Alcmaria
komt op bezoek en de traditie wil, dat
deze kamp altijd één van de interessant
ste en beste van een heel seizoen is ge
weest. We zullen hopen, dat beide ploe
gen deze traditie getrouw zullen blijven.
Een voorspelling? Helder kan winnen!
O.S.V., de trotsche overwinnaar van H.R.C.,
trekt naar Wieringen om te probeeren Suc
ces wederom er onder te houden. De Wierin-
gers echter, gesterkt door het fraaie succes
tegen de Boys, zullen echter hun huid duur
verkoopen. Een gelijk spel zou ons niet
vreemd voorkomen.
West Frisia zal thuis met Purmerstejjn
niet al te veel moeite hebben, terwijl Z.F.C.
en W.F.C. tenslotte de beste kansen hebben
in hun wedstrijden tegen resp. Hollandia en
Zaandijk; al is uit de praktijk bewezen, dat
de derde klasers fel van zich kunnen af
bijten.
Afdeeling E.
Oudesluis en BKC hebben beide een lastige
karwei te verwerken. BKC ontvangt Water
vogels, wat in normale omstandigheden geen
overmaat van zorgen zou baren voor de Pol-
derschen, maar nu zonder verlofgangers en
zonder bewegingsvrijheid voor Paardekooper,
Valk en Blok etc. zeker wel. Mogelijk is ook
Watervogels eenigszins sterk gehandicapt en
zal het voor de Polderschen nog wel losloopen.
Er is voor BKC n.1. juist alles aan gelegen om
thans te winnen, want Oudesluis moet b(j
HRC 2 op bezoek. De Racers zijn er beter
ingekomen zooals men weet en ze hunkeren
naar de gelegenheid om tegen de koploopers
te toonen wat ze waard zijn. We benijden
Oudesluis niet en we vreezen, dat ze niet zon
der kleerscheuren uit Den Helder terugkeert.
Atlas ontvangst HRC 3. Wanneer Wijker
c.s. niet zelf op de laatste plaats wil be
landen, zullen ze de Racers er onder moeten
houden.
Helder 2 toert naar Wieringerwaard. Dit zal,
gezien de omstandigheden, niet al te sterk
kunnen uitkomen, zoodat de witjakken een
redelijke kans hebben.
Afdeeling G,
Alcmaria 2 en CSV staan te beginnen aan
hun vóór-laatsten wedstrijd met elk 15 pun
ten. Alcmaria 2 ontvangt DTS, dat zelf ook
nog een theoretische kans heeft en CSV moet
naar Uitgeest, dat onberekenbare buien bljjkt
te hebben. We wachten het dus maar af al
meenen we, dat én DTS èn Uitgeest het loodje
moeten leggen. Nieuwe Niedorp ontvangt Ber
gen. Hoe zullen beiden kunnen uitkomen?
Daarvan hangt alles af.
Afdeeling E.
Petten—JVC is hier de eenige wedstrijd.
Maar dit is er dan ook een van groot formaat
die van welhaast beslissende beteekenis is.
oor JVC, die bij een nederlaag uitgeschakeld
wordt. Maar voor Petten ook, welke bij verlies
volkomen afhankelijk is geworden van den
wedstrijd JVC—Helder 3. Tenslotte ook voor
Helder 3, die alleen bij een Petten-nederlaag
Tvr- 'tans, krijgt zich via een overwinning op
vari t kampioenschap te verzekeren. Hoe
t af zal loopen aan de Hondsbossche durven
we niet te voorspellen. Het is jammer dat deze
ielangrijke wedstrijd nu juist op zoo'n on
welkom oogenblik wordt gespeeld. De kwestie
is: wie is de gelukkige die de minste spelers
onder de wapen heeft.
Afdeeling K.
Atlas 2 zal trachten haar verlies wat bij te
spijkeren door thuis van Helder 4 te winnen
(10 uur). We zien echter nogal wat haken en
oogen voor dit zoover zal zijn.
J Afdeeling B.
Werkdorp Nieuwesluis bezoekt BKC 3. De
gasten kunnen altijd volledig uitkomen, zoo
dat ze de Polderschen er wel onder zullen
weten te houden.
ieringerwaard 2 ontvangt Oudesluis 2 (10
uur). De punten gaan hier ook mee met de
bezoekers.
Adspiranten.
u „Helder a—Succes a (10 uur); HRCa
Helder b (10 uur).
Afd. P: BKC a—HRC c (10.30 uur); HRCd
Winkel a (U.15 uur).