Enkele ernstige diefstallen berecht oSuiÈhlanSSm geen nieuws Waal yaan u*e Pie&ti? ttChronique Scandaleuse EEN PASFOTO Noorsche front ponderdag 18 April 1940 Tweede Blad Zeekrijgsraad Willemsoord Laatste abonnements- tooneelvoorstelling Bekende Hellevoetsche patriarch overleden Voortreffelijke opvoering door het Centraal Tooneel Verzekering oorlogsmolest en mijnengevaar Den Helder zat bijna 2 uur zonder stroom Van het Spoed met de slagkruisers Dr. Gocbbcls aan 't woord Barometerstand van Den Helder Toekomst vergooid voor een half pond margarine. De eerste zaak, die gistermiddag voor den Zeekrijgsraad, gepresideerd door Mr. Arn. Veldman, berecht werd, betrof den matroos 2e kl. P. K., verdacht van dief stal. K. diende in Vlissingen en heeft aldaar, op den 14den Februari, een bankbiljet van 10 gulden uit de winkella van een schoenmaker genomen. Weliswaar ver telde verd., dat hij direct daarna spijt over het gebeurde had, doch toen was hij reeds door de militaire politie gesnapt en gearresteerd. Op de vraag van den President, waar om verd. tot deze daad gekomen is, zegt deze, dat dit maar een opwelling van hem geweest is. Verd. blijkt overigens wel eens meer van dergelijke „opwellingen" gehad te hebben. Mr. Veldman heeft het tenminste over een bedrag van 6 gulden, dat hij ds. Tollenaar eens afgetroggeld had, zoogenaamd om reis kosten te dekken. Ook de conduite schijnen niet 100 pet. te zijn. Daarin staat hij ten minste gedoodverfd als een praatjesmaker. De Fiscaal, de officier van administratie der 1ste kl., Mr. D. B. A.Franken, noemt het bedrevene een zeer ernstig feit, wijst op de slechte conduite en komt zoodoende tot de conclusie, dat iemand als verd. niet in de militaire maatschappij thuishoort. Hij vor dert 3 maanden gevangenisstraf, en ontslag uit den militairen dienst zonder ontzegging weder bij de gewapende macht te dienen. Als pleiter treedt op mr. A. Prins van Alkmaar. Deze geeft toe dat het feit inder daad ernstig is, maar is tevens van meening, dat ontslag een wel wat te zware straf is. De beoordeeling van iemands karakter blijft al tijd een uitermate moeilijke zaak en spr. vindt het gevaarlijk om hem alleen op die conduite ontslag te geven. De jongen komt uit een goed milieu, die nu echter, als het ontslag doorgang heeft, op straat staat. Met een „rood paspoort" zal hij groote moeite hebben weer ergens aan den slag te komen. Pleiter ziet het alles meer als een jeugddwaling van een 21-jarige. Hij be sluit met het verzoek beklaagde nog een kans te geven en alsnog de mogelijkheid onder het oog te willen zien een reclassee- ringsrapport te laten uitbrengen. De Fiscaal repliceert. Hij merkt daarbij op, dat hij zich niet wil kanten tegen het uitbren gen van een reclasseeringsrapport, doch wist er den Krijgsraad op, dat -dit geen nieuwe gezichtspunten zal geven. Z.i. is het een over bodigheid. Uitspraak: 3 maanden gevangenisstraf. Ergerlijke diefstal op den Onder zeedienst. Dan verschijnt de zeemilicien matroos 2e kl. P. C. S„ terechtstaande terzake diefstal, driemaal gepleegd. De man diende in de Onderzeedienstkazerne en maakte gebruik van zijn wacht in het manschappengebouw om de kastjes van zijn collega's, die rustig lagen te slapen, te onderzoeken en de portemonnaies met inhoud te verdonkeremanen. Hij had daar bij veel succes: 28 December kaapte hij de beurs van G. A. Tromp, inhoudende 13.50; 22 Januari die van J. M. Stork, inhoudende 23.—; op 5 Februari drie portemonnaies tegelijk, en wel die van G. J. Leeners met 15.—, die van W. Groeneweg met 7.en die van een derde collega met 11. Verdache erkent alles. Op de vraag van den President, hoe hij tot deze ernstige misdrijven is gekomen verne men we, dat hij een „potje" aan het vormen was. Hrj had namelijk verschil van meening met zijn vader en kon zoodoende niet meer thuis komen. Nu vreesde hij, dat hij, indien de mobilisatie afgeloopen was, op straat zou staan en vandaar dat hij zich voor dien tijd van enkele gelden wilde verzekeren. Mr. Veldman kwalificeert het als een ge- meene streek. Dat is het ook, als men bijv. hoort, dat verd. aan een der door hem besto lenen grootmoedig een paar gulden leende, om met verlof te kunnen gaan De Fiscaal denkt er al niet veel anders over. Er is over dezen verd. een reclassee ringsrapport verschenen, waaruit blijkt dat verd. uit geen goed milieu komt. Zijn werk gevers evenwel dwepen met hem. Trouwens, hij is ook geen slechte kerel. Misschien een tikje „los" maar zeer zeker geen kwaad in dividu. De Fiscaal is bereid een gedeeltelijk voor waardelijke straf op te leggen, doch dan met den klemtoon op het niet-voorwaardelijke deel. Hij eischt dan 9 maanden gevangenis straf, waarvan 6 maanden onvoorwaardelijk (met in mindering de preventieve hechtenis sedert 5 Februari), 3 maanden voorwaarde lijk met een proefüjd van 2 jaar, terwijl be klaagde zich onder toezicht zal hebben te plaatsen van de R.K. reclasgeeringsver. in Alkmaar. Voorts ontslag uit den militairen dienst, zonder ontzegging weder bij de gewa pende macht te mogen dienen. Mr. Prins ziet in verd. een onevenwichtige jongen, en wijst op de goede conduite. Het noodig zijn, dat hij onder goede leiding ge plaatst wordt. In dat geval kan er zeker een fatsoenlijk mensch uit hem groeien. De ge vraagde gevangenisstraf vindt pleiter e hoog en hij dringt in verband daarmede op clementie bij den Krijgsraad aan. Uitspraak: Conform eiscli. 1 oor een half pond margarine... De matroos 1ste klasse A. D. heeft al een heel domme streek uitgehaald. Een streek, die waarschijnlijk door zijn ge- heele toekomst een streep haalt. De man was in opleiding op de „Schor pioen" - als botteliersmaat, en heeft op den 25sten Januari het ongelukkige idee gehad om een half pond margarine mee naar huis te nemen. Hij werd betrapt en terstond uit de opleiding genomen. De President brengt verd. zijn ongelooflijk stomme streek onder het oog. om alles te ris- keeren voor dat onnoozele half pondje mar garine. Verd. is het daar volkomen mee eens en zegt, dat hg de ernst van het feit niet begrepen heeft. De Fiscaal noemt het een zielig geval, Een geval, waarbij het hart gaat spreken. On nadenkendheid is hier de oorzaak van veel ellende, temeer waar verd. geen slecht karak- ter heeft en als een zeer rustig en fatsoen lijk militair te boek loopt. Zijn promotie is hem nu afgesneden, hetgeen wel als een zware straf beschouwd moet worden, aange zien hiermede zijn kans om onderofficier te worden wel als nihil te rekenen valt. Hij vor dert een gevangenisstraf van 2 weken. Als pleiter treedt op de luitenant ter zee lste kl. J. P. van Doorn, die er eveneens op wtjst, dat deze verdachte een zeer behoorlijk mensch is, matig in alles, en die nu door zoo'n ongelukkig pakje margarine zijn toe komst in gevaar gebracht heeft. Een pakje ter waarde van 30 cent. Natuurlijk dient men tegen diefstallen bij de Marine streng op te treden, maar pleiter zou gaarne zien, dat er met de gunstige factoren in deze zaak ern stig rekening gehouden werd. Misschien zou het mogelijk zijn, deze zaak te kunnen doen terugverwijzen naar den commandeerenden officier. Uitspraak: 2 weken gevangenisstraf voorwaardelijk met een proeftijd van 1 jaar. Met gesloten deuren. Met gesloten deuren werd behandeld een zaak tegen een korporaal-bottelier K.M.R., terechtstaande voor artikel 247 W. v. S. Er werd een straf gevorderd van 3 maan den gevangenisstraf met aftrek van het voorarrest. De tonnenlegger Willem v. Beveren. Enkele dagen geleden is te Hellevoet- sluis overleden op 93-jarigen leeftijd, de heer Willem van Beveren, die gedurende zeer vele jaren als tonnenlegger in de Zuidhollandsche zeegaten bekendheid had. Zeeuw van geboorte, kwam de heer Van Beveren reeds op jeugdigen leeftijd naar Hellevoetsluis en kreeg aldaar de functie van tonnenlegger. welke betrek king hij tot zijn 65ste jaar bleef uit oefenen. Deze varensman van den ouden stempel, die hoog stond aangeschreven, was een be kende figuur, niet alleen op Hellevoetsluis, doch ook daar, waar zijn reizen als schip per van het betonningsvaartuig in de Zuid hollandsche stroomen hem brachten. Zooals gezegd, bereikte de heer Van ÉSeve- ren den hoogen leeftijd van 93 jaar. Met hem is de oudste Hellevoetsluische pa triarch heengegaan, iemand die zoowel den glorietijd als het verval van zijn plaats ge heel heeft medegemaakt. tt voor zijn wij tenslotte te weinig Amerl- kaansch en te veel Hollandsch... Men krijgt het volle pond: een bliksem snelle opeenvolging van huweljjksbreuk en huwelijks-reparatie, van inferieure journalis tieke principes, van wat verwaterde wijsgee- righeid, loszinnigheid, en dwaasheid. Het gaat alles niet zoo bijster diep, hetgeen trouwens de bedoeling ook niet was. Wel is het altijd interessant, altijd boeiend en altijd ad rem. De dialogen flonkeren als brillanten, en het is een verdienste op zichzelf, dat men kans ziet het publiek in een voortdurende spanning te houden. Toen Philip Barry, de auteur van het blg- spel „The Philadelphia Story" (welke titel men „verhollandschte" tot „Chronique Scan daleuse") deze comedie op papier zette, stond hem waarschijnlijk voor oogen een realistische uitbeelding te geven van een brok heden- daagsch Amerikaansch society-leven, een wil lekeurige greep uit het bestaan van een wille keurige familie, ergens in de Nieuwe Wereld. In het midden plaatste hij een moderne Ame- rikaansche jonge vrouw, behept met de deug den en ondeugden van haar tijd en het product van de moderne opvoeding. Hij zal zich ten doel gesteld hebben te bewijzen, dat datzelfde oppervlakkige, vluchtige, genotzoekende, aan den weg timmerende, cocktaildrinkende, flir tende, dansende en op uiterlijk effect-bere kende meisje, in den grond nog zoo kwaad niet is. Dat zij, onder het vernis van veel op pervlakkigheid, tenslotte diverse eigenschap pen bezit, die haar in niets minder doet zijn van haar decente en fatsoenlijke Europeesche zuster. In het bewijzen daarvan is Philip Barry ten deele geslaagd. Ten deele schoot hij zijn doel echter voorbij. Wjj zullen geen poging wagen den inhoud van dit blijspel weer te geven. Daarvoor is het tè fragmentarisch, daarvoor is het te veel afhankelijk van sfeer en stemmingen. Daarbij gebeurt er zoo veel in de drie bedrijven, dat het beeld toch onvolledig zou blijven. In grove trekken komt het hierop neer, dat twee Amerikaansche journalisten door hun hoofdredacteur naar een rijke familie in Phi ladelphia gezonden worden, teneinde een re portage te geven van het huwelijk van de oudste dochter, die voor de tweede maal in het huwelijk treedt. Reze reportage moet een onderdeel vormen van een chronique scanda leuse der stad. Wat blijkt echter? Dat die zelfde familie Lord in feite heelemaal geen persoonlijkheden zijn. geschikt voor het leve- len van een schandaal-reportage. Dat hier hoegenaamd geen sprake is van schandalen in de society, dat de familie weliswaar aan enkele exentrikiteiten laboreert, maar dat die toch geen „stof" in voldoende mate leveren voor een gepeperde reportage. Niemand der familie is feitelijk uitgesproken slecht, er ge beuren geen belangrijke schandalen en het leven dezer rijke Bhiladelphianen onderscheidt zich feitelijk in niet*'zoo heel veel van dat van andere families. Dat alles uiteraard gezien vanuit een Amerikaanschen gezichtshoek. Voor Europa in het algemeen en Holland m het bijzonder zou er waarschijnlijk zeer zeker wel kopij in 't „geval" Lord gezeten hebben... Aan het einde van dit stuk poogt men de lawine van indrukken, het vuurwerk van tin telende dialogen en markante scenes en dit steekspel van gevatte opmerkingen samen te vatten. Men komt dan tot de conclusie, dat men een uitermate knap gespeeld stuk tooneel <rezien heeft, dat echter een zekere mate van onbevredigdheid achterlaat. Het is alles zeer intelligent uitgedacht en even geraffineerd weergegeven, maar niet altijd neemt men de „moraal" (of datgene wat men in Amerika zoo pleegt te noemen) voetstoots aan. Daar- behoeft geen onding te zijn. Ga naar WERNER CRONE, Koningstraat 29 a 6 goede pasfoto's slechts 75 ets Hedenavond lezing voor den Midden- standsvereeniging I>cn Helder door Mr. A. Leiiveld. Onder verwijzing naar de desbetreffende advertentie in dit nummer vestigen wij er de aandacht op, dat hedenavond 8.30 uur in het Kegelhuis Mr. A. J. Leiiveld van de „Vereeniging Molest-RLSico", aan gesloten bg Centraal Beheer, zal spreken over verzekering tegen Oorlogsmolest en mijnengevaar. Ongetwijfeld zullen velen deze vergade ring, waarvoor uiteraard belangstelling in onze %tad zal bestaan, bezoeken. Ader tusschen Koningsplein en Molenplein doorgeslagen. Gistermorgen, van kwart over 8 tot onge veer 10 uur, heeft de geheele stad zonder electrischen 9troom gezeten. Overal gingen de lichten uit en stonden de motoren stil. Naar wij vernemen betrof het een storing in de PEN-kabel. tusschen het Koningsplein en het Molenplein. Dat het zoo lang duurde, eer een en ander weer hersteld was, vindt zijn oorzaak in het feit, dat de Gemeentelijke lichtbedrijven tyj dergelijke storingen eerst in overleg dienen te treden met het PEN in Bloemendaal. BOEI GEVONDEN. Gisteren kwamen twee personen uit den Ouden Helder, zonen van Rensmaag, op ons bureau, in het bezit van een groote reddingsboei, die zij opgevischt hadden in het Marsdiep, tegenover De Mok. De boei bevatte den naam „Valdera' en als plaats van afkomst Huil. Mary Dresselhuys als Tracy Lord. Jammer is, dat de auteur met het einde geen raad geweten heeft. Er moest, kost wat kost, een happy ending aan gebreid worden, en door het forceeren daarvan verviel dit blij spel tenslotte in de sfeer van een goedkoope operette of banale klucht. Gezien echter het feit, dat deze onvolkomenheid alleen geldt voor de laatste scènes, behoeft men deze fout niet al te zwaar te rekenen. Dit sprankelend stuk, dit van leven brui- schend en tintelend blijspel, werd vertolkt door het „Centraal Tooneel" en het werd een ver tolking in optima forma. Mary Dresselhuys speelde de rol van Tracy Lord. Zij was het vrijgevochten, moderne Amerikaansche meisje en zelden hebben wij haar een rol zien spelen, die haar zoo voortreffelijk lag. Intonatie, ge baar, inleving... kortom, deze weergave van Tracy Lord was onverbeterlijk en men mag spreken van een uitzonderlijk succes, van deze actrice. Cees Laseur was een uitstekend tegenspeler, gevat en cynisch, Pérone Hosang als de pers fotografe sympathiek en vermakelijk om beur ten, Joan Remmelts idem idem, terwijl ook het werk van de overigen, waarvan wij noe men Elly Weller, Sara Heyblom, Jan van Ees, Arend Hauer en Cor Hermus, in uitstekende handen was. Een stuk, dat wellicht velen niet geheel be vredigd zal hebben, maar dat toch zonder twijfel sprankelde van geest, en voortdurend interessant was. Een woord van lof voor de fraaie décors mag hier nog gegeven worden, evenals voor de regie van Remmelt, die feilloos verliep. En met deze „Philadelphia Story" is dan de serie tooneelabonnementsvoorstellingen weer ten einde. Gaan wij de opgevoerde stukken in dit seizoen na, dan komt het ons voor, dat men tevreden kan zijn met datgene wat de Casino-directie naar Den Helder gebracht heeft. Men heeft steeds gepoogd het beste te krijgen wat er op de tooneel,,markt" op een zeker oogenblik aanwezig was en daarbij niet geschipperd. Wij zijn er van overtuigd, dat het abonnementspubliek de keuze der stukken in haar geheel heeft kunnen waardeeren en spreken de verwachting uit, dat dit ook in het volgende seizoen het geval moge zijn. In dit verband is het wellicht goed reeds nu mede te deelen, dat de eerste voorstelling van de nieuwe reeks een stuk zal zijn, dat thans groote triomfen in de hoofdstad viert; name lijk het fantastisch geestige blijspel „Toontje heeft een paard geteekend". Maar daar schrij ven wjj in October nader over... Regeering antwoordt den Volksraad. Batavia, 17 April. De regeering zet grooten spoed achter de behandeling van het Slagkruiserplan in den Volksraad. Reeds thans heeft zij de verschil lende opmerkingen van den Raad beantwoord, zoodat de gedachtenwisseling in Indië een aanvang kan nemen. De regeering meent te kunnen volstaan met meer algemeene toelichtingen en wijst er op, dat het in hoofdzaak om de tech nische oplossing gaat, welke zal worden ge geven aan de zoo herhaaldelijk vernomen vraag om versterking der vloot. De vraag of de maritieme verdediging zich zal moeten uitstrekken over den geheelen Archipel, wordt bevestigend beantwoord. De regeering zet uiteen, dat het voor de vloot niet in de eerste plaats gaat om het tegengaan van locale acties, doch om bestrij ding van. een totale actie in haar geheel. Rechtstreeksche bestrijding van locale acties zal dienen te geschieden door het leger, welks grondstrijdkrachten kunnen worden gesteund door luchtstrijdkrachten. De houding, welke de inheemsche bevol king in het algemeen zal aannemen bij een eventueel conflict, baart de regeering geen zorgen. Zij sluit zich aan bij de leden, die van oordeel zijn, dat de doelstelling van de voor gestelde maritieme weermacht niet te split sen is in bescherming van een eigen belang van Nederland en bescherming van Indië. Beide belangen worden tegelijkertijd gediend. De rgeering is erkentelijk voor den be kwamen spoed, waarmede het ontwerp in de afdeelingen is onderzocht en waarop het voorloopig verslag werd uitgebracht. De suggestie om de kosten voor den aan bouw al dadelijk in geheel af te zonderen in een vlootbouwfonds, zou in de behandeling door de Staten-Generaal geen wijziging bren gen, daar de jaarlijksche ramingen van uit gaven en ontvangsten van dergelijke fondsen mede aan het oordeel van den begrootings- wetgever worden onderworpen. De regeering ziet geen reden om het be twijfelen of het plan ook voor het inheem sche deel der bevolking aannemelijk is. Dat de toelichting te summier zou zijn, kan niet worden toegegeven. De regeering wijst er op. dat in het voor loopig verslag verschillende beschouwingen, opmerkingen en vragen zijn opgenomen, welke zoo ver buiten het bestek van dit wetsontwerp vallen, dat de regeering het zich moet voorbehouden hierop niet dieper in te gaan, dan zij opportuun acht. Op de vraag, of het juist is, dat een z.g. „plan-Ferwerda" bestaat, enz., moet de re geering het antwoord schuldig blijven, aan gezien het haar ongeëigend voorkomt om aan haar uitgebrachte adviezen als zoodanig in bespreking te brengen. Met de totstandkoming van de beoogde vlootversterking wordt een harmonisch verde digingssysteem verzekerd geacht. Met de uit voering van dit plan zal de zeegaande vloot (waarvan een overzicht als bijlage is toege voegd) de uiteindelijke sterkte hebben be reikt. De meening, dat het vlootplan te beperkt is. vermag de regeering niet te deelen. Steeds zullen ten minste twee slagkruisers voor den dienst gereed rijn. Volledigheidshalve zij vermeld, dat het voorgestelde artillerieschip feitelijk dient te worden ondergebracht in de klasse der „snelle slagschepen". De voor onze maritiem-strate- gische doelstelling en de voor de omstandig heden noodige, hoog opgevoerde snelheid heeft echter geleid tot de benaming „slag kruiser". (Aneta.) Van het Noordelijke front valt hedenmor gen niet zoo bijster veel nieuws te melden. Het voornaamste bestaat uit het feit. dat van Britsche rijde medegedeeld wordt, dat het vliegveld van Stavanger gisteren gedurende 80 minuten door 'n groot vlooteskader is ge bombardeerd. Indien alle bombardementen, die de Britten reeds gemeld hebben van dit lan dingsterrein. op waarheid berusten, en er is geen reden daaraan te twijfelen, dan kan men er zich verzekerd van houden, dat dit niet bij zonder geschikt meer zal rijn voor de Duit- sche Messerschmidt's om daarvandaan tegen de geallieerde strijdkrachten op te treden. Hetgeen overigens juist de bedoeling was. Wat de troepen-ontschepingen van de Britten en Franschen betreft, deze worden nog steeds door een waas van mysterie om huld. hetgeen natuurlijk zeer wel te verklaren is uit strategische overwegingen der geallieer den. Behalve Narvik, schijnen er, aldus ver luidt officieus, ook ten Zuiden van deze be langrijke ertsverschepingshaven troepen aan wal gezet te rijn, hoewel zulks van Duitsche rijde ontkend wordt. In het Z.O. deel van Noorwegen schijnen de kansen van de Noo- ren niet al te gunstig te zijn. Men verneemt, dat de Duitschers er diverse malen in ge slaagd zijn deze troepen terug te slaan. Zooals men ziet: geheel klaar is de situatie nog niet en wij zullen nog eenigen tijd moe ten wachten voor en aleer men rijn oordeel over de krijgskansen in Scandinavië kan geven. Wat overigens de aandacht trekt is de rede, die gisteravond de kleine dr. Goebbels in het Berlijnsche Sportpaleis voor de radio heeft gehouden en wel naar aanleiding van de thans afgesloten Winterhulpcampagne. Deze motor der Duitsche propaganda- dienst, die thans op zulke hooge toeren draait, en waarvan een bekend Britsch diplo maat eens gezegd heeft: „dat geen leugen hem te onwaarschijnlijk en geen gal te bitter was, als hij over Engeland gewaagt", heeft verteld, dat de campagne in dezen oorlogs winter 600 millioen rijksmark opbracht, het geen nog 36 millioen méér is dan in dezelfde periode van den vorigen vredeswinter. Waar uit dan zou moeten blijken, hoe gul en hoe gaarne het Duitsche volk de weldadigheid betracht. Dr. Goebbels heeft meer gezegd: hij zeide met nadruk, misschien thans voor de duizendste maal, dat de toekomst van het geheele Duitsche volk thans op het spel staat. Dat het de bedoeling der geallieerden is Duitschland op de knieën te krijgen en het daarna in stukken te verdeelèn. Verliest Duitschland, dan is het voor eeuwen ver loren. Men moet den kleinen doctor gehoord hebben, by het lanceeren van dergelijke dreigementen, om te beseffen, welk een effect er van deze propaganda uitgaat. Het volk gelooft deze dreigingen en verreweg het grootste deel van de Duit sche natie is er heilig van overtuigd, dat de „plutocratieën" in het Westen uitslui tend en alleen den totalen ondergang van het Derde Ryk beoogen. Vandaar, dat men zich ingesteld heeft op een iang- durigen en verbeten oorlog en dat men zich neergelegd heeft by de groote offers die reeds gebracht zijn en zich voorbe reidt op de nog grootere die zullen vol gen. Dit is iets waaraan de Britten en Franschen misschien nog wel een lesje kunnen nemen. Uit alles bljjkt, dat men zich b(j de geallieerden nog niet goed realiseert, dat deze t(jd van hen niet alleen offers vergt, doch zéér, zéér zware offers. De Duitscher heeft er zich mee verzoend, maar er zgn nog tè veel Britten en Fran schen, die van de veronderstelling uit gaan, dat het zoo'n vaart niet zal loopen. In dit opzicht wacht hun misschien een bittere ontgoocheling. En hoe eerder men zich op de „oorlogsmentallteit" ingescho ten heeft des te beter. Opdat de te leurstellingen en offers, die een oorlog nu eenmaal meebrengt, niet al te zwaar te dragen zullen zgn. Bij het op 4 en 12 dezer gehouden exa men slaagden voor het diploma aan den Ge meentelijken Cursus in het machineschrjjven de dames: Joh. Steenkamp en C. E. v. d. Gaag en de heeren G. Kruisdijk, M. Scheffer en G. J. Struyk. Aquarium Zool Station. Voor het publiek geopend: dagelijks van 9—12 en van 13.30 17 u. Zaterdags van 9—12 uur. Natuurhistorisch Museum, le Vroonstraat lederen Woensdag van 35 uur. lederen Zaterdag van 7—10 uur. Bovendien den eersten Zondag van elke maand van 35 uur en den eersten Woens dag van 810 uur. BIOSCOPEN: Rialto, Spoorstraat, acht uur: „Gibraltar". Tivoli-Theater, Spoorstraat, acht uur: „O.K. Mr. Deeds!" Witte Bioscoop, Koningstraat, acht uur: „Dansend door het Leven" en „Pioniers der prairiën". Zaterdag 20 April. Casino, 8 uur: Uitvoering Sanatorium- Fonds der Landmacht. Barometerstand Den Helder 755.1 Maximum temperatuur lucht 7.8 Temperatuur 8 uur 6.g Wind: richtingO.N'.p.: kracht 3 Licht op 7 33

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 5