TARZAN en de vuren van Torh Koopen en verkoopen van schoenen verboden Hei Geneim unn Vee aan beslag onttrokken. Voorbereiding distributie van textielproducten De voetbal moet weer rollen Licht voor den bollenkweeker Zuivelsteunregelingeu loopen onveranderd door De democratiën naar hun ineenstorting Torrance Esdale door Edgar Rice Burroughs Maandag dc eerste lammerenmarkt Britscbe oorlogscorrespondenten naar Engeland terug Bewaking van pijp leidingen in Syrië Hondcrdduizcoden Fransche vluchtelingen Dc tfTimes" waarschuwt voor „wonderen" FEUILLETON op Texel Slechts toegestaan bij dringende noodzaak, op vertoon van distri- bntiekaart. Het departement van Handel, Nijverheid •n Scheepvaart maakt bekend: 1. Het koopen van alle soorten schoenen bij den kleinhandel en het verkoopen en afleveren van alle soorten schoenen door den kleinhandel is verboden. 2. Onder schoenen worden voor de toe passing van dit verbod mede verstaan: kin derschoenen, laarzen, sportschoenen, san dalen, samoa's en lederen pantoffels. 3. Van het verbod, bedoeld onder 1, is uitgezonderd het koopen door en het ver koopen en afleveren aan hen, die in het bezit zijn van een door den plaatselijken distributiedienst afgegeven, op naam ge stelden bon, rechtgevende op het koopen van één paar scheonen. 4. De plaatselijke distributiedienst zal een bon als onder 3 bedoeld slechts afge ven op vertoon van de distributiestamkaart aan hen, die ten genoegen van dien dienst aantoonen, dat zij niet beschikken over een paar schoenen, dat redelijkerwijs bruikbaar kan worden geacht De onder 3 bedoelde bon moet bij af levering der schoenen door den kooper worden ingeleverd. De aan de achterzijde van den bon vermelde gegevens moeten door den verkooper worden ingevuld en door den kooper van zijn handteokening worden voorzien. 6. De kleinhandelaar is verplicht iedere bestelling van schoenen op een bij den plaatselijken distributiedienst verkrijgbaar bestelformulier in te dienen bij het Rijks bureau voor Huiden en Leder, Keizers gracht 129/131 te Amsterdam. Dit bestelfor- muier moet vergezeld zijn van een met het te bestellen aantal paren schoenen overeenkomend aantal bonnen, als bedoeld onder 3. Bestelling rechtstreeks bij den fa brikant of grossier is derhalve niet meer mogelijk. Het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart maakt bekend, dat Maandag is ingesteld een Rijksbureau voor de Dis tributie van Textielproducten door den Handel, gevestigd Banstraat 1, 's Graven- hage. Als directeur van dit bureau is benoemd de heer H. G. Hey. Doel van genoemd Rijksbureau is het treffen van maatregelen op het gebied van de distributie van alle textielproducten, zoowel door den groothandel als door den kleinhandel. Onder textielproducten worden hierbij verstaan alle, uit textielgrondstoffen ver vaardigde artikelen, welke voor uiteinde lijke consumptie zijn beBtemd. Van deze ar tikelen kunnen onder meer wórden ge noemd: naai- en handwerkgarens, manu facturen, kleeding, huishoudgoederen, de kens, tapijten, fournituren, enz. Op grond van het bovenstaande is iedere handelaar in textielproducten,' in bovenge- noemden zin, verplicht onverwijld een schriftelijk verzoek tot inschrijving bij het Rijksbureau in te dienen, bij inwilliging van welk verzoek een vergunning tot het voeren van het bedrijf zal worden ver leend. Het voortzetten van het bedrijf zonder een dergelijke vergunning zal bin nenkort verboden zijn. Men richte derhalve het verzoek tot in schrijving aan het Rijksbureau voor de Distributie van Textielproducten door den Handel, Banstraat 1, 's Gravenhage. Het bestuur van den Kon. Xederlandschen Voetbalbond heeft zich op het standpunt gesteld, dat het wenscbelijk is mede te werken aan een zoo spoedig mogelijk her stel van het normale leven. Er is overleg gepleegd met de Nederland- sche zoowel als de Duitsche autoriteiten, naar aanleiding waarvan kan worden me degedeeld, dat het streven van het bonds- bestuur om weer te laten voetballen, waar door aan tallooze burgers afleiding wordt gegeven, zeer wordt gewaardeerd. Dit kan geschieden door het spelen van vriendschappelijke wedstrijden, het uit schrijven van seriewedstrijden of het nog doen vaststellen van competitiewedstrijden. Wat betreft de beide eerst genoemde wedstrijden kunnen de clubs daarvoor zelf het initiatief nemen. Wat de laatste groep betreft, zijn er natuurlijk in verscheidene afdeelingen nog competitiewedstrijden te spelen. Het bond^bureau is nog niet op de hoogte van den toestand van de terreinen van de vereenigingen. Bovendien zullen er hier en daar ook nog wel moeilijkheden zijn met betrekking tot de reisgelegenheid Aan de vereenigingen, die nog in de gele genheid zijn competitiewedstrijden te spe len, wordt verzocht zich met de tegenpartij in verbinding te stellen en ons te berich ten, welke wedstrijden kunnen worden vast gesteld, waarvan de uitslagen nog van belang zijn voor den competitiestand in haar afdeeling. Een dringend beroep wordt gedaan op de verenigingsbesturen om zooveel mogelijk te willen medewerken aan een gezonde en zoo noodige afleiding voor spelers en pu bliek. Bij den landbouwer A. G. J. van D. was in de omgeving van Den Haag beslag ge legd op oenige stuks vee, doch op den ochtend van de executie bleek het vee te zijn verdwenen. De landbouwer zou het in den nacht hebben overgeheveld naar een andere verblijfplaats. Een vervolging werd op grond van art. 198 W. van Str. ingesteld en de rechtbank veroordeelde van D. tot twee maanden ge vangenisstraf. Tegen dit vonnis kwam de landbouwer die reeds uit anderen hoofde was gede tineerd in hooger beroep. Voor het gerechtshof verontschuldigde van D. zich gisteren met de opmerking, dat hij niet goed had begrepen, dat hij het vee, waarop beslag was gelegd, niet naar een andere plaats mocht overbrengen. Getuigen werden niet gehoord. De procureur-generaal achtte het feit zeer ernstig. Wanneer men handelingen van 't operubaar gezag, gelijk een executie, op een methode als hier door verdachte toegepast, onmogelijk tracht te maken, dan zet men de heele rechtspraak op zij. Spr. kon niet aannemen, dat verdaehte niet met opzet zou hebben gehandeld, te minder wijl deze bij nacht optrad, en hij achtte de op gelegde straf veel te gering. De nieuwe eiscli luidde: acht maanden gevangenisstraf. Mr. Mout, als verdachtes raadsman op tredend, zeide, dat het zeer de vraag is of van D. met kwaad opzet heeft gehandeld. Het gepleegde feit sproot niet voort uit misdadige bedoeling dan wel uit verdorven heid, maar meer uit domheid. Het was den landbouwer .volgens pleiter niet dui delijk, dat het vee, waarop beslag was gelegd, daarmede aan diens eigen beschik king was onttrokken. Daarom drong spr. op een clemente beslissing van het Hof aan. Arrest 5 Juni. Duitsche belangstelling. Hoewel de toestand in het bloembollen vak uiteraard nog weinig overzichtelijk is, kunnen toch ongetwijfeld lichtpunten wor den gezien. De kansen voor den export naar Finland en Zweden worden gunstiger beoor deeld en bovendien wist men reeds vóór den oorlog, dat de belangstelling in Duitser- land voor ons mooie product steeds groot is. De onderhandelingen zullen volgens de Tel. wel binnenkort kunnen worden hervat en men hoopt, dat de export naar Duitsch- land mettertijd kan toenemen. De stemming onder de vakgenooten, zoo verzekerde men, is hoopvol. Men is overal krachtig en optimistisch gestemd aan het werk. Het vak heeft meer tijden van export moeilijkheden gekend en toch zijn deze steeds door vlijt en volharding weer over wonnen. Het Rijksbureau voor de Voedselvoorzie ning in oorlogstijd brengt ter kennis van producenten van zuivel- en melkproducten, dat de zuivelsteunregelingen voorloopig onveranderd doorloopen. Ten einde voorts dezen producenten de voldoening van hun financieele verplich tingen tegenover hun melkleveranciens te vergemakkelijken, zullen door de Neder- land&che Zuivelcentrale maatregelen wor den getroffen, welke spoedig zullen wor den bekend gemaakt. Voorts kan worden medegedeeld, dat voor onze zuivel- en melkproducten, zoowel voo-r de nieuwe productie als voor reeds aanwezige voorraden, afzet aanwezig zal zijn. Een en ander is gebaseerd op den wensoh om de productie op gang te hou den en ook de melkprijzen te handhaven op het vóór 9 Mei 1940 bestaande peil. Meening van Deensche bladen. De groote militaire gebeurtenissen van de laatste 24 uur hebben in Kopenhagen een geweldigen indruk gemaakt. Het Duit sche offensief, zoo schrijft „Politiken", wordt niet alleen bekroond met de over winning, maar beteekent ook de grootste aanvalsoperatie van alle tijden. Het milli- oenenleger der Geallieerden, zoo schrijft de „National Tidende", is van alle overige Fransche troepen afgesneden. Alles schijnt nu klaar te zijn voor den grooten aanval op Engeland Maar niet alleen.de troepen der Westelijke mogendheden, ook het demo cratische bewind is ingesloten in den „Hitlerring" aan de kust van Frankrijk en België. De democratieën, zoo besluit het blad, zijn op weg naar hun definitieve in eenstorting. Hun situatie werd te riskant. De oorlogscorrespondenten aan het Engel- sche front in Frankrijk zijn, naar de Popoio di Roma uit Londen verneemt, naar Enge land teruggekeerd. Hun terugroeping werd gelast, omdat later „de ter beschikking staande vervoermiddelen volkomen door het aftrekkende leger gebruikt zullen moeten worden en omdat de sector, waarin de oor logscorrespondenten zich bevonden, „thans is blootgesteld aan heftige Duitsche lucht aanvallen. (D.N.B.) Van de Syrische grens. (D.N.B.} De Engelschen hebben de petroleumleidingen van Mosoel naar Syrië en Palestina onder zeer sterke militaire bewaking geplaatst. Elke onbevoegde, die de pijpleidingen pro beert te naderen, wordt zonder waarschu wing neergeschoten. „Iets gemaakts en gemeens. Dat je haar nooit genoeg om vergeving zult kunnen vragen voor het leed dat je haar hebt aan gedaan dat je te laat hebt ontdekt, dat je mij liefhebt. Goeie Hemel, ik heb dergelijke dingen dikwijls genoeg voor rechtzaken moe ten uittypen. En dan eindig je met haar te zeggen, dat je haar een hotelrekening zult sturen, zoodat zp in de gelegenheid zal zijn, de vrijheid te verkrijgen, waar zij recht op heeft." „Dat jij dergelijke dingen in orde moet ma ken!" zei hij kwaad. Dat deed haar een beetje pijn, maar zij zei niets. „En nu?" „Niets. Laat mij nu gaan, Gerald." Toen Annabelle thuiskwam zaten zij be- zique te spelen. HOOFDSTUK XXIX. Een stil vertrek. Annabelle kwam thuis met het air van een verwend vrouwtje, dat zeker is verwelkomd te worden. Zij gaf haar linkerhand aan Tor- rance, terwijl zij Gerald kuste. „Ik hoop maar, dat jullie mij gemist heb ben!" zeide zij, „ik moest gewoonweg naar de Vanderlem's, omdat zij de volgende week naar Amsterdam vertrekken en waarschijn lijk niet meer in Engeland zullen komen, voor dat zij naar Amerika gaan." Gerald mompelde en Torrance dwong zich iets algemeen te zeggen. Annabelle praatte door. „O ja, dan is er nog iets. dat ik bijna ver geten had je te zeggen. Meneer Vanderlem wil je vreeselijk gra'ag ontmoet, Gerald." Zonder het te willen, keken Gerald en Torrance elkaar aan en Torrance was zeker, dat Annabelle het merkte. 105. Toen de bewaker zich omdraaide sloeg Ukah zijn gespierden arm om diens keer om de alarmkreet te smorden. Dadelijk zonk de speer diep in de rug van den soldaat. „De poort, d'Arnot! Vlug!" fluisterde Ukah. De Fransch- den bewaker! Aan zijn gordel zal de sleutel wel hangen!" d'Arnot gehoorzaamde vlug. De olifant werd losgemaakt, maar het was hoog tjjd. De Tohrianen hadden de onder drukte kreet van den bewaker toch gehoord en kwamen nu uit de barakken te voorschijn. Ukah gaf de olifant op een zachte, door- Een stemmingsbericht van een man sprong op. Met enkele sprongen was hjj bij de poort en trok de zware grendel weg, zodat de deur openging. Even later was hij naast zijn reusachtigen makker en hielp een der olifanten losmaken. „Vlug, vlug!" zei d'Arnot zenuwachtig. Ukah antwoordde grim mig: „De ketting is gesloten, ga vlug naar dringende toon een bevel. Het dier zonk op een knie en hield zijn slurf op den grond. Daarna tilde hfj d'Arnot en Ukah op zijn rug. „We zijn verloren!" zuchtte de Fransman. „De hele patrouille is op de been. Ze komen al nader en nader!" Geallieerde luchtstrijdkrachten onvoldoende geacht. doorRoy Vickers 29. „O ja, dat weet ik! Waarom heb ik dat niet eerder geweten! Jarenlang heb je het als vanzelfsprekend aangenomen, dat wij altijd samen zouden zijn, maar om de een of an dere reden, heb ik nooit aan jou gedacht als een bruid of zooiets." Hjj keek haar aan, toen snel een anderen kant op. „Wat ben ik een sufferd geweest! Waarom niet eerder!" „Omdat ik hetzelfde gedaan heb!" ant woordde zij, „Ik heb nooit aan mijzelf ge dacht als „een bruid of zooiets". Meneer Mas- siter zei, dat ik te zaker van mezelf was en te goed met alles en hij had gelijk." „Onzin!" „Het is geen onzin. Ik had geen aantrek kingskracht voor jou, Gerald." „Maar nu wel." Hij stond stil, draaide haar stoel om, zoodat hij haar beter kan zien. „Maar Torrance, wat blijft er over van je naam?" „Die gaat naar de vier windstreken, jon gen, geheel en al en we weten het allebei, dat heelemaal niet hindert." „Torrance, je wilt dit voor me doen!" „Aanstellerij, Gerald, ik doe het evengoed uit egoïstisch oogpunt. En Gerald, meer hu welijksaanzoeken wil ik liever niet maken." Hij staarde haar langen tijd zwijgend aan. „Natuurlijk! We hadden dit eerder moeten bedenken. Dat hebben wij wel gedaan, denk ik, maar wij konden het niet onder woorden brengen, zoolang wij nog met Annabelle re kening moesten houden." Zij voelde, dat hij hoe langer hoe meer aan dacht aan haar wijdde. „En mettertijd wordt alles precies zooals het... zooals het vroeger al had moeten zijn," voegde hij er aan toe, „na de echtscheiding zullen wij deze ontzettende vergissing ver geten." Annabelle het voorloopige onderzoek meneer Massiter alles raakte op den ach tergrond door zijn aanwezigheid. Zij zag nu Belangstellenden aangeraden Zon dag reeds aanwezig te zijn. DEN BURG: Door de tijdsomstandighe den heeft de eerste lammerenmarkt te Den Burg op het eiland Texel niet op den gebrui- kelijken datum kunnen plaats vinden. Thans is daarvoor vastgesteld. Maandag aanstaan de, 27 Mei. Koopers en eventueele andere belangstellenden zullen goed doen, evenals andere jaren, te zorgen reeds des Zondags aanwezig te zijn. al deze dingen als onbenulligheden. „Ik heb je een paar dagen geleden op je kamer, voor het eerst werkelijk gezien. En het was Annabelle, die mjj jou heeft doen zien." „Je moet geen groote dingen van mjj ver wachten." Zij was nu bang en sprak uit bravour. „Jij bezit alles wat ik wenschen kan... Ik heb je eigenlijk nog nooit gehad..." Zijn handen pakten de hare, tpen haar armen, daarna haar schouders stevig. Hij tilde haar op. In zijn armen vergat zij alles alle ge dachten aan beschaving. Haar gevoel van overwinning was zoo overweldigend, dat het doodsgevaar om hen heen haar maar een kleinigheid toescheen. Zoo was het geweest vanaf het begin van het menschdom. Het oogenblik ging voorbij en zij waren weer in de twintigste eeuw. „Wij moeten alles regelen, voordat zij terugkomt," zei Torarnce. Intusschen be dacht zij zich, hóe akelig die woorden klon ken, maar op kleinigheden kon nu niet gelet worden. „Er valt niets te regelen. Laten we er nu vandoor gaan." „Nee. Zij zou terug kunnen komen, terwjjl wij aan het inpakken waren en dan zou het belachelijk zijn. Morgen. Ik zal vanavond mijn bagage inpakken. Morgen zal ik haar op de een of andere manier het huis uit zien te krijgen en moet jij mijn bagage naar het station brengen. Ik ontmoet je dan onder de klok van het Waterloo station. Ik weet niet hoe laat. Ik vrees, dat je daar zult moeten wachten, totdat ik kom. En je moet een brief voor haar achterlaten." „Een brief! Wat moet ik haar schrijven?" Joegoslavisch blad. De Parijsche correspondenten van dc Joe goslavische bladen geven volgens D.N.B. ver helderende stemmingsberichten. Zoo meldt de correspondent van de „Politika": In Pa rijs valt een toenemende bezorgdheid waar te nemen over de ontwikkeling van den toestand op het slagveld. De Fransche radio zenders hebben hun muziekprogramma vol ledig stopgezet. Alleen Radio Paris heeft Dinsdagavond nog muziek uitgezonden, afge wisseld met berichten over de krijgsverrich tingen en over maatregelen van de autori teiten betreffende de luchtbescherming, de rantsoeneering van levensmiddelen en de eigenmachtige evacuatie en desorganisatie van het werk in de industrie. Sommige stre ken van Frankrijk zijn overvol met vluchte lingen, vooral beweegt de stroom zich naar het Zuiden en Zuidwesten, waar thans reeds drie millioen vluchtelingen uit het oorlogs gebied zijn. De vluchtelingen zijn zoo talrijk, dat zij het militaire verkeer op de wegen hinderen. In Parijs zijn ongeveer 800.000 vluchtelingen aangekomen. Geweldige moei lijkheden deden zich voor om deze massa's te voeden en te herbergen. Een deel van de schuilplaatsen is voor hen ingericht. Voorts meldt de correspondent, dat ondanks de re de van Reynaud algemeen het gevoel van de nederlgas gebleven U. B „Natuurlijk begrijpt hij, dat je geen visi tes maakt. Maar hij wilde nog al iets spe ciaals met je bespreken, zei hij en ik had gedacht hem eens hier te vragen, om met je te praten. Zonder zijn vrouw natuurlijk!" „Mmm! Denk je, dat wij elkaar sympa thiek zullen vinden?" vroeg Gerald. Torrance wenschte, dat hij beter acteerde. Hij kon zijn afkeer van Annabelle niet onderdrukken. „O, hij is werkelijk een geweldig interes sant man! Hij heeft zooveel gereisd en weet zooveel ove- mijnen." „Op het oogenblik is het nogal moeilijk om een afspraak te maken." „O best, jongen, als je het liever niet hebt, kan ik gemakkelijk genoeg van de afspraak af. Morgen spreek ik Minnie Mevrouw Vanderlem. Ik ga met haar naar een naai ster, die zij rnjj recommandeert, en ik kan dan best een of ander uitvlucht bedenken. Torrance, hij vindt mij toch niet ongevoelig, als ik in dezen tijd naar een naaister ga, wel?" Gerald deed beslist ongemanierd. Torrance vond het dom, want waarschijnlijk zou An nabelle trachten hem in een goed humeur te krijgen. Maar blijkbaar merkte zij het niet. „Ik kan nauwelijks meer op mijn voeten staan. Ik ga recht door naar bed," kondigde Annabelle aan en Torrance ging met haar mee naar boven. Op de bovenverdieping bleef Annabelle de arm van Torrance vasthouden. „Gerry is vanavond boos op mij. Dat is hij toch, niet? Je moet het niet ontkennen, als het zoo is." „O, ik geloof niet dat het iéts te beteeke- nen heeft!" zei Torrance. „net als iedereen, is hij humeurig. Hijis den heelen avond uit zijn humeur geweest." „O gelukkig!" zei Annabelle, „Ik bedoel, De hoofdartikelenschrijver van de „Ti mes" te Londen waarschuwt er voor te ge- looven aan de mogelijkheid van een succes vollen tegenaanval der geallieerden en aan een wonder van de marine of andere won deren. Hoe voortreffelijk de Fransche lucht strijdkrachten ook zijn, aldus het blad, toch zijn zij niet zoo sterk in aantal om aan het Fransche leger den noodigen steun te kun nen bieden tegen de Duitsche slagen en gevechtsvliegers. De Royal Airforce kan deze leemte slechts gedeeltelijk opvullen en het toenemende ge bruik van Britsche luchteskaders ter onder steuning van de Franschen houdt risico's in. (D.N.B.) ik weet, dat ik hem soms tegen zal vallen, Torrance. Er zullen beslist oogenblikken zijn, dat ik hem kwaad maak en ik wil hem juist zoo graag kennen en hem niet boos maken." Voor den laatsten keer moest Torrance wei felen. Waarom zou Annabelle doen, alsof zij het meende Zij kon nu bijna toeslaan en zich veroorlooven meer karakter te toonen. Gezien haar schranderheid was het bijna on denkbaar, dat zij niet gemerkt had, dat er meer achter Gerald's vreemd gedrag stak dan gewone humeurigheid. Dat toespraakje van Annabelle had tot resultaat, dat het inpakken van haar bagage iets gemeens werd. Torrance kwam tot de ontdekking, dat zij zich op haar teenen door haar kamer bewoog, hoewel zij wist, dat haar bewegingen op Annabelle's kamer practisch niet te hooren waren. Den volgenden ochtend kwam Annabelle beneden, gekleed om uit te gaan. „Ik heb Minnie gezegd, dat we heel erg vroeg moesten gaan, omdat ik voor de koffie terug wil zijn," legde zij uit. „Anders voelt Gerald zich verwaarloosd, niet Gerry?" „Ja nee. Ik bedoel, zooals je wilt...--' antwoordde Gerald haar en toen, bij wijze van vergoeding: „Zal ik een taxi voor je be stellen? Hoe laat moet hij voorkomen?" „Dien heb ik al besteld. Hij kan elk oogen blik hier zijn. Ik ga met den trein van kwart voor tien," antwoordde Annabelle met een onverwoestbaar goed humeur. Annabelle was het soort vrouw, dat altijd in taxi's geholpen moeten worden en daar Gerald dezen plicht niet wilde waarnemen, deed Torrance het. Zoodra de taxi vertrok ken was, ging zij naar de keuken. „Mevrouw Saranack komt voor de koffie terug, maar meneer en ik gaan uit," zei zij tegen de keukenmeid. Het kwam Torrance voor. dat haar gezeg de beslissend klonk. „Goed. juffrouw," zei de dienstbode en ook dat klonk alsof zij een geweldig besluit ver nam, zonder dat zij er verder eenig commen taar op wenschte te maken. Kon het zijn, dat het personeel al iets wist? Toen ging Torrance naar boven en pakte de laatste dingen in. Toen zij beneden kwam» liep Gerald door de hal te ijsbeeren. „Ik heb den brief klaar," zei hij haar. „Je wilt hem zeker niet lezen, wel?" Toen zij haar hoofd schudde, sloot hij hem. „Die naai ster, of wat het ook is, komt geweldig ge' legen." (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 6