Blijf normaal
zaken doen
Dr. SEYSS INQUART
vandaag geïnstalleerd
De slotstreep onder België's kamp
ZAKENLIEDEN
Churchill kondigt
zware tijden aan
EVACUATIE-VEE
DAGBLAD VOOR DEN'HELDER EN HOLLANDS NOORDERKWARTIER
Aanvaarding van het burgerlijk bestuur
over Nederland
in geen geval
per auto
Plechtigheid in Den Haag
Het laatste bedrijf in
Frankrijk zal weldra
afgeloopen zijn
Benzinepompen
worden weer
gevuld
mag niet verhandeld
KONINGSTRAAT 78, DEN HELDER. TELEFOON. 50 (2 LIJNEN)
WOENSDAG
29 M E I 1940
68e JAARG. No. 8936
Dr. Seyss Inquart
HET DUITSCHE FRONTBERICHT
Engelschen en Franschen
zetten den strijd in
Vlaanderen voort
f
HE LDERSCHE COURANT
Uitgave der Uitg.-Ml]. Hollands Noorderkwartier N.V. te Den Helder
Heden zal in den loop van den ochtend in een plechtige bijeen
komst in de Ridderzaal de rijkscommissaris voor de bezette Neder-
landsche gebieden Rijksminister Seyss-Inquart het burgerlijk regee-
ringsgezag over het door de Duitsche troepen bezette Nederlandsch
gebied aanvaarden. Bij deze plechtigheid zullen vele Duitsche en Ne-
derlandsche autoriteiten aanwezig zijn, onder wie de secretarissen-
generaal van de Nederlandsche departementen, de Duitsche militaire
bevelhebber in Nederland en België, voorts de heer Amann, rijkslei
der van de Duitsche pers en verschillende anderen. Op het Binnenhof
zullen eerecompagnieën de afzetting vormen voor de voorname ge-
noodigden, die langs de poort vanaf het Buitenhof zullen aankomen.
De plechtigheid zal een half uur tot drie kwartier duren.
Het departement van handel, nijverheid
en scheepvaart maakt bekend:
Voor een spoedig herstel der binneni-
landsche economische verhoudingen is een
zooveel mogelijk normaal gehouden han
delsverkeer geboden. Het is echter geble
ken, dat door verscheidene fabrikanten en
grossiers in strijd met deze noodzaak wordt
gehandeld. Niet alleen geven zij, z elfs
aan hun vaste afnemers, geen goederen
meer af zonder contante betaling, doch
ook trekken zij loopende credieten in.
Zulks zou tengevolge kunnen hetoen, dat
de goederenvoorziening vastloopt en der-
halve zoowel het publiek als de winkeliers
en coöperaties het slachtoffer worden van
bedoelde onder de huidige omstandigheden
onverantwoordelijk te noemen handelingen.
In het bijzonder zou de voedselvoorziening
via de winkels hierdoor in gevaar kunnen
komen.
Mitsdien moge_ met den meesten
nadruk nogmaals worden gewezen
op de noodzakelijkheid, dat iedere
leverancier zijn zaken op normale
wijze blijft drijven en niet met
een beroep op de buitengewone
omstandigheden maatregelen treft,
welke indruisehen tegen het alge
meen belang bij een zoo veel mo
gelijk ongestoorde productie en dis
tributie.
Nog zij hier opgemerkt, dat ook de win
keliers en coöperaties zich dienen te ont
houden van elke handeling, welke het
normale zakenverloop zou kunnen ontwrich
ten. Het is b.v. bekend, dat verscheidene
hunner, ofschoon over voldoende contante
middelen beschikkende, de wissels en kwi
tanties hunner leveranciers niet honoree-
rcn. Een dergelijke handelwijze werkt
uiteraard storend op het economische even
wicht, dat juist in deze dagen noodwendig
moet blijven gehandhaafd.
Personenvervoer per auto slechts
door autoriteiten.
Het Departement van Handel, Nijverheid
en Scheepvaart, brengt het volgende onder
de aandacht van de burgemeesters:
Volgens de op 10, 17 en 20 Mei gepubli
ceerde bekendmakingen zijn de burge
meesters tot nu toe slechts in bepaalde ge
vallen bevoegd vergunningen af te geven
voor goederenvervoer met motorrijtuigen.
Het geven van vergunningen voor perso
nenvervoer is niet toegelaten.
Het is wenschelijk gebleken daarin eenige
verruiming te brengen. De burgemeesters
worden hierbij gemachtigd, aan autoriteiten,
welke naar hun oordeel daarvoor in aanmer
king komen, een voorloopige vergunning
voor een week af te geven. De definities e
vergunning moet door den burgemeester
onmiddellijk, behoorlijk gemotiveerd, worden
aangevraagd bij den directeur van het rijks
bureau voor aardolieproducten. In geen ge
val zullen vergunningen mogen worden
uitgereikt aan zakenlieden. Indien hierop in
een bijzonder geval naar het oordeel van
den burgemeester een uitzondering noodig
is, kan een vergunning worden verleend
door den directeur van het Rijksbureau op
een behoorlijk toegelicht voorstel van den
burgemeester.
„Belgische soldaten streden het
dapperst van de ingesloten le
gers".
Het frontbericht van het D.N.B. luidt als
volgt:
De capitulatie, die door den koning
der Belgen gisteren is aangeboden
en waarin de geëischte onvoorwaar
delijke overgave werd aangenomen,
trekt de slotstreep onder den Engel-
schen oorlog op Belgischen bodem.
De Engelschen hadden gehoopt de
beslissing op het BelgischNeder
landsche voorterrein tot stand te
brengen, nadat hun voornemen om
van daar een aanval op het Duit
sche Roergebied te ondernemen door
den bliksemsnellen Duitschen slag
terug verijdeld was.
Een beslissing is gevallen, maar zij
brengt het tegendeel van datgene,
wat de Britten hoopten. Zelfs met
hulp van de bondgenooten is het hun
niet gelukt de Duitsche roepen be
langrijk op te houden. Veeleer wer
den de Engelschen volkomen versla
gen.
De Britsche troepen, die over het Kanaal
naar Engeland terug gebracht konden wor
den, zijn voor het grootste deel hals over
kop en met achterlating van hun wapens
en hun tros, ingescheept. Tijdens de Noor-
sche onderneming hebben de Engelschen het
begrip der „succesvolle wederinseheping
„een stempel gegeven. Voor de houding der
Engelsche troepen bestaat echter alleen het
woord „vlucht".
Op het vasteland laten zij, evenals
in Noorwegen, behalve duizenden ge
vangenen, wapens en gereedschap,
alleen gemengde gevoelens achter bij
de troepen, die zij aan zij met hen
moesten strijden, en bij de bevolking,
die getuige moest zijn van de mach-
telooze vernielingswoede der naar de
inschepingshavens stroomende Brit
sche colonnes.
Belgen dapper gestreden.
De strijd tot den laatsten Belg, heeft den
Engelschen geenerlei nut gebracht. Het was
de hoogste tijd, dat de Belgen er \an af za-
gen zich volledig op te offeren voor de
Westelijke mogendheden. De Belgische troe
pen hebben dapper gestreden, in het alge
meen gezien zelfs het dapperste van de in
gesloten legers. De overwinning heeft van
Duitsche zijde volledige krachtsinspanning
gekost. Steeds weer heeft de Duitsche infan
terie aangevallen, tot de sterkste stellingen
doorbroken en de vertwijfelde afweer be
dwongen was. De korte constateering van
het legerbericht van gisteren, dat Duitsche
infanteristen acht vijandelijke batterijen
hebben bestormd en in een strijd van nabij
genomen hebben, werpt een indrukwekkend
1 licht óp den heroieken strijd, dien de Duit
sche infanteristen mot doodsverachting tot
aan de overwinning hebben doorstaan.
In de Noord-FranschBelgisch ruimte
neemt de ontwikkeling van den militairen
toestand thans een snel tempo aan. De ge
beurtenissen volgen elkander snel op. De
Duitsche troepen dringen op een breed front
den tegenstander bijeen, het laatste bedrijf
van deze worsteling zal wel spoedig ten ein
de lijn.
Zonder effect blijven de pogingen der
Franschen om door aanvallen op het zuide
lijke front hun ingesloten landslieden ver
lichting te brengen. Deze aanvallen, waar
uit geen groot opgezet plan blijkt, werden
volkomen afgeslagen. Met de vernietiging
van 30 vijandelijke pantserwagens door wei
nige stuks afweergeschut, is het vonnis ge
veld over de vijandelijke pantserwagens.
Het departement van Handel, Nij
verheid en Scheepvaart maakt be
kend, dat de benzine-maatschappijen
gerechtigd zijn alle benzinepompen
te vullen.
Eerst toestemming van het bu
reau „ontruiming."
Het rijksbureau voor de voedselvoorziening
in oorlogstijd brengt ter kennis van de be
langhebbende veehouders dat met den terug
voer van vee naar de evacuatie-gebieden een
aanvang is gemaakt. Deze terugvoer kan al
leen geschieden onder leiding en op aanwij
zing van het bureau „ontruiming."
Aangezien het aanbrengen van merken bij
den afvoer in vele gevallen niet meer kon ge
schieden, zal het aanvankelijk niet steeds mo
gelijk zijn aan den veehouder zijn eigen vee
terug te geven. Later zal getracht worden
het vee op de goede plaats te brengen, waar
bij het bureau ontruiming medewerking zal
verleenen.
Teneinde zulks te bevorderen, wordt er
met grooten nadruk op gewezen,
dat de boeren tot nader order het
teruggevoerde evacuatie-vee niet mo
gen verkoopen ol verruilen dan op
aanwijzing en met toestemming van
het bureau ontruiming.
Het vervoer mag voorshands vanzelfspre
kend alleen geschieden, indien gedekt door
een speciaal vervoerbewijs, voor evacuatie
vee. Toenstemming tot verkoop zal alleen in
noodgevallen gegeven kunnen worden.
Si®?
Iftltlg üi!g|f
111t
Ondanks de hevige bombardementen en de brandstichting door de Fransche troepen, ter
dekking van hun aftocht bleef het historisch zoo belangrijke raadhuis op de Groote
Markt te middelburg grooten deels gespaard.
Churchill heeft gisteren in het Lagerhui»
zijn aangekondigde redevoering uitgespro
ken. Allereerst deelde hij de capitulatie
van het Belgische leger door koning Leo-
pold mede. Hij vervolgde toen: De Britsche
en de Fransche regeeringen hebben daar
tegenover hun generaals onmiddellijk be
volen zich verre te houden van dit optre
den en de operaties voort te zetten. Het
Duitsche opperbevel heeft toegestemd in
de Belgische capitulatie. Het Belgische le
ger heeft sedert hedenochtend vier uur op
gehouden den Duitschers tegenstand te
bieden, aldus Churchill. De Belgische re
geering heeft zich niet solidair verklaard
met deze handeling van koning Leopold
en heeft in allen vorm bekend gemaakt, dat
zij vastbesloten is den oorlog voort te zet
ten aan den kant van de geallieerden. De
toestand der Britsche en Fransche legers,
die .in een heftigste veldslag gewikkeld zijn
en van drie kanten, benevens uit de lucht
ingesloten zijn, is duidelijk buitengewoon
ernstig. De overgave van het Belgische
leger vergroot het ernstige gevaar. Maar
de Engelsche troepen hebben een goede
stemming en vechten. Vloot en luchtvloot
verleenen dezen legers krachtige ondersteu
ning. Hij (Churchill) wil het Huis eerst
dan een verklaring afleggen over den al-
gemeenen toestand, wanneer het resultaat
van den ontzaggelijken strijd, die thans
geleverd wordt, bekend is en overzien kan
worden. Dit zal waarschijnlijk niet voor
het begin van den volgende week zijn.
Inmiddels zal het Huis er goed aan doen
zich voor te bereiden op harde en zware
tijden.
Berlijnsch perscommentaar.
De verklaringen van den Britschen minis
ter-president, Churchill naar aanleiding van
de capitulatie van het Belgische leger wor
den in politieke kringen te Berlijn niet alleen
unfair en onridderlijk genoemd, maar zij
vormen tevens, zooals men met nadruk vast
stelt, een verdraaiing der feiten, zooals men
zich nauwelijks krasser kan denken Als Chur
chili thans beweert, dat de verbonden legers
in Vlaanderen en Noord-Frankrijk dicht bij
de overwinning gestaan hebben en dat deze
overwinning slechts verloren gegaan is, door
dat de Koning der Belgen hun „in den rug
gevallen" is, dan kan niet alleen Churchill,
die deze enorme bewering uit, maar waar
schijnlijk ook het grootste deel van zijn toe
hoorders in het Lagerhuis weten, dat hier
sprake is van een bewuste onwaarheid.
Want de toestand der geallieerde legers in
het genoemde gebied was, zooals zelfs iedere
leek op militair gebied kon zien, sedert da-
gén volkomen kansloos, en het bevel aan
deze troepen stand te blijven houden tegen
over den Duitschen aanval niets anders dan
een georganiseerde massamoord door dege
nen, die dit bevel gaven van een plaats uit,
die voorloopig veilig is.
Ook de positie van het Britsche expeditie
corps is niet pas, zooals Churchill beweert,
sedert vandaag hopeloos, doch ook reeds se
dert dagen, doordat een deel der Fransche en
Belgische Kanaalhavens door de Duitsche
troepen bezet waren en de havenwerken van
andere havens door de Duitsche luchtmacht
vernield waren. Hoe juist deze constateering
is, bevestigen de Engelschen onmiddellijk,
doordat zij t publiek na 3 dagen deii val
van Calais nog niet durven toe te geven. Tot
op het oogenblik, dat het Engelsche expedi-
tieleger de vlucht naar Engeland afgesneden
zag, waren de Belgische troepen voor den
plutocraten te Londen goed genoeg om den
terugtocht der Britsche troepen, die zich in
ijlmarschen naar de Kanaalhavens begaven
met hun lichamen te dekken. Als liet Engel
sche leger zich de laatste dagen genoodzaakt
zag, zich weder tegenover den tegenstander
te plaatsen, dan gebeurde het niet, omdat
de strijd nog eenige kans op succes bood,
maar alleen omdat er geen andere weg ov er
bleef.
Nog meer te laken dan de houding van de
Britsche regeering ten aanzien van de Bel
gische capitulatie acht men hier intusschen
het optreden van de leden der Belgische re
geering, die reeds lang de vlucht genomen
heeft en nu van Londen uit in hun blinde
hoorigheid aan Engeland uiting geeft aan
haar ontstemming over het feit, dat de Ko
ning der Belgen de resten van het Belgische
leger voor doodbloeden op Vlaamschen grond
bewaard heeft. Dat deze zoogenaamde Bel
gische regeering in het geheel niet meer het
recht heeft zich vertegenwoordigster van
haar volk te noemen, zou, aldus zegt men
te Berlijn, aanstonds blijken, wanneer zij het
zou wagen thans weer op Belgischen bodem
terug te keeren. Zij zou dan namelijk haar
leven moeten redden voor de verbittering
van het volk in België.