Voorwaarts Ingezonden De blik vooruit op een betere toekomst Hoe men de VVV van dienst kan zijn iP-tadinieum De eerste prik maakt overgevoelig! De Nutsspaarbank in woelige dagen Tweede Blad jufoleum w „üeldeA'i. fttlany" Hond maakt stadsdeel onveilig Ook Tivoli gesloten Inlichtingen omtrent personeel der Zeemacht Nieuwe manier van snoekbaars visschen Een advertentie in de Heldersche Courant Burgerlijke Stand van Den Helder In de vorige artikelen, die wij schre- ven naar aanleiding van het thans voor de deur staande 50-jarige jubileum van „Helder's Belang" hebben wij getracht een beeld te geven van het uiterst nuttige yyerk, dat in den loop van een halve eeuw door deze vereeniging verricht is. ■yVij wezen er op, hoe men aanvankelijk heeft moeten strijden tegen veel apathie en veel onverschilligheid, hoe men slechts langzaam begrip kon kweeken voor en sympathie ten aanzien van het VVV-werk. Wij wezen er op, dat men echter, naast tegenslagen, succes mocht boeken. Dat men, dank zij de medewerking van over heidsinstanties, er in slaagde Den Hel der meer „bewoonbaar" te maken, dat men zoodoende aan de plaatselijke ge meenschap belangrijke diensten heeft be wezen. Geen jubileumfeest. Er bestond een plan de jubileerende VVV, zij het op bescheiden wijze, te huldigen en in dit verband had zich reeds een comité gevormd, dat een actie op touw wilde zetten ter verkrijging van gelden, waarvoor men een blijvend aandenken had willen aanschaf fen, dat daarnaast zijn nut zou hebben voor Den Helder. De oorlog is helaas tusschen- beide gekomen, en slechts weinige hoofden zullen er naar staan een jubileumsfeest te gaan vieren. Terecht heeft het comité dan ook gemeend, zijn plannen op te schorten en betere tijden af te wachten. De huidige voorzitter van de V.V.V. Mr. Am. Veltman. Wij veronderstellen echter dat er in Den Helder een aantal personen gevonden zal worden, die het betreuren, dat deze halve eeuws-mijlpaal zonder eenig vertoon van feestelijkheid gepasseerd wordt. Die gaarne iets over zouden hebben voor de vereeniging, die gedurende 50 lange jaren zooveel belan geloos werk voor anderen heeft gedaan. Welnu, deze categorie van ingezetenen zou den wij er op willen wijzen dat de mogelijk heid, iets te doen voor „Helders Belang", wel degelijk bestaat. De vereeniging telt thans ruim 400 leden; dit aantal is sterk voor uitbreiding vatbaar. Waar de contri butie slechts één gulden per jaar bedraagt, kan dit lid worden voor niet velen een be zwaar zijn. Men kan er van verzekerd zijn, dat het bestuur van „Helder's Belang" het op zeer hoogen prijs zal stellen, indien ge op deze wijze van Uw sympathie en instemming met het V.V.V.-werk blijk geeft. Juist nu, nu dit werk in de toekomst zwaarder offers zal vra gen dan ooit. Men geeft daarbij zijn geld aan een in stelling, die er voor zorgt dat het steeds weer naar Den Helder terugvloeit. Men krijgt het met rente terug! Het bestuur. Het huidige bestuur van de VW „Helder's Belang" is als volgt samen gesteld: Burgemeester G. Ritmeester, buiten gewoon bestuurslid. Mr. A. Veltman, voorzitter. H. C. M. Nypels, secretaris. J. Delgorge, penningmeester. K. van Scheyen, 2e secretaris. Joh. Bakker. B. Bijvoet. A. M. Engelmann. 'I. Kreuger. H. W. Zegel. W. Velthuys. Zooals men ziet, een aantal personen, waar in men ongetwijfeld de VVV-belangen van onze stad kan toevertrouwen. Personen, die Vnjwel allen hun sporen op het gebied van V-werk verdiend hebben en wier reputatie garandeert dat dit werk ook in de toekomst Vrucht zal dragen. r^e toekomst Het heeft geen zin te verbloemen dat deze ®r, ook voor Den Helder, niet wolkenloos uit- Hetgeen niet beteekent dat men d u s 9 de pakken moet gaan neerzitten en wach- tot de goede fee uit het sprookje zal De heer H. C. M. Nypels, secretaris van ,flelder's Belang", en sedert 28 jaar een der hechtste steunpilaren van het plaatselijk V.V.V.-ioerk. verschijnen om alle zorgen op éénmaal weg te blazen. Neen, wij moeten de hand zelf aan de ploeg slaan. Wij moeten werken, wer ken en nog eens werken. Van stilzitten en afwachten is nog nooit één mensch ter we reld beter geworden en alleen door arbeid zal Den Helder weer worden als voorheen. Hier is voor ieder onzer een taak weg gelegd. Zoowel voor hen, die in de ge meenschap de eerste plaatsen bezetten, als voor hen, die tot de eenvoudige bur gers behooren. Maar hoog of laag ieder moet er tot in de diepste diepten van zijn hart van overtuigd zijn, dat al leen dén iets bereikt kan worden, indien men de handen ineenslaat, niet bij de pakken neer blijft zitten, doch met op timisme, moed en strijdbaarheid de toe komst tegemoetgaat. Dat hierbij een belangrijke taak voor „Helder's Belang" is weggelegd spreekt vanzelf. De rol die zij speelt, en met ver dubbelde energie in de toekomst zal moeten spelen, wordt reeds het duide lijkst geïllustreerd door haar naam: „H elders's Belan g". De vereeniging heeft een goeden naam in den lande; zij heeft vele en waardevolle re laties en kan veel doen ten bate van onze stad. Zij kan dat echter alleen, en hierop willen wij met den meesten nadruk de aandacht vestigen, indien zij de sympathie der bevol king heeft. Daarnaast moet deze sympathie zich echter ook daadwerkelijk toonen; men getrooste zich derhalve het kleine offer waar van hierboven sprake was en werke daar mede positief mede aan den opbouw van Den Helder. En tenslotte nog dit: De bewoners van Den Helder hebben nooit bij de pakken neergezeten. Het Heldersche ras kende nooit défaitisme en moedeloosheid. Daarvoor waren wij te veel „Jutter" te veel „Nieuwedieper" in den goeden zin van het woord. Dit enthousiasme kenmerkte ook „Hel der's Belang": steeds zag men nieuwe horizonnen, steeds zag men een nieuw perspectief en nimmer staarde men zich dood op teleurstellingen en tegenvallers. Laat ons besluiten met de hoop en op rechte verwachting uit te spreken, dat die eigenschappen de vereeniging ook in de komende tijden zullen kenmerken tot het welzijn van de stad, die ons allen zoo na aan het hart ligt: DEN HELDER Gisteravond wederom een dame ernstig in de hand gebeten. Zooals men zich zal herinneren werd j.1. Zaterdag in de rubriek „De week in feiten en fantasieën" gewaagd van een hond, die de omgeving van Singel en Soembastraat reeds sedert geruimen tijd onveilig maakt. Geen enkele hond is veilig voor dezen bouvier, ter wijl hij zich reeds verscheidene malen aan passeerende kinderen of oudere menschen vergrepen heeft. Ook gisteravond ontstond er weer groote consternatie, toen het gevaarlijke dier, wiens eigenaar in de woning op den hoek van Lom bokstraat en Singel woont, op het oorlogspad toog. De hond liep weer ongemuilkorfd rond en vloog op een gegeven moment op de kleine hond van mevr. Wolters uit de Krugerstraat aan, die juist passeerde. Verscheidene omwo nenden schoten toe om de dame te ontzetten die bij haar pogingen haar hond te redden zelf aangevallen werd. De linkerhand van het slachtoffer was deerlijk gewond, zoodat ter plaatse een nood verband moest worden aangelegd. Daarna heeft dokter Van den Nieuwenhuijzen het gewonde lichaasmdeel verbonden. Het is de hoogste tijd dat de politie thans in dezen onhoudbaren toestand ingrijpt en de buurt voor dezen bouvier, die reeds zooveel kwaad op zijn geweten heeft, veilig stelt. De buurt is „geladen" en loopt reeds met plan nen rond zich zelf recht te verschaffen! De tweede en derde maken immuun. Het schijnt nog niet tot alle geprikten doordrongen te zijn, dat het nalaten van den tweeden en derden prik nadee- llge gevolgen kan hebben. Wat toch Is het geval? De eerste prik maakt de menschen overgevoelig voor de ziekte waartegen men ingeënt wordt, terwijl de tweede en derde prik de immuniteit veroorzaken. Men kan zich dus beter niet laten inenten, dan een prik te ont vangen en de tweede en derde na te laten, want daardoor stelt men zichzelf en zijn omgeving aan groot gevaar bloot. Wij herhalen wat we eerder schreven, het laten inenten Is te beschouwen als een gemenschapsplicht, want niet alleen tracht men zichzelf aan het gevaar van een ziekte, in dit geval typhus, te ont trekken, maar men is ook geen gevaar meer voor zjjn omgeving. Laat men echter consequent zijn en wanneer men a gezegd heeft, ook b zeggen en dus zorgen, dat men de tweede en derde behandeling ondergaat. Gelukkig zijn vele stadgenooten zoo verstandig geweest dit te begrijpen en Maandag j.I. hadden twee duizend in entingen plaats, tegen 1750 de vorige week. Dinsdag waren er 200 inentingen minder dan de vorige week Dinsdag. Een groot aantal nieuwelingen heeft zich evenwel ook aangemeld. Wie dus verzuimde zich voor den tweeden keer onder behandeling te stellen, doet dit nog heden en wie nog niet besloot tot inenting, verzuime het deze week niet. Vervul Uw gemeen schapsplicht! De heer Van Twisk heeft zich genoodzaakt gezien, tengevolge van de tijdsomstandigheden, ook tijdelijk de deuren van Tivoli te sluiten, zoodat op het oogenblik alleen Rialto nog voor het publiek geopend is. Aangehouden en opgezonden Gisteren werd door de politie een persoon aangehouden wiens aanhouding door den Officier van Justitie in Alkmaar was ver zocht. De man had namelijk nog enkele da gen te goed. Hij werd naar Alkmaar overgebracht. Lantaarnpaal geveld. Een automobilist kwam op het Hoofd bureau aangifte doen dat hij, rijdende op de hoek PolderwegHertzogstraat, de aldaar, staande lantaarnpaal geramd had, met het gevolg dat deze in tweeën geknapt was. Aanrijding op de kluft. Gisteren kwam een persoon met vrij snelle vaart van de kluft bij het Helden der Zee plein gereden. Hij reed daarbij tegen een om hoog fietsende dame op, die niet ernstig gewond werd bij dit minder aangenaam con tact. Wie ze reeds ingewonnen heeft, valle bureau personeel niet meer lastig. Het is te begrijpen, dat heel veel Heldersche gezinnen met spanning en ongerustheid wach ten op bericht van familieleden, die met sche pen van onze marine naar Engeland zijn ge gaan. Met deze schepen is echter door de situa tie, waarin ons land verkeert, geen communi catie meer. Bureaupersoneel van de Zeemacht, op het oogenblik zetelend in de R.H.B.S. aan den Kanaalweg, wil de familieleden van onze marinemenschen zooveel mogelijk ter wille zijn, met het geven van inlichtingen omtrent hun verblijfplaats, men moet echter beseffen, dat deze inlichtingen slechts tot een bepaalden datum terug kunnen gaan, omdat men nadien geen contact meer met schepen en personeel heeft gehad. Velen hebben zich in verbinding gesteld met genoemd bureau en voor zoover dat maar eenigszins mogelijk was, heeft men de gevraag de inlichtingen verstrekt. Wie echter een of twee weken reeds bericht heeft gekregen, dat man of zoon op een bepaald schip naar Enge land gegaan is, valle het bureau nu niet meer lastig met nieuwe vragen omtrent de verblijf plaats van zijn familieleden, want voor het be antwoorden daarvan is men onmachtig. Wie nog niets weet, kan zich per briefkaart tot bureau personeel wenden en krijgt voor zoover mogelijk, omgaand antwoord. MAKKUM, 5 Juni. Thans zijn voor het eerst sinds langen tijd de visschers, die hun bedrijf uitoefenen om en bij den afsluitdijk, weer ter vischvangst uitgevaren. Er wordt nu in het IJselmeer weer op snoekbaars ge- vischt. Doordat er heel weinig stookolie voor de motorschepen kan worden verstrekt, kon men niet, net als vorige jaren, met sleep netten werken. Door den nood gedwongen, hebben de visschers nu een andere manier toegepast en wel het visschen met kommen en kamers, terwijl ze tevens nog staand want hebben uitgezet. Deze manier van visschen geeft wel een groote besparing aan stook olie en benzine, daar ze nu alleen maar naar de netten behoeven te varen om ze te lichten, doch de resultaten waren, althans den eersten dag, bedroevend klein. Dit wil nu nog niet zeggen, dat de nieuwe manier van snoek baars visschen hiermede veroordeeld is, want natuurlijk moeten ook hiermede de visschers nog de noodige ervaring opdoen. (Tel.). komt onder duizenden oogen Ook Uw advertentie Geslaagd voor het doctoraal examen in de Sociographie aan de Universiteit te Am sterdam, den heer C. van Rossum, 1 eeraar aan het Gem. Lyceum, alhier. (Buiten verantwoordelijkheid van de Redacttfc Niet geplaatste stukken worden niet teruggezonden.) i Den Helder, 5 Juni 1940. Hooggeachte Redactie, In verband met eenige bepalingen omtrent verstrekkingen van petroleum en kolen voor kookdoeleinden. zijn mij nog enkele dingen niet duidelijk. Ik heb mij daaromtrent reeds tot an deren gewend doch kon geen voldoende zekere inlichtingen krijgen. Daarom wend ik mij tot U met het beleefd verzoek in Uw veelgelezen blad misschien mij, en velen met mij. wien nog niet alles duidelijk is, een uiteenzetting te willen geven hoe thans in diverse gevallen gehandeld moet worden. De kwestie is n.1. deze: Ik hoor, men krijgt als men gas heeft, geen petroleum, de kolenleverancier zegt, dat ik, daar ik gas heb, geen kolen voor het fornuis krijg. Ik ben dus voor koken uitsluitend aangewezen op gas. Doch er is ook gewaarschuwd zoo wei nig mogelijk gas te gebruiken en dit tot de helft van het vroeger gebruikte kwantum in te krimpen. Daar wij vroeger op petroleum kook ten, was ons gasverbruik miniem, moet -ik nu op gas koken, want ik kan niet anders, dan wordt mijn verbruik van gas zeker 6 i 7 maal zoo groot als vroeger. Kan ik daar nu geen last mee krijgen Hoe moet ik daarmede aan Laat ik mijn gas wegnemen dan kan ik alleen maar op petroleum koken en krijg, naar ik hoor, slechts 2 liter in de 14 dagen. Als dit per gezin en niet per hoofd is, dan kan daarmee ook niet voldoende gekookt worden, want voor het eten koken in 14 dagen .was vroeger een 12 liter noodig, wat misschien door diverse maatregelen tot de helft is terug te brengen doch zeker niet meer. Hoe moet nu gehandeld worden? Wilt U ons daaromtrent inlichten, daar velen met mij niet weten hoe zij moeten doen en men van diverse kanten weer verschil lende meeningen hoort? U bij voorbaat zeer dankend voor de geno men moeite, teeken ik, hoogachtend, J. P. v. Bommel. De situatie, door den heer v. B. geschilderd, lijkt inderdaad vrij ingewikkeld. Toch is er maar één oplossing. Het is niet de bedoeling van het gemeentebestuur of van de autoritei ten, die de maatregelen namen tot distributie van petroleum, dat eenig stadgenoot niet in de gelegenheid zou zijn, zijn eten te koken. In tegendeel, juist de verstrekking van kolen of van petroleum aan gezinnen, die niet over gas beschikken, getuigt er van, dat men de men schen wil helpen om zijn middagmaal te kun nen bereiden. Wanneer inzender dus alleen de beschikking heeft over gas, zal hij niet anders kunnen doen, dan dat gas gebruiken voor de doeleinden, die de overheid beoogt met de ver strekking van andere brandstoffen aan gezin nen, die geen gas hebben. Natuurlijk, uiterste zuinigheid is noodig, doch als inzender nu uit sluitend aangewezen is op gas, zal niemand het hem kwalijk nemen, dat hij boven zijn kwan tum van voorh.eep i^ornj,ajs ijjj zyn gas ten minste niet anders gebruikt dan voor de voor geschreven doeleinden, het koken van den maaltijd. In ander opzicht is wellicht wel heel wat te besparen en met een hooikist bereikt men ook al een sterke bezuiniging. Red. Heldersche Crt. van 5 Juni 1940. BEVALLEN: J. Bodenstaff—Klerk, z. OVERLEDEN: N. van der Lee (m.), 29 jaar. ONDERTROUWD: H. van der Klein en G. Pluijmers. Geen sprake van een „run" geweest. Schreven wij gisteren, dat in de veelbewo gen vijf oorlogsdagen de Rijkspostspaarbank bij duizenden Heldersche ingezetenen in het middelpunt der belangstelling stond, hetzelf de kan gezegd worden van de Nutsspaarbank, die ook een periode heeft doorgemaakt, welke, zij het ook in belangrijk mindere mate dan de Postspaarbank, anders was dan nor maal. Het is echter wel zeer duidelijk gebleken, dat de bijzonder gunstige reputatie, die de Nutsspaarbank in Den Helder heeft, op hechte grondslagen berust. Het is gebleken, dat de Nutsspaarbank inderdaad ten volle dét vertrouwen toekomt, hetwelk zoovele stadgenooten in haar stellen en dat dit ver trouwen in geen enkel opzicht geschaad is. Want behalve, dat de bank stipt en ten volle aan haar verplichtingen voldeed, heeft zij mede haar taak begrepen inzake het besten digen van rust en orde in de gemeente, juist in die dagen toen menig burgerhoofd op hol dreigde te slaan of reeds op hol geslagen was. Vrijdag 10 Mei. Wat het verloop der gebeurtenissen betreft, als ware er geen vuiltje aan de lucht, zoo werden dien Vrijdagmorgen van den lOden Mei, de deuren van de Nutsspaarbank geopend en kon het pu bliek binnentreden. Men had verwacht, dat een groot aan tal spaarders zich zou komen aanmelden en dus had men maatregelen genomen, dat allen zoo snel mogelijk geholpen kon den worden. Extra personeel had men laten aanrukken en toen de bank ge opend werd, kon er terstond aan 5 loket ten tegelijk uitbetaald worden. Het gevolg daarvan was, dat er zich géén queue vormde. Men achte deze factor niet te licht. Zoo ooit, dan had massa-suggestie in die dagen vat op de menschen, en had men gezien, dat er zich vele honderden spaarders meldden om hun geld op te vragen, dan zou den vele, die dit niet wenschten te doen, waarschijnlijk evenzoo gehandeld hebben. Zooals bekend werd. de eerste dagen slechts 10 gulden per dag uitbetaald, welk bedrag evenwel spoedig vergroot werd tot 50 en 60 gulden per week ineens. Zooals gezegd, er was geen sprake van een paniek. Men stelde blijkbaar teveel ver trouwen in de bank. om z'n gelden op te halen. En dat was goed gezien, want een niet gering deel van hen, die in die dagen w 1 geld opnamen, hebben dit bereids al weer teruggestort, omdat zij (zeer terecht) van mening waren, dat het ten slotte vele malen veiliger in de bank dan in hun huis geborgen kan zijn. En zoo is het ook. Dat het de Nutsspaarbank ernst was met het zooveel mogelijk geruststellen der bur gerbevolking, en dat men daarvoor gaarne een persoonlijk offertje wilde brengen, wordt gedemonstreerd door het feit, dat de bank Maandag, den 2en Pinksterdag, geopend werd. Het bleek, dat echter slechts weinigen van de gelegenheid gebruik wenschten te ma ken. In totaal meldden zich althans slechts... 225 personen. Gezien de omstandigheden een wel bijster gering aantal. Wat het bezoek in de meest critieke dagen betreft, hier zijn de cijfers: Men zal zien, dat er van een „run", zelfs van sesationeel gekleurde cijfers, geen sprake is. Vrijdag 10 Mei Zaterdag 11 Mei Maandag 12 Mei Dinsdag 13 Mei 700 bezoekers 325 (halve dag) 225 1100 Woensdag 14 Mei 700 Donderdag 15 Mei 250 terwijl het daarna weer normaal verliep als vóór den oorlog. Daarbij overtroffen de inleggingen weder, evenals voorheen, de opvragingen. Gezien het feit, dat Den Helder circa 13.000 Nutsspaarbank-spaar- ders telt, mogen deze getallen zelfs mi niem genoemd worden. Bijzonderheden hebben zich in die dagen bij de bank hoegenaamd niet voorgedaan. De directeur bevond zich veelal in de hal ten einde met de menschen te spreken en hen met raad en daad terzijde te staan. Velen meenden namelijk aanvankelijk, dat het noodgeld, toen dit begon te circuleeren, alleen nog waarde had en dat het oude pa pier zijn waarde verloren had. Steeds was een ruim voldoende kapitaal voorhanden om aan de opvragingen tegemoet te komen en geen enkele maal bestond er ook maar eenige kans, dat die middelen tijdelijk te kort zouden schieten. Totaal werd in de maand Mei terug betaald een bedrag van 250.966.99. Ter vergelijking diene, dat over 1939 gemid deld 240.000.per maand uitbetaald werd. Op Dinsdag en Woensdag, 14 en 15 Mei, de meest critieke dagen dus, toen de bevolking van Den Helder uitsluitend op de Nutsspaarbank was aangewezen, Is toen vanzelfsprekend het grootste be drag afgegeven. Wij willen niet besluiten alvorens er de aandacht nog eens op gevestigd te hebben, dat de Nutsspaarbank van Den Helder als factor van rust en orde in dagen toen een dergelijke factor van het grootste belang was, haar taak en plicht geweten heeft. Terecht blijkt men in deze bank zijn ver trouwen gesteld te hebben!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 5