dagblad voor den helder en hollands noorderkwartier Besprekingen in het Bosch van Compiègne Fonds voor wederopbouw f 10 millioen vo Rotterdam Bceg man Frankrijk verneemt Hitiet s voorwaarden Na beëindiging van de plechtigheid Distributie van pias- en aardewerk Hèrscholing van werkloozen Nederlandsche kinderen uitgenoodigd naar de Ostmark KONINGSTRAAT 78, DEN HELDER. TELEFOON 50 (2 LIJNEN) ZATERDAG 22 J U NI 1940 68e JAARG. No. 8957 Wat de Duitsche eischen beoogen Besprekingen werden om 6 uur hervat Belangrijke rede van Dr. Seyss-Inquart HELDERSCHE COURANT Uitgave der Ultg.-Mt). Hollandi Noorderkwartier N.V. te Den Helder In het boech van Compiegne, 21 Juni (D.N.B.) De Führer en opperste bevelhebber heeft heden om 15 uur 30, in aanwezigheid van de opperbevelhebbers der weermachtonderdeelen, van den chef van het opperbevel der weermacht, van den rijksminister van buitenlandsche zaken en den plaatsvervanger van den Führer de Fransche delegatie ontvangen voor de over handiging der wapenstilstandsvoorwaarden. De Fransche delegatie bestond uit gene raal Huntziger, lid van den Franschen op persten oorlogsraad, den generaal van het luchtwapen Bergeret, vice-admiraal Leluc en ambassadeur Noel. De Führer verrichtte de handeling der overhandiging van de voorwaarden in het Bosch van Compiègne, in denzelfden salon wagen, waarin maarschalk Foch, op 11 No vember 1918 onder onteerende omstandig heden den Duitschen onderhandelaars den wapenstilstand dicteerde. De gebeurtenis van heden in het Bosch van Compiègne heeft gepleegd onrecht te genover de Duitsche wapeneer uitgewischt De waardigheid der handeling tegenover den in eere verslagen tegenstander stond in tegenstelling tot de eéuwige haatzaaien de gedenkteekenen van deze plaats, waar eens Gallische laagheid het niet overwon nen Duitsche leger smaadde. In opdracht van den Führer las de chef van het opperbevel der weermacht, generaal- kolonel Keitel de volgende preambule voor de wapenstilstandsvoorwaarden voor: In opdracht van den Führer en opperste he velhebber van de Duitsche weermacht heb ik u de volgende mededeeling te doen: In vertrouwen op de door den Amerikaan- schen president Wilson aan het Duitsche Rijk gegeven en door de geallieerde mogend heden bevestigde toezeggingen heeft de Duitsche weermacht in November 1918 de wapens neergelegd. Daarmede vond een oor log zijn einde, dien het Duitsche volk en zijn regeering niet hadden gewild en waarin het. ondanks ontzaggelijke overmacht, den te genstanders niet gelukt was het Duitsche leger, de marine of het Duitsche luchtwapen op eenigerlei wijze beslissend te overwinnen. Reeds op het oogenblik der aankomst van de Duitsche wapenstilstandscommissie ech ter begon het verbreken der plechtig gegeven belofte. Op 11 November 1918 begon daarme de in dezen trein de lijdenstijd van het Duit sche volk. Want aan onteering en vernede ring, aan menschelijk en materieel leed een volk kon worden toegevoegd, vond hier zijn begin. Woordbreuk en meineed hadden te gen een volk samengezworen, dat na een ruim vierjarigen heldhaftigen tegenstand slechts vervallen was in de eenige zwakheid van geloof te slaan aan de beloften van de democratische staatslieden. Op 3 September 1939, vijf en twintig jaar na het uitbreken van den wereldoorlog, heb- ben Engeland en Frankrijk, wederom zonder senigen grond, Duitschland den oorlog ver klaard. Thans is de beslissing der wapenen gevallen. Frankrijk is overwonnen. De Fran- sche regeering heeft de rijksregeenng ver zocht haar de Duitsche voorwaarden voor een wapenstilstand bekend te maken. Wanneer voor het in ontvangst nemen van deze voorwaarden het historische bosch van Compiègne werd aangewezen, dan gesc ie de zulks om door deze handeling van een weer goedmakende gerechtigheid eens voor al een herinnering uit te wisschen, die voor Frankrijk geen roemrijk blad in zijn Beschiedenis was, maar die door het Duit- sche volk gevoeld werd als de diepste sc an de van alle tijden. Frankrijk is na een heroieken tegenstand io één enkele reeks bloedige slagen overwon °en en ineengestort. Duitschland ee balve niet het voornemen aan de wapei*® standsonderhandelingen de karaktertrekken te geven van beschimpingen tegenover zoo dapperen tegenstander. Het doel der Duitsche eischen is: 1. Hervatting van den strijd te verhinderen; 2. Duitschland alle waarborgen te bieden voor de hem opgedrongen voortzetting van den oorlog tegen En geland. 3. De voorwaarden in het leven te roepen voor de vorming van een nieu wen vrede, welks belangrijkste in houd zal zijn het herstel van het aan het Duitsche Rijk zelf, met geweld aangedane onrecht. Na het voorlezen der preambule verliet de Führer, onder de tonen van het „Deutsch- landlied" de plaats der onderhandelingen. Hoofdkwartier van den Führer, 21 Juni (D.N.B.) Na beëindiging van de plech tigheid in Compiègne heeft de Führer vol gende bevelen gegeven, 1. De historische wagon, de ge denksteen en het gedenkteeken van de Gallische overwinning meet naar Berlijn worden overgebracht. 2. Het emplacement van de bei de teinen moet vernietigd worden. 3. Het gedenkteeken voor maar schalk Foch moet ongeschonden be houden blijven. Na ruggespraak van de Fransche gevolmachtigden. Nadat de Führer met zijn staf het bosch van Compiègne had verlaten en de Fran sche onedrhandelaars van generaal-kolonel Keitel de voorwaarden der capitulatie had den ontvangen, trokken de Fransche gevol machtigden zich om 16.25 uur in de voor hen ingerichte speciale tent voor interne be sprekingen terug. Vanuit deze tent hebben zij een draadlooze- en verreschrijfverbinding met hun regeering te Bordeaux. Om 1S.00 uur begaven zij zich wederom in het histo rische rijtuig, waar het contact met de ge machtigden van den Führer en opperste be velhebber. generaal-kolonel Keitel, werd voorgezet. De besprekingen duren nog voort. Naar wij vernemen zijn plannen in vergevorderd stadium van voorberei ding om te komen tot een distributie regeling op glas en aardewerk. Naar wij vernemen, zijn plannen in overweging cn voorbereiding, om het Ambachts- cn Nijverheidsonderwijs in belangrijke mate in te schakelen inen dienstbaar te maken aan de herhaling en training van werkloo- zen. DIEPINGRIJPENDE ENGELSCHE PLANNEN. Madrid, 21 Juni (D.N.B.) Het ^paa4* sche blad „Ya" meldt uit Londen dat .oh geus de „Evening Standard de Engelse he regeering maatregelen, die een omwente ling zouden beteekenen, op economi^l» K<? bied overweegt. Volgens deze P»a°nen den alle loonen en salarissen met meer rechtstreeks aan de arbeiders en ambtena ren maar aan den staat worden uitbetaald, die 25 pet van hei inkomen als zakgeld te rug zou betalen. De staat zou alle belastin „en en huren zelf betalen. Alle sanitaire diensten zouden kosteloos worden. Het plan zou gelden voor den duur van den ooi log. Rijkscommissaris-Rijksminister Seyss Inquart, heeft gisterenmiddag een bezoek gebracht aan Rotterdam, waar hij de verwoeste binnenstad in oogenschouw heeft genomen, een tocht door de havens heeft gemaakt en in het stadhuis is voorgelicht omtrent dc plannen, welke de stads architect, de heer W. G. Witteveen, in verband met den wederopbouw van hpt stadscentrum, heeft ontwor pen. Aan de hand van enkele teekeningen, waarop het plan is geprojecteerd, gaf ir. Wit teveen den rijkscommissaris een uiteenzet ting van de wijze waarop hij heeft gemeend deze vraagstukken tot een bevredigende op lossing te kunnen brengen. De rijkscommissaris had het betoog van den heer Witteveen met groote belangstel ling gevolgd. Aan het slot stelde hij den stadsarchitect niet alleen enkele vragen, maar gaf hij hem bovendien in hei kader van den wederopbouw een aantal belang rijke punten in overweging. Rijksminister Seyss-Inquart hield daar na de volgende rede: Rede van den Rijkscommissaris. Rotterdam is de stad, waaraan de ver woestende gevolgen van de oorlogsmiddelen, die tegenwoordig worden toegepast, het dui delijkste zichtliaar zijn geworden. Erkend moet worden, dat de -Rotterdamsche burgerij in het bijzonder, zooals de Nederlanders in het algemeen, aan het werk zijn gegaan om de vernielingen op te ruimen en plannen te ontwerpen voor den wederopbouw der be trokken gebieden. Dit getuigt van het gezon de en juiste standpunt van het Nederland sche volk tegenover deze gebeurtenissen en' geeft ook den waarborg dat op langeren ter mijn de juiste houding tegenover de nieu we vorming der dingen gevonden zal wor den. Het beeld van deze vernielingen geeft echter ook aanleiding er over na te den ken, waar de laatste oorzaken gezocht moe ten worden voor liet ontstaan en het ver loop van deze gebeurtenissen. Ik wil naar aanleiding hiervan en op deze plaats niet de redenen herhalen, die den Führer ge dwongen hebben in dit land te komen. Het is voor mij aan geen twijfel onderhevig, dat evenals thans reeds vele Nederlanders, die met open blik de vorming der toekomst zagen over eenigen tijd alle toonaange vende kringen van het Nederlandsche volk zullen inzien, dat Nederland niet door den grooten loop der historische gebeurtenissen gegrepen werd, om duurzame schade te lij den, of beperkt te worden in de krachten van zijn volksaard en in de vrijheid van zijn handelen. Wanneer ik echter inga op de voor Rotterdam tragische gebeurtenis, zou ik uitdrukkelijk willen vaststel len, dat de Duitsche legerleiding voor zij de bevelen tot het beslissende optreden voor haar hier ingesloten kameraden gaf, de Nederlandsche bevelvoer ders er van in kennis had gesteld, dat binnen drie uur de aanval zou geschieden, wanneer Rotterdam niet intusschen tot een onen stad werd door het wegtrekken van de Neder landsche troepen. Door het dralen der Nederlandsche bevelvoerders is deze termijn zoozeer overschreden, dat ten slotte nog slechts de troepen op den beganen grond en slechts een deel van de luchteskaders op de hoogte konden worden gebracht van de overgave, die op het laatste oogen blik was geschied. Ook de ontruiming der door een aanval bedreigde stadsdeelen, waarvoor met drie uren, tijd genoeg, was gegeven, werd niet geheel ten uitvoer gelegd. Deze constateeringen zijn niet bedoeld als verwijt tegen de Nederlandsche bevelvoer ders, Doordat de voor de leiding van het land verantwoordelijke factoren naar het buitenland gevlucht waren, is wellicht de besluitvaardigheid der achtergebleven com mandanten geremd geworden. Wanneer ik de verwoestingen en het aan gevangen bouwwerk in deze stad aanschouw ben ik er zeker van. dat het Nederlandsche volk de juiste consequenties zal trekken uit deze gebeurtenissen. Aan den eenen kant het bewijs er voor, wat een onoverwinnelijke RIJKSCOMMISSARIS RIJKSMINISTER SEYSS-INQUART macht thans staat achter al degenen, die in de bescherming zijn van de Duitsche weer macht en dat geldt op gelijke wijze voor iederen afzonderlijken Duitscher als ook voor dengene. die met goeden wil samenwerkt met het Duitsche rijk. Aan den anderen kant zal deze gebeurtenis in zijn totalen om vang de aanleiding vormen om onversaagd de eigen krachten in het werk te stellen voor den wederopbouw en voor een nieuwe regeling der economische politieke en volk- sche grondslagen van dit land. Laten wij thans onzen blik naar de toe komst richten. Gij hebt het plan den kern van Rotterdam schooner dan ooit te doen verrijzen. Ik wenssh u toe dat toekomstige geslachten hier een voor de stad Rotterdam waardig -centrum zullen zien. als het juiste symbool voor de gebeurtenissen van dezen tijd nl. dat uit het harde gebeuren van deze dagen een nog schoonere en nog krach tiger vormgeving geboren wordt dan het verleden vermocht te bieden. Ik heb met mijn eerste woorden, die ik tot u richtte, uitdrukking gegeven aan den wensch, dat vooral een aanvang zou worden gemaakt met den wederopbouw van dit land. Ik heb toen verklaard, dat een weder- opbouwfonds moest worden opgericht, dat op preferentieele wiize van middelen voor zien de basis moet bieden voor het ver schaffen van middelen aan dit opbouw werk. Ik heb nu vandaag een verorde ning onderteekend, welke dit we- deropbouwfonds vastlegt. Volgens nog uit te vaardigen uitvoeringsbe palingen zullen schadeloosstellin gen tot dekkinq van de schade van particulieren, zoowel als van de ge meenschap ter beschikking worden gesteld. Ik heb beschikt, dat een bedrag van tien millioen gulden terstond wordt uitgetrokken, dat in gevallen, die in sociaal opzicht waard zijn dat er rekening mee qehouden wordt, ter beschikking wordt gesteld voor de onmiddellijke leniging van den nood en de verzekering van het bestaan der betrokkenen, zonder verplichting tot terugbetaling, en wel op rekening van de schadeloosstellingsbedragen uit het wedcropbouwfonds. Het beheer en de verdeeling berust bij het Nederlandsche ministerie voor sociale aange legenheden, waarmede ik in het licht wil stellen, dat vooral rekening moet worden gehouden met sociale gezichtspunten. Ik heb bepaald, dat die bedragen uit de Neder landsche begrooting. die thans uit den aard der zaak niet meer kunnen worden gezon den aan degenen, die daarop recht hadden, gestort worden in dit wedcropbouwfonds. zooals bijv. de bijdrage voor den Volken bond e.d. Wij zullen bij de opstelling van de toekomstige begrooting er zorg voor dragen, dat ook nog verdere midde len ter beschikking zullen worden gesteld, die dan de waarborging vor men van rente en terugbetaling van die bedragen, welke als leeningen ter beschikking worden gesteld aan het wederopbouwwerk. Wij moeten bij al onze handelingen steeds onzen blik richten op de menschen. Ten slotte kan het er niet om gaan economische of bestuursinrichtingen in het leven te roe pen om haar zelfs wil. Het belangrijkste is de mensch, het oproepen en leiden van zijn kracht en voor degenen, die de verantwoor delijkheid dragen, de zorg voor het welzijn daarvan, niet als charitatieve weldaad, maar als eerste sociale verplichting van al dege nen, die met de hun toegemeten reciiten te gelijkertijd verplichtingen voor de algemeene zaak toegewezen kregen, dus voor degenen, voor wie recht en plicht één wordt in het begrip der verantwoordelijkheid. Het schijnt mij derhalve vooral belangrijk, dat wij ons niet alleen bekommeren om den wederop bouw, der gebouwen, maar dat wij ons oog merk richten op de menschen, die door de vernielingen zelve hebben geleden ol nog lijden. Ik weet, dat gij in menschelijke hulpvaar digheid zorg hebt gedragen voor het voorloo- pig onderbrengen van deze getroffenen. Aan gezien de wederopbouw wanneer hij zorg vuldig wordt ontworpen en tot uitvoering wordt gebracht tijd eischt, moeten deze zorgen op een zoodanige wijze worden uitge voerd, dat de betrokkenen komen :a omstan digheden, die voor eenigen tijd stabiel zijn en hun het gevoel ontnemen dat zij zijn aangewezen op de aalmoezen der medemen- schen. Behalve deze van overheidswege te tref fen maatregelen, zal nog voldoende ruimte zijn voor alle medeburgers om bewijzen te kunnen geven van een echte volksgemeen schap. En in dezen zin der gemeenschap, die gij immers zelf in het verleden eenmaal hebt bewezen verzoek ik u het te begrijpen, wanneer ik u thans vooral namens den Oostmarkschen gouw, die in het bijzonder de geboor tegouw is van den Führer, de Opper Donau, de üitnoodiging overbreng om Nederlandsche kinderen, vooral van gezinnen, die door de oorlogs schade zijn getroffen, te laten komen naar vacantietehuizen in de Oost mark. Wanneer uw kinderen aan de oevers van de meren in het Salzkam- mergut of in Karinthië of in de schoone dalen van Tyrol en Stiermar ken zich verheugen en schoone Du:t sche landen leeren kennen en men schen, die hun zonder voorbehoud zijn toegedaan, dan moet gij dit niet opvatten, alsof dit gedacht is als een weldadigheid van onzen kant, maar als een daad van wederzijdsche men schelijke hulpvaardigheid, waarin de dank medespreekt voor de houding, die gij tegenover ons aan den dag hebt gelegd. Ik weiïsch de stad Rotterdam toe, dat zij na de moeilijke dagen van dezen tijd een gelukkige toekomst tegemoet zal gaan. Burgemeester Oud spreekt. De rede van de rijkscommissaris beant woordende, zeide burgemeester Oud, dat Rotterdam het oog op de toekomst richt. Aan den bouw van een nieuwe binnenstad is di rect een begin gemaakt. In vergelijking met den socialen toestand in de nieuwe stads gedeelten was dit in de thans in puin liggen de binnenstad slecht. Bij den wederopbouw van het centrum zal aan dien socialen toe stand veel aandacht worden besteed. Uit de rede van den rijkscommissaris heeft spr. vernomen, dat de Duitsche autoriteiten aan den wederopbouw krachtig willen medewer ken .Spr. is hierover ten zeerste verheugd. De rijkscommissaris zoo ging de burge meester verder heeft aan het slot van zijn toespraak herinnert aan de ontvangst van Oosten rij ksche kinderen in Nederland tijdens den vorigen oorlog. Nederland achtte dat des üjds een prettige plicht van menscheliikheid. Spr. vindt het buitengewoon hartelijk, dat de Ostmark thans hetzelfde wil doen ten aan zien van Nederlandsche kinderen. Wat Rot terdam betreft zal spreker zich direct in ver binding stellen met de organisaties, die met den zorg voor de Rotterdamsche kinderen zijn belast, opdat het plan spoedig tot uit voering kan komen. Aan het einde van zijn toespraak onder streepte de burgemeester de woorden van den rijkscommissaris, waarbij deze uiting gaf aan de wensch, dat Rotterdam een geluk kige toekomst mag tegemoet gaan. HET EINDE VAN DEN VOLKENBOND. Stockholm. 21 Juni (D.N.B. Afton- bladet bericht, dat de Volkenbond 17 Mei is overleden, toen viervijfde van het personeel werd geëvacueerd en het archief naar Frankrijk werd eebracht. Naar het blad ver der bericht, bevindt zich het archief thans te Bordeaux Men heeft het denkbeeld ge opperd, het archief van den Volkenhond als museumstuk aan Ameriga te verkoopen. Accountantskantoor lid N. I. v. B. LEERAAR M. O. lid Ned. Gen. v. Acc. Loodsjracht 72 Tel. 650

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 1