NIPPER EN PELLE
Geweldige ontploffing
in Amerika
„KNAPPE KOPPEN"
EN „SPOTVOGELS"
Het protocol tusschen
Spanje en Portugal
Het leven in de bezette
gebieden
Radioprogramma
WAAROM TREUR JE,
Groote Clown
De toestand in Egypte
Oudheidkundige vondst in
Denemarken
Amerikaansche kleurstoffen door
explosie vernield.
In Camclen in den staat New York is in een
kleurstoffenfabriek door een ontploffing een
brand ontstaan, tengevolge waarvan tien
menschen om het leven kwamen en ruim
tweehonderd werden gewond. Een uit zeven
verdiepingen bestaande fabriek werd in de
asch gelegd, evenals 56 woonhuizen en vier
jtantoren, terwijl nog 65 woonhuizen en zes
(len huizenblokken geteisterd werden. Ruim
dertig motorspuiten waren voor de bestrij
ding van het vuur uit Camden en het nabije
philadelphia, benevens uit een reeks ande
re plaatsen gealarmeerd.
De explosie, waarop talrijke kleinere ont
ploffingen volgden, deed geheel Camden
schudden en vernielde in een omtrek van
een halven mijl alle vensterruiten. Pas na
tien uur kon men den brand, die in ontplof
fende chemicaliën stee^ nieuw voedsel
vond, meester. Eenigen tijd lang was de wa
terleiding van Camden uitgeput.
Ruim driehonderd menschen zijn dakloos
geworden. De total schade wordt geraamd op
twee millioen dollar. De betrokken firma
werkte sedert kort aan de uitvoering van
groote legeropdrachten. Men ontkenrechter
dat de geruchten over sabotage juist zouden
lijn.
Ter bescherming tegen plunderaars en ten
behoeve van het later in te stellen onderzoek
heeft de burgemeester den uitzonderingstoe
stand afgekondigd en door den gouverneur
van den staat militie doen ontbieden.
De stemming der Engelsche
bevolking.
Uit Londen wordt gemeld, volgens D.N.B.,
dat de Engelsche regeering voortdurend
nieuwe methoden uitdenkt om het moreel
van de bevolking hoog te houden en te
controleeren.
De Engelsche bladen beschikken over den
merkwaardigste^ woordenschat ter ken
merking van de personen en groepen van
personen, die zijn uitgekozen om het mo
reel op te voeren. De door Eden in het mi
nisterie van oorlog aangestelde oppassers,
die den bureaucratischen geest moeten
trachten weg te nemen, noemt de „Daily
Mail" een „Braintrust" en het blad schrijft
boven een artikel „het leger zoekt koppen":
deze trust bestaat uit zeven voorname hee-
ren der zakenwereld, waaronder groote fa
brikanten, bankiers, zakenlieden, met aan
het hoofd een generaal en een luitenant ge
neraal.
Deze kopstukken controlecren en reor-
ganiseeren met den hun eigen stijl, de af-
deelingen van het departement van oorlog
en moeten o.a. de recruteering bespoedigen.
Duff Cooper, wiens jongste schepping do
oprichting van een bijzonder corps der z.g
„Coopers spotvogels" was, wordt door de
pers uitgelachen. „Coopers spotvogels heb
ben tot taak in café's restaurants en an
dere openbare gelegenheden de gesprekken
der bevolking af te luisteren.
De „Daily Herald" schrijft, dat de „Spot
vogels" zonder meer burgers arresteeren en
hen mogen examineeren over het thema
„hoe ziet het er met de moraal uit".
Coopers vertrouweling, Nicolson, ver
klaarde aan een redacteur van de „Daily
Herald", dat dertig uitgezochte deskundi
gen niets anders doen dan openbare ge
sprekken afluisteren om daaruit conclusies
te trekken over de stemming in de verschil
lende sociale lagen der bevolking.
Een zoo juist uit Egypto in Athene terug
gekeerd journalist meldt, volgens D.N.B..
dat de onrust onder het Egvptische volk
\an dag tot dag toeneemt De Egvptische
nationale beweging grijpt steeds meer om
f,, c ,ee,nuen de ei9ch naar volledige onaf
hankelijkheid van Egypte wordt steeds ster-
er- betrekkingen tusschen Engelschen
en Egvptenaren kunnen niet meer harmo
nisch worden genoemd. De Engelsch—Egyp-
uche tegenstellingen zijn vooral na den
ngelschen aanval op de Fransche vloot in
Uran en het optreden der Engelschen tegen
ae rransche vloot in Alexandrië verscherpt.
e Engelschen hebben geen vertrouwen
m?fr 'n Egyptische volk en vreezen
zelfs een opstand der inboorlingen Alle po-
gingen om de verdediging te versterken
eben het vertrouwen der inboorlingen in
cie Enge schen niet kunnen versterken. De
onderbreking der verschillende overzeesche
verbindingen heeft een gevoelig gebrek aan
grondstoffen in het land doen ontstaan. De
C'onomische toestand wordt beheerscht door
een vreeselijke crisis. De instellineen voor
maatschappelijken steun worden door dui
zenden werkloozen en bedelaars bezocht.
Desondanks worden den Egvptenaren steeds
nieuwe belastingen opgelegd, welke de on-
te\ redenheid onder het volk vergrooten. Se
dert eenigen tijd zijn reizen van Egyptena-
ten naar Palestina-aan beperkingen onder
worpen, aangezien de Engelschen in Pales
tina een Arabischen opstand vreezen en ge-
looven, dat een gemeenschappelijk optrek
ken der Egvptenaren met de Arabieren mo
gelijk is.
Het nieuwe Spaansch-Portugeesche ver
drag wordt door de Spaansche bladen leven
dig toegejuicht. Alcazar schrijft: Dit ver
drag is niet alleen de uitdrukking der tra-
ditioneele vriendschap, doch ook var de so
lidariteit en de moreele belangengemeen
schap der beide landen. Pueblo verklaart:
Het verdrag demonstreert niet alleen de gees
telijke gemeenschap van Spanje en Portugal,
doch ook den wil tot gemeenschappelijk
optreden. In dergelijke woorden spreekt
zich ook het blad Madrid uit, dat bovendien
van „de christelijke missie" der heide vol
keren spreekt en Franco en Salazar de
voornaamste drijfveren van den nieuwen
politieken opbloei der beide landen noemt.
ROEMENIë VERHOOGT UITVOER-
TARIEVEN VOOR PETROLEUM.
De lasten echter voor rekening
van den exporteur.
Het Roemeensche ministerie van financiën
heeft de uitvoertarieven voor petroleum per
30 Juli met dertien tot twintig procent der
waarde van de uitgevoerde petroleumproduc-
ten verhoogd. Deze verhooging moet door
den Roemeenschen exporteur gedragen wor
den zelfs wanneer, zooals het Roemeensch
ministerie betoogt, in de contracten is be
paald, dat verhoogingen van tarieven ten
laste van den buitenlandschen kooper ko
men
De oudste afbeeldingen van
menschen ln het Noorden go-
vonden.
De Scandinavische correspondent van de
N.R.Crt. schrijft:
Er wordt dezen zomer in Denemarken turf
gestoken, omdat men niet nog eens zoo'n
brandstofgebrek en zoo'n kou wil lijden als
in den laatsten winter, en daarvan profi-
teeren nu reeds de archeologen, die 't druk
hebben met al de min of meer belangwek
kende vondsten, die men bij dat turfsteken
in Deensche venen en veentjes doet.
De belangwekkendste vondst van dezen
zomer is een bot van een oeros met primi
tieve menschenfiguurtjes er in gegrift. Vol
gens de deskundigen moeten de figuurtjes af
komstig zijn uit don z.g.n. Maglemose-tijd,
die ongeveer 5000 a 6000 jaar voor het be
gin onzer jaartelling ligt, en heeft men hier
te maken met de oudste afbeeldingen van
menschen, die tot nog toe in het Noorden
gevonden zijn. Een deel van het bot is glad
geslepen en daarin zijn, heel primitief in
een techniek van streepjes en ruiten, die
overeenkomst vertoont met een veel jongere
techniek van eskimo's in Alaska maar
toch duidelijk herkenbaar, vijf staande men
schenfiguurtjes gegrift.
De vondst is gedaan in een veentje bij
een boerderij op Seeland, die Ryemarks-
gaard heet. Ryemarksgaard is'daarmee een
nieuwe naam geworden in de al lange reeks
van voor archeaologen-ooren klinkende na
men, die Denemarken rijk is.
BORSTPANTSERS VOOR ENGELSCHE
SOLDATEN?
De Londensclie „Evening Standard" meldt,
dat Churchill de Engelsche soldaten van
borstpantsers wil voorzien, teneinde het
percentage aan doodelijke verwondingen te
verkleinen.
De Britsche omroep heeft den laatsten tijd
onware mededeelingen verspreid over het
leven der bevolking in de bezette gebieden.
De Fransche omroep constateert in verband
daarmede, dat deze mededeelingen door het
Fransche ministerie voor de inlichtingen
met den meesten nadruk worden tegenge
sproken. Opgemerkt wordt, dat wanneer op
enkele plaatsen in de bezette streken een
zekere noodtoestand heerscht, de bombarde
menten van Britsche vliegers op Fransche
havens en steden niet in slaat zijn daar een
einde aan te maken.
VRIJDAG 2 AUGUSTUS 1940.
Jaarsveld, 414,4 m.
VARA-uitzen<ling.
8.00 Berichten ANP, gramofoonmuziek.
10.00 Pianovoordracht.
10.30 Declamatie.
10.50 Gramofoonmuziek.
11.00 Bont programma (opn.).
12.00 Esmaralda en solist.
12.45 Berichten ANP.
1.00 VARA-orkert (opn.).
1.30 Orgelspel en zang.
2.00 VARA-Strijkorkest (opn.).
2.303.00 Declamatie.
3.20 „Een zuinig gebruik van gedistribueerde
artikelen", causerie.
3.40 Gramofoonmuziek.
4.00 Gramofoonmuziek (met toelichting).
4.30 Voor de kinderen.
5.00 Gramofoonmuziek.
5.15 Berichten ANP.
5.30 Viool en piano.
6.00 „Barnsteen en zwanen", causeiie.
6.20 Orgelspel en zang.
7.00 Vragen van den dag (ANP).
7.15 Berichten.
7.20 Felicitaties.
7.30 Voor de kinderen.
7.50 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP.
8.15 Declamatie.
8.30 VARA-Meisjeskoor „De Krekels" en so
liste.
I.
..Hoor eens. Hipper, ze
vertellen, dat jij en
Pelle van plan zijn een
verre reis te gaan ma
ken; je bent toch. hoop
ik. niet zo dwaas, om te
geloven, dat je moeder
je daarvoor toestem
ming geven zal?"
11.
„Neen. niet direct,
maar ik zal een krijgs
list toepassen, waarin
juffrouw Van Zaniken
de hoofdrol speelt
let maar eens op!"
„We zijn van plan in
dit woonschip geduren
de drie weken een In-
dianentocht stroomaf
waarts te maken. We
nemen geweren en
kogels mee om onder
weg wat wild te ver
schalken. We doen, wat
ons 't beste uitkomt!"
III.
„Moeder, weet U, wat
juffrouw Van Zaniken
zegt? Dat ik nodig bij
U vandaan moet en
naar een opvoedings
gesticht gebracht moet
worden, omdat U me
niet kunt opvoeden.
Nauwelijks wist ze, dat
Pelle en ik een onschul
dig hengeltochtje zou
den gaan maken, of ze
zegt. dat U daarvoor
natuurlijk toestemming
geven zou; wanneer ik
echter haar jongen was,
dan zou ze gauw een
stokje voor zulke stom
miteiten steken. Ik kan
het niet hebben, dat ze
zo over mijn moeder
spreekt!"
IV. „Heeft ze dat werkelijk
gezegd? Maar dan zal
ik haar wel krijgen!
Zeg, heb je wel alles,
wat je op een tocht van
drie weken nodig hebt:
dekens, kleeren. een
bijl, een geweer
kogels?"
en
8.50 Esmeralda en soliste.
9.15 Radiotooneel.
9.30 De Ramblers.
10 00 Gramofoonmuziek.
10.15—10.25 Berichten ANP.
Kootwijk, 1875 m.
NCRV-uitzending.
7.00 Berichten Duitsch.
7.15 Berichten Engelsch.
7.30 Gramofoonmuziek.
8.00 Berichten ANP.
8.10 Schriftlezing, meditatie.
8.25 Gewijde muziek (gr.pl.).
8.35 Gramofoonmuziek.
9.45 Celesta-ensemble en gramofoonmuziek.
11.15 Berichten Engelsch.
11.30 Gramofoonmuziek.
12.30 Berichten Duitsch.
12.45 Berichten ANP.
1.00 Haags Harmonie-orkest en gramofoon
muziek.
2.00 Berichten Duitsch.
2.15 Gramofoonmuziek.
2.45 Haags Harmonie-orkest.
3.15 Berichten (Engelsch).
3.30 Zang met pianobegeleiding en gramofoon
muziek.
4.15 Gramofoonmuziek.
4.30 Jac. Stoffer's Sextet. (5.005.15 Berich
ten Duitsch: 5.155.30 Berichten ANP.
6.15 Berichten Engelsch.
6.30 Gramofoonmuziek.
7.00 Vragen van den dag (ANP).
7.15 Berichten.
7.25 Orgelconcert.
8.00 Berichten Duitsch.
8.15 Berichten ANP.
8.30 Berichten Engelsch.
8.45 Gramofoonmuziek. (9.159.30 Berichten
Engelsch).
10.00 Berichten Duitsch.
10.15—10.30 Berichten ANP.
10.30—10.45; 11.15—11.30; 0.15—0.30 en 1.15—
1.30 Berichten Engelsch.
FEUILLETON
DOOR A H KOBER
43.
Den twintigsten December 1931 werd Mill's
Kerstcircus in Olympia te Londen geopend.
In het middelpunt van het geweldige pro
gramma stond „De man met den gouden
lach".
Toen de clou, de groote sensatie kwam, ver
stomde het gedruisch van de jaarmarkt, de
muziek brak plotseling af, -en de pages, knech
ten, stalmeesters en regisseurs gingen in twee
r\jen staan om hem door te laten. Daar kwam
hij al aan: vlug, maar struikelend, zigzag, in
zijn ouderwetsch versleten jacquet met zijn
wandelstokje en zijn grijze bolhoed op zijn
bolle kop... Nu stond hij midden in de manege
met zijn ontroerend vollenmaansgezicht. Hij
scheen geheel verrast door het schelle licht
van de op hem gerichte schijnwerpers, keek
verlegen om zich heen, nam tenslotte zijn
hoed af, maakte een linksche buiging en fluis
terde door de stilte:
„Neem me niet kwalijk Golden!"
„Uitstekend! Dat is al gewonnen!" fluister
de directeur Bertjj^m W. Mills zijn agent toe,
toen de eerste bijval losbrak.
En toen daarna de „gouden lach volgde
deze lach, zoo geheel vrij van alle aardsch
gewicht, zoo jubelend, juichend en overwel
digend, dat de massa uit een mond meelacht e,
dat zevenduizend menschen zich in dat be-
vrijdende, heerlijke lachen verloren toen
sprong in de eereloge Lord Lemaile, een der
beschermheeren van de „Olympia-hall geest
driftig op en applaudisseerde staande voor
den grootsten clown, die hier ooit was opge
treden...
Bijna eiken avond zag men Lord Lemaile in
de voorstelling van het Kerstcircus. Vandaag
den acht en twintigsten Januari had hg zijn
dochter Maud meegebracht, een groot slank
meisje, met een mooi en regelmatig gezicht,
dat door de groote donkere oogen en het zware
blauwzwarte haar, iets zwaarmoedigs kreeg.
Maud leek bijzonder op haar vroeg gestorven
moeder, wier meisjesnaam Stassy Popescu ge
weest was en over wie men verder niet veel
wist.
„Wat is die Golden in zijn privéleven voor
iemand?" informeerde Lord Lemaile bij den
circurdirecteur.
„Stil, heel bescheiden, een beetje onbehol
pen, in een woord: een eenvoudige eerlijke
man, zooals trouwens de meeste groote ar-
tisten.'
Men kan hem dus aan een dame voorstel
len?" vroeg Lemaile nog. „Maud wil namelijk
zoo graag eens een clown in civiel zien."
Directeur Mills glimlachte:
„Dat zal niet zoo heel eenvoudig^ zijn,
mylord! Golden wordt namelijk na zijn op
treden door zijn vrouw geheel ingepakt en-
weggebracht."
„Hoe interessant Maar die strenge dame
zal dan toch wel toestaan, dat ik mister Gol
den overmorgen na de avondvoorstelling als
gast in mijn villa te Richmond ontvang?
Weest u zoo goed om den beroemden clown er
op voor te bereiden! Ik zal hem straks per
soonlijk gaan uitnoodigen."
„De man met den gouden lach" was dezen
avond buitengewoon nerveus. Het publiek
merkte er niets van, maar de collega's die
zijn werk met het oog van den vakman volg
den, zagen, dat Golden vandaag niet vrijuit
speelde, maar op loge Nr. 11, waar Lord
Lemaile en zijn dochter met den directeur
zaten; hij forceerde ietwat en spande zich zoo
heftig in, dat het zweet hem uitbrak: het was,
alsof hg een zwaren tegenstand moest over
winnen. Joe Golden zag steeds opnieuw Stassy
voor zich! Het was om gek te worden! Eerst
had hij gedacht, dat hij zich iets verbeeldde
en had zijn oogen uitgewreven, maar het bleek
werkelijkheid: voor hem in loge Nr. 11 zat
werkelijk Stassy Popescu. Zij lachte, zij sprak
met een ouden heer, daarna met directeur
Mills, bewoog zich... Zulk een vreemde hallu
cinatie had hij nog nooit gehad! De witte mui
zen der dronkaards schoten hem te binnen.
Misschien begon het bij hem met meisjesge
stalten.
Minutenlang speelde hij slechts mechanisch
dan weer moest hij al zijn kracht verzamelen
om op de been te kunnen blijven... Het was
inderdaad om gek te worden!
Marfa stond als gewoonlijk achter het gor
dijn om Golden na zijn optreden in ontvangst
te nemen. Met eenigen argwaan bekeek zij
directeur Mills, die in gezelschap van een
vreemden heer aankwam, en Joe büjkbaar
wilde opwachten, nu hij uit de manege terug-
kwam.
Golden moest ook vandaag twintig maal
in den rooden ring terugkomen om voor het
applaus te bedanken. Eindelijk kwam hij
achter het gordijn, geheel uitgeput
Marfa ging op hem toe maar Tle direc
teur was haar voor, hield Golden aan en stel
de hem zijn begeleider voor:
„Lord Lemaile heeft een uitnoodiging voor
u, beste Golden
De clown ontwaakte als uit een droom, en
staarde Sir Arthur met wijdopen oogen aan.
„Lord Lemai'e stamelde hij.
Sir Arthur gaf hem de hand.
„Het is mij heel aangenaam den beroem
den clown te leeren kennen en ik zou u gaarne
willen verzoeken om morgenavond mijn gast
te zijn!"
Golden was vuurrood geworden uit ver
legenheid of van vreugde hij beantwoordde
Lemaile's handdruk en zei moeilijk:
„Ik heb Stassy Popescu heel goed gekend!
Wij waren partners!"
Een secondelang trilde er iets in het gezicht
van Lemaile, maar daarna zei hij op den be-
heerschten en vriendelijken toon van den
gentleman:
„Juist daarom, mister Golden, juist daar
om zou ik het zoo prettig vinden u overmor
gen bij mij te zien... Afgesproken? U zult dus
komen?"
Hij gaf hem nogmaals de hand en ging toen
met directeur Mills weer de zaal in.
Nu begreep Joe Golden alles. De Stassy,
die hij in de loge had zien zitten was werke
lijk een mensch van vleesch en bloed; de doch
ter van Stassy en Lemaille. Hij liep naar het
gordijn terug, gluurde door het kijkgat naar
loge 11... Maar die was leeg; Lemaille scheen
met zijn dochter te zijn heen gegaan.
Golden informeerde bij directeur Mills naar
Lord Lemaile en zijn familie. Het was alles
zooals hij gedacht had. Lady Lemaile was vier
jaar geleden gestorven en haar dochter, die
Maud heette en haar eenigst kind was, leek
sprekend op de moeder.
Een groote vreugde, zoo warm en lichtend
als hij in tientallen van jaren niet meer had
gekend, doorstroomde Joe Golden. Hij zou dus
Stassy's dochtei ontmoeten, met haar spre
ken, haar de hand reiken, hij zou haar over
haar moeder vertellen en zij zou dankbaar en
aangedaan naar hem luisteren... Ja, en zij zou
goede, teedere woorden voor hem over hebben,
dit jonge meisje, alsof ze zijn eigen dochter
was, het kind van hem en Stassy...
...Joe Golden twijfelde er niet aan of Lord
Lemaile wist, dat hij jarenlang dagelijks met
Stassy had samengewerkt. Misschien wist hg
ook, dat Stassy hem dien ring had nagelaten,
dien hij aan zijn vinger droeg? In elk geval
wilde Lemaile, den man met den gouden
lach" aan zijn dochter voorstellen; en hg was
er hem hartelijk dankbaar voor. Hij had
Edith verloren, zijn dochter Zephora, Stassy,
nu zou Maud Lemaile hem toch nog een
laatste glan3 van het geluk brengen...
Op den dertigsten Januari moest men een
kleine list aanwenden om Golden na zijn op
treden uit Olympia weg te loodsen, zonder
dat de „groene" het kon verhinderen. Want
zij was er vast van overtuigd, dat de groote
clown elke opwinding vermijden moest en zij
zou de uitnoodiging van Lord Lemaile zeker
zulk een onnoodige opwinding hebben ge
noemd. Volgens afspraak ging Golden dezen
avond dus niet zooals anders door het gordijn
naar zijn garderobe, maar verdween door den
ingang van het publiek, die daar tegenover
lag. Hier wachtte Lord Lemaile met zijn auto
en zij reden weg.
Toen Joe Golden Lemaile's villa te Rich
mond had betreden ging hij zich allereerst
afschminken en ,-erkleeden en kwam daarna
den salon binnen, waar de heer des huizes
hem met een korte, zee, vriendelijke toespraak
begroette en aan zijn andere gasten voor
stelde.
Golden was teleurgesteld. Hg had Maud
verwacht, maar hij vond enkel heeren, de typi
sche gezichten van een voorname Engelsche
club...
Daar ging de deur open en het jonge meisje
kwam binnen. Zij begroette de gasten met een
lieve glimlach en liet zich door haar vader
naar Joe Golden brengen, reikte hem de
hand:
„Ik ben blij, dat ik den grooten kunstenaar
eens van dichtbij kan zien!"
Joe Golden was verrukt en zalig als in een
heerlijke droom. Hier stond Stassy voor hem
dat was haar stem, de warmte van haar
hand.
„Precies uw moeder!" fluisterde hg. Juist
uw moeder... Ik heb haar gekend..."
Maud keek hem vragend aan.
„Mag ik u verzoeken aan tafel te komen
mijne heeren?" riep Sir Arthur en reeds had
h.jj Joe Golden van Maud gescheiden om hem
naar de eetkamer te geleiden, terwijl Maud
door een andere deur verdween...
Het souper verveelde Joe Golden buiten
mate. Wat moest hij met al die gerechten en
wijnsoorten, met ai die vleierijen van de
heeren beginnen En er kwam maar geen eind
aan! Hij kon het dessert nauwelijks afwach
ten, omdat hij veronderstelde, dat Maud na
het souj>er weer terug zou komen.
Eindelijk stond men van tafel op. De heeren
verspreidden zich in de aangrenzende vertrek
ken. pratend en rookend. Opeens zag Joe
Golden zich met Lord Lemaile alleen in de
bibliotheek.
„Ik zou graag een paar woorden met u
spreken, die niet iedereen behoeft te hooren,
mijnheer Golden," begon de Lord.
Golden's hart klopte sneller.
„Maar u moet niet boos op mij zijn, beste
mister Golden! Het is tenslotte maar een voor
stel en ik weet niet of een groot artist als
u
Golden hoorde deze woorden als uit de verte.
Hij wil mij hierhouden, ip zijn huis, bij Maud,
bij Stassy'c dochter, schoot het door zijn
hoofd.
„Spreekt u maar openhartig, Lord
Lemaile!" zei hij met moeite.
„Dus, beste mister Golden als de voor
zitter van mijn club zou ik u willen vragen:
wat denkt u ervan om' een tijdlang, laten
wij zeggen gedurende den volgenden winter
als clubclown, om zoo te zeggen onze
privé-clown op te treden, natuurlijk tegen een
zeer hooge gage?"
De „man met den gouden lach" stond een
oogenblik als verlamd, doch slechts een
oogenblik; want toen bukte hij zich, breidde
de armen uit als een woedende gorilla, viel op
z,jn "E^stheec- aan, vloog hem naar de keel.
Uit de aangrenzende kamers snelden de
gasten toe; spoedig had men Lemaile uit de
knellende greep van Golden bevrijd...
Dit was de sensationeele gebeurtenis in den
nacht van den dertigsten op den een en der
tigsten Januari 1932. Heel Engeland sprak
er over.
Hier eindigen de notities van den clown
Joe Golden, die hg den journalist Wilson Nash
vanaf de boot had toegeworpen.
Het Hippodrom te New York, het groot
ste variété ter wereld, beefde onder de
tormen van gelach en applaus toen „de man
met den gouden lach" den eersten April 1932
debuteerde.
Dit was zonder twijfel de grootste clown
van zijn tijd!
Hn achter de coulissen: een man, zoo hard
als staal!
Altijd en overal, waar ter wereld hg ook
speelde, wachtte Marfa hem achter de cou
lissen op. En zijj was gelukkig, wanneer zg
vanuit de zaal den bijval hoorde bruisen... En
de man met den gouden lach op zijn beurt,
voelde zich, wanneer Marfa eindelijk zijn
mantel om zgn verhitte leden sloeg, veilig,
geborgen in haar zorgende liefde en in zijn
trots: na zooveel leed en bittere tranen de
grootste clown ter wereld te zijn!