NIPPER EN PELLE Geweldige ontploffing in Amerika „KNAPPE KOPPEN" EN „SPOTVOGELS" Het protocol tusschen Spanje en Portugal Het leven in de bezette gebieden Radioprogramma WAAROM TREUR JE, Groote Clown De toestand in Egypte Oudheidkundige vondst in Denemarken Amerikaansche kleurstoffen door explosie vernield. In Camclen in den staat New York is in een kleurstoffenfabriek door een ontploffing een brand ontstaan, tengevolge waarvan tien menschen om het leven kwamen en ruim tweehonderd werden gewond. Een uit zeven verdiepingen bestaande fabriek werd in de asch gelegd, evenals 56 woonhuizen en vier jtantoren, terwijl nog 65 woonhuizen en zes (len huizenblokken geteisterd werden. Ruim dertig motorspuiten waren voor de bestrij ding van het vuur uit Camden en het nabije philadelphia, benevens uit een reeks ande re plaatsen gealarmeerd. De explosie, waarop talrijke kleinere ont ploffingen volgden, deed geheel Camden schudden en vernielde in een omtrek van een halven mijl alle vensterruiten. Pas na tien uur kon men den brand, die in ontplof fende chemicaliën stee^ nieuw voedsel vond, meester. Eenigen tijd lang was de wa terleiding van Camden uitgeput. Ruim driehonderd menschen zijn dakloos geworden. De total schade wordt geraamd op twee millioen dollar. De betrokken firma werkte sedert kort aan de uitvoering van groote legeropdrachten. Men ontkenrechter dat de geruchten over sabotage juist zouden lijn. Ter bescherming tegen plunderaars en ten behoeve van het later in te stellen onderzoek heeft de burgemeester den uitzonderingstoe stand afgekondigd en door den gouverneur van den staat militie doen ontbieden. De stemming der Engelsche bevolking. Uit Londen wordt gemeld, volgens D.N.B., dat de Engelsche regeering voortdurend nieuwe methoden uitdenkt om het moreel van de bevolking hoog te houden en te controleeren. De Engelsche bladen beschikken over den merkwaardigste^ woordenschat ter ken merking van de personen en groepen van personen, die zijn uitgekozen om het mo reel op te voeren. De door Eden in het mi nisterie van oorlog aangestelde oppassers, die den bureaucratischen geest moeten trachten weg te nemen, noemt de „Daily Mail" een „Braintrust" en het blad schrijft boven een artikel „het leger zoekt koppen": deze trust bestaat uit zeven voorname hee- ren der zakenwereld, waaronder groote fa brikanten, bankiers, zakenlieden, met aan het hoofd een generaal en een luitenant ge neraal. Deze kopstukken controlecren en reor- ganiseeren met den hun eigen stijl, de af- deelingen van het departement van oorlog en moeten o.a. de recruteering bespoedigen. Duff Cooper, wiens jongste schepping do oprichting van een bijzonder corps der z.g „Coopers spotvogels" was, wordt door de pers uitgelachen. „Coopers spotvogels heb ben tot taak in café's restaurants en an dere openbare gelegenheden de gesprekken der bevolking af te luisteren. De „Daily Herald" schrijft, dat de „Spot vogels" zonder meer burgers arresteeren en hen mogen examineeren over het thema „hoe ziet het er met de moraal uit". Coopers vertrouweling, Nicolson, ver klaarde aan een redacteur van de „Daily Herald", dat dertig uitgezochte deskundi gen niets anders doen dan openbare ge sprekken afluisteren om daaruit conclusies te trekken over de stemming in de verschil lende sociale lagen der bevolking. Een zoo juist uit Egypto in Athene terug gekeerd journalist meldt, volgens D.N.B.. dat de onrust onder het Egvptische volk \an dag tot dag toeneemt De Egvptische nationale beweging grijpt steeds meer om f,, c ,ee,nuen de ei9ch naar volledige onaf hankelijkheid van Egypte wordt steeds ster- er- betrekkingen tusschen Engelschen en Egvptenaren kunnen niet meer harmo nisch worden genoemd. De Engelsch—Egyp- uche tegenstellingen zijn vooral na den ngelschen aanval op de Fransche vloot in Uran en het optreden der Engelschen tegen ae rransche vloot in Alexandrië verscherpt. e Engelschen hebben geen vertrouwen m?fr 'n Egyptische volk en vreezen zelfs een opstand der inboorlingen Alle po- gingen om de verdediging te versterken eben het vertrouwen der inboorlingen in cie Enge schen niet kunnen versterken. De onderbreking der verschillende overzeesche verbindingen heeft een gevoelig gebrek aan grondstoffen in het land doen ontstaan. De C'onomische toestand wordt beheerscht door een vreeselijke crisis. De instellineen voor maatschappelijken steun worden door dui zenden werkloozen en bedelaars bezocht. Desondanks worden den Egvptenaren steeds nieuwe belastingen opgelegd, welke de on- te\ redenheid onder het volk vergrooten. Se dert eenigen tijd zijn reizen van Egyptena- ten naar Palestina-aan beperkingen onder worpen, aangezien de Engelschen in Pales tina een Arabischen opstand vreezen en ge- looven, dat een gemeenschappelijk optrek ken der Egvptenaren met de Arabieren mo gelijk is. Het nieuwe Spaansch-Portugeesche ver drag wordt door de Spaansche bladen leven dig toegejuicht. Alcazar schrijft: Dit ver drag is niet alleen de uitdrukking der tra- ditioneele vriendschap, doch ook var de so lidariteit en de moreele belangengemeen schap der beide landen. Pueblo verklaart: Het verdrag demonstreert niet alleen de gees telijke gemeenschap van Spanje en Portugal, doch ook den wil tot gemeenschappelijk optreden. In dergelijke woorden spreekt zich ook het blad Madrid uit, dat bovendien van „de christelijke missie" der heide vol keren spreekt en Franco en Salazar de voornaamste drijfveren van den nieuwen politieken opbloei der beide landen noemt. ROEMENIë VERHOOGT UITVOER- TARIEVEN VOOR PETROLEUM. De lasten echter voor rekening van den exporteur. Het Roemeensche ministerie van financiën heeft de uitvoertarieven voor petroleum per 30 Juli met dertien tot twintig procent der waarde van de uitgevoerde petroleumproduc- ten verhoogd. Deze verhooging moet door den Roemeenschen exporteur gedragen wor den zelfs wanneer, zooals het Roemeensch ministerie betoogt, in de contracten is be paald, dat verhoogingen van tarieven ten laste van den buitenlandschen kooper ko men De oudste afbeeldingen van menschen ln het Noorden go- vonden. De Scandinavische correspondent van de N.R.Crt. schrijft: Er wordt dezen zomer in Denemarken turf gestoken, omdat men niet nog eens zoo'n brandstofgebrek en zoo'n kou wil lijden als in den laatsten winter, en daarvan profi- teeren nu reeds de archeologen, die 't druk hebben met al de min of meer belangwek kende vondsten, die men bij dat turfsteken in Deensche venen en veentjes doet. De belangwekkendste vondst van dezen zomer is een bot van een oeros met primi tieve menschenfiguurtjes er in gegrift. Vol gens de deskundigen moeten de figuurtjes af komstig zijn uit don z.g.n. Maglemose-tijd, die ongeveer 5000 a 6000 jaar voor het be gin onzer jaartelling ligt, en heeft men hier te maken met de oudste afbeeldingen van menschen, die tot nog toe in het Noorden gevonden zijn. Een deel van het bot is glad geslepen en daarin zijn, heel primitief in een techniek van streepjes en ruiten, die overeenkomst vertoont met een veel jongere techniek van eskimo's in Alaska maar toch duidelijk herkenbaar, vijf staande men schenfiguurtjes gegrift. De vondst is gedaan in een veentje bij een boerderij op Seeland, die Ryemarks- gaard heet. Ryemarksgaard is'daarmee een nieuwe naam geworden in de al lange reeks van voor archeaologen-ooren klinkende na men, die Denemarken rijk is. BORSTPANTSERS VOOR ENGELSCHE SOLDATEN? De Londensclie „Evening Standard" meldt, dat Churchill de Engelsche soldaten van borstpantsers wil voorzien, teneinde het percentage aan doodelijke verwondingen te verkleinen. De Britsche omroep heeft den laatsten tijd onware mededeelingen verspreid over het leven der bevolking in de bezette gebieden. De Fransche omroep constateert in verband daarmede, dat deze mededeelingen door het Fransche ministerie voor de inlichtingen met den meesten nadruk worden tegenge sproken. Opgemerkt wordt, dat wanneer op enkele plaatsen in de bezette streken een zekere noodtoestand heerscht, de bombarde menten van Britsche vliegers op Fransche havens en steden niet in slaat zijn daar een einde aan te maken. VRIJDAG 2 AUGUSTUS 1940. Jaarsveld, 414,4 m. VARA-uitzen<ling. 8.00 Berichten ANP, gramofoonmuziek. 10.00 Pianovoordracht. 10.30 Declamatie. 10.50 Gramofoonmuziek. 11.00 Bont programma (opn.). 12.00 Esmaralda en solist. 12.45 Berichten ANP. 1.00 VARA-orkert (opn.). 1.30 Orgelspel en zang. 2.00 VARA-Strijkorkest (opn.). 2.303.00 Declamatie. 3.20 „Een zuinig gebruik van gedistribueerde artikelen", causerie. 3.40 Gramofoonmuziek. 4.00 Gramofoonmuziek (met toelichting). 4.30 Voor de kinderen. 5.00 Gramofoonmuziek. 5.15 Berichten ANP. 5.30 Viool en piano. 6.00 „Barnsteen en zwanen", causeiie. 6.20 Orgelspel en zang. 7.00 Vragen van den dag (ANP). 7.15 Berichten. 7.20 Felicitaties. 7.30 Voor de kinderen. 7.50 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP. 8.15 Declamatie. 8.30 VARA-Meisjeskoor „De Krekels" en so liste. I. ..Hoor eens. Hipper, ze vertellen, dat jij en Pelle van plan zijn een verre reis te gaan ma ken; je bent toch. hoop ik. niet zo dwaas, om te geloven, dat je moeder je daarvoor toestem ming geven zal?" 11. „Neen. niet direct, maar ik zal een krijgs list toepassen, waarin juffrouw Van Zaniken de hoofdrol speelt let maar eens op!" „We zijn van plan in dit woonschip geduren de drie weken een In- dianentocht stroomaf waarts te maken. We nemen geweren en kogels mee om onder weg wat wild te ver schalken. We doen, wat ons 't beste uitkomt!" III. „Moeder, weet U, wat juffrouw Van Zaniken zegt? Dat ik nodig bij U vandaan moet en naar een opvoedings gesticht gebracht moet worden, omdat U me niet kunt opvoeden. Nauwelijks wist ze, dat Pelle en ik een onschul dig hengeltochtje zou den gaan maken, of ze zegt. dat U daarvoor natuurlijk toestemming geven zou; wanneer ik echter haar jongen was, dan zou ze gauw een stokje voor zulke stom miteiten steken. Ik kan het niet hebben, dat ze zo over mijn moeder spreekt!" IV. „Heeft ze dat werkelijk gezegd? Maar dan zal ik haar wel krijgen! Zeg, heb je wel alles, wat je op een tocht van drie weken nodig hebt: dekens, kleeren. een bijl, een geweer kogels?" en 8.50 Esmeralda en soliste. 9.15 Radiotooneel. 9.30 De Ramblers. 10 00 Gramofoonmuziek. 10.15—10.25 Berichten ANP. Kootwijk, 1875 m. NCRV-uitzending. 7.00 Berichten Duitsch. 7.15 Berichten Engelsch. 7.30 Gramofoonmuziek. 8.00 Berichten ANP. 8.10 Schriftlezing, meditatie. 8.25 Gewijde muziek (gr.pl.). 8.35 Gramofoonmuziek. 9.45 Celesta-ensemble en gramofoonmuziek. 11.15 Berichten Engelsch. 11.30 Gramofoonmuziek. 12.30 Berichten Duitsch. 12.45 Berichten ANP. 1.00 Haags Harmonie-orkest en gramofoon muziek. 2.00 Berichten Duitsch. 2.15 Gramofoonmuziek. 2.45 Haags Harmonie-orkest. 3.15 Berichten (Engelsch). 3.30 Zang met pianobegeleiding en gramofoon muziek. 4.15 Gramofoonmuziek. 4.30 Jac. Stoffer's Sextet. (5.005.15 Berich ten Duitsch: 5.155.30 Berichten ANP. 6.15 Berichten Engelsch. 6.30 Gramofoonmuziek. 7.00 Vragen van den dag (ANP). 7.15 Berichten. 7.25 Orgelconcert. 8.00 Berichten Duitsch. 8.15 Berichten ANP. 8.30 Berichten Engelsch. 8.45 Gramofoonmuziek. (9.159.30 Berichten Engelsch). 10.00 Berichten Duitsch. 10.15—10.30 Berichten ANP. 10.30—10.45; 11.15—11.30; 0.15—0.30 en 1.15— 1.30 Berichten Engelsch. FEUILLETON DOOR A H KOBER 43. Den twintigsten December 1931 werd Mill's Kerstcircus in Olympia te Londen geopend. In het middelpunt van het geweldige pro gramma stond „De man met den gouden lach". Toen de clou, de groote sensatie kwam, ver stomde het gedruisch van de jaarmarkt, de muziek brak plotseling af, -en de pages, knech ten, stalmeesters en regisseurs gingen in twee r\jen staan om hem door te laten. Daar kwam hij al aan: vlug, maar struikelend, zigzag, in zijn ouderwetsch versleten jacquet met zijn wandelstokje en zijn grijze bolhoed op zijn bolle kop... Nu stond hij midden in de manege met zijn ontroerend vollenmaansgezicht. Hij scheen geheel verrast door het schelle licht van de op hem gerichte schijnwerpers, keek verlegen om zich heen, nam tenslotte zijn hoed af, maakte een linksche buiging en fluis terde door de stilte: „Neem me niet kwalijk Golden!" „Uitstekend! Dat is al gewonnen!" fluister de directeur Bertjj^m W. Mills zijn agent toe, toen de eerste bijval losbrak. En toen daarna de „gouden lach volgde deze lach, zoo geheel vrij van alle aardsch gewicht, zoo jubelend, juichend en overwel digend, dat de massa uit een mond meelacht e, dat zevenduizend menschen zich in dat be- vrijdende, heerlijke lachen verloren toen sprong in de eereloge Lord Lemaile, een der beschermheeren van de „Olympia-hall geest driftig op en applaudisseerde staande voor den grootsten clown, die hier ooit was opge treden... Bijna eiken avond zag men Lord Lemaile in de voorstelling van het Kerstcircus. Vandaag den acht en twintigsten Januari had hg zijn dochter Maud meegebracht, een groot slank meisje, met een mooi en regelmatig gezicht, dat door de groote donkere oogen en het zware blauwzwarte haar, iets zwaarmoedigs kreeg. Maud leek bijzonder op haar vroeg gestorven moeder, wier meisjesnaam Stassy Popescu ge weest was en over wie men verder niet veel wist. „Wat is die Golden in zijn privéleven voor iemand?" informeerde Lord Lemaile bij den circurdirecteur. „Stil, heel bescheiden, een beetje onbehol pen, in een woord: een eenvoudige eerlijke man, zooals trouwens de meeste groote ar- tisten.' Men kan hem dus aan een dame voorstel len?" vroeg Lemaile nog. „Maud wil namelijk zoo graag eens een clown in civiel zien." Directeur Mills glimlachte: „Dat zal niet zoo heel eenvoudig^ zijn, mylord! Golden wordt namelijk na zijn op treden door zijn vrouw geheel ingepakt en- weggebracht." „Hoe interessant Maar die strenge dame zal dan toch wel toestaan, dat ik mister Gol den overmorgen na de avondvoorstelling als gast in mijn villa te Richmond ontvang? Weest u zoo goed om den beroemden clown er op voor te bereiden! Ik zal hem straks per soonlijk gaan uitnoodigen." „De man met den gouden lach" was dezen avond buitengewoon nerveus. Het publiek merkte er niets van, maar de collega's die zijn werk met het oog van den vakman volg den, zagen, dat Golden vandaag niet vrijuit speelde, maar op loge Nr. 11, waar Lord Lemaile en zijn dochter met den directeur zaten; hij forceerde ietwat en spande zich zoo heftig in, dat het zweet hem uitbrak: het was, alsof hg een zwaren tegenstand moest over winnen. Joe Golden zag steeds opnieuw Stassy voor zich! Het was om gek te worden! Eerst had hij gedacht, dat hij zich iets verbeeldde en had zijn oogen uitgewreven, maar het bleek werkelijkheid: voor hem in loge Nr. 11 zat werkelijk Stassy Popescu. Zij lachte, zij sprak met een ouden heer, daarna met directeur Mills, bewoog zich... Zulk een vreemde hallu cinatie had hij nog nooit gehad! De witte mui zen der dronkaards schoten hem te binnen. Misschien begon het bij hem met meisjesge stalten. Minutenlang speelde hij slechts mechanisch dan weer moest hij al zijn kracht verzamelen om op de been te kunnen blijven... Het was inderdaad om gek te worden! Marfa stond als gewoonlijk achter het gor dijn om Golden na zijn optreden in ontvangst te nemen. Met eenigen argwaan bekeek zij directeur Mills, die in gezelschap van een vreemden heer aankwam, en Joe büjkbaar wilde opwachten, nu hij uit de manege terug- kwam. Golden moest ook vandaag twintig maal in den rooden ring terugkomen om voor het applaus te bedanken. Eindelijk kwam hij achter het gordijn, geheel uitgeput Marfa ging op hem toe maar Tle direc teur was haar voor, hield Golden aan en stel de hem zijn begeleider voor: „Lord Lemaile heeft een uitnoodiging voor u, beste Golden De clown ontwaakte als uit een droom, en staarde Sir Arthur met wijdopen oogen aan. „Lord Lemai'e stamelde hij. Sir Arthur gaf hem de hand. „Het is mij heel aangenaam den beroem den clown te leeren kennen en ik zou u gaarne willen verzoeken om morgenavond mijn gast te zijn!" Golden was vuurrood geworden uit ver legenheid of van vreugde hij beantwoordde Lemaile's handdruk en zei moeilijk: „Ik heb Stassy Popescu heel goed gekend! Wij waren partners!" Een secondelang trilde er iets in het gezicht van Lemaile, maar daarna zei hij op den be- heerschten en vriendelijken toon van den gentleman: „Juist daarom, mister Golden, juist daar om zou ik het zoo prettig vinden u overmor gen bij mij te zien... Afgesproken? U zult dus komen?" Hij gaf hem nogmaals de hand en ging toen met directeur Mills weer de zaal in. Nu begreep Joe Golden alles. De Stassy, die hij in de loge had zien zitten was werke lijk een mensch van vleesch en bloed; de doch ter van Stassy en Lemaille. Hij liep naar het gordijn terug, gluurde door het kijkgat naar loge 11... Maar die was leeg; Lemaille scheen met zijn dochter te zijn heen gegaan. Golden informeerde bij directeur Mills naar Lord Lemaile en zijn familie. Het was alles zooals hij gedacht had. Lady Lemaile was vier jaar geleden gestorven en haar dochter, die Maud heette en haar eenigst kind was, leek sprekend op de moeder. Een groote vreugde, zoo warm en lichtend als hij in tientallen van jaren niet meer had gekend, doorstroomde Joe Golden. Hij zou dus Stassy's dochtei ontmoeten, met haar spre ken, haar de hand reiken, hij zou haar over haar moeder vertellen en zij zou dankbaar en aangedaan naar hem luisteren... Ja, en zij zou goede, teedere woorden voor hem over hebben, dit jonge meisje, alsof ze zijn eigen dochter was, het kind van hem en Stassy... ...Joe Golden twijfelde er niet aan of Lord Lemaile wist, dat hij jarenlang dagelijks met Stassy had samengewerkt. Misschien wist hg ook, dat Stassy hem dien ring had nagelaten, dien hij aan zijn vinger droeg? In elk geval wilde Lemaile, den man met den gouden lach" aan zijn dochter voorstellen; en hg was er hem hartelijk dankbaar voor. Hij had Edith verloren, zijn dochter Zephora, Stassy, nu zou Maud Lemaile hem toch nog een laatste glan3 van het geluk brengen... Op den dertigsten Januari moest men een kleine list aanwenden om Golden na zijn op treden uit Olympia weg te loodsen, zonder dat de „groene" het kon verhinderen. Want zij was er vast van overtuigd, dat de groote clown elke opwinding vermijden moest en zij zou de uitnoodiging van Lord Lemaile zeker zulk een onnoodige opwinding hebben ge noemd. Volgens afspraak ging Golden dezen avond dus niet zooals anders door het gordijn naar zijn garderobe, maar verdween door den ingang van het publiek, die daar tegenover lag. Hier wachtte Lord Lemaile met zijn auto en zij reden weg. Toen Joe Golden Lemaile's villa te Rich mond had betreden ging hij zich allereerst afschminken en ,-erkleeden en kwam daarna den salon binnen, waar de heer des huizes hem met een korte, zee, vriendelijke toespraak begroette en aan zijn andere gasten voor stelde. Golden was teleurgesteld. Hg had Maud verwacht, maar hij vond enkel heeren, de typi sche gezichten van een voorname Engelsche club... Daar ging de deur open en het jonge meisje kwam binnen. Zij begroette de gasten met een lieve glimlach en liet zich door haar vader naar Joe Golden brengen, reikte hem de hand: „Ik ben blij, dat ik den grooten kunstenaar eens van dichtbij kan zien!" Joe Golden was verrukt en zalig als in een heerlijke droom. Hier stond Stassy voor hem dat was haar stem, de warmte van haar hand. „Precies uw moeder!" fluisterde hg. Juist uw moeder... Ik heb haar gekend..." Maud keek hem vragend aan. „Mag ik u verzoeken aan tafel te komen mijne heeren?" riep Sir Arthur en reeds had h.jj Joe Golden van Maud gescheiden om hem naar de eetkamer te geleiden, terwijl Maud door een andere deur verdween... Het souper verveelde Joe Golden buiten mate. Wat moest hij met al die gerechten en wijnsoorten, met ai die vleierijen van de heeren beginnen En er kwam maar geen eind aan! Hij kon het dessert nauwelijks afwach ten, omdat hij veronderstelde, dat Maud na het souj>er weer terug zou komen. Eindelijk stond men van tafel op. De heeren verspreidden zich in de aangrenzende vertrek ken. pratend en rookend. Opeens zag Joe Golden zich met Lord Lemaile alleen in de bibliotheek. „Ik zou graag een paar woorden met u spreken, die niet iedereen behoeft te hooren, mijnheer Golden," begon de Lord. Golden's hart klopte sneller. „Maar u moet niet boos op mij zijn, beste mister Golden! Het is tenslotte maar een voor stel en ik weet niet of een groot artist als u Golden hoorde deze woorden als uit de verte. Hij wil mij hierhouden, ip zijn huis, bij Maud, bij Stassy'c dochter, schoot het door zijn hoofd. „Spreekt u maar openhartig, Lord Lemaile!" zei hij met moeite. „Dus, beste mister Golden als de voor zitter van mijn club zou ik u willen vragen: wat denkt u ervan om' een tijdlang, laten wij zeggen gedurende den volgenden winter als clubclown, om zoo te zeggen onze privé-clown op te treden, natuurlijk tegen een zeer hooge gage?" De „man met den gouden lach" stond een oogenblik als verlamd, doch slechts een oogenblik; want toen bukte hij zich, breidde de armen uit als een woedende gorilla, viel op z,jn "E^stheec- aan, vloog hem naar de keel. Uit de aangrenzende kamers snelden de gasten toe; spoedig had men Lemaile uit de knellende greep van Golden bevrijd... Dit was de sensationeele gebeurtenis in den nacht van den dertigsten op den een en der tigsten Januari 1932. Heel Engeland sprak er over. Hier eindigen de notities van den clown Joe Golden, die hg den journalist Wilson Nash vanaf de boot had toegeworpen. Het Hippodrom te New York, het groot ste variété ter wereld, beefde onder de tormen van gelach en applaus toen „de man met den gouden lach" den eersten April 1932 debuteerde. Dit was zonder twijfel de grootste clown van zijn tijd! Hn achter de coulissen: een man, zoo hard als staal! Altijd en overal, waar ter wereld hg ook speelde, wachtte Marfa hem achter de cou lissen op. En zijj was gelukkig, wanneer zg vanuit de zaal den bijval hoorde bruisen... En de man met den gouden lach op zijn beurt, voelde zich, wanneer Marfa eindelijk zijn mantel om zgn verhitte leden sloeg, veilig, geborgen in haar zorgende liefde en in zijn trots: na zooveel leed en bittere tranen de grootste clown ter wereld te zijn!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1940 | | pagina 7