De zaak van
de baby
„De visch van
het oogenblik"
Tijdbom bij
Buckiogham Palace
Beter tijden voor
orkesten en tooneel
Beleediging in
den oorlog
RECHTSZAKEN
Officieele valuta-koersen
Botsing van goederen
treinen te Utrecht
Arasterdamscbe effectenbeurs
De in verband met het arrest in de proce
dure tusschen de families S. en van derW.
ten overstaan van den raadsheer-commis
saris Mr. A. L. M. van Berckel gehouden
enquête is thans geëindigd. De procuruers
van partijen zullen opnieuw voor het hof
pleiten. Deze pleidooien zullen Zaterdagmid
dag a.s. te 2 uur worden gehouden.
Voor het getuigenverhoor had de procu
reur der familie S., Mr. Van Oven, nog drie
getuigën gedagvaard, van wie er slechts één
verschenen was, namelijk mej. A. Tichelaar,
zuster Volutiana, die in Mei j.1. werkzaam
was in bovengenoemde kliniek. Mr. Van
Oven zag af van het hooren der beide an
dere getuigen.
Zuster Volutiana verklaarde, dat zij ge
durende de laatste dagen van Mei bemerk
te, wanneer zij zich in de verloskamer be
vond, welke onder zaal 9 gelegen is, dat haar
van de puinhoopen achter het gebouw een
onaangename lucht tegemoet kwam. Zij
deelde dit mede aan den rechercheur Jur-
gens. Op 30 Mei is zij met den heer Jurgens
en een inspecteur gaan zoeken, met het re
sultaat, dat zij diep in den puinhoop, onder
aan, onder brokken steen, een kinderlijk]»
bedolven vond. Onder het lijkje lag een
wiegkleed. Getuige kon echter niet zeggen,
van welke zaal een en ander afkomstig was.
Wel was het lijkje gekleed in kleertjes, wel
ke in de kliniek alleen op zaal 8 en 9, ge
bruikt worden. Een kindje uit de couveuse
zaal kon het niet zijn, want dan zou het een
truitje aangehad moeten hebben. Bovendien
is die zaal, op een paar gesprongen ruiten
na, geheel ongerept gebleven.
Na den bominslag heeft getuige oprui-
mingswerk op de zalen gedaan. Op zaal 15
(boven zaal 9) waren alle bedden en wie
gen nog aanwezig. De wiegen stonden zelfs
nog op hun voetstuk. Van deze zaal was al
leen het balkon afgeslagen. Hierop stond
geen bed, noch een wieg.
De overige zalen, behalve zaal 9, waren in
zoover alle ongerept gebleven, dat zich de
wiegen en bedden daar nog in bevonden.
Bij de hierna gehouden contra-enquête
had mr. ir. Smalhout den procureur van de
familie van der W. vier getuigen gedagvaard.
Mevr. W. P. Oosterveen, een zuster van
Mevr. van der W. werd het eerst gehoord.
Zij had Mevr. van der W. tweemaal, terwijl
zij in de kliniek Bethelehem lag, opgezocht
en toen haar baby gezien. Na den bominslag
zag zij het kind herhaaldelijk meer en zij
twijfelde er geen oogenblik aan, of haar zus
ter was in 't bezit van haar eigen kind. De
oogen van het kind aldus deze getuige
zijn geheel die .van mijn eigen kinderen en
ik herken er een eigenaardigheid van onze
familie in. Het eene oog is namelijk iets
kleiner dan het andere. Het is alsof de pu
pil niet in het midden zit. Ook heeft het kind
een naar buiten staand knietje een eigen
schap, die in de familie van der Winden
voorkomt. Dit had haar zuster haar in de
kliniek verteld en later heeft getuige dit
ook ten huize van haar zuster gezien. Eén
vlekje, dat het kind op den neus had, ver
oorzaakt door een druppel zilvernitraat,
had getuige later ook gezien, toen het kind
thuis was.
Mevr. W. F. J. van der Winden, schoon
zuster van den heer van der W„ had diens
vrouw een keer in de kliniek bezocht in ge
zeischap van de vorige getuige. Na de ramp
kwam getuige ten huize van de familie van
der W. en twijfelde er ook niet aan, of dit
was hetzelfde kind, dat zij in de kliniek ge
zien had. Ook deze getuige heeft-in de kli
niek het vlekje op den neus van het kind
gezien. Toen het kind thuis was, heeft zij
er niet op gelet of dit vlekje er nog was.
Berlijn acht verdwaald projectiel
niet uitgesloten.
Van officieele Engelsche zijde wordt U.P.
medegedeeld, dat Dinsdag in de vroege mor
genuren in de tuinen van Buckingham Pa
lace een Duitsche tijdbom is geëxplodeerd.
Er is slechts geringe schade aangericht. Aan
den Noordelijken gevel zijn tal van ramen
gesprongen. Ook de muur toont de sporen
van de explosie en aan den eenen kant is
een gedeelte van het dak naar beneden ge
komen.
In het bijzonder zijn de zwembassins der
princessen, de werkkamer van den koning
en de kleedkamer van de koningin bescha
digd. De bom is Maandagmiddag om half-
twee gevallen, doch daar zij eerst den vol
genden morgen ontplofte, zijn er geen doo-
den of gewonden te betreuren. De koninklij
ke familie was noch tijdens den inslag, noch
tijdens de explosie in het paleis aanwezig.
Uit Berlijn wordt hieromtent van bevoeg
de Duitsche zijde verklaard dat, ofschoon
bij de Duitsche luchtmacht niets hiervan
bekend is, het in het geheel niet onmogelijk
is, dat een verdwaalde bom in den tuin
van het Buckingham Palage is terechtgeko
men. Was het de bedoeling van de Duitsche
vliegers geweest, om het paleis te bombar
deeren, dan zou de zaak geheel anders zijn
en dan zou niet slechts een verdwaalde bom
daar terechtgekomen zijn.
Wel had getuige gezien, dat het kind een
naar buiten staand knietje had. Zoowel ge-
tuige's man als diens broer, partij van der
W„ hebben een dergelijke knie. Getuige
vond, dat het kind precies de oogen van
haar schoonzuster had. Tenslotte werd nog
gehoord een broer van mevrouw van der
W., de heer J. G. L. eBrkhout. Ongeveer 5
uur na de geboorte van het kind is hij in de
kliniek geweest. Hij heeft toen gezien, dat
het kind een donker vlekje op den neus had
en het viel hem ook op, dat het haar doorliep
over de wang naar de ooren. Later, op 10
Mei, is zijn zuster met een kind ten huize
van de ouders van getuige gekomen en hij
heeft daar bij dat kind denzelfden haar
groei en hetzelfde vlekje op den neus
waargenomen.
Mr. Smalhout zag af van het hooren van
de vierde getuige.
De contra-enquête was daarmede ook afge-
loopen, waarop de raadsheer-commissaris
de zaak verwees naar he rol van het Hof
ter pleidooibepaling.
Zooals bekend, zal Zaterdagmiddag a.s. op
nieuw worden gepleit.
Op het rangeerterrein achter het centraal
station te Utrecht zijn Woensdagmiddag
twee goederentreinen met elkaar in botsing
gekomen. Er werd groote materieele schade
aangericht, doch persoonlijke ongelukken
deden zich niet voor.
Uit de richting Arnhem reed omstreeks
twee uur een lange goederentrein het ran
geeremplacement op. Blijkbaar had deze
trein te veel vaart om op het aangegeven
punt te stoppen. Hij schoof door en kwam
daardoor in botsing met een verderop al
leen staande locomotief. Door den stoot
werd deze opgeduwd en het geheel botste
vervolgens tegen een goederentrein, welke
uit Amersfoort was gekomen en juist op
een kruispunt stond. De Amersfoortsche
trein werd in de flank aangereden en ern
stig beschadigd. Van de tien wagens waar
uit deze trein bestond, werden er zes uit de
rails geworpen. De opgeduwde locomotief
en een gedeelte van den Arnhemsche trein
ontspoorden eveneens. De schade was hier
geringer, al vlogen de eierkolen uit de open
kolenwagens over het rangeer terrein. Deze
stagnatie was echter spoedig verholpen.
Op het gekraak van de botsing kwam ter
stond hulp toesnellen. Dank zij het snel en
krachtdadig optreden van het gerequireerde
personeel was het mogelijk nog vóór het
invallen van de duisternis de versperde ba
nen vrij te krijgen. Over de voornaamste
sporen heeft nu weer treinverkeer plaats.
Vanwege de Nederlandsche Spoorwegen
wordt een onderzoek naaf de toedracht van
het ongeval ingesteld.
In de eerste plaats mosselen en
daarna garnalen en zoetwater-
visch zullen onder de aandacht
van het publiek worden ge
bracht.
Amsterdam. „De visch van het
oogenblik". Onder dezen titel is de
commissie ter bevordering van het
vischverbruik in Nederland, in op
dracht van de Nederlandsche vis-
scherij-centrale en met medewerking
van het centraal verkoopkantoor voor
mosselen, het verkoopkantoor voor
garnalen en de Nederlandsche Hei
demaatschappij, gisteren een groot-
scheepsche actie begonnen, welke
tot doel heeftf de Nederlanders er toe
te brngen, nu het vleesch niet meer
in die mate voorradig is als vroe
ger, visch een ruime plaats op het
menu te geven.
In de eerste plaats mosselen, daarnaast
garnalen en zoetwatervisch, zullen onder de
aandacht van het publiek worden gebracht.
De voedingswaarde en het vitaminegehalte
van visch zijn vrijwel gelijk aan die van
vleesch, terwijl visch in v&le gevallen lich
ter verteerbaar is. De visch van het oogen
blik behoort aan de eischen te voldoen, wel
ke dezen tijd stelt. Het moet groote voedings
waarde bezitten en bovendien moet de be
reiding dusdanig zijn, dat de huisvrouw
geen moeilijkheden krijgt met de distributie
regeling, met andere woorden, dat het niet
te veel bonnen kost
De mogelijkheden, welke op dit punt de
mosselen en garnalen bieden, hebben wij
gistermiddag persoonlijk kunnen keuren, al
dus een verslaggever van het A.N.P., daar
de commissie ter bevordering van het visch
verbruik in Nederland in hotel Krasnapolsky
een bijeenkomst hield, waar deze gerechten
werden geserveerd. De heer Tha Meyerink,
voorzitter, hield daarbij een rede, waarin
hij de bedoeling der actie uiteen zette en bo
vendien de hoop uitsprak, dat de zeevisch
niet uit het geheugen zal gaan, nu de toe
stand van dien aard is, dat de visschers niet
uit kunnen varen.
De geografische ligging van ons land is
zoo, dat Nederland welhaast altijd als het
land der visschers zal blijven bestaan. Dan
werd nog het woord gevoerd door den heer
J C. Heinerikx, directeur van het Centraal
Verkoopskantoor van mosselen, die het een
en ander over deze schelpdieren vertelde.
Het mosselzaad men vergete niet. dat per
jaar vijftig millioen kilogram in Zeela"J.
kweekte mosselen, ter waarde van f 1.
wordt verhandeld wordt in ondiepe
ken in de Oosterschelde en Grevelingen op
gekweekt tot volwassen dieren, welke aa
twee a drie jaar oud zijn. Deze volwassen
mosselen worden door bemiddeling vajl
centraal verkoopkantoor te Bergen op /-oom
aan de groothandelaars verkocht, die hun
voorraden in zgn. verwaterplaatsen bijeen
brengen en van daar uit verder ver^a!lc!s"
len. Vroeger werden ze veelal naar Beigie,
Duitschland, Frankrijk en Engeland ver
zonden. Het jaargetijde dat de mosselen het
lekkerst zijn, is de winter.
De heer J. P. Vrolijk, directeur van het
verkoopkantoor voor garnalen sprak hier
na over het verbruik van garnalen. De aan-
voermooi'lijkheden zijn thans groot, doch
men hoopt deze spoedig te kunnen overwin
nen. Daar de garnalen het lekkerst zijn.
wanneer zij levend gekookt worden, is men
thans gedwongen de garnalen aan boord
van de schepen te koken.
De heer Looijen, visscherijambte-
naar der Nederlandsche Heidemaat
schappij, sprak ten slotte nog over
de zoetwatervisch. Vroeger werd de
ze zeer veel in ons land gegeten,
doch langzamerhand heeft de zee
visch haar verdrongen. Thans is de
zeevisch echter practisch uitgescha
keld en krijgt de zoetwatervisch dus
weer een kans. De Heidemaatschap
pij heeft zich reeds jaren beijverd,
deze visch tot een volksvoedsel te
maken. En door haar smaak en door
haar voedingswaarde heeft zij daar
recht op.
Tot besluit van deze propagandabijeen-
komst werd een film over den haringvangst
vertoond, waarbij de heer De Graaf de ex
plicatie verzorgde.
Er bestaat een oud rijmpje, dat zegt:
Haring in het land.
Dokters aan den kant.
Dit spreekt voor zich zelf.
RIJKSSTEUN ZAL HUN ARBEID
VERLICHTEN.
Naar het A.N.P. verneemt, heeft het bestuur
van het Rotterdamsch Philharmonisch Or
kest van den waarnemend secretaris-gene
raal van het departement van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen bericht ontvan
gen, dat het met ingang van 1 Januari-1940
een vaste rijkssubsidie van f 10.000 per jaar
zal ontvangen, waardoor deze instelling in de
rij der door het Rijk gesubsidieerde orkes
ten is getreden.
Het vaste jaarlijksohe rijkssubsidie voor
de Haarlemsche Orkestvereeniging is ver
hoogd met f 2500.
Verder is aan alle orkesten bericht, dat het
Rijk bereid is in den komenden winter 20
procent van de salarissen van de orkestle
den te garandeeren, mits de besturen zelf,
eventueel met steun van de plaatselijke en
provinciale overheden, voor de resteerende
80 procent instaan.
Aan de gevestigde tooneelgezelschappen Is
medegedeeld, dat van rijkswege maatregelen
tot bevordering en steun van de Nederland
sche dramatische kunst in overweging zijn.
In verband hiermede is hun vanwege het
departement van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen een aantal vragen gesteld.
Haarlemsche rechercheur had een
N.S.B.-lid voor „landverrader" uitge
maakt.
Vijf en twintig gulden
boete geëischt
Gister heeft voor de Haarlemsche recht
bank een 47-jarige agent-rechercheur van
politie uit Haarlem terechtgestaan, die er
van werd beschuldigd, op 11 Mei een gear
resteerd N.S.B.-lid tijdens het transport het
woord „landverrader" te hebben toegeveogd
De behandeling van deze zaak was reeds
eenige malen uitgesteld, omdat de getuigen
beurtelings niet aanwezig konden zijn en
ook ditmaal was de kroongetuige, de 49-
jarige voorzitter van den Bond van Neder
landsche Onderwijzers niet ter terechtzit
ting verschenen. De officier deelde evenwel
mede, bericht van dezen getuige te hebben
ontvangen, dat hij wellicht in den loop van
den dag weer te Haarlem zou arriveeren.
De president stelde daarom voor, de
zaak te schorsen tot de middagzitting,
waartegen een der amdere getuigen echter
bezwaren maakte, omdat zijn werkzaam
heden dit niet toelieten: de verdediger, mr.
A. Bruck, opperde bezwaren tegen het af
zonderlijke verhoor van dezen getuige, daar
het in deze zaak op nuanceeringen zou
kunnen aankomen.
Na zich in raadkamer te hebben terugge
trokken, beval de rechtbank, dat de getui
ge dadelijk zou woorden gehoord. Verdedi
ger: „Ik vraag acte van verzet!"
Deze getuige, een 38-jarige chauffeur-mon
teur van Duitsche nationaliteit, verklaarde
op 11 Mei samen met den klager in een
auto van Haarlem naar Hoorn te zijn ver
voerd. Get. kende den arrestant niet, doch
al spoedig ontspon zich een gesprek, door
dat de andere arestant opmerkte, dat get.
zich van de arrestatie niet zoo veel scheen
aan te trekken. „U hebt zeker geen gezin?"
had hij opgemerkt en ten slotte had ook de
rechercheur, die voor in de auto zat, zich
in het gesprek gemengd en den N.S.B.'er
toegevoegd: „Och deze meneer kan er
niets aan doen. dat hij wordt gearresteerd,
want hij is ten slotte Duitseher. Maar u
hebt het aan u zelf te wijten!" Hier zou de
verdachte dan het woord landverrader, of
althans verrader aan hebben toegevoegd.
President: „Weet u dat heel zeker?"
Getuigen: „Het woord landverrader her
inner ik mij niet precies, maar in elk ge
val heeft de verdachte verrader gezegd!"
President: „Hebt u daar later samen nog
over gesproken?"
Getuige: „Neen. dat niet!"
Pes.: „Heeft die meneer daar ook nog
wat op geantwoord?"
Get.: „Hij zei, dat hij daar op dat oogen
blik niet over wilde discussieeren."
Verdachte zelf gaf toe. de beide mannen
naar Hoorn te hebben gebracht en zich in
het gesprek te hebben gemengd. Ook had hij
gezegd, dat de N.S.B.'er het aan zichzelf
had te wijten, dat hij was gearresteerd,
doch het woord landverrader had hij nim
mer gebezigd. „Ik heb in die dagen tiental
len personen gearresteerd, doch heb hen
nimmer beleedigd," aldus verdachte, „daar
was ook trouwens geen aanleiding toe. In
de auto was de stemming bovendien heel
rustig."
Verdediger: „Was die meneer erg neer
slachtig?"
Getuige: „Inderdaad, hij was hesl erg
down!"
Verdediger: „Bent U behoorlijk behandeld
door de rechercheurs?"
Getuige: „Ik ben beleefd en corect be
handeld."
Vervolgens werd nog gehoord een 33-jarige
agent-rechercheur uit Haarlem, die de auto
waarin de arrestanten werden vervoerd,
had bestuurd. Deze had naast den verdach
te gezeten, doch van het gesprek niets ge
hoord, omdat hij alle aandacht aan den
wagen, dien hij nog nooit had gereden,
moest besteden. Volgens dezen getuige kon
er echter nimmer een heftig gesprek zijn
gevoerd, want dan zou het zijn aandacht
hebben getrokken.
Verdediger: „Kent u den verdachte goed?"
Getuige: „Wij werken al vier en een half
jaar geregeld samen."
Verdediger: „Is hij erg impulsief?"
Getuige: „Hij weet zich steeds buitenge-*
gewoon te beheerschen!"
Verdediger: „Is hij ooit ruw tegenover het
publiek?"
Get.: „Hij is altijd heer!"
Verdediger: „Ook tegenover arrestanten?"
Get. „Hij is altijd heer!"
Aangezien de kroongetuige nog steeds niet
was verschenen, schorste de president de zit
ting vervolgens tot 's middags vier uur.
Toen bleek de klager en voornaamste ge
tuige in deze zaak aanwezig te zijn; met zijn
verhoor werd de behandeling voortgezet. De
ze getuige verklaarde op 2 Juni een klacht
te hebben ingediend tegen den rechercheur,
omdat deze hem op 11 Mei het woord land
verrader zou hebben toegevoegd. Verdachte
zou deze getuige in den loop van het gesprek
letterlijk hebben toegevoegd: „U hebt dit al
les aan u zelf te wijten, u kunnen ze niet ver
genoeg wegstoppen, landverrader!"
Verdachte hield ook tegenover dezen ge
tuige vol, de gewraakte woorden nimmer
te hebben gebruikt. Hij had wel gezegd, dat
getuige de arrestatie aan zich zelf had te
wijten. Doch ook het: „Ze kunnen u niet ver
genoeg weg stoppen!" had hij daar nimmer
aan toegevoegd, evenmin als het woord land
verrader.
De verdachte wees er voorts op, dat getui
ge hem aanvankelijk er van had beschul
digd, ook twee andere N. S. B.-ers te hebben
beleedigd. Uit het daarna ingestelde onder
zoek is echter gebleken, dat verdachte nim
mer met die menschen in contact was ge
weest. Voorts deelde verdachte mede in de
gelegenheid te zijn gesteld, den getuige zijn
excuses aan te bieden, waarna deze de aan
klacht zou hebben ingetrokken. Verdachte
had dit echter geweigerd, omdat hij zich
geheel onschuldig voelt. „Ik zou werkelijk
haast wenschen, dat ik het had gezegd, dan
had ik mijn verontschuldiging aan kunnen
bieden, en dan was de zaak voorbij geweest!"
aldus verdachte. „Maar ik houd vol, dat ik
dat woord nimmer heb gebruikt!"
De getuige hield daarentegen vol, dat hij
de gewraakte woorden duidelijk heeft ge
hoord. Hij kan zich daar niet in vergissen.
Verdediger: „Heeft verdachte u verder cor
rect behandeld?"
Getuige: „Hij is uiterst correct opgetreden
Ik heb daarvoor niet dan lof!"
Vervolgens werd op verzoek van de verde
diger een 51-jarige inspecteur van politie te
Haarlem gehoord, aan wien' de verdediger
vragen stelde. Daaruit bleek, dat deze inspec
teur verdachte reeds sinds 1919 kende. Hij is
sinds 1932 rechercheur.
President: ..Hoe stond hij bij u bekend?"
Getuige: „Hij staat nog als een uiterst cor
rect rechercheur bij mij bekend!"
Getuige verklaarde voorts, dat verdachte
een zeer kalme, correcte man is, die zich on
der alle omstandigheden weet te beheerschen
ook tegenover aarestanten. „Ik heb hem zelfs
nimmer een ruw woord hooren bezigen!"
Verdediger: „Zoudt u zich kunnen voor
stellen, dat hij zich onder bepaalde zeer
moeilijke omstandigheden zou kunnen la
ten gaan?"
Getuige: „Ik heb veel met hem samen ge
werkt in de moeilijkste zaken, doch hij heeft
zich nimmer laten gaan."
De officier van justitie was van meening,
dat de ten laste gelegde beleediging uit de
getuigenverklaringen whs gebleken. Klager
heeft de gewraakte woorden zeer pertinent
gehoord en ook de verklaringen van den an
dere getuige zijn zeer positief. Het geldt
hier onder eede afgelegde verklaringen, waar
aan dus niet mag worden getwijfeld. Spr.
zeide, verdachte ook persoonlijk als een zeer
rustig en bedaard man te kennen, doch ver
onderstelde, dat hij zijn zelfbeheersching een
oogenblik heeft verloren. Spr. meende te
kunnen volstaan met een geldboete en eisch-
te vijf en twintig-gulden boete, subs. vijf en
twintig dagen hechtenis.
De verdediger, mr. A. Bruch, wees er op,
dat deze heele zaak draait om het bewijs.
De officier meent, dat dit is geleverd. Klager
meent pertinent te weten, dat het woord
landverrader is gebezigd. Doch de tweede'ge
tuige heeft nadrukkelijk verklaard, het
woord landverrader niet te hebben gehoord,
wel verrader. Doch in de dagvaarding is na
drukkelijk het woord landvenltder ten laste
gelegd.
Tegenover de verklaring van den klager
staat de zeer pertinente en met redenen oni-
kleede ontkenning van den verdachte, die
toch ook waarde heeft. Uitvoerig ging pleiter
in op de waarde van getuigenverklaringen,
waarin hij herinnerde aan de bekende proe
ven van prof. Simon van der Aa. Het ver
slag, dat de beide getuigen van het slechts
vierregelige gesprek hebben gegeven, stemt
op verschillende punten niet overeen. Spr,
meende dan ook, dat klager zich, wel is waar
te goeder trouw, heeft vergist en slechts
heeft gemeend de gewraakte woorden te hoo
ren, zonder dat deze inderdaad werden ge
bezigd.
Pleiter wees er voorts op, dat verdachte
juist bekend staat als een zeer rustig per
soon en in het bijzonder van verdachte had
den zijn superieuren en allen die hem ken
nen, een dergelijke uitdrukking nimmer ver
wacht. Verdachte wordt door zijn collega's
zelfs wel „de stalen" of „de ijzeren" ge
noemd. Ten slotte wees pleiter er op, dat
ook de tweemaal herhaalde weigering van
verdachte om zijn excuses aan te bieden, in
het voordeel van verdachte is. Deze voelt
zich werkelijk volkomen onschuldig en plei
ter concludeerde dan ook tot vrijspraak.
De uitspraak werd bepaald op Donderdag
26 September. {Alff_ Hsbl>;
OBLIGATIES:
STAATSLEENINGEN.
100
PflO
ino
100
500
50CT
100
100
500
100
500
NEDERLAND
1940 I 4
1940 I 4
1940 II 4
1940 II (m.b.)
1940 II 4
1940 II (m.b.)
1936 3
1937 3
1937
(3V2) 1938 3
(3%) 1939 3
V.K.
98Vs
98 1/16
89 15/16
9 8 Va
90i/2
98 1/16
7614
7 6 Va
791/4
SOi/4
L.K.
98%
98%
90
89%
91 Va
98%
89%
75%
*6
79%
801/2
OOST-INDIS.
100 1937 3
500 1937 3
100 1937a 3
500 1937 A 3
DUITSCHLAND
D. Gr. b '40 Ct. 6
Konv Kas (m.v.) 4
75%
76% 76 9/ig
74/4 74 5/16
651/2
68
PROVINCIALE EN GEM. LEENINGEN.
A'dam '37 I 3% 80% 80%
s Grav. '37 I 3V2
N.-Holl. '38 3
N.-Holl. '38 II (3%) 3 S0% 80%
R'dam '37 I, III 3%
Z.-Holland 1937 3 83%,
HYPOTHEEKBANKEN.
Ned. Hyp.b. Veendam 3V2 86%, 86%
INDUSTRIEELE ONDERNEMINGEN
Buitenland.
Farbenind. I. G. 7 65
Gelsnk. Berg 5 50
54%
KERK. EN LIEFDADIGHEIDSINST.
Buitenland.
Augustiness 7
BANK- EN CRED.-INST.
Binnenland
Koloniale Bank A 145
Ned. Ind. Handelsb. A'. 96%
Ned. Handel Mij. c.v. A. 80%
Ned. Handel. Mij. r. A.
Buitenland.
Ldsb. Schlesw. 7
AANDEELEN.
INDUSTRIEELE ONDERNEMINGEN.
Binnenland.
A.K.U. 82%—84%
Calvé Delft c. v. A.
Centr. Suiker Mij.
Fokker g. A.
Lever Bros en Unilever
Ned. Ford
Philips G.B.v.A.
S3%-84%
64
162
64%
159%
196
c.v.A 82%-86 84 82%
342 341
14914—1021/2
152%-14ü%
Philipsp ref. A. 119 121%
Heemaf N.V. A. 87 86%
Lever Br. en Un. A.
Lev. .Br. 6% p.A. 83 85%
Ned. Kabelfabr. A. 394 393
Ned. Scheepsb. A. 109% 109
Ver. Blikfabr. A. 184 184%
Papierfabr. v. Gelder A 124 126%
Werksproor v. A. - A. 126 125%
Buitenland.
Anaconda copper c.v. A 21%-21% 21%-21
Beth. Steel c.v. A 68 65%
Chrysler corp. c.v A.
Curtis Wright c.v. A.
Gen. Motors c.v. A. 41
Int. Nickel c.v. A.
Kennecot Copper c.v. A 28 11/16 28-28 5/16
North. Am. Aviation c.v. A. 18%
Rep. Steel c.v. A. 16% 161/4-1513/16
U. S. Steel c.v. A. 46
PETROLEUM-ONDERNEMINGEN.
Binnenland
Dordtsche Pefr. g. A.
Kon. Petr.
Buitenland.
Shell Union c.v. A.
Tide Water c.v. A.
200 -
212-224 222-215
8% 8%-8%
8%. 8%-8 9/16
RUBBER-ONDERNEMINGEN.
Amsterd Rubber 188%-1941S9%-101
Bandar Rubber Mij. A. 142
Deli Batavia Mij. A. 142 141%
SUIKER-ONDERNEMINGEN.
ILV.A. 3C? 3 33-361
Java^che Cultuur 209
N.I.S.U. 208% 210
Ver. Vorstenl. Cult. 92 901'
TABAKSONDERNEMINGEN.
Deli Batavia Mij.
Deli Mij. c. v. A.
Senembah
137-140
1891/—193 1C3-191
15S%-160 163-161
SCHEEPVAART MAATSCHAPPIJEN
Holland-Amerika lijn A. 931 93
Java-China-Japan lijn A. 127% 127 4
Kon. Ned. Stoomb. Mij.
nat. bez. v.' A. 115% li?*;1,15
Kon. Paketvaart A. 197/2
Ned. Scheepv. Unie A. 128 12®1 /-1271A
Rott. Llovd A. 100 11/16 10%"
Stocmv. Mij. Nederland A. 110% 109/s
VALUTA'S.
New York
Berlijn
Brussel
Helsinki
Stockholm
Ztlrich
BANKPAPIER:
New York
Brussel
Stockholm
Zürich
1.883/16-1.889/16
75.28—75-43
3°.11—50-17
3.815.82
44.81—44.90
42.84—42.92
1.86%-1-90%
30.08-30.20
44.76—44.94
42.80—42.96