Het land
van de schoone
Cubaansche
Rotterdamsche iobrekersbende
aangehouden
-- -
Met een Duitsch eonvooi op zee. Paweerende mijnenveger»^ geven de vaartuigen het vlagge-
ilgnaal .Behouden thuisreis (foto W©ltbMd>
Da grootst* lnst*llati* voor cantrala varwarming In woningcomplaxan bavindt xieh In dan Wolkan-
krabbar op kat Daniël WiilinkpJain ta Amstordam. Hiarult worden niat mlndar dan 320 woningan
met aan capaciteit van zes mil'ioen calorieën bediend (Foto Pax-Ho'land)
Ook op bat Magelhaensplein ta Amsterdam zijn da werkzaamheden begonnen
overzicht van het grondwerk
(Foto Pax Holland)
awa»^—ii vawiwawaw a—::w
Wachtend op de dingen, dia komen zullen. Da stoelen staan ar reeds
op da Scheveningsche terrassen. Als mi het voorjaarszonnetje maar wil
meewerken (Foto Schimmelpenningh)
EN HOE EEN AMERIKAAN SC HE
JOURNALIST HAVANA BESCHREEF
De revolutionnaire actie op Cu-
ba, die thans door den president
Batista reeds weer bedwongen
is, vestigt onzee aandacht op t
grootste eiland der Antillen en
zijn merkwaardige atmosfeer.
(N.P.B.) Het is nog niet zoo heel lang gele
den, dat het eiland Cuba een oord was. waar
zeer velen in den kortst mogelijken tijd rijk
wilden worden, al dan niet door wettige mid
delen. Lang niet allemaal werden deze dien
schen rijk,. Slechts een paar gelukte het, hun
doel te bereiken, maar het leven van de avon
turiers is zoo bont en rijk aan ervaringen
geweest, als geen enkel voorbeeld in Euro
pa. In het Zuiden van het eiland, in Santiago
de Cuba, leefden lang heel lang geleden de
flibustiers, menschen met merkwaardige ze
den en gewoonten. Niet alleen, dat zij
Spaansche karavanen overvielen, die goud
en edelgesteenten uit dit land hadden weg
genomen. om het naar de leege schatkisten
van den koning te brengen, maar zij maak
ten van hun leven een waren roman, zij
gingen ter jacht en hun bestaan was zoo
bont, dat er nu nog schrijvers zijn, die de
stof voor hun jongensboeken ontleenen aan
het leven der Flibustiers. Toen zij besloten
het Spaansche juk af te werpen, waren er
heel veel Amerikanen, die van deze gelegen
heid gebruik maakten en het land over
stroomden om te probeeren er hun fortuin
te maken. Dat waren menschen, die in ieder
geval iets wilden doen. Zij namen de gestal
te aan van goede raadgevers en zagen er
uit. alsof zij niets anders op het oog hadden
dan het heil van de Cubaners. In den grond
van de zaak waren zij alleen op eigen voor
deel bedacht en wilden dat voordeel liefst
zoo groot mogelijk maken. Na de overwin
ning op de Spanjaarden verklaarden deze
menschen, dat tot nu toe de Cubaners er bui
tengewoon ongelukkig aan toe geweest wa
ren. Nu zou echter de Noord-Amerikaansche
zon voor hen gaan schijnen en dat zou voor
hen niets anders beteekenen dan een groot
geluk. Zij redeneerden zoo lang over dit on
derwerp, dat zij geheel vergaten, weer naar
hun vaderland terug te keeren.
Toen de Amerikanen zich op Cuba
vestigden verstoorden zij er onmiddel
lijk de romantiek, die daar in zoo
sterke mate heerschte. Daar waar
eenmaal de villa's in Moorsche stijl
onder het prachtig geboomte hun tijd
verdroomden, rezen nu de huizen
met metalen daken uit den grond.
Daar, waar men tot nu toe niets an
ders gehoord had dan het rvthme
van dansende paren, begonnen nu de
machines te stampen. De „dansen",
de nationale dans der Cubanen, zag
men alleen nog in cabarets, die in
de reisgidsen worden aangeteekend
met twee sterretjes en waar men
voor de allerhoogste prijzen de aller
grootste verveling geniet.
Toen gedurende en na den oorlog, de prijs
van de suiker steeg en iedere Cubaansche
liftjoneen aan de New Yorksche beurs spe
culeerde, staken de Amerikanen geld in dat
land. steeds meer geld. Een nieuw groot
avontuur begon. Cuba was weer het land der
flibustiers. Maar nu droegen zij inplaats van
de bloedroode hemden rok en smoking. Nooit
had Havana iets dergelijks gezien. De men
schen leefden in een roes en het geld, dat
zij met nietsdoen verdienden, gaven zij met
niets-doen weer uit. In dien tijd ontstonden
luxe-hotels, het meest in Servilla. waar
men zonder een acht cylinder auto en twee
kamerdienaars tot een arme werd gerekend.
Een Casico werd gebouwd, dich op elkaar
zaten hier de baccarat- en roulettesoelers: de
suikerbaronnen. Een biljet van- duizend dol
lar w%s maar een papiertje en de mondaine
vrouwen (waarvan er in dit land meer zijn
dan wij Europeanen ons kunnen droomen)
maakten een gouden tijd door. Geld was min
der waard dan een idee hoe men het leven
op de meest geraffineerde wijze genieten kon.
Het ontwaken.
Maar zooals men nog altijd gezien heeft,
op den tijd van de millionairs volgde een
tijd van bankroetiers. De meesten verloren
hun geld even gauw als zij het verdiend
hadden en tenslotte, toen het geheele land
nog aan eenige menschen, die door deflatie
rijk geworden waren, behoorde, volgde een
ellendig ontwaken.
De Cubaners zagen in, dat hun ge
heele vrijheid niets om het lijf had
gehad, dat het alleen een feit was
geworden, dat zij en hun land een
deel waren geworden van de Na
tional City Bank te New York of
van de Royal Bank of Canada. Zij
begonnen naar de schuldigen te zoe
ken en in het land ontstond de
eone kleine revolutie na de andere.
Tenslotte verscheen generaal Ma-
chado op het tooneel. De Cubaners,
dj<» edelmoedige menschen zijn en
zich aj gauw door zwierige gebaren
laten inpalmen, benoemden hem tot
dictator.
De maatschappelijke verwording echter
vermocht hij niet te verbeteren. De milli-
onnairs. in Havana behooren tot die klasse
yan menschen. wien het gegeven is aan
iedereen en aan alles, geld te verdienen.
Of er inflatie of deflatie heerscht, of er
'omets is wat men wereldcrisis noemt, er
valt voor deze geldwolven altijd wat af.
u ,^'e.r '10* epn Amerikaansch journalist
enkele jaren geleden over Havana schreef:
..Men kan aan hets trand van Havana
dergelijke heeren zien. Met angstige zorg
'e\en zij de voorschriften der geneesheeren
na bepaalden tijd in de zon te lig-
beklagen zich over een voorge
schreven dieet, omdat zij niet meer met
ongebreidelde vreugde kunnen eten. Zii
hebben vreeselijk veel ellende. Een van
hun rine auto's namelijk is in reparatie en
wat kan men nu in hemelsnaam met maar
twee autos uitvoeren. Men komt zichzelf
ai» een dom jongetje voor. die er maar
°e auto s op na kon houden.
Leven zonder bihoud.
Er was daar een man. Johnson geheeten,
die uit Chicago kwam en door een engros-
verkoop van wollen sokken in de omstan
digheid gekomen was om met die menschen
te kunnen verkeeren, die er hun beroep
van maken een crisis in het leven te roe
pen om daaraan zooveel mogelijk te kunnen
verdienen. Deze Johnson besat maar drie
auto's, een paar vliegtuigen en een niet-on-
aardige renstal. Door die renstal bevond
hij zich nu in Havana, want hij wdlde zijn
paarden in (ie dagelijksche wedrennen la
ten loopen. Verder logeerde er nog een zoon
van een millionnair, die verklaarde niet
meer naar Deauville te willen gaan, omdat
daar teveel kleine mannetjes waren.
Ook Biarritz is (geen badplaats
meer waar iemand van standing vertoeven
kan. Om de ellende van dergelijke gewone
badplaatsen te ontgaan, was hij nu naar
Havana gereisd en hier hoopte hij zijn tijd
met winst te kunnen doorbrengen.
Bij het woord winst lachte de million-
nairszoon ironisch, want den vorigen avond
had hij in het Casino enorme sommen ver
loren.
Kortom, het strand van Havana is vol
millionnairs. Men kan er oude dames zien,
die zich door negerjongens in bont ge
schilderde bakken laten schommelen, heeren
met chique badpakken aan en Henri IV-
baarden liggen op het strand en spelen
cnbagge, het mondaine kaartspel. De jon
gedames zijn er naar de laatste mode ge
kleed in matrozenpakken. Zii dragen
bloedgerande veelkleurige hoeden en la
chen luid. wanneer er maar de minste of
soms ook geen aanleiding toe is".
MOND- EN KLAUWZEER IN ENGELAND.
Het Zweedsche blad „Goeteborgs Handels-
en Scheepvaartblad" meldt uit Londen het
mond- en klauwzeer in Engeland sterk is
toegenomen. 17 Engelsche graafschappen
worden door deze veeziekte geteisterd, welke
in zeer scherpen vorm optreedt, zoodat de
autoriteiten alle beschikbare dierenartsen
tot bestrijding van de ziekte hebben opge
roepen. Ook in Noord Ierland heerscht het
mond- en klauwzeer, zoodat vleeschinvoer
vandaar niet meer mogelijk is.
D* dag dar Duitsche politie. Onder
het parool: Da politie, vriend en heiper,
viert heden de Duitsche politie haar
dag. Bovan: da politie als vriend der
kinderen; midden: de politie beschermt
de dieren; onder: een Duitsche politie
agent geleidt de kinderen veilig over
een drukken en gevaarlijken verkeers
weg (Foto Step!)
Op pakhuizen en winkels voon-
zien.
De Rotterdamsche politie is er na langdu
rig speurderswerk in geslaagd een complot
van vier beruchte inbrekers aan te houden,
die in de afgeloopen maanden het oostelijk
stadsdeel onveilig maakten. Het zijn de 28-
jarige darmbewerker J. H„ de 24-jarige los-
werkman F. S„ de 31-jarige betonwerker B.
M. en de 27-jarige chauffeur J. V., die reeds
zes inbraken bekend hebben.
De mannen hadden het steeds op pakhui
zen en winkels voorzien, die levensmiddelen,
bevatten en zij pleegden hun inbraken
steeds op dezelfde wijze: twee mannen gin
gen op den uitkijk staan, tenvijl de twee
anderen de pakhuizen openbraken. Daarna
werd de buit, die varieerde van zes balen
suiker van 50 kg. tot honderden pakjes kof-
fiesurrogaat, op den rug weggedragen naar
de woning van den hoofddader S. in de Van
Meekerenstraat. Reeds den volgenden dag
was het gestolene verkocht en kwamen d©
mannen bij-S. afrekenen.