Mitrailleurvuur in de plantenwereld Nieuwe verbinding tusschen twee zeeën Verbluffende krachtprestaties Een gezamenlijke lunch in de openlucht 0 v De zeilvaart heeh haar plaats in het transport over de Nederlandsche rivieren weer kunnen innemen, nu door den dooi het ijs verdwenen is (Foto Pax-Holland) In „Het Vaderland" schrijft A. W. Franc ken over het wonderbaarlijke, dat de teere bladpunten van de eerste sneeuwklokjes, zelfs na een strenge vorstperiode van en kele weken, zooals we juist een achter den rug hebben, zich schijnbaar zonder moei te door de „om zoo te zeggen met geen houweelen open te breken" grond weten heen te werken. Niet minder merkwaardig, aldus de schrijver zijn overigens de prestaties, die bepaalde Florakinderen leveren, waar 't het behoud der soort, alzoo de voortplan ting, geldt! Ja! in sommige hunner sluimeren krachten, welke, naar verhou ding dan althans, die van mcnsch en dier vele malen kunnen overtreffen! Enkele ty pische voorbeelden mogen hier volgen: De zaden van een in ons land veelvuldig voorkomende klaversoort, bekend onder de namen van stijve klaver, koekoeksbrood, schapenklaver, hartjesklaver of kroontjes- mier (Oxalis stricta L.), worden beschermd door een dun vliesje of huidje, dat zich, na door de zonnewarmte genoegzaam in gedroogd te zijn, binnenste buiten keert dan wel openbarst en wel op het oogenblik, waarop het den druk, welken de zich ge leidelijk uitzettende zaadkorrels uitoefenen, niet langer kan weerstaan. Dit geschiedt met zulk een kracht, dat de kostbare in houd wijd en zijd verspreid neerkomt, waarmede alzoo het beoogde doel bereikt wordt: de later ontkiemende plantjes zul len elkaar niet kunnen verstikken, zij be schikken elk voor zich over een lapje grond, noodig voor de verdere ontwikke ling! Daarbij if het nog merkwaardig, dat de steeltjes, die de vruchten dragen, zich tegen het tijdstip waarop de volle rijpheid een voldongen feit zal zijn, buitenwaarts buigen en zoover mogelijk van elkaar gaan staan, zulks blijkbaar om te verhoeden, dat de zaadkorrels bij het wegvliegen te gen zulk een stengeltje aanbotsen. En nauwelijks heeft elk zaadje zijn bestem ming bereikt, of die stelen richten zich weer vier op en de plant, bevrijd van haar last, herneemt haar oorspronkelijken recht- standigen vorm Ook de ooievaarsbekken (Geranium L.) èn het bekende, op vochtige, schaduwrijke plekken tierende kruidje-roer-mij-niet (Im- patiëns Noli tangere L.) beschikken bij de zorg van het nakroost over een dergelijke „catapultische" eigenschap. De peulvormi- ge vruchtjes van laatstgenoemd plantje bestaan uit een vijftal met elkaar ver groeide deelen, welker beschuttende wan den, naarmate het rijpingsproces vordert, aan een steeds sterkeren druk van binnen naar buiten zijn blootgesteld. En let nu wel: niet alleen de blaadjes, doch eveneens die vruchten, doen den zoo irriteerenden naam van het gewas kruidje-roer-mij- niet alle eer aan, want zoodra de laat ste bijna rijp zijn, splijt de peul bij de ge ringste aanraking met den vinger in leng terichting open. de vijf aaneengegroeide deelen wijken vaneen, de schillen rollen zich spiraalsgewijze op en... de zaadkor- reltjes worden met groote kracht wegge slingerd, meermalen zelfs 2 meter xer! Vandaar, dat men in dit geval wel eens van „springzaad" pleegt te spreken! Het aardige, reukelooze hondsviooltje (Viola canina L.) volgt weer eenigszins an dere methde: Aanvankelijk hangt de vrucht met de gladde zaadjes slap naar omlaag, maar ziet! nauwelijks staat liet rijp- worden voor de deur, of ze richt zich trots boven de bladeren op en opent dan meteen haar drie even groote kleppen, waardoor het zaad open en bloot komt te liggen. m,n dan nadert snel het critieke moment: de kleppen beginnen vrijwel tegelijkertijd in een te krullen, en, al schijnen de kleine zaadsteeltjes nog al het mogelijk te doen om hun belangrijke taak zoo lang moge lijk te kunnen blijven vervullen, eindelijk wordt dat hun toch te machtig: De hun al meer en meer door die stijve klepjes in den weg gelegde belemmering doet ze plots be zwijken ende vrij gekomen zaadjes schieten gelijk groene erwten uit een speelgoedkanonne tje naar alle hemelstreken heen! Somtijds een meter of drie ver, hetgeen toch wel een ontzagwek kende krachtprestatie mag heeten, vooral wanneer men bedenkt, dat de moederplant gemeenlijk slechts 20 k 25 cm, uiterlijk 30 cm hoog is.1 Ja, de onderhavige krachtsontwikkeling in het Plantenrijk, geheel en al ten toon gespreid om het uitsterven van de soort zoo goed mogelijk te voorkomen, is in menig geval verbluffend! Een natuuron derzoeker, die op zekeren dag getuige was van een dergelijke artilleristische explosie vaïi een Wistaria chinensis D C. de sier- struik, die hier te lande als blauweregen te boek staat verhaalt, dat dit met zulk een kracht geschiedde, dat de zaadkorrels, welke tegen de wanden van een vertrek vlogen, ruim één 'meter ver terugspron gen I Meer dan eens gaat zulk een ontploffing gepaard met een min of meer krachtig ge luid. Wie op een warmen, drogen, zomer- schen dag langs een graapveld wandelt, kan zich daarvan reeds, zij 't dan „op be scheiden schaal", persoonlijk overtuigen; vaak verneemt men dan een eigenaardig geknapper, veroorzaakt door het plotseling openspringen van tientallen hulzen, waar binnen het zaad besloten is. In Bloei- of Zomermaand kunt ge tijdens een wande ling door de duinen, over de heide of in het gebied der Veluwsche of Brabantsche zandverstuivingen den indruk krijgen, als of er ergens in de verte mitrailleurs in actie zijn. Echter... tien tegen één, dat de geluidsbron zich dan in uw onmiddellijke nabijheid bevindt: de rijpe peulen van de brem of wel van het bezemkruid (Sarotha- mus vulgaris wimm.) zijn aan 't open springen en schieten haar zaden in het rond! Als een buitengemeen kranige „zaad- schutter" mag ook de Acanthus mollis ver meld worden, een distelplant, die in het Middellandsche Zeegebied inheemsch is en welker decoratieve bladerenrosettcn, naar men weet, gestyleerd toepassing vonden sinds het midden der vierde eeuw vóór Christus: bij den Corinthischen bouwstijl. Niemand minder dan Goethe deelt ons daaromtrent de volgende aardige episode in zijn vermaarde „Italienische Reise" (1786-'88) mede: „Ook met zaadkorrels ondervond ik een merkwaardig iets. Ik had een aantal vruchten van de Acanthus mollis verzameld en in een open doosje geborgen. In zekeren nacht hoorde ik plot seling een knepperen en knapperen en kort daarop het geluid van tegen de zol dering en de wanden springende korrel tjes. Eerst begreep ik er niet van, later be merkte ik, dat de vruchten der Acanthus opengesprongen waren'en het zaad overal \erspreid lag Zooals eigenlijk vanzelf spreekt, bezitten sommige tropische gewassen de hierboven beschreven eigenschappen in veel sterkere mate dan de onze, laat ik liever zeggen: dan die uit de gematigde en subtropische klimaten. Zoo groeit er in het Brazilaan- sche oerwoud een plant, met name de For- stenia, welker zaden door het sappige vruchtvleesch bijeengehouden en door een dun vliesje omgeven worden. Gedurende het rijpingsproces wordt de hoeveelheid sap al grooter en grooter en op 't laatst wordt de inwendige spanning van dien aard, dat het vlies op zeker oogenblik fi naal doormidden scheurt en het is weer het oude liedje! de zaadkorrels wijd en zijd wegvliegen, ditmaal echter onder he- (Foto Schimmelpannmgh) Door het werken van het gemaal te Lemmer is het water van den Noord Oostpolder reeds zoover gedaald, dat de visschersschepen, welke bij het begin van den winter te Blokzijl gemeerd werden, nu droog liggen. (Foto Pax-Holland) vig geraas, dat volgens ooggetuigen aan over de straatkeien voorthobbelende vracht wagens doet denken! Dit alles valt even wel verreweg in het niet bij de waarlijk verbluffende prestatie in dit opzicht van de Mexicaansche barstende of wel knal lende bom" (Hura crepitans). De vruchten van die boomsoort hebben ongeveer den omvang van een kleinen sinaasappel en bestaan evenals deze uit een aantal, in het rond geplaatste „partjes". Met dit on derscheid echter, dat het vlies, dat die af zonderlijke deelen omsluit, veel en véél harder is. Men kan zich dus gemakkelijk indenken, dat de knal, waarmede bij de ingetreden rijpheid het eens klaps openbarsten van die plant aardige „bom" gepaard gaat, niet gering moet wezen: het klinkt als het afvuren van een pistool en de zaadkorrels vliegen niet minder dan 8 10 meter ver weg! Een Britsch botanist had eens een kistje van licht hout, gevuld met de nog niet ge heel rijpe vruchten van zulk een Hura cre pitans, in de plankenkast van zijn slaap kamer neergezet. Midden in den nacht schrok onze vriend wakker door een aan tal, elkaar onmiddellijk opvolgende knal len: de zaadkorrels waren vrij gekomen en de kracht waarmede zulks geschiedde was zóó groot geweest, dat er van het bewuste kistje nog slechts spaanders overbleven! In alle hierboven omschreven gevallen is er van „mechanische kracht" sprake ge weest, er bestaan echter ook planten, die zich, met precies hetzelfde doel, van che mische middelen bedienen. De in het Zui den van Europa veelvuldig aan het zee strand voorkomende kleine spuitaugurk (Ecballium elaterium) bij voorbeeld, dankt haar naam aan deze, zeker weinig alle- daagsche eigenschap. Een bepaalde schei kundige werking heeft namelijk tot oor zaak, dat de inwendige sappen tegen het rijp-worden der vrucht onder zulk een hoo- gen druk komen te staan, dat de augurk op het door de Natuur vastgestelde oogen blik met kracht van den steel afspringt, en tevens haar inhoud het met zaadkorrels vermengde sap, dat een bitteren smaak bezit in een dikken straal 3 a 4 m ver wegspuit. En zulk een eigenaardige „brand spuit" bereikt hoogstens een lengte van 10 cm, dus ook hier mag zonder twijfel van een „verbluffende krachtprestatie in de plantenwereld" gesproken worden EEN KANAAL, DAT EEN OMWEG VAN 1400 K.M. ZOU BESPAREN. 200.000 arbeiders zouden er 6 jaar lang aan werken. (Van een V.P.B.-medewerker.) In de pers in het bezette gebied van Frank rijk duiken telkens weer plannen op om een project te verwezenlijken, dat reeds 75 jaar oud is. Hoewel het van het grootste gewicht is voor het geheele Fjansche volk, is het nooit in ernstige overweging genomen. Wij bedoelen den aanleg van oen kanaal tus schen Bordeaux en Marseille, dat een verbin ding zou vormen tusschen den Atlantischen Oceaan en de Middellandsche Zee. Dit ka naal zou den omweg, dien de schepen thans moeten maken om Spanje, Portugal en Gi braltar met i dagen verkorten en hun een reis van 1500 kilometer besparen, terwijl zij bovendien geen lasf zouden hebben van stormen. Toen, tegen het einde van de vorige eeuw. de betrekkingen tusschen Frankrijk en En geland vrij gespannen waren, naar aanlei ding van Fasjoda, scheen het plan werkelijk ernstig in studie te zijn genomen. Scheen echter toen de politieke en militaire toestand den doorslag te zullen geven voor den bouw van de-, zen nieuwen waterweg, thans wordt uitsluitend de groote beteekenis op economisch en verkeerstechnisch ge bied naar voren gebracht. En dan vergete men niet, dat de aanleg van zulk een kanaal een groot werkverschaf fingsobject zou vormen. Naar schatting zou den 200.000 arbeiders er 6 jaar lang werk door vinden, in directen of indirecten zin. De kosten van aanleg werden in het jaar 1933 geraamd op 19 milliard francs. Er kan ook geen twijfel aan bestaan, of de welvaart van het gebied, waardoor het ka naal zou loopen, zou er in hooge mate door bevorderd worden. Vooral hoopt men door het aanleggen van stuwen een aanmerkelijke hoeveelheid electriciteit te winnen, terwijl het water verder voor irrigatie op groote schaal zou kunnen worden aangewend. De bladen stellen de vraag, of het niet de drin gende taak is van de huidige regeering om den aanleg van dit gigantische werk ter hand te nemen, dat van zoo'n grooten invloed zal blijken op de welvaart van geheel Frankrijk. GEEN GRIJZE HAREN MEER? Neem vitamine B en ze blij ven 4oo ze waren. Te Boston (USA) heeft men ont dekt, dat bij het ontbreken van een vitamine-B-preparaat in het li chaam, namelijk Para amino ben- zoin, de haren grijs worden. Wan neer men het menschelijk lichaam dit preparaat ingeeft, nemen de haren weer hun natuurlijke kleur aan. EEN COSTUUM VOOR SCHIP BREUKELINGEN. Een eigenaardig schouwspel trok eenigen tijd geleden in de haven van San Francisco de aandacht van het publiek. In het zeewa ter streed blijkbaar een mensch met de gol ven; doch niemand stak een hand uit om hem te redden. Dagenlang dreef deze men- schenbundel, omhuld door een gummi-appa raat. rond. en niemand dacht er aan. den schipbreukeling in een reddingsboot te ha len of hem op de een of andere manier be hulpzaam te zijn. Natuurlijk was er voor deze schijnbare wreedheid een goede reden. De man. die da genlang in de haven van San Francisco een speelbal der golven was. wenschte niet gered te worden. Hij weigerde energiek elke hulp en stond erop een volle 5 dagen in het natte element te blijven om dè practische waarde van zijn uitvinding, een nieuwsoortig red dingsapparaat voor schipbreukelingen aan zijn eigen lichaam te beproeven. Ingenieur Harrv F. Candlie heeft deze gummiring ge construeerd. met behulp waarvan een schip breukeling zich 10 dagen hoven water kan houden. zonder van honger of dorst om te komen. Het betreft hier een met lucht ge duld gummi-omhulsel, dat aan het onderste einde door een bijzondere inrichting is ver zwaard zoodat het lichaam in het water steeds een loodrechte stand aanneemt. Het noofd kan. zooals het bij uitgeputte schip breukelingen voortdurend geschiedt, niet meer onder water raken. Natuurlijk kan hij door een plotselinge stortzee overspoeld worden. Daarvoor is echter een speciaal masker aanwezig, dat de neus bij een vloedgolf be schermt tegen het binnendringen van het water. Het duikerspak bezit waterdichte zakken, waarin voor 10 dagen drinkwater en y.°edsel wordt bewaard. Vijf dagen lang dreef de ingenieur in zijn duikerspak in het water en bewees daar mee. dat zijn apparaat inderdaad zeewaar- as- Ofschoon het twee dagen lan£ wer- kelnk stormachtig weer was. zoodat men herhaaldelijk door teekens aan den drijven- den uitvinder vroeg, of men hem zou hel pen. zette Candle zijn poging tot de laatste minuut door. Hii voedde zich uitsluitend met de in de zakken van het gummipakje meegenomen voedingsmiddelen, en hoewel hu zeer uitgeput was. toen hij na vijf dagen het signaaf gaf. dat men hem aan land mocht halen, herstelde hii zich toch na een korte verzorging weer vlug en voelde zich in de beste lichamelijke en psychisctie con ditie. Ongetwijfeld zal de scheepvaart zich wel spoedig voor dit nieuwe reddingscos- tuum interesseeren.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 8