DIENST
N1PPER EN PELLE
HoofJ.
'AKKERTJE
aan kleine boeren
Ik heb gekozen,
Arkadi
Zes personen door
gasvergiftiging om
het leven gekomen
Tragisch ongeval
door een schilderij
Radioprogramma
Het groentenvervoer
naar de steden
INLEVERING VAN MILITAIRE
RIJKSGOEDEREN
Neem'n
Kleine bedrijfjes, die nimmer
loonend kunnen rijn.
De Dienst aan Kleine Boeren, veelal be
kend als D.K.B., blijft, dit is wel vanzelf
sprekend, ook onder de thans ingetreden
moeilijker omstandigheden, doorwerken.
Zooals onze lezers wellicht weten, is de
dienst gebaseerd op een steun verleening
aan kleine boeren, waarbij als maatstaf
wordt aangenomen een rendement van f 1.25
per bunder per week. Blijft het inkomen
van den betreffenden kleinen boer op grond
van deze basis beneden een bedrag, dat va
rieert van f 9 tot f 10.80, al naar de grootte
van het gezin, dan komt de boer in aan
merking voor steun.
Dezer dagen hadden we omtrent dezen
dienst een onderhoud met den heer A. C.
Couwenhove, adviseur van de D.K.B. te Hei-
loo, die ons eenige interessante inlichtingen
daaromtrent verschafte.
In doorsnee zijn het bedrijfjes van 3 A 4
H A. en er komt in Noord-Holand een be-
trekkeijlk groot aantal voor. Onze zegsman
taxeerde het aantal op 600 A 700.
Men zou zich kunnen afvragen, hoe deze
bedrijfjes, waarop een redelijk bestaan
nauwelijks mogelijk is, er zijn gekomen.
Niet zelden zijn ze ontstaan doordat een
hard werkende en zuinig levende boeren
knecht wat spaarpenningen wist te verza
melen, die hij in grond omzette. In zijn vrijen
tijd hij bleef daarnaast knecht op een
grooter bedrijf vond hij gelegenheid de
noodzakelijke werkzaamheden te verrichten,
vaak ook nam de vrouw een deel daarvan
voor haar rekening.
Gedurende de achter ons liggende crisis
echter zag men niet zelden gebeuren, dat
de vroegere arbeider werkloos werd. Zijn
inkomsten als knecht bleven uit en de
eenige bron van inkomsten voor het gezin
werd in het vervolg geleverd door het be
drijfje.
Helaas bleek dit in veel gevallen
te klein om een bestaan te kunnen
opleveren en de steunverleening van
overheidswege was dan ook voor de
ze menschen een ware uitkomst.
Intusschen is het een onbevredigende ge
dachte, dat steun wordt verleend in bedrij
ven, die wellicht nimmer rendeerend kun
nen worden. Met belangstelling informeer
den we dan ook, in hoeverre de kleine be
drijven door raad en daad wellicht in loo-
nende ondernemingen zouden kunnen wor
den veranderd.
De heer Couwenhove taxeerde dit aantal,
althans voor zoover zijn district betrof, op
een 15 ad 20 pet. Dooreen genomen waren
dit de grootste, terwijl daarnaast ook reke
ning moest worden gehouden met de vraag
of daarnaast werd gedaan aan tuinderij.
Ten slotte was mede van groot belang de
leeftijd van den boer. Velen toch hebben een
eerbiedwaardigen leeftijd bereikt en het is
duidelijk, dat er voor ieder een oogenblik
komt, waarop de krachten beginnen af te
nemen. Dit laatste kan er toe voeren, dat ze
te kort schieten. Zelfs voor een klein be
drijfje. En onder zulke omstandigheden is
het Maatschappelijk Hulpbetoon de eigen
lijke instelling, waartoe men zich behoort
te wenden.
Zoo men de kleine boeren werkelijk wil
helpen en hun bedrijfjes wil opvoeren tot
loonende ondernemingen, dan schijnt de
eenige oplossing te zijn deze, dat ze worden
vergroot of, waar mogelijk, samengevoegd.
Feuilleton
Een roman
uit het hooge Noorden
Door Agathe Pogner
9.
29 Juli.
's Middags was een hevig onweer losge
broken, dat een sterke afkoeling bracht. In
mijn kamer was het ongezellig kil. Ik liet
een paar houtblokken brengen en maakte
daarvan een klein vuurtje in de open haard.
Ik hield evenveel van het vuur als van
het water. Urenlang kon ik voor de schouw
zittend, het houtvuur oprakelend en onafge
broken in den vonkenspattenden gloed sta
rend. Ik speelde met het vuur als met een
levend wezen en meer dan eens zocht ik
hierin afleiding, hetzij in bi'ien van neer
slachtigheid dan wel van overmoed.
Was ik in een slechte bui, dan voedde ik
het spaarzaam en dan kroop het armzalig
over het rooster en over de half verteerde
houtblokken. Maar er waren ook oogenblik-
ken, waarin het door mijn heerscherswille-
keur werd aangestoken, waarin het ^ge
breideld alles verslond en vernielde, wat ik
in mijn overmoed verkwistend in zijn noo.
Verzadigden gloed wierp.
Vaak ook bracht ik het een off®r;
veranderde het in de trotsche godheid, die
het eens geweest is, vóór menschenhanden en
menschenverstand het in ketenen sloegen.
Dan laaiden de vlammen op, sissend en knet
terend, hoog op, rossige geesten ontvloden de
schouw, bedekten de muren met flikkerenden
gloed en teekenden de vachten en vazen, de
urnen en schilderijen met hun vurige wapens.
En ik zat er voor een geloovige heiden.
31 Juli.
Gistermorgen bracht Maria mij, overeen
komstig haar toezegging, den grooten St.
Bernhard. Hg scheen te begrijpen, dat hg nu
87. Twintig lange jaren......
1. „Ia dat me eventjes een
gebeurtenis! Een paar echte,
levende mensen, al zijn het
ook nog maar broekjes!"
2. „Ik zal jullie namelijk ver
klappen, jongens, dat ik hier
twintig jaar lang moeder
ziel alleen gewoond heb,
zonder dat er ooit een schip
voorbijkwam! Hé, schrikken
jullie daarvan? Heb je er
soms iets op tegen, om hier
een paar dcrijn Jaren vacan-
tie te houden?"
98. Geïsoleerd!
L „Wat trekken jullie toch
voor aansprekersgezichten
Ik beloof Je, dat je Je hier
de eerste paar jaar niet zult
vervelen. Komt maar eens
mee, en kijkt maar eens
naar mijn Onoverwinnelijke
Vloot!"
2. „Hier zijn jullie op de plaats,
waar alle wrakken van de
wereld een vergadering heb
ben belegd. We kunnen hier
met gemak de een of andere
waardevolle lading vinden,
met het lossen waarvan
Jullie me prachtig kunnen
helpen."
Het binnenllandsche vervoer der tuin
bouwproducten, dat voorheen hoofdzakelijk
met vrachtauto's geschiedde zal het komen
de seizoen gedeeltelijk met snelle sleepboo-
ten geschieden. In de tuinbouwceptrt/zullen
dan groote sleepen moeten worden samen
gesteld, welke door snelle sleepbooten naar
de diverse groote steden zullen worden ge
bracht.
Voor sommige tuinbouwcentra, die zelf
slechts over kleinere vaarwegen beschikken,
wordt gedacht aan verbetering der water
wegen, terwijl ook bepaalde plaatsen, die een
directe verbinding hebben met de hoofd
vaarwegen, als verzamelpunt kunnen die
nen bij het transport der tuinbouwproduc
ten. Hier zullen dan srtelle sleepbooten de
groote sleepen met groenten naar de ste
den transporteeren. Dit vervoer zal hoofd
zakelijk des nachts geschieden, opdat de
tuinbouwproducten dan 's morgens vroeg op
de binnenlandsche markten zullen zijn.
Aan de verlofgangers beneden den rang
van adjudant-onderofficier, wonende of ver-
blijfhoudende in de provinciën Zuidholland
Zeeland, .Noordbrabant en het westelijk ge
deelte der provincie Noordholland, alsmede
op de eilanden Texel, Vlieland, Terschel
ling en Ameland, die, om welke reden ook
nog niet aan hun verplichting hebben vol
daan oin de onder hun berusting zijnde mi
litaire rijksgoederen in te leveren, wordt als
nog opgedragen die verplichting na te ko
men.
Zij behooren zich, voor zoover zij van den
burgemeester geen persoonlijke oproeping
ontvangen hebben, vóór 1 April a.s. te mei
den ter gemeente-secretarie (bureau voor
militaire zaken) van hun woon- of tijdelijke
verblijfplaats, teneinde te weten te komen
waar en wanneer voor hen de gelegenheid
openstaat om de rij'ksgoederen in te leveren.
De verplichting om zich te melden bij den
burgemeester ter plaatse der inlevering
bestaat voor hen. die, hoewel geen militaire
rijksgoederen onder hun berusting hebbende
nog niet de verklaring hebben onderteekend
dat zij geen rijksgoederen meer in hun be
zit hebben.
Ten huize van den boomkweeker A. van
Eijk aan den Zijdeweg te Boskoop, een echt
paar met vijf jonge kinderen, is een vreese-
lijk drama gebeurd, Tengevolge van gasver
giftiging zijn van dit gezin de man en vijf
kinderen, gisternacht om het leven gekomen.
De man verscheen 's morgens niet op zijn
werk en daarom besloot zijn patroon, de
heer W. .Vermeulen, eens te gaan zien, wat
er aan de hand was.
Hij begaf zich naar de woning, doch het
huis was gesloten en op zijn herhaald klop
pen werd niet opengedaan. De heer V.. die
ongerust werd, sloeg een glasruit in. waarna
hem een sterke gaslucht tegemoet kwam.
Toen men een onderzoek instelde, kwam
men tot de ontdekking, dat het geheele ge
zin bewusteloos te bed lag. De 29-jarige
vrouw L. van Eijk-van der Weijden gaf nog
eenige teekenen van leven, doch de 44-jarige
man en drie meisjes en twee jongens, waar
van de jongste een jaar en het oudste vijf
jaar oud is, waren reeds gestorven.
De echtgenoote is naar het ziekenhuis in
Goude overgebracht. De lijken zijn door de
politie in beslag genomen.
De oorzaak is, zooals men heeft kunnen
vaststellen, te wijten aan het springen van
een gasbuis, waardoor het uitstroomende
gas het gezin in den slaap heeft verrast.
LIJKJE OPGEHAALD.
Uit het Binnen IJ te Amsterdam is het
lijkje van een pasgeboren baby opgehaald.
Het verkeerde in verren staat van ontbin
ding, zoodat het vermoeden bestaat, dat het
eenige weken in het water heeft gelegen.
De politie is van meening, dat het kind kort
na de geboorte om het leven is gebracht.
Het onderzoek wordt voortgezet
Zondagochtend omstreeks half zeven heeft
zich op de tweede étage van een woning in
de Hoogbuurlostraat te Den Haag een onbe
duidend voorval voorgedaan, hetgeen echter
tragische gevolgen heeft gehad. Op dat mo
ment viel in een kamer, waar het 10-jarige
jongetje A. L. sliep, met veel lawaai een
schilderij van de muur. 't Jongetje schrok
wakker en dacht waarschijnlijk dat er een
bom insloeg. Hij sprong in ieder geval uit
bed en snelde het balcon op, waar hij op de
balustrade klom. Vervolgens is de knaap
naar beneden gevallen of gesprongen en
kwam van een hoogte van zeven meter neer
op een steenen vloertje in een tuin.
Hij kreeg een schedelbasisfractuur en brak
de linkerarm. De geneeskundige dienst ver
voerde het slachtoffer, dat bewusteloos was
in ernstigen toestand naar het-R.K. Zieken
huis aan het Westeinde.
WOENSDAG 20 MAART 1941.
Nederlandsch Programma.
Hilversum I. 414.4 m.
6.45 Gramofoonmuziek.
6.50 Ochtendgymnastiek.
7.00 Gramofoonmuziek.
7.45 Ochtendgymnastiek.
8.00 Gramofoonmuziek.
8.30 Nieuwsberichten ANP.
8.45 Gramofoonmuziek.
10.00 De Romancers.
10.45 Voordracht.
11.00 Omroeporkest.
11.45 Gramofoonmuziek.
12.25 „Eerst raet dan baet", programma
voor de boeren.
12.41 Almanak.
12.45 Nieuws- en economische bzrichten ANP.
1.00 Esmeralda en soliste.
1.40 Orgelspel.
2.10 Zang met pianobegeleiding.
2.30 De Melodisten.
3.15 Disco-causerie.
4.00 Bijbellezing. (Uitzending voorbereid door
de Christ. Radio-Stichting).
4.20 Philharmonisch kwartet.
5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten
ANP.
5.30 Voor de binnenschippers.
5.45 Gramofoonmuziek.
6.00 Omroeporkest.
6.42 Almanak.
6.45 Reportage.
7.00 Economische vragen van den dag ANP.
voor altijd bij mg zou blijven, want hij ging
stilletjes op de mat voor de deur liggen en
hief nauwelijks zijn kop op, als ik tegen hem
sprak. Toen wij later den tuin verlieten, keek
hjj ons bedroefd na. Ik wilde het geschenk
ongedaan maken, maar reeds bij de eerste po
ging daartoe sneed Maria mij het woord af.
Ik vind het prettig te weten, dat hij later
bij je zal zijn. Misgun je me dat genoegen?
Ik gaf toe. Ik was er immers trotsch op,
dat Maria zich om mij bekommerde en mij
niet, zooals vroeger, steeds spottend uitlachte.
Zij leek mij trouwens over het algemeen zeer
veranderd. Als ik met haar sprak, kwam er
in haar stem een warmte, die mij vreemd was.
Of slechts medelijden met mijn lot haar daar
toe dreef? Af en toe dacht ik: het zou heerlijk
zijn nu niet behoeven weg te gaan. alleen om
elk uur van den dag deze welluidende, teer
klinkende stem te kunnen beluisteren. Maar
dan zette ik deze gedachte weer manmoedig
van mij af.
Toen wij bij de rivier kwamen, wachtten
mijn drie metgezellen reeds op me. W adira
stond in de boot, Tcyhon en Nikita liepen
met groote stappen op den wal heen en weer.
Ik gaf Maria een hand en ging aan boord.
Het was vloed. Het water stond hoog.
Machtig dreven de golven achter ons aan.
Maria's gestalte aan den oever werd zien-
deroogen kleiner, tot zij, nog slechts een stip
geworden, ten slotte geheel verdween.
Wadim liet de motor steeds sneller loopen.
Als een pijl uit den boog doorkliefde onze
boot de blinkende rivier om alle voor ons va
rende schepen in te halen.
Na verloop van een uur hoorden we de
siren van het lichtschip en een kwartier later
zagen wij het schip zelf, welks kloeke be
manning bij alle zeevarenden zoo hoog in
aanzien staat.
Nu bereikten wij weldra de open zee, mijn
geliefde Witte Zee, uit welker diepte de zil
veren spiegels bij duizenden flikkerden en het
water zijn droomerigen, witten glans verlee-
nen. In mijn stralende Witte Zee, die zoo
rijk is aan luchtspiegelingen als geen andere
zee ter wereld. Op de verrassende oogen-
blikken ziet men duidelijk trotsche burchten
op het water, vreemde reuzenschepen met
zware masten, huizen torens en grazige wei
den met koeien en kalveren. Van welke lan
den de brekende zonnestralen deze wonderen
hierheen halen en op het water werpen, is
voor mij eeuwig een raadsel gebleven.
Wadim keek mij aan en daarop liet hij den
motor nog sneller draaien. Dat was bijna
geen varen meer, dat tyvam het vliegen na
bij.
Van de oever begroetten ons bosschen,
waarop de eeuwige strijd met wind en storm,
met ijs en sneeuw een eigenaardig stempel
had gedrukt en die hun takken nu voorzich
tigheidshalve nog slechts naar de landzijde
uitstrekten. De wonden werden afgewisseld
door rotsen, aan welker steile, ruw gekartel
de punten hier en daar eenige sneeuwresten
hingen, die hardnekkig weerstand boden aan
den gloenden adem van de Julizon. Weldra
echter geraakten bosschen en rotsen steeds
meer op den achtergrond, tot zjj eindelijk ge
heel achter den horizon verdwenen.
Ik had mij half liggend in de boot uitge
strekt. De zon keek me onbeschermd in het
gezicht en ik beantwoordde haar blik niet
minder brutaal. Tot ze mij tenslotte een wel
dadige vermoeidheid op de oogen druppelde,
zoodat ik ze dicht moest doen.
Door mijn gesloten oogleden heen lichtte
roserood de dag. Het water ruischte in diepe,
donkere orgeltonen en de wind zong een lied,
als ware hij door alle eeuwigheid gegaan. De
motor loeide en daverde. Ik kon mij niet
meer herinneren naar welke melodie het
stalen hart van mijn vroegere motorboot had
geslagen, maar nu hoorde ik met onbedrie-
gelijke duidelijkheid steeds weer hetzelfde
rhythme. Nóg wenkt het leven... nóg wenkt
het geluk!... Nóg wenkt het levennóg
wenkt het geluk!
Ik voelde plotseling hoe mijn hart en mijn
bloed begon te zingen, hoe het warm door
mijn aderen stroomde en mij tot in de vinger
toppen prikkelde. Op datzelfde oogenblik
drong zich onstuimig het besef aan mij op,
dat ik jong was en gezond.
Ik weet niet, hoe lang wij reeds hadden
gevaren, toen Nikita zich onverwachts tot
mij richtte met de vraag, of hij zou keeren.
Ik knikte toestemmend.
Zooals de heenreis, verliep ook de terug
tocht, zonder dat iemand van ons een mond
had open gedaan of zelfs maar getracht had
een ander aan het praten te brengen.
Wederom genoot ik met volle teugen de
kostelijke vreugde, welke slechts de heer
lijke vereeniging van zon, lucht en water
weet op te wekken. Wederom voelde ik dien
zoeten, onverkiaarbaren roes van gelukzalig
heid over mij komen en wederom begon mijn
hart te zingen en mijn bloed blij te lokken.
Toen ik aan het einde van onzen tocht een
zaam aan den oever stond, wist ik aanvan
kelijk niet, waarheen ik mijn schreden zou
richten. Het was me te moede, alsof ik zwa-
ren wijn had gedronken, alsof er vuur in
mijn aderen brandde.
Ik kocht bij een fruitvrouw, die met haar
tentje langs het water stond, een groot stuk
meloen en at dit haastig op. Hierna liep ik
naar den dichtstbijzjjnden steiger om mij door
de, op geregelde tijden afvarende stoomboot
naar een mooi eiland in de omgeving te laten
7.15 Gramofoonmuziek.
8.00 Nieuwsberichten ANP.
8.15 Spiegel van den dag.
8.30 Berichten (Engelsch).
8.45 Omroeporkest, koor en solisten.
9.22 Pianovoordracht.
9.40 Dagsluiting. (Uitzending voorbereid door
de Christ. Radio-Stichting).
9.45 Engelsche berichten ANP.
10.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting.
Nederlandsch Programma.
Hilversum H. 301.5 m.
t
6.45 Gramofoonmuziek.
6.50 Ochtendgymnastiek.
7.00 Gramofoonmuziek.
7.45 Ochtendgymnastiek.
8.00 Gramofoonmuziek.
8.30 Nieuwsberichten ANP.
8.45 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding. (Uitzending voorbereid
door het Vrijz. Prot. Kerkcomité).
10.20 Orgelconcert en zang.
.11.00 Voordracht.
11.20 Ensemble Jack der Kinderen.
12.00 Berichten.
12.15 Ensemble Jack der Kinderen.
12.45 Nieuws- en economische berichten AN?.
1.00 Omroeporkest.
1.40 Sylvestre-trio.
2.30 Ned. Symph. orkest ,,'s-Gravenhage" en
soliste.
3 00 Causerie voor de vrouw.
3.20 Vervolg van 2.30.
4.20 Voor de kinderen.
5.00 Cyclus „Het geestelijk karakter van ons
volk". (Uitzending voorbereid door het Vrjjz
Prot. Kerkcomité).
5.15 Nieuws-, economische- en beursberichten
ANP.
5.30 Melodisten en solist.
6.00 Gramofoonmuziek.
6.15 Omroeporkest.
7.00 Brabantsch praatje ANP.
7.15 Volkszang.
7.40 Declamatie.
8.00 Nieuwsberichten ANP.
8.15 Gramofoonmuziek.
8.45 Radiotooneel.
9.30 Gramofoonmuziek.
10.00 Nieuwsberichten ANP, sluiting.
brengen. Daar dwaalde ik twee uur lang in
het jonge bosch rond om er tegelijkertijd af
scheid van te nemen. Wanneer zou ik weer
een berg te zien krijgen? Over een jaar?
Over twee jaar? Of misschien nooit meer?..'.
De boot gaf het sein voor vertrek. Ik
moest mij haasten om nog op tijd te komen.
Met moeite wist ik op het dek nog een vrij
plaatsje te bemachtigen. Rondom mij zaten
slechts vrooljjke en opgewekte babbelende
menschen, wien bij de herinnering aan de
kostelijke uren in de vrije natuur, de levens
lust uit de oogen straalde.
Reeds waren wij op het midden van de ri
vier, toen plotseling een hevige wind opstak.
De betrekkelijk kleine boot werd op de wit-
gekuifde golven danig heen en weer geslin
gerd.
Eenige lichtelijk bang uitgevallen passa
giers begonnen te gillen en vluchtten naar
beneden in de kajuit. Het jonge volk echter
amuseerde, zich kostelijk en viel elkaar bij
eiken nieuwen stoot van het schip onder ge
juich en gelach in de armen.
Een knap, jong meisje met twee dikke
blonde vlechten en lachende oogen viel half
over mij. heen. Ik ving haar op en liet haar
voorzichtig naast mij op de bank glijden,
waarbij het mij opviel, dat ze mg met glin
sterende oogen aankeek. Onmiskenbaar dui
delijk lag in haar blik de bekentenis, dat ik
haar beviel. Haar oogen waren bruin en bij
na even sprekend ais Maria's oogen. Haar
uitdagende mond herinnerde, als hij niet
lachte, aan Maria's welgevormde lippen. Een
oogenblik voelde ik de lust bij mtj opkomen
dezen jongen, onschuldigen mond te kussen,
maar onmiddellijk daarop schaamde ik me
over deze opwelling. Toen de boot aanlegde,
was ik -de eerste, die aan wal ging.
Ik sloeg den weg naar het, aan de grens
van de stad gelegen park in en het toeval
wilde, dat het jonge meisje dezelfde richting
uitging. Wij liepen dicht naast elkaar. Op
een eenzame, verlaten plaats bleven wij als
bij afspraak staan. De blik van het meisje,
welke tot dusver den mijne met jeugdige on-
bevagenheid had beantwoord, kreeg plotseling
iets zachts en droomerigs. Toen nam ik haar
in mijn armen en kuste haar. Direct daarop
echter boog ik schuldbewust mijn hoofd.
„Neem me n'et kwalijk," stamelde ik ver
legen, het... 't kwam zoo... zoo onverwacht."
„Dacht je aan een ander?" vroeg het
meisje en in haar oogen glinsterden nauw be
dwongen tranen.
(Wordt vervolgd.)