BILJARTEN
DE RAT,
a
een der meest
fascineerende sporten
vernieler en
ziekteverspreider
Door de goede zorgen van de Vereeniging tot behoud van natuurmonumenten is de zgn. Kolonie in het Uftingerveen
onder Uftelte behouden. In dit nieuwe natuurreservaat bevinden zich verschillende historische grafheuvels
(Foto Pax-Holland)
HET SPEL IN DEN LOOP DER
TIJDEN.
Dezer dagen heeft Jan Wiemers,
bekende Nederlandsche biljarter,
die 50 jaar lang zijn sport heeft
beoefend, „de queue neergelegd".
In verband met dit afscheid in de
biljartwereld volgt hier een be
schouwing over deze interessante
sport.
Wanneer wij de geschiedenis van de
edele sport der ivoren ballen de revue
willen laten passeeren, dan moeten wij
allereerst vaststellen dat wij het biljartspel
in de literatuur voor het eerst in de 16e
eeuw ontmoeten.
Op de inventaris van de goederen
van de vorstin Charlotte d'Albret
komt tenminste een biljart voor.
Het biljartspel heeft zich waar
schijnlijk in Italië uit het balspel
ontwikkeld. Het vond eerst ingang
in Frankrijk en schijnt zich in de
17e eeuw ook over Duitschalnd en
het overige deel van Europa te
hebben verspreid. Ten tijde van
Lodewijk XIV was het een geliefd1
spel aan het Fransche hof en in
de hoogere kringen werd het beoe
fend als het „noble jeu de billard",
want alleen voorname menschen
konden zich in die dagen het bezit
van een biljart veroorloven. In de
geschiedkronieken vinden wii dat
de jonge Karei IX van Frankrijk
speelde in den Bartholmeusnacht,
terwijl in zijn nabijheid in Parijs
de Hugenoten vemoord werden.
Vooral toen de doctoren Lodewijk XIV
het biljartspel voorschreven „voor zijn
slanke lijn" begon het spel zich in Frankrijk
in een groote populariteit te verheugen.
Het denkbeeld van den uitvinder was
niet nieuw. Ballen werden sedert de oudste
tijden door de volkeren bij hun spelen ge
bruikt. De kinderen hadden hun „kegel
spel". Eén der balspelen was het kaatsen.
Men heeft later de baan bij dit spel ver
vangen door een tafel, waarop de ballen
door middel van „scheppen" en later door
queu's gestooten werden. Voor het houden
van Openbare biljartgelegenheden was eerst
toestemming noodig van de overheid: in
1610 werd dit privilegie voor het eerst ver
leend aan kaatsmeesters of paulmiers die
toen kaatsbanen hielden, waar ontmoetingen
plaatsvonden tusschen de voorname lieden.
BILJARTS IN VROEGER TIJD.
De biljarts uit de zeventiende eeuw wa
ren zwaarder geconstrueerd, ook toen al
waren de bladen met groen laken overtrok
ken en de ballen waren van ivoor. De
handen misten toen de opvulling van het
gummi; men kon ze slechts opvullen met
kussens, waaraan de veerkracht van het
gummi ontbrak. De stokken waren korter
clan nu en hadden den naam „Cadette
De spelers gebruikten vaak een toestel, dat
den vorm had van een vork. waarop zij op
de biljarttafel steunden als zij den bal op
verren afstand van den band wilden ra
ken. Spelregels bestonden er toen ook. \oor
ons zijn zij echter onbegrijpelijk.
In het begin van de 18e eeuw verspreid
de de biliartsport zich over de toenmalige
beschaafde landen. Om een biljart in een
herberg te plaatsen was 'een vergunning
noodig. 7oo werd de herberg dan een of-
firieele hiliartzaal als men toestemming
kreog. Het biljartspel stond onder streng
toezicht van de overheid. In het keur Sak
sen h.v. bad men een rescrintum uitge
vaardigd. dat een groot aantal bepalingen
bevatte. Het is gemakkelijk te hegrijpen,
dat onder zulke strenge bepalingen de
biljartsport niet populair kon worden. Na
dat de Fransche revolutie al deze bepalin
gen had opgeheven, verbreidde het spel
zich zoo snel, dat het spoedig tot in de
eenvoudigste herbergen werd gespeeld.
VEEL VERBETERINGEN.
In den loop der tijden heeft het spel groo
te verbeteringen ondergaan. Men ging
gummi gebruiken voor veerende banden,
het leeren overtrek voor de punten van de
queu's werd uitgevonden. De theorie van
het spel werd verbeterd en langzamerhand
kwamen er uitblinkers, zooals b.v. Vigneau,
die in 1834 met een Amerikaan een partij
van 400 punten speelde. Ook de ministers
van financ'ën lieten hun oog vallen op het
biljartspel, vandaar de biljartbelasting, die
in Frankrijk bestaat sindt 1871. Bij de oud
ste biljarten stond in het midden een klei
ne boog. waar de speler zijn ba! moest door
stooten, met een gebogen stok in de rich
ting van een kegel, den koning. In Enge
land noemde men dezen stok „Ballyard"
en hiervan leidden de Engelschen den naam
biljart af. In het midden van de 18e eeuw
treft men voor het eerst de rechte queu a
aan en de veerkrachtige banden. Sinds 1S18
gebruikt men krijt voor de pommerans en
in 1817 voerde de Franschman Mongaud de
elastische bedekking er van in.
In den laatsten tijd wordt de bil
jartsport. zoowel in binnen- als
buitenland al meer en meer be
oefend. Men onderscheidt de spe
lers in amateurs en professionals.
Een wereldbond is in wording. De
Amerikaan Willv Hoppe was eens
de matador der beroepsspelers. Van
hem is een gemiddelde bekend van
135; en zoo was eens de Fransch
man Alfred Mortier de grootmees
ter der amateurs. Verder moeten
uit dien tijd genoemd worden de
Franschman Darentière. de Belgen
Seis en dr. Colette, de Duitscher
Poensgen. Ook ons land telde en
telt vele goede spelers, die niet
veel meer achter staan bij de bui-
tenlandsche grootmeesters. Eenige
jaren geleden bestonden er vooral
in Amsierdam „Académies de Bil
jart", waar huitenlandsche profes
soren speelden en grof gewed werd.
Deze verdwenen langzamerhand en
in de plaats daarvan vestigden zich
eenige leermeesters in het biljart
spel in ons land.
Tegenover velen, die met weinig achting
spraken over het biljartspel als een kinder
achtig balspel of een nietsbeteekenende
„cafésport". verhief zich Isaël Ouerido. de
groote schrijver, die in zijn leven een harts
tochtelijk biljartspeler was en regelmatig in
de verschillende biljartzalen der groote ca-
fé's te vinden was. „Van het groene laken"
is de titel van zijn boekje, dat een ware
verheerlijking van de sport van het groene
laken is. Minder de oorsprong of spelregels
bespreekt de schrijver, veeleer de psycho
logie van het spel en met welk een lite-
rairen blik hij het spel ziet, moge blijken
uit de volgende opmerking. „Het is een
De onderteekening van het protocol betreffende de toetreding van Joegoslavië tot
het Driemogendheden-pact Het oogenblik, waarop minister-president Tswetkowitsj
zijn handteekening plaatst (Telegrafische foto Atlantic)
TOSi- ar y.
„..rokken, door den akker gaat volgen
Wanneer de ploeg, door de paar yersche aarde voedsel Z0#K®?, j.
de meeuwen het gespan, om (Foto Pax-Hollen^)
spel, dat door de uitvoering van een soort
van lyrisch-plastisch bewegingsschoon sug
gereert door de prachtige wisselstanden en
groepeeringen van het dessin, door concep
tie en combinatie der lijnfiguren".
Zooveel is zeker, dat het biljartspel een
algemeene lichaamsbeweging bevordert en
het spierstelsel ontspant, bovendien oefent
het het oog en verscherpt het opmerkings
vermogen. Als binnenhuis-sport geniet het
in ons land een enorme populariteit en
onze kampioenbiljarters zijn nog immer
gevreesde tegenstanders in internationale
wedstrijden.
Een historisch belangrijk onderdeel der aanwinsten van het Centraal Museum
te Utrecht, welke thans tentoongesteld zijn, is een marmeren buste van prof.
Nicolaas Beets, vervaardigd door F. Stracké ia 1884 (Foto Pax-Holland)
De berichtgever doet zijn werk in de
openlucht, gezeten op een pantser
wagen, tijdens den doortocht van da
Duitsche troepen door Bulgarije
(Foto Weltbild)
Wie is eigenlijk de baas op onze aarde?
De mensch, de rat of de mier?
Over de geheele wereld vindt men de rat
ten en mieren in zulke ontzaglijke hoeveel
heden, dat zij vaak den mensch in aantal
overtreffen. Terwijl de rat en mier elkaar
nauwelijks in het vaarwater zitten, voert
de menscli tegen het knaagdier sinds
eeuwen een verwoeden strijd. Vaak is de
strijd ook zeer hevig, en dat is niet te ver
wonderen De beesten eten immers de le
vensmiddelen op, jagen op hoenders en
zangvogers, en wat niet minder erg is
verspreiden ziekten! De waterbouw-
autoriteiten, de menschen, die aan de ri-
vierovers wonen ep de boeren weten pre
cies welk een groot gevaar de ratten be-
teekenen, en kunnen maar al te goed de
schade opnoemen, welke zij te lijden heb
ben en welke steeds grooter zal worden,
wanneer de dieren niet spoedig geheel
worden uitgeroeid.
Van tijd tot tijd organiseert men ook
„rattenoorlogen". Momenteel is zulk een
rattenoorlcg ontbrand in West-Friesland,
onder leiding van burgemeester J. H. Avis
van Midwoud Het is niet de eerste maal,
dat ongeveer 1000 tuinders of andere land-
bouwlieden gezamenlijk jacht maken op
dit schadelijke dier
Ook in Zuid-Holland is dit nl. meerdere
keeren het geval geweest. Daar heeft men
echter de rattenplaag overwonnen, door de
dieren vergif (Pararat) te laten eten Nu
zal inen ongetwijfeld denken, dat ook in
West-Friesland gebruik zal worden ge
maakt van Pararat. Men heeft dit echter
niet gedaan, omdat het bekend is, dat rat
ten zelden of nooit iets zullen eten, waar
aan zij soortgenooten hebben zien sterven.
Helaas namelijk is de rat behalve uiterst
schadelijk, ook nog zeer schrander. Daar
om is het maar een geluk, ^at men een
ander anti-rattenmiddel heeft gevonden om
de rat in West-Friesland uit te kunnen
roeien. Hier gebruikt men namelijk een
mengsel van gemalen gedroogde suikerbiet
en een bacteriecultuur van de Rijkserum-
inrichting. Het voordeel van deze bacterie-
cultuur is, dat de rat, die er aan sterft, als
het ware „versteent", zoodat er geen sprake
is van een rottingsproces. Daar komt nog
tij, dat genoemde rat voor zijn dood de
besmetting ook nog op soortgenooten kan
overbrengen! Men werkt dus eigenlijk met
een dubbel-snijdend mes.
De gewone huisrat zou een heerlijk leven
tje geleid kunnen hebben, wanneer niet
eenige eeuwen geleden een grootere rat-
tensoort haar entree had gedaan, en de
baas was gaan spelen. In 1727 kwamen zii
uit Azië over de Wolga bij Astrakan naar
DE FUNCTIE VAN HOOFD VAN EEN
LUCHTBESCHERMINGSDIENST EN DE
VEREENIGBAARHEID DAARVAN MET
HET RAADSLIDMAATSCHAP.
De secretaris-generaal van het departe
ment van binnenlandsche zaken heeft een
beslissing genomen op het beroep van C.D.
te Oudelande tegen een besluit van gedepu
teerde staten van Zeeland, waarbij is onge
grond verklaard het door hem ingestelde
beroep tegen het besluit van den raad dier
gemeente, strekkende tot zijn niet-toelating
als lid van dien gemeenteraad.
Dit besluit was genomen op grond, dat D.
de functie bekleedt van hoofd van den lucht
beschermingsdienst aldaar en daarom moet
worden beschouwd als ambtenaar, vanwege
het gemeentebestuur aangesteld of daaraan
ondergeschikt. Daarmede is naar het oordeel
van den raad het lidmaatschap van een
gemeenteraad uitgesloten op grond van art.
25 der gemeentewet.
Gedeputeerde Staten deelden dit stand
punt.
Genoemde secretaris-generaal heeft nu
overwogen, dat art. 12 der wet betreffende
bescherming tegen luchtaanvallen bepaalt,
dat ieder verplicht is de door den burge
meester schriftelijk van hem gevorderde me
dewerking tot uitvoering van bedoelde wet
te verleenen. Van degene, wiens medewer
king krachtens deze bepaling door den bur
gemeester wordt gevorderd kan echter niet
worden gezegd, dat hij als ambtenaarin
dienst der gemeente treedt, evenmin als
zulks 't geval is bij het verrichten van de
persoonlijke diensten, waartoe de inwoners
der gemeente ingevolge art. 226 der gemeen
tewet kunnen worden opgeroepen.
Met het oog hierop kan de hierbedoelde
functie, al moge er bij het vervullen daar
van sprake zijn van ondergeschiktheid aan
den burgemeester, niet onvereenigbaar met
het lidmaatschap van den gemeenteraad
worden geoordeeld.
Overeenkomstig het advies van den Raad
van State heeft de Secretaris-Generaal op
bovenstaande gronden het besluit van ge
deputeerden van Zeeland vernietigd, bene
vens dat van den raad en den heer D. als
nog als raadslid toegelaten.
Europa, en per schip uit Indië naar Enge
land. Een geheimzinnige drang volgend
heeft de Aziatische rat zich over de geheele
wereld verspreid. Waar deze soort komt,
begint zij eerst een vernietigingsoorlog te
gen de steeds zeldzamer wordende
Ontzaglijk verspreid is dit dier in
lndië, waar het als drager van pestbacte-
nen uiterst gevaarlijk is.
Niet alleen op het platteland ondervindt
men last en overdaad van ratten. Ook tal
van groote steden - ja, zelfs wereldsteden
als 1 arijs en Londen hebben immers
vaak te lijden van rattenplagen, en dan
ïndt men weer de strijd aan tegen deze
.volkomen onnutte dieren. De rat behoort
et tot de dieren, die men om hun goede
eigenschappen de slechte door de vingers
wet beest doet niets om verzachten
de omstandigheden te scheppen. Het is ook
eens aanhankelijk: als eerste verlaten
j een zinkend schip, en wanneer zij er
ge is een betere voedselvoorziening vinden
verdwijnent zij ook. Zoo heeft men op
JMeuw-Zeeland geconstateerd, dat de rat
en uit de nabijheid van den mensch gaan
zien meer en meer op het strand vesti
gen, waar zij van visschen, krabben en vo
gels leven.
Ruim tien ajar geleden werd Siberië door
een vreesehjke rattenplaag bezocht. De re
geering zette een premie uit voor iedere
oode rat. Weldra hadden de boeren niet
under dan 3 millioen doode ratten inge
leverd.! Maar nog was er lang geen ein-
ue gekomen aan de rattenplaag. Want wat
e eekende 3 millioen of meer voor dit
reusachtige gebied. Pas toen er nog ette-
ij e millioenen dezer ondieren waren ge
dood, kon men zeggen, dat er een einde
was gekomen aan de rattenplaag het
geen echter nog in het geheel niet wil zeg
gen, dat er toen geen rat meer was in
aiberié.
Om de rat niet te kort te doen, moeten
TH v °"e(^'Kheidshalve nog mededeclen»
<iat de witte ratten tegenwoordig bij voor-
eur worden gebruikt als proefdieren in
e laboratoria der biologen, waar zij wer
kelijk goede diensten bewijzen. Doch dit
doen zij dan tegen wil en dank.