Als een reuzinnetje spelen gaat l3*eAie fong&nt en Appeloogst in Kabouierland Oplossing raadsel vorige week Nieuw Raadsel RUILHOEKJE Een schrandere hond DE HELD Nu konden jullie warempel van de week weer sneeuwballen gooien, tenminste als je in het Noorden van N.-Holland woonde, want ik hoorde van mensen die uit het Zuiden kwamen, dat het daar geregend had, maar wij hadden dan Woensdagmorgen een flink pak meeuw en daarbij de nodige kou. Maak je evenwel niet bezorgd, dat de tijd achteruit gaat lopen en dat we van Maart weer teruggaan naar Februari. Januari en December. Dat is niet zo! De merel voor ons huis heeft daarvoor van de week te luid en dringend gezongen. En die weet het wel. 's Morgens vóór zeven uur zat hij al het hoogste lied uit te jubelen en 's avonds om 8 uur horen <ve hem nog vaak. 't Gaat dus goed. Ik zie net op de kalender, dat we vol gende week al weer aan de verloting van de... Apriltaart toe zijn. dat betekent in ieder geval zon en licht en... warmte. Geluk kig. En nu de winnaar van deze week. Hier staat zijn naam en adres: JOHNNY MARTENS, Fazantenstraat 3, Den Helder. Dtllie Goedegebuur, Julianadorp. Ja, dat is de goede kant van het buitenleven, Dillie, dat je dicht bij de natuur bent. Je hebt misschien in andere jaren nooit zo het dartel spel van de lammetjes gezien als nu en je hebt nooit zo gezien, dat er nieuw leven op het land kwam, het gras dat fris werd, de madeliefjes, die schuchter hun kopjes het voorjaar instaken, de paardenbloemen, die het er weer op durfden wagen. Ja, je kan daar straks van genieten. Geef je ogen en oren maar de kost, want met je oren kan je ook heel wat beluisteren. Corrle v. Bale. Een week hebben we nu lente gehad in de natuur en een week op de kalender, Corrie, maar die kalender- week heeft ons vaak bedrogen. Er had net zo goed 21 Februari op het blaadje kunnen staan. Enfin, t komt goed. Je zal het zien. Klaas de Vries. Dat boek zal je neus nog wel eens voorbij gaan, Klaas. PÏs drie maal, 't is de moeite niet» .«'aard. Er zijn vriendjes en vriendinnetjes die al twee of drie jaar meedoen en nog nooit iets ge wonnen hebben. Die doen mee, niet om de prijs (die ze natuurlijk ook wel graag heb ben) maar om de gezelligheid van ons clubje. Riekje v. d. Velde. -at is een hele ver huizing, van de O. Kerkstraat naar de Bin nenhaven, Riekje. I k heb aan j gedacht, toen die bom bij jullie in de straat viel en het doet me goed, weer een brief van je te krijgen. Jammer, dat ik je vorige week niet beantwoord heb, dan had ik je toen kunnen feliciteren. Nu kom ik wat laat. Maar toch, van harte, hoor. Antoon Bovenkirk. Wat zal je vader staan te kijken, Antoon, als hij thuis komt en h(j vindt dar. in de wieg zo'n klein meisje. Dat zal vast een grote verrassing zijn. Wat zullen jullie big zijn, als hij het kan zien. Corrie Bekebrede. Londags heb je me niet in Den Helder te zoeken, Corrie, dan loop ik ergens in de Berger bossen rond. Door de week dan vind je me nogal eens langs de straat. Anton Rebel. Precies Anton, de aan houder wint. Een vriendje of vriendinnetje, dat na de eerste maand de moed al opgeeft, omdat ze toch geen prijs wint, die zal ook nooit de vreugde smaken, dat zijn of haar naam eens op dat begeerde plekje boven aan komt. Ik hoop, dat jij daar nog eens komt, hoor, ik gun je wel zo'n lekkere hap of een mooi boek. Mienke v. Spelden. Ja, ook jouw kaart heb ik ontvangen, Mien" i. Een fijne kaart was het. Dank je wel. la jg nu volgende maand ook al van school? En waar ga je dan heen? Moeder helpen of naar de huis houdschool Gerard Kramer, Heilo. Ja, wij ruiken de bomen ook, Gerard. Lo'n fijne voorjaars lucht en we hebben van de week al verschil lende heesters gezien, die heel kleine blaadjes dragen. Dat is het begin. Tjibbe is in Bergen op school. Ita en Jaap ook en ze vinden het er fijn. Twee weken geleden was de meester jarig en dat is een heel feest geworden. Alle van 't Hert. Van de zomer dan behoef je niet zo druk te schrijven, Alie, dan moet je bruinbakken, maar nu is het toch geen weer om veel buiten te zijn, dus grijp je nog naar de pen vertel me al je wederwaardigheden. Bep Roos. Dat gaat best met dat briefje van jou, Bep, ik vond het netjes ge schreven. Je zusje van ken ik natuurlijk niet, maar je vader wel. Ieder, die in Ca sino geweest is, kent hen. en ieder Nieuwe- dieper is daar wel eens een of meermalen ge weest, laat staan de mensen van de krant. Bep de W(jn. Jullie hebt er maar wei nig overgehouden van het gezellige clubje thuis, Bep. Van je twee zusjes en drie broertjes is er nog maar een thuis. at zal het ongezellig stil zijn. En wat zullen die zusjes en die broertjes straks een massa te vertellen hebben, als ze weer thuis ko men. Vleermuis.Ik geloof waarlijk, dat jij op de punt van je tong de gewonnen taart al geproefd hebt, Vleermuis, en dat je je lippen hebt afgelikt. Nu, de voorsmaak heb je dan tenminste alvast gehad, misschien is die net zo fijn als de voorpret van een feest, dat je b(j zal wonen. Jammer, dat je zelf gemaakte raadsel fout is. Je schreef voor horizontaal 5 een Oosterse naam en vulde in „Halef". je bedoelde zekef een Oosterse titel, n.1. Kalief. Daardoor deugt echter het gehele raadsel niet. Dqe nog eens je best, want dit soort raadsels heb ik graag. Een vrienidnnetje zonder naam schrijft me een heel aarig briefje over scha pen en lammeren en haar vriendinentje, dat... te water gerold is. Dat laatste was niet zo leuk en je vader had wel een beetje gelijk, toen hij je een standje gaf en zei, dat je stadskinderen niet op planken over een sloot moet laten lopen. Daar stappen ze beslist naast. Annie v. Bale. Dat is een royaal ge schreven brief, Annie, grote forse letters en duidelijk. Zo mag ik het. Trijntje v. Strien, 't Zand. Maart moet je in de gaten houden, Trijntje, 't Is net een jonge hond, die je niet vertrouwen kan. De eene dag is hij poeslief en de vol gende dag bijt hij je in je benen. Au! De ene dag in Maart zou je denken, dat het zomer was en zou je je winterkrol in de kamfer willen stoppen en de volgende dag, dan durf je'je neus bijna niet buiten de deur te steken, zoo venijnig koud is het. Een vriendinnetje zonder naam schrijft me een heel aardig briefje over scha pen en lammeren en haar vriendinnetje, dat... een paar weken huisarrest heeft. Hoe kan je het vergeten. Nu had ik juist eens even een praatje bij je bed willen maken. Trijntje Kommer. Een fijn boek is dat, vind je niet, Trijntje, de „Langerud kinde ren". Er zijn een hele massa mooie kinder boeken. Je moet die uit de paedagogische serie van Kluitman maar eens lezen. Die zijn allemaal heel goed. Je kan ze in de Leeszaal krijgen. Elly de Zwart, Haarlem. Dat is fijn, Elly, rolschaatsen en dan vlak bij een aflo pende brug te wonen, waarbij de weg boven dien nog van asfalt is. 't Kon niet beter. Zondag heb ik in Bergen je oom en tante gesproken. Kom jij er ook eens? Sari Schadee. Je brief is me niet dui delijk, Sari. Welke postzegels bedoel je, die je graag terug zou willen hebben? Schrijf me dat volgende' week maar eens. Tiny Munster. Ben jij Den Helder ook trouw gebleven, Tiny, of gaan jullie 's nachts ook een schuilplaats zoeken? Jaap Plaatsman. Ook verhuisd, Jaap? Ja, in Den Helder kan je wel verhuizen. HuizeYi naar keuze, in alle soorten en prij zen, kleine en grote, dure en goedkope. Je bent dus een beetje dichter bij de Koning straat gekomen. Jacoba Prins. Een klein briefje, hoor Coba, maar ik kan het ook klein. Kijk maar. Tiny Leen, Dirkshorn. Ik hoop, dat je naar de vierde gaat, Tiny, en ik denk het ook wel, want als je laatste rapport geen enkele onvoldoende had, dan zal je er wel glansrijk doorheen komen. Schrijf het me maar gauw, als het eenmaal zo ver is. Atie. Dit is een briefje voor Atie, Atie zonder achternaam. Natuurlijk heeft ze er wel een, maar ze heeft hem stilletjes ver zwegen of... vergeten. Ik denk wel van het laatste. Atie vertelt me, dat haar vader een paard ter leen heeft en dat ze nu bij lelijk weer gaat rijden. Is dat even fijn Magda Reinderman. Ik geloof, dat jullie het voorjaar in je hoofd hebben, Magda. Ik weet niet hoeveel vriendjes en vriendinnetjes we vandaag al geschreven hebben over die taart. Je krijgt zeker niet veel taart meer, nu er bonnen voor gegeven moeten worden. Nu, ik hoop, dat je inder daad nogeens je neus in de room mag ste ken, hoor. Natuurlijk, niet letterlijk, dat be grijp je, want daarmee moet je oppassen nu de bijen weer gaan zwermen. Doornroosje. Gemakkelijke raadsels worden jullie tegenwooridg voorgezet, vind je niet, Doornroosje. Ik gun jullie, dat je zoveel mogelijk buiten bent, buiten in de natuur, tenminste als je niet van de weg waait of wit-sneeuwt. Marietje Tol, W.Waard. Die meneer Slager heeft jullie daar, geloof ik, een fijne middag bezorgd met die poppenkast, Marie- tje. Dat was weer eens echt Helders. Hanny v. Lingen. Ja, ja, die bloemen trekken zich er niets van aan hoe dwaas de mensen zijn, Hanny, ze steken evengoed vriendelijk hun kopjes boven de zwarte aarde en kijken lachend rond, alsof er geen vuiltje aan dejucht is en*de muggen dan sen straks weer even vrolijk in het avond zonnetje en de vlinders fladderen opgewekt van bloem tot bloem en de vogels houden hun mond niet dicht. In de natuur gaat alles hetzelfde, de zon komt op, de zon gaat onder, de sterren staan te twinkelen en de maan lacht heel de wereld uit. 't Lijkt me alleen, dat die de laatste tijd wat minder vrolijk kijkt. Cor Boer. Het leuke vers, dat je me gezonden hebt, zal ik hieronder opnemen, Cor, maar je moet voo.al niet vergeten voortaan te vermelden, waar je het uit overgenomen hebt. 't Is een gedraaf langs de paadjes in 't bos, 't Is een gehaast en gefluister. Overal lopen kaboutertjes rond. 't Werk moet gedaas zijn voor 't duister. „Puntmuts" heeft haast en schudt aan zijn boom, Straks zijn z'n appels in stukken, „Vroeg in de wei" legt het zekerder aan, Kijk hem voorzichtigjes plukken.' Pijp in de mond" is al klaar met de* pluk, Brengt ze naar huis met zjjn wagen. „Hansje" is dom en vergeet heel en al mandje of wagen te vullen, Want van de appel die hjj heeft geplukt, Staat hij al lekker te smullen. Klaas Goudswaardt. Je hebt het van me gewonnen, Klaas, jij bent al zes maal verhuisd, sinds de oorlogsdagen, ik „nog maar" vijf maal. Nu, maar ik gun je dat winstpunt, hoor, ik hoop, dat je het voor blijft. Alleen als ik straks naar huis ga, moet ik eigenlijk weer drie maal verhuizen, want m'n huisboel staat nu precies over vier huizen verdeeld. Dat kan dus nog een echt gezellige verhuizing worden.' Harry Roels. Ja, 't wordt nu weer reuze weer om te fietsen, Harry. Wat een wandelingen maak jg Zondags, 't Is geen kleinigheid, naar de Donkere Duinen, 't Zal er wel fijn zijn en niet zo druk als andere jaren. Willie Snijder. Als je briefje in de verkeerde bus wordt gedaan krijg ik het natuurlijk niet, Willie. Je moet het doen in de bus waarop staat „Kinderbriefjes". Wim v. Dierendonck. Ja, 't kan Wim, nieuwe raadsels en nieuwe versjes kan je bij je raadseloplosingen inzenden en als ze dan geschikt zijn voör plaatsing, dan komen ze erin. Ansje Mosterdijk, Haarlem. In Haar lem is het geloof ik wat minder koud, dan in Den Helder, Ansje, maar dat je er de de vorige week al last van de „hitte" hebt gehad lijkt me een beetje fantasie, 't Was wel een paar dagen prachtig 1 enteweer, maar warm is toch nog even anders. Jan de Graaf, Schoorl. 't Is fijn wonen in Schoorl, vind'je niet, Jan? Wij wonen er vlak bij en van de week zijn we op een avond nog naar Schoorl geweest en daar hebben de kinderen het hoge duin beklom men. Dat is even een hoogte. Ben jij er al eens opgeweest? Jongens en meisjes, ik ben door de rijste brijberg heen. Volgende week mogen jullie weer schrijven. Tot volgende week dus, hopen we. Voor de kinderen in Breezand, die hun briefje bij mijnheer Verbey brachten deel ik mee, dat zijn adres nu is: Stoom weg 95. 1. spar; 2. den of es; 3. eik; 4. linde; 5. beuk. Goede oplossingen ontvangen vant Corry v. B., Joop T., Meta v. A., Annie R., Jopie en Henkie P., Piet de L„ Martha B., Jacob P., Jaap P., Marietje J„ Harman- na U., Broer en Zus de V., Jan S., Harry R., Jopie M., Dick B., Tiny L., Anny K., Magda R., Tiny v. d. W., Trijntje v. S., Alie de B., Rieka v. d. V., Frits S., Nina B., Wim N., Marietje T., Loek en Leon v. d. W., Tinie v. B., Piet en Freek B., Anny v. B.,, Oorry K., Bas v. d. A., Beppy K., Fennechien M., Greetje, v. L., Elly de Z., Hendrik H., Willem en Joop v. D., Mientje F., Hiske Z., Coba B„ Leo v. d. W„ Kees de B., Henkie en Jantje S„ Kinderen K., Ansje M., J. v. d. K., Dieuwi S., Ab P„ Agnes en Mientje de H., Johnny M., Kinderen M„ Riemi W.. Yfke B„ Aldert v. d. K., Marietje V., Beppie K., Marietje S., Hanna v. E. G., Bep R., Jaap P., Tini S., Jopie de K„ Ma rietje D., Sientje de J„ Gretha v. S., Betsie G., W, v. D., Alie P.. Femmy B., Paul en H. Mujje, W. v. d. H., Dien J., Anny V., Mientle B., Klaas de V., Jetty B., W. v. d. H., Willy S., Louis O., Trijntje K., Trientje P., Marry V.. Cor v. B., Anny v. B., Fresia. Neeltje P„ Maarten K., George V., Bep de W„ Antoon en. Jacob B., Sari S., At'e P., Janny D„ Anny D., Jo K„ Neeltje de V., Jochem v. L., Jan v. B. 1. X t schapenhuij. 2. X i e waarop wij wonen. 3. X y meisje naam. 4. X r hieraan kan een schip vast gelegd worden. 5. X n telwoord. 6. X n höog bouwwerk. 7. X r «lkeen, allemaal 8. X 1 zit vlak boven je voet. Op de kruisjeslijn lees j" van boven naar beneden een prettige tijc' Wie wil 18 Hille bonnetjes ruilen voor 18 Verkade bonnetjes. Adres: Anny Gomes, Crocuastraat 33, Alhier. door HANNIE FRANKEN Ja, als een reuzinnetje gaat spelen, dan kun je de zonderlingste dingen beleven. Want kjjk nu eens naar de plaatjes, die je hier ziet staan. Op het eerste zie je' het reuzinnetje, waarvan ik je straks iets ga vertellen. Eigenlijk wel gek hè, om van een reuzinnetje te spreken, want 't is me een meisje! Zie je wel, dat ze nog een heel eind boven het bos, dat achter haar ligt, uitsteekt? En zie je, hoe klein die boer en z'n paard lijken, bij haar vergeleken? Maar nu moet je op het andere plaatje haar moe der eens zien. Hemeltje! Die kijkt over het bos heen, alsof er alleen maar een struikje stond! En ze heeft een hoofd als een mole- steen en armen zo dik als een boomstam. Ja, nu ik je dit gezegd heb, begrijp je wel dat ik haar dochtertje een reuzinne-tje kan noemen. Want haar hoofd is niet groter dan een haringtonnetje en haar armen zijn niet dikker dan een scheepsschoorsteen. Maar nu ga ik gauw vertellen wat ik van dit reuzinnetje te weten ben gekomen. Ze hebben me verteld, dat 't reuzinnetje van deze plaatjes een van de lastigste reuzin netjes was, die ooit bestonden. Ze wou nooit met iets anders spelen dan met zand en dat was verschrikkelijk vervelend. Want als ze één keer haar schort volschepte met zand, dan was er een gat in de grond waar de mensen eenvoudig geen raad mee wis ten. Maar daar trok het reuzinnetje zich niets van aan. Als zij maar plezier had! Maar haar moeder was veel aardiger voor de mensen. Ze vond de mensen eigenlijk zielige stakkers. Zo klein en mager. En ze hadden dagen nodig om door het bos te komen! Neen, de mensen, daar had de reuzin heus een beetje mee te doen en daarom verbood ze haar dochter hen nog langer te plagen. „Je gaat nu maar eens met wat anders spelen. Want de mensen doen alles toch al zo langzaam en als je ze nu steeds méér werk bezorgt, dan weet ik niet wat er van hen worden moet. Dus je kiest je maar ander speelgoed. Verstaan?" Men verzoekt ons het volgende verhaal te willen plaatsen. 'n Vroege Zondagmorgen... Tegen het hekje van een plantsoen staan vier fietsen, bewaakt door een grote hond. Af en toe loopt hij heen en weer, snuffelend, om er dan weer dadelijk naar terug te keren. Zou hij misschien die fietsen moeten be waken of zou lig op de bezitters wachten? De uren gaan... 't Is al 12 uur. Nog steeds staan daar de fietser De hond is blijkbaar onrustig. Bij elk geluid staat hij op en kijkt.-.. Zou hij honger hebben of dorst Waar blijven toch de eigenaren van de fietsen èn van de hond?... Vreemd! In elk geval: de waker of wachter kan honger hebben. Een dikke boterham is spoedig gebracht, maar b j bijt er met trage tanden in. Dan moet hij dorst hebben! Een bak water. Hek...? Hek hij luistert tenminste naar die naam drinkt de bak gretig leeg. Nog een bak, jongen? Ook d e is spoedig leeggedronken. Nog een derde? Welja,'alle goede din- ~cn tertaan in drieën! En dan nog een twee- '<i boterham? Deze wordt nu in twee-drie oppen naar binnen gewerkt. Dg bak water moet maar buiten blijven staan'woor het geval lig nog eens drinken wil. Arme Hek, waar zijn je baasjes? Kon je het mij maar vertellen. Hij steekt zijn natte neus in mijn hand... Straks krijg je een warme hap, hoor! 't Is half drie: er wordt gebeld. Daar staan vier padvinders voor de deur. Een van hen reikt de lege bak over. Ik dank u mijnheer, dat u onze hond te drinken hebt gegeven... Ja, èn een paar boterhammen. Hij had honger en dorst... Maar luidt artikel 6 van de Padvinderswct niet: „Een padvinder is een dierenvriend..."? Hoe hebben jullie nu toch... Wij kunnen er niets aan doen, mijnheer, zegt een ander, die later bleek de baas van Hek te zijn. Niets aan doen...? Maar hij ligt hier al van vanmorgen negen uur af... Werkelijk, mijnheer, 't is onze schuld niet. Wij hebben onze fietsen op dit stille plekje geplaatst en namen toen de hond mee om een verkenningstocht door de dui nen te maken. Daar zijn wij Hector opeens kwijtgeraakt Wjj hebben gezocht, geroepen, gefloten... En nu vinden wij hem hier bjj onze fietsen... Wij keken elkander even verbaasd aan... Dus heeft Hek, toen hij jullie kwijt was, misschien gedacht: ik ga maar terug naar 't Reuzinnetje pruttelde wat in zichzelf, zodat de mensen angstig naar de lucht ke ken, omdat ze dachten, dat er onweer kwam opzetten en toen ging zedadelijk weer haar schort volscheppen. Omdat 't haar ver boden was, wilde ze de mensen nog een beetje meer plagen en daarom schepte ze haar schort zó vol, dat zelfs haar reuzinne- schort de vracht niet houden kon. Toen ze tien stappen gedaan had met elke stap kwam ze zeker tien kilometer verder scheurde haar schort en het zand vloeide weg. Er was geen houden aan. Haar moe der, die wel verwacht had, dat 't reuzen kind, na haar verbod, de mensen nog er ger zou willen plagen, was haar achterna gegaan. En jawel, daar stond haar dochter en voor haar voeten groeide een berg. Op een plaats, waar een berg erg lastig was. Maar wat gaf 't reuzinnetje daar nu om? Bovendien was er niets meer aan te doen, want 't zand bleef maar stromen. Er was geen stuiten aan. Twee bergen kwamen er uit het schort van 't reuzinnetje, twee gro te bergen en een klein bergje. Dat kleine bergje was het laatste restje zand, dat 't reuzinnetje uit haar schort schudde, toen ze twee bergen hoog genoeg vond. Die bergen staan er nog. Ergens in Duitsland. Maar geen mens gelooft meer dat ze er zo gekomen zijn als ik je hier heb verteld. En later zul je dat zelf ook niet meer ge loven, maar nu misschien nog wel. En dan wil je misschien nu ook nog wel geloven, dat dat reuzinnetje van haar reuze-moeder een standje heeft gehad, omdat ze de men sen nu die twee en een halve berg had be zorgd en bovendien haar reuzinneschort had gescheurd, terwijl ze best wist, dat reu- zinneschorten moeilijk te krijgen zijn, dat ik weet niet hoe lang, de mensen met ang stige gezichten vertelden van een noodweer dat eens in die streek had gewoed, een noodweeralsof alle reuzen bezig wa ren hun koffers te pakken om voorgoed van de wereld te verdwijnen. de fietsen; op dat plekje moeten ze terug komen... Best mogelijk, mijnheer, hij ia reuze- verstandig! En... trouw, jongens! Maar dan kan ik jullie gelukwensen met zulk een schrandere viervoeter...! Hector liep onderwijl tussen ons door, sloeg zijn dikke sterke staart tegen onze benen en ging eindelijk vlak voor z'n jongen baas zit ten. Met z'n trouwe ogen keek hjj ons om beurten aan, alsof hij begreep, dat het over hem ging. Toen de padvinders wilder vertrekken, zei de baas tegen Hector, dat hij zelf ook bedan ken moest. Hij gehoorzaamde dadelijk. Een sterke hondenpoot rustte even in mijn hand. Een vreemd gevoel van tegenover een „meer dere" te staan, doorvlamde mij... Hector rende olij-blaffend achter de pad vinders aan! O». Petertje die gaat uit wandelen, Hélemaal alleen. Vraag je hem: Ben je niet bang? Dan zegt hij dapper: neen. Maar op 't hoekje van de straat Daar zat een grote kat, Die zei: miauw-miauw-miauw, Zeg, ik vertel jou wat Maar Petertje verstond dat niet Hij vond die kat erg raar, Hij holde gauw naar huis terug En zei.... 't is buiten naar! Polly.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 7