DE NUTSSPAARBANK IN 1940 „Het Witte Kruis" Involkschen geest 'en goede De'heer Bandsma gaat heen DE WEEK. Zaterdag 26 April 1941 Tweede Blad tftadónieuwJ Het tegoed met ongeveer 20 pCt. teruggeloopen Het aantal spaarders verminderde slechts met 2l/2pCt. Rond 12500 spaarders Reserves bijna een half millioen YïluqjLefo i i Dat heeft z'n oudste zuster hem geleerd i En Jantje geeft z'n pa een pijpenrekje f Dat hij uit hout zelf heeft gefabriceerd Het ver geronk komt onheilspellend T nader 4 verloor 2000 leden Slaapplaats voor stadgenooten Den Helder, stad zonder cultuur 7 in Feiten en Fantasieën Draagt elkanders lasten l^GOZGKzrllR Dfl|>o Burgerlijke Stand van Den Helder Spaarbank R.K. Volksbond advertentie Het betrekken van ons land in den oorlog, heeft wel grooten invloed op den gang van zaken der spaarbanken gehad. Algemeen overtrof het bedrag der terugbetalingen aanzienlijk dat der in lagen en bleek het meermalen, ter voor koming van excessen, gewenscht, de te rugbetalingen te beperken. Naast de algemeene ongunstige invloeden, heeft de massale uittocht van inwoners de spaarbankcijfers sterk beinvloed. Het tegoed der inleggers liep ongeveer 6 ton terug, hetgeen 20 van het tQtale tegoed bedraagt, doch het aantal der spaarders ve-minderde slechts met circa 300, d.i. 21/2 Het aantal spaarders bedraagt nu rond 12500. Door beperkende maatregelen ten aanzien van de terugbetalingen, kon een behoorlijke liquiditeit gehandhaafd worden. Service. Ten gerieve van de spaarders is de Spaar bank in de oorlogsdagen en zelfs op den 2en Pinksterdag, steeds geopend geweest. Door ge nomen maatregelen in deze dagen, werd een vlotte afdoening hunner spaarbankzaken ver zekerd. De uren van openstelling werden tengevolge van de verduisteringsvoorschriften en in ver band met evacuatie gewijzigd. Het kantoor is nu alle werkdagen geopend van 9 tot 3 en Za terdags van 9 tot 12.30. Het kantoorgebouw werd tijdens de bombardementen beschadigd. De schade werd inmiddels hersteld. Inleg en terugbetaling. Ingelegd werd in 1940 een bedrag van 1.480.229, dit is 1.066.671 minder dan in 1939. en terugbetaald 2.084.344, hetgeen 772.317 minder is dan in 1939. Het aantal posten van inlage bedroeg in 1940 17.392 (v.j. 31.424) en het aantal posten van terugbetaling 29.786 (v.j. 30.665). Aan de inleggers is in 1940 een bedrag van 71.405 aan rente vergoed. Het aan inleggers verschuldigd kapitaal (op 1 Januari 1940 3.123.014) verminderde met 534.665 tot 2.588.349. In 1940 werden 595 nieuwe boekjes uitge reikt (vorig jaar 1374), daarentegen 922 boek jes ingetrokken (vorig jaar 806). Het aantal in omloop zijnde spaarbankboek jes, bij den aanvang van het jaar 12.819 daalde met 327 tot 12.492. De gelegenheid die de spaarbank biedt, tot het huren van safeloketten en het beschikbaar stellen van de kofferkluis, werd in de dagen van onrust door velen op prijs gesteld. Op 31 December 1940 waren 102 loketten verhuurd. Pensioenbetaling. Uit. Dec. 1940 was het aantal personen, waaraan de spaarbank termijnvoorschot op pensioen verleent 531 (vorig jaar 538). Gedu rende 1940 was het aantal posten van uitbeta ling voorschot op pensioen 6336 en het uitbe taald bedrag 542.021 (v.j. resp. 6390 en 555.400). Met het gratis beschikbaar stellen, ten be hoeve van jonggeborenen van een spaarbank boekje met een eersten inleg van 1.— werd op 25 Juni, in verband met den bijzonderen plaatselijken toestand, tijdelijk opgehouden. Op 31 Dec. was het aantal dezer uitgereikte boek jes 1112. Ten behoeve van het sparen van klein geld door middel van spaarbusjes waren op 31 Dec. 1940 in omloop 1865 busjes. In de busjes werd in 194Ö een bedrag van 20.880 gespaard (v.j. 39.876). Een gramofoontje in een kleine woning A De ouders met de kind'ren om de dis f En vader troont in 't midden als een koning I f Omdat het heden zijn verjaardag is. f De kind'ren zingen van: „Lang zal ie v leven" A f En: „Gloria", 't is als een mooie droom f Maar ver heeft zich een vliegtuig opgeheven A De gramofoon speelt dromend: Home, sweet home". s En Tommy zingt een liedje voor z n vader t Und. wenn du jung bist, dir gehort, die A Welt i i Dit vindt ik nou mijn mooiste plaat, zegt Vader 7 Toen viel de bom, en 's morgens werd i gemeld. Zeer weinig nieuws, wjj schoten weer een zeven V Toestellen neer, aldus het frontbericht v De and'ren werden weer teruggedreven, f Zeer weinig schade werd er aangericht. De morgen vond hen allen nog te gader f In as en puin, gebroken als de droom, En stuk was ook de mooie plaat van vader v Van: „Wen du jung bist", en van „Home, sweet home In verband met den bijzonderen plaatselijken toestand werd in 1940 de Wereldspaardag niet herdacht Schoolsparen. Ook op het schoolsparen hebben de plaatse- ljjka gebeurtenissen sterken invloed uitgeoe fend. Gespaard wordt thans aan de scholen van de heeren J. Adolfs, S. de Böck, N. H. Biersteker (waarn.), C. lest, W. N. Louwrier, H. N, Muts, W. C. J. Veth en R. Windsma. Het aantal uitgereikte en sindsdien in om loop gebleven schoolspaarboekjes bedraagt 2Ü5 en hun tegoed 11.219. Het aantal deelnemers van het belasting spaarfonds voor de werklieden en ambtenaren van de Marinewerf en de Gemeente Den Helder is nog toegenomen. Hun aantal bedraagt 96 en hun tegoed 4.608. Evenals vorige jaren werd de administratie, balans en verlies- en winstrekening van de spaarbank in haar vollen omvang door den Nederlandschen Spaarbankbond gecontroleerd en werden balans en verlies- en winstrekening accoord bevonden. De verlies- en winstrekening vermeldt een bedrijfsoverschot van 1.724, terwijl een be drag van 45.000 ten laste dezer rekening naar de rekening Reserve voor hypothecaire belan gen werd gebracht. Bij een schuld aan spaarders van 2.588.349 vermeldt de balans een totaal aan reserves ad' 432.102, terwijl in de waardeering van ver schillende bezittingen (o.a. staat het spaar bankgebouw en safe-inrichting elk voor 1. op de balans nog wel belangrijke stille reserves zullen schuilen. Het valt op dat juist bij en tengevolge van den teruggang van het spaarderstegoed de reserves procentsgewijze nog belangrijk gunsti ger zijn dan in voorgaande jaren. W. A. 0e contributie-opbrengst liep daardoor belangrijk terug Voor 1941 een tekort geraamd van 700 gulden. In de gisterenmorgen gehouden algemeene ledenvergadering van „Het Witte Kruis" was op twee bestuursleden na, het geheele bestuur voltallig aanwezig. Dé leden hadden unaniem verstek laten gaan. Dit kan een kwestie van onverschilligheid zijn, het kan ook een vorm van vertrouwen in de leiding van het bestuur zijn. Hoe het ook zijn, de vereeniging blijft er even nuttig om en gaat rustig haar gang. Uit het door den secretaris uitgebrachte jaarverslag bleek o.m., dat 1940 voor de ver eeniging gunstig begonnen was. Een cam pagne, tot aanwerving van nieuwe leden, had in het eerste halfjaar veel succes, doch toen het bombardement van 24 Juni had plaats gehad, werden alle verwachtingen den bodem ingeslagen. Onder de duizenden stadgenooten, die toen Den Helder verlieten waren pl.m. 1500 leden van de vereeniging en toen In October een nieuwe exodus plaats had, verdwenen nog 500 leden, zoodat in totaal een 2000 leden van de 3000 leden moesten worden afgevoerd. Kasgeldleening van 1500 Om aaji de financieele verplichtingen te kunnen voldoen, moest een kasgeldleening van 1500 gulden worden gesloten. Mutaties in het bestuur, hadden niet plaats. Van het materieel is een gedeelte gegaan naar het ziekenhuis te Julianadorp en een deel is nog in het bezit van leden, die momen teel buiten de stad vertoeven. Wijkverpleging, huisverzorging, kin derverzorging, kinderhygiërre, kleuter zorg hadden het eerste halfjaar een re gelmatig verloop. Door een 8-tal huisverzorgsters werd aan 21 gezinnen hulp verleend, met een gemiddeld aantal dagen van 15 per gezin Tengevolge van den slechten finan- cieelen toestand en het weinige werk, dat er voor 3 zusters is, werd het proefjaar van zuster Voet niet verlengd. De financieele positie. Bij de behandeling van de rekening en ver antwoording deelde de penningmeester mede, dat de ontvangsten met inbegrip van 1500 van de kasgeldleening, 10.000 gulden hadden bedragen. De uitgaven bedroegen 9500. De uitgave-posten waren normaal. De contri buties, die in normale omstandigheden "echter 5000 gulden bedragen, behaalden nu nog geen 4000 gulden. De vereeniging is in het afgeloopen jaar een 1000 gulden achteruit gegaan. In dit be drag is begrepen de installatie te Julianadorp van 600 gulden. Het tekort voor 1941 wordt geraamd op pl.m. 700 gulden. In principe werd besloten tot aankoop van een auto voor de wijkverpleegster voor het platteland. Contact met Alkmaar vlot niet. Bij de rondvraag werd nog medegedeeld, dat het Dagelijks, h bestuur een onderhoud zal hebben met het bestuur van de Alkmaarsche vereeniging, om den Helderschen geëvacueer- den gratis verplegingsartikelen in bruikleen af te staan. Men .s hier al eenigen tijd over bezig, doch de onderhandelingen vlotten niet erg. Men hoopt nu spoedig resultaat in dit opzicht te hebben bereikt. Niets meer aan de orde zijnde sloot de voorzitter, dokter Bakker, de vergadering. Een ambtenaar op wien nooit tevergeefs een beroep werd gedaan. Naar thans officieel bekend is geworden, zal de heer L. Bandsma, directeur van den Gemeen telijken Dienst voor Sociale Zaken alhier, per 1 Mei a.s. Den Helder verlaten, in verband met zijn benoeming tot Directeur van het Gewes telijk Arbeidsbureau te Zaandam. Sedert 1 Mei 1911 is de heer Bandsma reeds in gemeentedienst. Als klerk ter ge meente-secretarie is hij zijn loopbaan be gonnen. Hij bracht het, door zijn energie en doorzettingsvermogen tot het ambt van directeur van een van de meest omvang rijke diensten van de gemeente. Met ingang van 15 Augustus 1916 werd hij benoemd tot Secretaris-Penningmeester van het Gemeentelijk Werkloozenfonds, waarna hij op 1 Januari 1918 Secretaris werd van de Com missie van Advies voor de Werkloosheidsver zekering. Per 1 Maart 1920 werd betrokkene benoemd tot Directeur van den Dienst der Werkloos heidsverzekering en Arbeidsbemiddeling, ter wijl hij met ingang van 9 September 1933 be noemd werd tot Directeur van den Gemeente lijken Dienst voor Sociale Zaken. De heer L. Bandsma. (Foto-Archief). Hoe omvangrijk zijn taak is in deze functie, moge blijken uit het feit, dat tot de bemoeiin gen van dezen Dienst niet alleen behoort de Arbeidsbemiddeling, welke thans Rijkstaak wordt, doch ook Maatschappelijk Hulpbetoon, Rijkssteunregeling, Werkloosheidsverzekering, de B-steun, het Tehuis voor Ouden van Dagen, uitvoering der Zuiderzeesteunwet, de werk zaamheden ten behoeve van het Herstelfonds 1940, die van den voormaligen Armenraad, de Jeugdregistratie, de zorg voor de Jeugdige Werkloozen (Centrale Werkplaats), ed. Toch had de heer Bandsma, niettegen staande dit veel omvattende werk, steeds tijd voor een vriendelijk en opbeurend woord voor hen die bij hem kwamen en die vrijwel nooit tevergeefs, een beroep op hem deden. Niet alleen irt* zijn ambtelijken werkkring heeft betrokkene zich verdienstelijk gemaakt. Zijn werk ten behoeve van het Roode Kruis vond zooveel waardeering, dat hem daarvoor het Kruis van Verdienste werd uitgereikt. Bovendien heeft de heer Bandsma zich zeer beijverd voor de totstandkoming van het Monu ment voor het Nederlandsch Reddingwezen, in verband waarmede hij tot Ridder in de Orde wan Oranje Nassau werd benoemd. Men kan het zich nog moeilijk indenken, dat de heer Bandsma Den Helder zal gaan ver laten en hij zal ongetwijfeld ook nog dikwijls terug denken aan de plaats, waar hij zoo mee vertrouwd was, al zal hem, onder de huidige omstandigheden, het scheiden minder zwaar vallen, dan anders het geval zou geweest zijn. Met den heer Bandsma gaat een ambte naar heen, die zich in een lange reeks van jaren verdienstelijk heeft gemaakt, een behulpzaam mensch voor hen, die In moeilijkheden verkeerden en een humaan chef voor zjjn personeel. Wij hopen van harte, dat hij in Zaandam een prettige werkkring zal mogen vinden en dat het hem en de zijnen daar goed moge gaan. Niettegenstaande het feit, dat verschillende stad genooten weer naar Den Helder terugkeeren, (we spraken gisteren een verhuizer, die in de afgeloo pen week zeven gezinnen van buiten naar onze stad had verhuisd), zijn er altijd nog tal van stad genooten, die, althans voor den nacht, een veilig plekje buiten zoeken. Wij blijven dus gaarne adres sen noteeren. Hieronder geven we een adres door: Julianadorp: Zanddijk 11a. Slaapplaatsen en woongelegenheid. Met niet geringe verontwaardiging, mijnheer de Redacteur, heb ik kennis genomen van uw artikeltje in de Hel- dersche Courant van Zaterdag 19 April over: ,,Stad zonder cultuurWat was dat hopeloos eenzijdig en ik kan u zeg gen, dat ik me uitermate, ja meer dan uitermate verheugd heb over de lako- nieke wijze, waarop de directrice van de leeszaal daarop gereageerd heeft, in haar advertentie van Dinsdag 22 April. Mijnheer de redacteur, ik ben een trouw bezoeker van de Leeszaal. Al m'n kennis en dat is, het zij met bescheiden heid gezegd, geen kleinigheid, heb ik opgedaan te midden van de duizenden boekwerken, die me van de krom ge bogen stellingen bemoedigend toeglun- derden. Ik heb me daar verdiept, in Plato en Aristoteles, of om meer met m'n beide beenen op den bodem der werke lijkheid te staan, in Kloós en Verweij. Ik heb er de duizend en één nacht ge lezen en als ontspanning gebladerd in „The Studio" en „De Gids En nu komt u daar vorige week Za terdag met dat ontnuchterende bericht over de stad zonder cultuur. U kent de Leeszaal toch? Zoo niet. u vindt haar in de Breewaterstraat. vlak tegenover sla ger Bandt en naast bakker Uipkes. Vindt u die vraag of u de Leeszaal kent, zoo'n dwaze vraag? Nu, ik kan u verzekeren, dat prominenter figuren dan u (zonder beleedigend te zijn) van het bestaan van de Leeszaal niets weten of althans doen of ze er niets van weten. Hebt u den bouwval wel eens bezocht, meneer de redacteur? Ik geef toe, dat er moed toe behoort, doch in dezen tijd worden we gehard in het gevaar en daarom geloof ik, dat straks meerdere stadgenooten het risico, aan een bezoek van deze cultureele instelling (leest u het goed?) cultureele instelling zullen wagen. Wist u, dat de hoogste autoriteiten ter plaatse zich nimmer iets aan de Leeszaal gelegen hebben laten liggen? Ja, u weet het, want ik heb het in uw eigen krant gelezen. Meer dan eens, u hebt dus toch hart voor deze nuttige instelling, want nu herinner ik me plotseling hoe u hebt geijverd, dat meer §andacht aan de Leeszaal besteed zou worden. Nu herin ner ik me, hoe u gepleit hebt en gewor steld. dat het levensgevaarlijk karakter aan de Leeszaal zou worden ontnomen. Het heeft helaas nog niets mogen baten. Hebt u ook het jaarverslag gelezen van deze cultureele instelling? Hebt u gelezen, hoe de directrice klaagt: „Ons oude gebouw, dat zoo oud en bouwvallig en vochtig is. dat we er bijna niet meer kunnen werken, en waar wij allen vroeg of laat rheumatiek op doen, is staande gebleven". Het klinkt als een klaagzang, meneer de redacteur. En u kent toch in dat oude bouwvallige gebouw, die [rissche blo zende, wellevende en pittige dames. Is het geen zonde, dat ze dagelijks blootge steld worden aan jicht en rheumatiek? Het gebouw is staande gebleven! Jam mer en gelukkigWant in dezen bouwval zijn een groot aantal geestelijke schatten verzameld. Want deze bouwval is het centrum van cultuur in onze goede stad. Meer dan 14.000 wer ken torsen de planken, krom en gebogen van ouderdom. Hij is staande gebleven, deze bouw val. Rondom vielen de bommen, rondom brande n de huizen. En hij bleef staan. De ruil i rinkelden er uit, de gordijnen scheurden aan flarden, de bomscherven schoten rond en doodden een muis. De. directrice vertelt het in haar jaar verslag en het is dus waar. Slechts een muis. Meneer de redacteur, ik zou u nog kunnen vertellen hoe in de vooroorlog- sche dagen „onze jongeris" daar in de Breewaterstraat, een gastvrij onder komen vonden. Ik zou u kunnen ver halen. hoe menige Heldersche jongeman zich tusschen die oude wanden heeft be kwaamd voor het leven. Ik zou u kun nen vertellen, hoe menig teedere brief, daar in de stilte van die Leeszaal, ge schreven werd en zijn weg vond naar het hart van een, Holl'andsch meisje. Ach, wat zou ik veel goeds kunnen vertellen van dien bouwval. En dat u verzuimd hebt in uw stukje over „Stad zonder cultuur" de Leeszaal, het cultu reele centrum, te vergeten, zie dat was de aanleiding tot deze pennevrucht. Er wordt tegenwoordig veel geschermd met de woorden „in yolkschen geest". Men moet in Volkschen geest handelen, in Volkschen geest spreken, in Volkschen geest schrijven, in Volk schen geest denken. Men bedoelt er eigenlijk niets anders mee dan dat we leeren niet indi vidualistisch, maar in gemeenschapszin te den ken en te handelen. Is dat nieuw f Neen, het is zoo oud als de weg naar Rome en in het woord, dat we als onderkopje boven dit artikel tje schreven, wordt hetzelfde gezegd, maar die per en schooner en dat woord is afkomstig van een van de apostelen van den Grooten Leider der Christenen, die tweeduizend jaar geleden zijn ideëen uitdroeg en voorleefde. Elkanders lasten dragen. We weten helaas maar al te goed wat een last is. We worden geestelijk en lichamelijk neergedrukt door de lasten, die we tegenwoordig te dragen hebben. Zorgen over het heden, zorgen voor morgen, zorgen voor de toekomst. Wat zal deze oorlog ons uiteindelijk brengen? Wordt ons land weer vrij Hoe zal na den oorlog de wereld er uit zien? Op welke wijze zal ze zich weer op kun nen richten van haar diepen val? Het zijn vra gen en problemen, die telkens weer op ons af komen en ons benauwen. En nu is daar dat prachtige woord: ,JDraagt elkanders lasten". Hebben we daar al iets van verstaan Elkan ders lasten dragen, dat is niet onze eigen last afschuiven op de schouders van derf ander, maar de last van dien ander mee dragen. Elkanders lasten dragen, dat wil niet zeggen: „Hoe kan ik van dien ander beter worden", maar „hoe kan ik dien ander helpen dragen". We hebben er iets van verstaan, toen we in hevigen gemeenschappelijken nood verkeerden. Toen vielen alle standsverschillen weg, toen redeneerden we niet, maar we hielpen waar noodig was. We behielpen ons en klaagden niet, we raakten in bekrompen omstandigheden en ontdekten, o wonder, dat dit aan ons eigenlijk bestaan niets veranderde. Het betrof slechts de verandering van onze uiterlijke omstandig heden en die waren wel van zeer ondergeschikt belang in verband met de groote dingen, die in ons leven plaats grepen. Wat hebben we in het begin van ons leed de moeilijkheden, die zich op allerhande terrein voordeden, gemakkelijk met elkaar gedragen. Maar toen kwam het „gewone leven" weer. Het leven met zijn kleinere en grootere zorgen, met. zijn kleinere en grootere ergernissen en toen kwam ook weer de geest van onverdraagzaam heid. We stootten ons en ergerden ons aan heel veel dingen, die we in dagen van druk als „niet" geacht hadden. En toen kwamen ook weer de onvermijdelijke botsingen. Met de eischen, die men stelde aan zijn accommodatie namen de zorgen toe en de ontevredenheid. We vergaten o' zoo snel. En u behoeft maar een enkele trein reis mee te maken om te zien, dat alles weer naar het oude is toegegaan en dat we nog maar o zoo weinig hebben geleerd van alles wat over ons hoofd is begaan in het oorlogsjaar dat bijna voorbij is. Vergeten we het toch niet, dat de eisch van het dragen van elkanders lasten blijft bestaan en dat in het vervullen van dien eisch ook een groot loon is gelegen. Het loon van een geluk kig en tevreden mensch, die weet een opdracht vervuld te hebben. We zijn nog niet uit het oorlogsleed vandaan. We weten nog niet wat zich in onze stad op nieuw kan afspelen, wat er over ons persoon lijk en over ons gemeenschappelijk leven komen kan. Laat ons dan niet vergeten dat in het ge meenschappelijk dragen groote kracht is. Be gin nog vandaag Begin bij u thuis! GOEDE PASFOTO'S 6 voor 1 gulden. Atelier open van 105 Zondags gesloten. van 25 April 1941 Getrouwd: J. W. Rietveld en A. Greuter Ren teb(j«chrg ving. In een advertentie in dit nummer maakt het be stuur van bovengenoemde spaarbank bekend, dat de jaarlijksche rente-bijschrijving zal plaats vinden van 5 tot 10 Mei en dat men wordt verzocht, de boekjes voor dien tijd in te leveren, bij den pen ningmeester, Weststraat 13. is beter dan de beste reiziger Zij wordt namelijk nooit teruggestuurd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 7