Oudire mcliii
NIPPER EN PELLE
rcitig zijn
NIJMEGEN
Even tijd voor het
persoonsbewijs
n akkertje
Ik heb
Arkadi
geko
zen,
4 Mei sportstad
Radioprogramma
kunnen
Feuilleton
Zenuwachtig
Neem
147.
2.
Een avontmiriyk museum-
bezoek.
„Nou, Nipper en Pelle,
mag- ik Je dan verzoeken,
heel goed op te letten! Het
Atlantis-museum zal thans
ztjn deuren voor jullie
openen en Je moet je op
grote verrassingen voor
bereid houden'"
„Links zien jullie een op
gezette bewoner van Sa-
turnus, en rechts het Vi
king-schip,^ dat men van
de derde expeditie naar
Mars heeft meegenomen."
148.
Als voor vele eeuwen.
1. „En hier, mijne heren, is
de tijd-machine, die u
enige duizenden jaren in
den tijd zal terugzetten,
volgt u mij maar!"
„Hallo, Wawhoo en Karo,
haast je, wanneer je nog
mee wilt, want we gaan
nu op de terugreis naar
de oertijd."
VOOR DE OUDEREN IS DE DISTRI-
BUTIE ZOO KWAAD NIET.
De Nederlanders houden van lekker en
vooral van veel eten. Wij gebruikten, vóór I
den distributietijd althans, gemiddeld vgel
meer calorieën dan voor ons lichaam strikt
noodzakelijk was. Nu hindert dit niets voor
kinderen en jonge menschen. Integendeel,
een jong doorvoed lichaam is beter immuun
tegen infectieziekten dan een ondervoed,
verzwakt lichaam, dat veel minder goed in
staat is antistoffen tegen ziekte ,die men
letterlijk kan „beter eten". Voor oudere
menschen echter, voor hen, die den middel-
baren leeftijd hebben bereikt of overschre
den, is veel eten niet gunstig.
Het is thans zaak voor de huisvrouw zich
terdege af te vragen op welke wijze zij zich
het voedsel kan bereiden zonder dat er te
vee van de voedingswaarde verloren gaat,
en zóó dat het, behalve in kwantitatief op
zicht, ook in kwaliteit opzicht aan de eis-
chen der moderne voedingsleer voldoen.
Wat de kwantiteit betreft, moet het voed
sel een voldoende calorische waarde heb
ben, d.w.z. het moet per 24 uur zooveel
energieeenheden (calorieën) leveren als
noodig is om ons lichaam in stand te hou
den en het arbeid te laten verrichten. Daar
bij dient het eiwit meer als reparatiestof
voor de lichaamsslijtage, de vetten en koo-
hydraten meer als brandstof voor den ver
richten arbeid. Kinderen hebben naar ver
houding echter meer calorieën noodig om
dat ze er bovendien nog van moeten groei
en. Men heeft berekend dat de mensch ge- I zontale richting, zooals het gewend was
miririoiH 9inn „oir,>„ao„ rvo.. a.onr 'Tegen den middelbaren leeftijd worden de
bloedvaten bij de meeste menschen vanwe
ge de toenemende slagaderverkalking ook
minder elastisch, zoodat 't hart meer kracht
moet aanzetten om het bloed er door te per
sen. Daarbij komt nog, dat vele menschen
juist op dezen leeftijd door hormonale wer
king een „buikje" beginnen te krijgen. Het
vele eten doet deze vetlaag dikker worden.
Zij loopen ten slotte met kilo's vet rond
die alleen maar voor het lichaam een bal
iast vormen. Deze hoeveelheden moeten bij
loopen, trappenklimmen, enz. door het li
chaam als een last worden getorst. De ar
beid voor het hart wordt hierdoor ver
zwaard waarbij komt, dat het hart al dit
vetweefsel nog nog Van extra bloed moet
voorzien. Er is op den duur weinig meer
noodig om het hart ziek te krijgen.
Men ziet dus in dat de taak van het hart
heel wat lichter zou zijn indien deze men
schen niet zooveel aten, en dat hun leven
er zeker door verlengd zou worden. In den
vorigen oorlog ging het den hart- en sui
kerziektelijders (in het algemeen oude men
schen) in Duitschland, althans wat hun ge
zondheidstoestand betrof, vrij goed. Ook in
normale tijden is een krap dieet voor hen
zeer gunstig.
Men kan als regel aannemen, dat ruime
voeding goed is. doch oudere menschen beter
doen zeer matig te zijn.
niiddeld 2400 calorieën per dag noodig heeft
Natuurlijk zal een grondwerker veel meer
moeten hebben dan een kantoorbediende.
In het algemeen werd steeds in ons land
aan dezen eisch ruimschoots voldaan. Door
de ontdekking van de vitamines en het in
zicht in de groote beteekenis van mineralen
als ijzer, phosphor, jodium, calcium, etc.
lichaam, is de kwalitatieve beteekenis van
de voedselvoorziening in de laatste decen
niën veel meer op den voorgrond getreden.
Men weet, dat, al is ons voed
sel in kwantitatief opzicht nog
zoo voldoende. het toch on
volwaardig kan zijn, wanneer er te
weinig of geen vitamines en mine
ralen in zitten. Men is thans in
staat belangrijke vitamines als C,
B en D synthetisch te bereiden en
ze aan vitamine-arme voedingsmid
delen toe te voegen. Hetzelfde doet
men met de mineralen. Zoo wordt
b.v. in sommige streken in 't drink
water, waarin zich te weinig jo
dium bevindt, dit mineraalkunstma-
tig toegevoegd, om op deze wijze de
brek veroorzaakt wordt, te voorko
men.
Op het tweede plan.
Door deze nieuwe wetenschap is de kwan
titatieve zijde van het voedselvraagstuk op
het tweede plan komen te staan, ook al,
omdat men, althans wat Nederland betreft,
in het algemeen voor een tekort aan calo-
riënrijke voedingsmiddelen niet te vreezen
had.
Wat nu de voeding van menschen op mid
delbaren leeftijd of daarboven betreft,
het grootste percentage van de ziekten van
den ouden dag maken de aandoeningen van
hart en bloedvaten uit. De natuur heeft
den mensch een betrekkelijk zwak hart toe
bedeeld. Waarschijnlijk is het feit, dat de
mensch in den loop der ontwikkelingsge
schiedenis rechtop is gaan loopen, hieraan
niet vreemd. Het vormt immers een zwaar
dere taak voor het hart om een groote hoe
veelheid bloed tegen de zwaartekracht in,
omhoog te stuwen, in plaats van in hori-
Een roman
uit het hooge Noorden
Door Agathe Pogner
38
Zou je niet een beetje in de zon willen
zitten vroeg ik nog eens, om het gesprek een
andere wending te geven. Ik zal je wel
naar buiten dragen.
Hè ja, in de zon!
Doch direct hierop glimlachte ze.
Nu niet, straks!... Nu wil ik slapen!
Ik zat aan haar bed en hield haar hand in
de mijne. Het was zoo stil in het vertrek, dat
ik het tikken van mijn horloge kon hooren.
Caesar had zich aan haar borst in slaap ge
dronken en af en toe knorde hij van behaag
lijkheid.
Fedja scheen zich moe te hebben gestoeid.
Hij zat nu op het bankje voor het raam en
onderhield zich met „de rat".
Zal ik je wat voorzingen vroeg hij het
dier, dat aandachtig naar hem scheen te luis
teren. Iets heel moois? Ik zal je een bedje
leeren. Dat heb ik van oom Arkadi geleerd
en nu leer ik het jou. Pas dus goed op!
Met een helder stemmetje zong hij net
liedje van den wolf en het grijsgrauwe geitje.
Met zeldzaam welgevallen aanschouwde ik
het tafreeltje bij het raam, tot plotseling
een zonderling rochelend geluid mij tot dc
werkelijkheid terug riep.
Ontsteld keek ik naar Katja. Zij had zoo
iets vreemds in haar oogen, iets...
O Katja! riep ik luid. Katja, versta je
me?
Maar neen, ze hoorde me niet meer.
mlj. noch iemand anders. Haar ziel was 1
de eeuwigheid opgegaan en had haar glans op
Katja'* gelaat achter gelaten. Haar eenvou
dige trekken waren nu fijn en edel.
Katja! riep ik nog eens, want ik
hifl immers ook vergist hebben. Maar Katj
GROOTE WEDSTRIJDEN IN ALLE
TAKKEN VAN SPORT.
Op initiatief van het Nijmeegsche sport
comité en onder het motief: „In dienenden
geest voor hen, die voor het vaderland sneu
velden". wordt Zondag in het stadion van
,De Goffert" te Nijmegen een veelzijdige
sportdag gehouden, waarvoor de medewer
king werd verkregen van den N.V.B.. van
den Ned. Hockevbond, van den Ned. Korf-
balbond. van de N.A.U. en van het district
Nijmegen van den Ned. Wandelbond. Het
programma bevat belangrijke wedstrijden
waaronder de ontmoeting Zwaluwen tegen
een sterk Nijmeegsch voetbalelftal, een
hockeywedstrijd Nijmegen—Den Haag. een
korfbalwedstrijd tusschen een Nijmeegsche
combinatie en de kampioen van Zutphen,
terwijl in de invitatie-athletiekwedstrijden
van de N.A.U. athletiekers als Osendarp.
Nota, van Osto. Hev, Schaap en Spree zul
len starten op 100 meter hardloopon. In het
estafettenummer heeft de nationale techni
sche commissie van de N.A.U. een tweetal
gemengde teams samengesteld voor de 4 x
200 meter. De beste Nederlandsche sprinters
zullen hierin uitkomen, als van Osta, Spaak,
Spree. Nota in team A en van Beveren, Mar
tini, Peters en Osendarp in team B. De oos
telijke ploeg bevat de beste loopers uit
het oosten, waaronder de oostelijke kampi
oen 100 M. van den Salentein. Bovendien
heeft een organisatiecomité van Nijmeegsche
dameswandelclubs een marsch langs de vel
den van eer georganiseerd, welke besloten
zal worden met een grootsch défilé, waar
aan een vijftal muziekkorpsen medewerking
zal verleenen in het Goffertstadion. Onder
leiding van mevrouw SchoorlStraub zal
een zeshonderdta! dames en heeren, die deel
uitmaken van volksdansgroepen, ryhthmi-
sche dansen demonstreeren. Men verwacht
duizenden toeschouwers, ook van ver buiten
Nijmegen.
Samenstelling ZwaluwenelftaL
De keuzecommissie van de Zwaluwen heeft
voor den sportdagen op 4 Mei in het Gof
fertstadion te Nijmegen het volgende Zwa
luwen-elftal samengesteld:
Doel: Kraak (Stormvogels).
Achter: Walhain (H.B.S.) en Wilders
(Blauw Wit).
Midden: Arendsen (D.H.C.). van Stoffe-
len (Ajax) en van Buitenen (H.D.V.S).
Voor: Fischer (Ajax). van der Vegte (H.
R.S.). Vente (Feijenoord). Kick Smit (H.B.
C.) en Mijnders (D.F.C.), Dordrecht.
Reserves: van den Broek (D.H.C.). de
Boer (Sparta) en Janssen (Wageningen).
Niet verschijnen,
soonsbewijs.
geen per-
Men meldt van bevoegde zijde:
De eerste uitnoodigingen voor de in cnt-
vangstname der persoonsbewijzen zijn ver
zonden. Binnen afzienbaren tijd zal ieder
die in een der Nederlandsche bevolkings
registers is opgenomen en den leeftijd van
15 jaren heeft overschreden, behoudens in
uitzonderingsgevallen, worden uitgenoodigd
in persoon ter secretarie te verschijnen
voor de ontvangst van een persoonsbewijs.
Wij maken er op attent dat ieder, wien
een uitnoodiging werd toegezonden, op de
aangewezen plaats en tijd dient te ver
schijnen. Niet verschijnen heeft tot ge
volg dat geen persoonsbewijs wordt uitge
reikt, zoodat hij, die verzuimt zich na ont
vangen uitnoodiging ter secretarie te ver
voegen, zich blootstelt aan strafvervolging
wegens het niet in bezit hebben van een
persoonsbewijs. Voor hen, die in het waar
devol bezit van een persoonsbewijs nog
geen voldoenden prikkel gevoelen, zich te
beijveren zulk een document te bemachti
gen, staat dus de stok achter de deur: niet
verschijnen geen persoonsbewijs. Geen
persoonsbewijs in overtreding. Men han
delt dus in eigen belang en bespaart zich
moeilijkheden, wanneer men zijn dagelijk-
sche bezigheden een wijle onderbreekt en
even tijd neemt voor zijn persoonsbewijs.
Wanneer de werknemer wordt uitgenoo
digd tijdens zijn werktijd ter secretarie te
verschijnen, is de werkgever verplicht hem
daartoe, zonder inhouding van loon, in de
gelegenheid te stellen.
WOENSDAG 30 APRIL 1941
Nederlandsch programma,
Hilversum I. 415,5 m.
6.45 Gramofoonmuziek.
6.50 Ochtendgymnastiek.
7.00 Gramofoonmuziek.
7.45 Ochtendgymnastiek.
8.00 BNO. Nieuwsberichten.
8.15 Gramofoonmuziek.
10.00 Ensemble „Molto Cantabile" (10.20
10.40 Declamatie).
11.15 Gramofoonmuziek.
12.25 Voor de boeren.
12.42 Almanak.
li .45 BNO: Nieuws- en economische berichten
1.00 Amusementsorkest, dameskoor „Aether-
charme" en solist.
2.00 Voor de jeugd.
3.30 Orgelconcert.
3.15 Ensemble Tonny Roxlni.
3.45 Gramofoonmuziek.
4.00 Bijbellezing (voorbereid door de Christ.
Radio-Stichting,.
4.20 Voor de kinderen.
5.00 Gramofoonmuziek.
5.15 BNO: Nieuws-, economische en beurs
berichten.
5.30 „Trans-oceanisch luchtverkeer", vraag
gesprek.
5.45 De Snarenza gers.
6.15 Voor de binnenschippers.
6.30 Omroeporkest.
7.00 BNO: Economische vragen van den dag.
7.15 Volkszang met pianobegeleiding.
7.40 Gramofoonmuziek.
ooren bleven doof. Slechts haar hand, die nog
steeds in de mijne rustte, werd kouder en
kouder.
Eerst nu begon ik te begrijpen, dat Katja
werkelijk dood was. Toen ik haar de oogen
wilde toedrukken, bemerkte ik tot mijn ont
steltenis het slapende kind aan haar borst.
Het was wel het moeilijkste, dat ik ooit in
mijn leven heb volbracht en ik beet dan ook
van machtelooze woede myn lippen stuk, toen
ik de baby van de moederborst losscheurde.
Voor ik haar handen vouwde, riep ik
Fedja.
Hij kwam, lachend als steeds, maar mijn
ernstig gezicht verdreef den lach van zijn
lippen. Angstig en niet begrijpend keek hy
naar mjj op.
Ik nam de koude hand van de doode en
legde deze op zijn voorhoofd.
Mamotschka wil je zegenen, zei ik.
Fedja bleef onbeweeglijk staan,. Eerst, toen
ik de handen van zijn moeder ineen vouwde,
werden zijn oogen grooter.
Hij vroeg niet: Is Mamotschka dood?
Hij voelde het en plotseling barstte hy in een
hartstochtelijk snikken uit. Nooit heeft het
leed van anderen mij zoo aangegrepen. Hij
o-ing voor de doode staan en bedelde met een
stemmetje, dat mij door het hart sneed:
Mamotschka, hier is Fedja! Mamotschka,
Fedja zal zoet zijn!-
Caesaris gillend huilen snerpte door het
stille huis. Caesar's huilen bracht mij aan den
rand der vertwijfeling. Hier bleef mij niet
mders over dan de woning te sluiten en 't
fchreiende kind naar de Walvischbaai te
brengen want voor mijn drie metgezellen
terugkeerden, zou het jongetje reeds lang
Tldekin'
deren L zachte vachten en begaf my op weg.
Toen ik den eersten heuvei bereikt had,
keek ik nog eenmaal om. Het was, of ik de
doode aan het venster zag staan en of zy my
toewuifde. Als een waanzinnige dreef ik de
honden tot meerderen spoed aan, ten prooi
aan een onverklaarbaren angst, die mij een
huivering over den rug joeg.
Stepanida ontfermde zich onmiddeliyk
over den kleine en gaf ïem ruimschoots, wat
zyn eigen, zieke moeder hem had moeten
onthouden. En daarbij smakte h(j var genot.
Zoodra df honden slecht" eenigszins waren
uitgerust, aanvaardde ik met Fedja den
tf njgtoc.'.t. Wenjamin en Pelka volgden my
op den voet.
Zondei my den tyd te gunnen de honden
uit te spannen, ging ik het huis binnen, maar
nauwelijks had ik de deur, die toegang gaf
tot Katja's ka.cer, geopend of kryschend en
sissend vloog er ;ot twee- driemaal toe iets
rond miin beenen om daarna pyisnel naar
buiten te schieten.
Het was de kleine kater, die alleen met
de doode in de kamer was achtergebleven en
plotseling wild was geworden.
i'elka zette een pot sterke thee. Ik at en
dronk, zonder dat ik het yoed besefte. Daar
na viel ik in slaap en volgens Wenjamin, die
my dit later vertelde, sliep ik als een doode.
Toen ik drie uu later verkwikt ontwaakte,
had Wenjamin reeds d onderste helft van
de doodkist ineen getimmerd. Ik nam een
laken om het ruwe ïout hiermede te bedek
ken en Pelka was bezig vitte rozen te vlech
ten van papier, dat zy op myn tafel had ge
vonden.
Wy zullen haar een V ars op het voor
hoofd leggen, zei ze. Dat zal ze zeker
moo' vinden.
Nadat alle voorbereidingen waren getrof
fen, legden wy Katja voorzichtig in de kist.
Daarn- zocht ik haar grasgroen llevelings-
schort en dekte .aar iaarmee toe. Pelka
bleek echter zooveel rozen te hebben ge
maakt, dat deze het gehee e schort bedekten.
Zy ziet er tevreden uit, zei Wenjamin.
Ik geloof, dat ze zich tenslottj toch nog
met ons eiland verzoend heeft.
zy stierf met een glimlach op de lippen,
antwoorddt ik. Dat //as haar bekentenis.
Eerder dan wy hadden durven hopen, weer
klonken buiten de drie welbekende schoten.
Haastig verlieten wy het huis.
Twee hebben we er! riep Tychon ons
reeds van verre toe. Twee!
Hy wachtte niet tot de honden stH hielden;
in een grooten boog sprong hy reeds voor
dien uit de slee. Vrywel buiten adem rende
hy op het eenzame huis toe.
Katja! riep hy in biyde opwinding.
Katja!
Een enkele blik op onze gezichten was
voldoende om hem achteruit te doen tuime
len, alsof hem een vuistlag was toegediend.
Toen hy zich hersteld had, ging hy de woning
binnen, waar hy langen tyd vertoefde. Pas
een uur later zag ik hem in de deuropening
met roodbehuilde oogen.
Waar is myn kind? vroeg hy met be
vende stem, die hy tevergeefs trachtte te be-
heerschen.
Het is gezond, antwoordde Wenjamin.
Myn vrouw zal het voeden, tot je het zult
kunnen meenemen naar het vasteland.
Wy hebben Katja begraven en een hoog
kruis op haar graf geplaatst In de baai
echter is het den laatsten dag nog stiller ge
worden dan toen ik met Katja alleen was.
Fedja zit gewoonlijk zwjjj end op zyn bankje
voor het huis. Alf de honden met elkaar be
gijnen te stoeien, gaat hy er heen en zegt
vermanend: Ssts! Ssst! Mamotschka
8.00 BNO: Nieuwsberichten.
8.15 Spiegel van den dag.
8.30 Berichten (Engelsch).
8.45 Concertgebouw-orkest en solisten (opn.)
9.40 Dagsluiting.
9.45 BNO: Engelsche berichten.
10.00 BNO: Nieuwsberichten, sluiting.
Nederlandsche programma.
Hilversum H. 301„ m.
6.45 Gramofoonmuziek.
6.50 Ochtendgymnastiek.
7.00 Gramofoonmuziek.
7.45 Ochtendgymnastiek.
8.00 BNO: Nieuwsberichten.
8.15 Gramofoonmuziek.
10.00 Morgenwijding (voorbereid door het
Vrijz.-Prot. Kerkcomité).
10.20 Pianovoordracht en gramofoonmuziek.
11.00 Voor de kleuters.
11.20 Ensemble Tonny Roxinl.
12.00 Berichten.
12.15 Orgelspel.
12.45 BNO: Nieuws- en economische berichten
1.00 -oep- kest.
1.45 Gramofoon- uziek.
2.00 Gewiide mr (opn.).
2.30 De lichte toets.
3.15 Nederlandsch Symphonle-Orkest ,,'s-Gra-
venhagr" en «"diste.
4.15 Gr"--"foonrruziek.
5.00 Cyclus „Het geestelijk karakter van ons
volk" (vor-bereid door het Vryz.-Prot.
Kerkcomité).
5.15 BNO: Nieuws-, economische en beurs
berichten.
5.30 Ensemble Jonny Kroon.
6.00 Gramofoonmuziek.
6.15 Musette-ensemble „Les Gars de Paris"
en solist.
6.45 Reportage.
7.00 BNO: Brabantsch praatje.
7.15 Zang met clavecimbelbegeleiding.
(7.307.45 Declamatie).
8.00 BNO: Nieuwsberichten.
8.15 Gramofoonmuziek of spiegel van den dag
8.30 Ons schemeruurtje.
9.30 „Visschen en lente: Het stekelbaarsje",
causerie.
9.45 Gramofoonmuziek.
10.00 BNO: Nieuwsberichten, sluiting.
slaapt! Dan wijst Ty den honden haar laatste
rustplaats.
Eenmaal zag ik hem met een zware byl
den heuvel opklimmen. Op mijn verwonderde
vraag, wat hy daarboven met die bijl wilde
gaan doen, antwoordde hij vastberaden:
Ik wil Mamotschka er uit houwen!
Hij heeft zichtbaar verdriet, onze jonge
vriend. Alleen als we hem mee op jacht ne
men, vergeet hy zijn leed en dan schalt zyn
heldere jongenslach als het gejubel van een
leeuwerik door de klare lucht.
15 *Mei.
Dag en nacht staat de zon aan den wolke-
loozen hemel, dag en nacht is het een ge
schitter en geflonker allerwegen de oogen
worden er nat van en de ziel ruim.
Als in een droom dwaal ik over de einde-
looze ysvelden. Er is een zingen in de lucht
en een muziek... Of is het mijn ziel, die
juicht? Myn hart, dat jubelt?
Ik dwaal over de ysvelden en ik zegen
het uur en den da^ ik zegen het geheele
leven.
Ik staar naar de zon, die in middernach-
teiyke schoonheid tot op den waterspiegel
daalt, ik staar op het water, dat zich van
louter vreugde daarover vuurrood kleurt en
ik zeg tot mezelf: De grondtoon van al het
goede en mooie, de grondtoon van alle leed
en alle geluk is en blijft de liefde...
Met een lach in mijn oogen n een lach op
myn lippen ga ik verheugd myns weegs...
17 Juni.
Myn hoofd is leeg en myn hart is leeg
Omdat ik my te ryk begon te voelen ben ik
anti geworden. Diepe droefheid knaagt aan
m'Jn ^art en mijn oogen schuwen het licht.
Ik dacht, dat ik nooit meer zou kunnen
schrijven, want zoo diep was mgn weeklacht,
dat z$j geen woorden vond om zich te uiten.
Maar toen dan eindeL.k de dood ten tweede
male neerdaalde - voor de tweede maal hier
by ons toen, teen vond de smart een uit
weg door de oogen en mond. De starheid van
mijn hart loste zich op in stillen weemoed.
Het was eind Mei, het was een dag, zooals
slechts de hoogste rypstc schoonheid dien
vermag uit te denken. Van horizon tot hori
zon golfden diepblayve sluiers en de zon
stond als een fonkelende kroon hoog in hun
midden.
Wordt vervolgd