Brief uit Nieuwediep Reiskosten evacué's in mindering loonbelasting MzGPjrttipJ 0$. BREGMAN Ons bezit l Abonneert U op dit blad Zaterdag 3 Mei 1941 Vierde Blad MxuUnieuiuj ActueeCe felaótLn^iacu^iMeii* Antiek tóe^eilaan, m&ent cmyt ntedew-e.>dle>i Jftt «ciehcr. GOEDE PASFOTO'S Op 't distributiebureau. versaagt men niet De treinen voor de geëvacueerden Aan fan ïïleni Uaet&at Liefdadigheids wedstrijden van Heldersche clubs? Vele door de oorlogsomstandgheden gedu peerden. zullen zich ongetwijfeld afgevraagd hebben of er voor hen niet d. mogelijkheid bestaat, dat de op he drukkende fiscale lasten worden verminderd. In dit artikel wil ik een overzicht geven welke mogelijkheden daaromtrent voor hen ten aanzien van de Loonbelasting, Inkomstenbelasting 1914, Ver mogensbelasting, Personeele Belasting en Grondbelasting open staan. Loonbelasting. Ingevolge art. 13, le lid van het Besluit op de Loonbelasting is bij het opstellen van de belastingtabel een bedrag van 100, voor kosten tot verwerving van het loon en ter zake van persoonlijke verplichtingen in aanmerking genomen. De werkgever kan den inspecteur echter verzoeken op de voor hem gehouden loonbelastingkaart een aanteeke- ning te stellen, inhoudende, dat op het loon, alvorens de belastingtabel daarop wordt toegepast, een bedrag m mindering wordt gebracht wegens hoogere kosten tot verwer ving van het loon of wegens persoonlijke ver plichtingen. Als kosten tot verwerving wor den aangemerkt alle uitgaven, die onmiddel lijk of middellijk voor de vervulling van de dienstbetrekking moeten worden gedaan, zooals contributiën voor vakvereenigingen, aanschaffingskostèn voor gereedschappen en beroepskleeding of afschrijving op zoodanige goederen, indien zij, naar de ervaring leert, langer dan een jaar in gebruik zijn. Ingevolge par. 11 der Leidraad moeten onder kosten tot verwerving dezeflde kosten worden begrepen als die welke in het eerste en tweede lid van art. 10 op de Wet op de Inkomstenbelasting 1914 zijn omschreven. Nu heeft de Hooge Raad eenige malen beslist, dat geen reiskosten mo gen worden afgetrokken, indien iemand om persoonlijke redenen elders woont dan waar hij zijn beroep uitoefent. Indien iemand buiten zijn woonplaats een tijdelijke betrekking vervult, mogen de reiskosten worden afgetrokken, indien een ander in zijn plaats eveneens heen weer zou reizen. Een geëvacueerde uit Den Helder vervult zijn betrekking nog in Den Helder. Kan hij met kans op succes den inspecteur verzoeken op zijn loonbelastingkaart een aanteekening te stellen, dat fiscaal een bedrag van zjjn loon wordt Afgetrokken wegens hoogere kosten tot verwerving van het loon en persoonlijke verplichtingen dan 100. in verband met de door hem te maken reiskosten Naar mjjn meening hebben deze kos ten alleen reeds door de evacuatie een zakeljjk karakter verkregen. Immers een ieder ander in zijn plaats zou in Den Helder niet öljjven overnachten. Op wel ke wjjze deze aftrek eventueel kan wor den verkregen, het recht van reclame en beroep, is door mjj reeds in mijne' uiteen zetting over de Loonbelasting besproken. Ontheffing bj inkomstendaling be neden y4 van den aanslag. Als een gevolg van de oorlogsomstandig heden, zullen er belastingplichtigen zijn, die hun bedrijf of beroep hebben moeten staken. Wanneer door dit staken hun belastbaar inkomen daalt beneden drie vierde van het bedrag, waarmee hun aanslag is of wordt geregeld, kan over de nog niet ingetreden maanden van het belastingjaar eene onthef fing op dien aanslag worden verleend. Deze ontheffing wordt echter niet ver leend, wanneer binnen drie maanden het be lastbaar inkomen, door het ontstaan eener nieuwe bron van inkomen uit bedrijf of be roep, vruchtgenot of periodieke uitkeering, stijgt tot boven het hierboven bedoelde drie vierde gedeelte. Een hotelhouder in Den Helder, staakt zijn bedrijf in de maand Mei 1940. Zijn aanslag in de inkomstenbelasting 19401941, bedroeg 8000.waarvan 6000,— uit het bedrijf. Hij heeft recht op ontheffing over 11 maanden, berekend naar het verschil tusschen zijn aanslag en een aanslag, die geheven zou zijn, indien hjj slechts 2000,inkomen had. Gaat de ho telhouder in de maand Juli 1940 in de plaats Y een hote' openen, waarvan de belastbare opbrengst 4000,— zal bedragen, dan heeft hij geen aanspraak op ontheffing, omdat door een nieuwe bron van inkomen zijn belastbaar inkomen stijgt tot het drie vierde gedeelte van het inkomen volgens zijn aanslag 8.000,Zou het hotel slechts 2000, winst opleveren, dan heeft hij wel aanspraak op ontheffing, terwijl de 2000,— verwachte winst bij de berekening der ontheffing buiten beschouwing blijven. De aanvragen om ontheffing moeten uiterlijk binnen drie maanden na afloop van het belastingjaar schriftelijk wórden aangevraagd aan den inspecteur, in wiens dienstkring de aanslag is opgelegd, dus in elk geval voor 1 Augustus 1941. Van de beslissing van den inspecteur, staat binnen een maand beroep open bij den raad van beroep. Vermogensbelasting. De vermogensbelasting kent slechts een recht om ontheffing in geval van het eindi gen van het vruchtgebruik of van een recht op een lijfrente. Personeele Belasting. De gebruiker van een perceel, die dit ver laat zonder eenige roerende goederen daarin achter te laten en niet binnen zes weken daar na een ander of hetzelfde perceel in gebruik neemt, wordt op zijn aangifte, ontheffing ver leend van zijn aanslag naar de grondslagen huurwaarde en meubilair over de maanden van het jaar, die tijdens het verlaten van het perceel nog niet zijn ingetreden. Neemt de belastingplichtige wel binnen zes weken een ander perceel in gebruik, waarvan de belast bare huurwaarde lager is dan die van het ver laten perceel, dan wordt, wanneer het verschil meer bedraagt dan een vierde van laatstge noemde huurwaarde, op zijn aangifte geheele of gedeeltelijke ontheffing verleend van zijn aanslag naar de grondslagen huurwaarde en meubilair over de maanden van het jaar, die tijdens het verlaten van het perceel nog niet zijn ingetreden. Grondslag voor de berekening der ontheffing is het verschil in hoofdsom tusschen den opgelegden aanslag en de belas ting, die voor het in gebruik genomen perceel over gelijk tijdvak zou zijn geheven. Een geëvacueerde, die dus zijn meubi lair laat opslaan en ergens op gemeubi leerde kamers gaat wonen, heeft aan spraak op ontheffing. Is een en ander In Mei 1940 geschied, dan heeft hjj recht op on heffing over de maanden Juni tot en met December 1940. Bewoonde de geëvacueerde voor de evacu atie een huis met een huurwaarde van 600, en na de evacuatie een huis met een huur waarde van 400,dan heeft hij ook in dit geval recht op ontheffing. Deze ontheffingen moeten worden aange vraagd binnen zes weken na het verlaten van het perceel aan den inspecteur, in wiens in spectie de aanslag is vastgesteld. Ook dan! Het zal ook zijn voorgekomen, dat een geëvacueerde zijn woning heeft verlaten, terwijl de meubels in het huis bleven staan. Heeft hij deze woning gedurende niet meer dan tien dagen in het geheele jaar bewoond, dan kan hij de geheele personeele belasting naar de grondslagen huurwaarde en meubilair terug krijgen. Neemt de geëvacueerde echter een andere woning in gebruik en wordt hem hiervoor geen aanslag opgelegd op grond, dat hij het eerste perceel binnen zes weken heeft ver laten, dan bestaat geen recht op teruggaaf van belasting. De teruggaaf moet zes weken na afloop van het kalenderjaar, dus nu uiterlijk medio Februari 1942, aan den inspecteur worden aangevraagd. Van de uitspraak van den inspecteur staat weer binnen dertig dagen beroep open bij den raad van aeroep. Grondbelasting. Voor getouwde eigendommen, die met hunne gebouwde aanhoorigheden gedurende twaalf achtereenvolgende maanden onge bruikt en onverhuurd gebleven zijn, wordt aan hem, die gedurende dat geheele tijdvak daarvoor is aangeslagen, de belasting terug gegeven. Ontheffing of vermindering der belasting in evenredigheid tot het geleden verlies wordt toegestaan voor eigendommen, waarvan on voorziene rampen de opbrengst of het genot met meer dan 20 hebben doen verloren gegaan. Ter bekoming van teruggaaf, ontheffing of vermindering, moet de belanghebbende een bezwaarschrift, onder overlegging van een dubbel van zijn aanslagbiljet, indienen bij Gedeputeerde Staten; voor teruggaaf van belasting wegens het ongebruikt en onver huurd zijn, binnen 30 dagen na afloop van de 6 voor 1 gulden. Atelier open van 105 Zondags gesloten. de twaalf maanden; voor ontheffing of ver mindering wegens onvoorziene rampen ten tijde, dat de schade kon worden opgenomen. P. Hajonides v. d. Meulen, Bealstingconsulent. BEANTWOORDING DER GESTELDE VRAGEN. 6. H. te W. ontvangt pensioen per 15 Fe bruari; 15 Mei; 15 Augustus en 15 November. Op 15 Februari 1940 is hem over drie maan den loonbelasting ingehouden. Hij vraagt of dit juist is, daar hij tot 31 December 1940 in komstenbelasting moet betalen en derhalve over het tijdvak 15 November 194031 De cember 1940 dubbel belasting heeft betaald. De loonbelasting wordt voor de eerste maal geheven van loonen over loontijdvakken, welke na 31 December 1940 eindigen. In dit geval eindigt het loontijdvak 15 November 1940-15 Februari 1941 na 31 December 1940 en moet dus over dit pensioen loonbelasting worden betaald. Vrager betaalt echter ook inkom stenbelasting van dit pensioen over het tijd vak 15 November 1940—31 December 1940. Ik adviseer, dat vrager zich ter verkrijging van een billijker regeling -in dit geval tot het Departement van Financiën wendt. 7. M. te S. vraagt in welke klasse haai zoon valt, daar deze kostwinner is. Het zijn van kostwinner heeft op zichzelf geen invloed op de beslissing in welke klasse van de belastingtabel de belastingplichtige wordt geplaatst. Wel kan hij aftrek krijgen van het belaste loon, alvorens de belasting tabel daarop wordt toegepast, wegens buiten gewone lasten. Vrager zij hiervoor naar mijn antwoord op vraag no. 5 in het nummer van 26 April j.1. verwezen. 8. N. heeft te Den Helder een huis sedert Juli 1940 ledig en verlaten staan. Deze week, schrijft hij, krijgt hij een biljet grondbelasting thuis. Het bedrag was ruim verdubbeld. Hij vraagt of hij voor 1941 (Je volle grondbelasting moet betalen en of hij straks ook nog weg- of straatbelasting moet betalen. Met ingang van het belastingjaar 1941 wor den 120 opcenten op de aanslagen in de grond belasting wegens gebouwde eigendommen en 100 opcenten op de aanslagen wegens onge bouwde eigendommen geheven. Vandaar de verhoogde belasting. Vrager moet de belasting betalen, maar als het pand begin Juli 1941 nog onverhuurd en ongebruikt staat, kan hij teruggaaf van be lasting verzoeken. Ik verwijs hem naar wat ik over de ontheffingsmogelijkheid ten aanzien van de grondbelasting in dit blad schreef. De kwestie van het straatgeld kan ik niet beoordeelen, daar dit een gemeentelijke ver-, ordening betreft, die ik niet in mijn bezit heb. Ter gemeente-secretarie van Den Helder zijn hieromtrent inlichtingen te verkrijgen. 9. L. te O. vraagt nadere inlichtingen over het antwoord op vraag 1, geplaatst in het nummer van 19 April j.1. Hij voert o.a. aan, dat zoo iemand drie dagen in de week bij A werkt en 15.verdient en drie dagen in de week bij B, waar hij eveneens 15.verdient, hij vrijgesteld zou zijn van loonbelasting, ter wijl indien hij de geheele week bij A werkt tegen een loon van 30.hij wel loonbelas ting verschuldigd is. Inderdaad is de werknemer in de gevallen als door vrager bedoeld, ten aanzien van de loonbelasting in een voordeeliger positie als hij bij meerdere werkgevers arbeid verricht dan wanneer hij bij één patroon werkt. Blijkens par. 1 der Leidraad vallen de werknemers in de inkomstenbelasting, wanneer ten gevolge van het feit, dat een werknemer tegelijkertijd meer dan één dienstbetrekking heeft of dat echtelieden tegelijkertijd ieder een dienstbe trekking hebben, zij in niet onbelangrijke mate minder of geen loonbelasting verschul digd zijn. Accountantskantoor Leeraar M.O. Lid Ned. Gen. v. Acc. Lid N. I. v. B. Loodsgracht 72 Tel. 650 Ook hedenmiddag is het kantoor in de Spoorstraat geopend. Toen gistermorgen ook het personeel yan den Distributiedienst aan de Spoor straat genoodzaakt was met alle b«- söheiden en bonnen te verhuizen naar het Gebouw van den Gemeentelijken Geneeskundigen en GezondheidsDienst aan de Boerhaavestraat, had niemand kunnen vermoeden, dat deze verhuizing maar van zóó tijdelijken aard zou zijn. Want reeds gistermiddag deelde ons de leider van den Distributiedienst, de heer Everards, ons mede, dat men heden ochtend weer het kantoor in de Spoor straat zou betrekken en dat daar de dienst normaal voortgang heeft. Het lijkt ons niet overdreven als wij hier een woord van waardeering uit spreken aan het adres van den heer Everards en zijn ambtenaren, die blijk baar „voor niets staan" en gisteren voor de... 8ste maal gedurende het be staan van den distributiedienst van honk verwisselden. Van aanpassings vermogen gesproken... Men neme er goede nota van, dat ook vanmiddag de deuren van het Bureau geopend blijven en dat men alle distri butiezaken normaal aldaar kan afhan delen. Dit als speciale service van dezen dienst. We zouden vandaag nog, in verband met de ingang van de zomerdienstregeling van de Ned. Spoorwegen, op Maandag a.s. éven uit voeriger vermelden de treinen, waarbij spe ciaal onze geëvacueerden gëïnteressèerd zijn. De eerste trein vertrekt uit Alkmaar om 6.07 u., St. Pancras 6.10 u., H. Hugowaard 6.20 u., N. Scharwoude 6.29 u., Schagen 6.42 u., Oudesluis 6.45 u., Anna Paulowna 6.58 u. Stopt in Breezand en Koegras. Aankomst Den Helder 7.11 u. De tweede trein, die om half acht van Alk maar vertrok, rijdt nu om 7.07 u. van Alk maar. Vertrek St. Pancras 7.10 u., H. Hugo waard 7.20 u., N. Scharwoude 7.29 u,, Scha gen 7.42 u., Oudesluis 7.45 u., Anna Paulow na 7.58 u. Aankomst Den Helder 8.11 u. De terugreis van Den Helder naar Alkmaar en tusschenliggende stations heeft plaats met de treinen, vertrek uit Den Helder 17.45 u. Aankomst Anna Paulowna 18.u., Oudesluis 18.04, Schagen 18.16 u., N. Scharwoude 18.29 u., H. Hugowaard 18.36 u., St. Pancras 18.43 U. Aankomst Alkmaar 18.50 u. Vertrek Den Helder 19.45 u. 'Stopt te Koe gras en Breezand. Aankomst Anna Paulowna 20.00 u. Oudesluis 20.04 u. Schagen 20.16 u., N. Scharwoude 20.29 u. H. Hugowaard 20.36 u. Aankomst Alkmaar 20.48 u. DRONKAARD OP PAD. Gisterenmiddag om vier uur ontdekte de politie, dat zich een dronken man langs 's heeren wegen begaf, hetwelk een aanstoot gevend schouwspel opleverde. Dus aarzelde de politie niet deze drinke broer in te rekenen en hem in een der cellen van.het Hoofdbureau gelegenheid te geven tot volkomen ontnuchtering. CORRESPONDENTIE. A. W. Uw artikeltje zou zin gehad heb-, ben voor de gebeurtenissen van Donderdag middag. Nu komt het niet erg van pas. U zult dat vermoedelijk wel met ons eens zijn., W. G. Ergernis. Uw ergernis van Woens dag is opgeruimd, maar er zijn Donderdag zooveel ergernissen bijgekomen, dat wel een pagina klachten zou kunnen vullen. U doet het best, bij dergelijke ervaringen, het kan toor van de Gem. Reiniging even op te bel len. Daar ruimt men de zaken dan zoo snel mogelijk op. Ook wij hebben dat gedaan. He laas was de toestand, door de gebeurtenissen van Donderdag, weer zoo veel verergerd. Red. Held Crt. Geslaagd voor het vergelijkend examen van de Nederl. Heide Mij., onze oud-stadge noot, de heer J. Deelder, thans te Drieber gen, assistent-leerling van het Staatsbosch- beheer. Nieuwediep, 2 Mei. Beste Jan. Ik had gisteren het plan je een hecleboel commentaar op je laatste epistel te leveren. Niet alleen omdat je het zoo verdraaid aardig opgemerkt had wat er, verbatul met die muizen-geschiedenis, allemaal op de redactie gebeurt, maar ook omdat er natuurlijk nog wel het noodige méér over te vertellen valt. Maar het zullen wel de omstandigheden zijn, die me alle lust tot gekscheren en grapperijen vandaag ontnemen, omstandigheden, waarover ik je ter zijner tijd mondeling nog wel eens het een en ander vertellen zal. Ik wilde het over iets anders hebben en als diegenendie dank zij jouw slordigheid wel eens een oog in deze correspondentie slaan, het vervelend en on-interessant vinden, dan mogen ze dat vin den en dan kan me dat geen steek schelen. Ik wou, Jan, dat de oorlog achter den rug was. Nu weet ik wel, dat je zal zeggen: heb je vandaag geen Ander nieuws T maar tracht me even ie laten uitpraten, iets wat je al zoo dikwijls gedaan hebt. Die oorlog gaat me drukken met een ge wicht, dat wel \eel zwaar op me rust. Zóó zwaar, dat je je wel eens gaat afvragen of je dat tenslotte allemaal wel zult kunnen blij ven dragen. De mensch is een enorm „aanpassings-dier", dat werd in de voorbije anderhalf jaar waar achtig wel bewezen. Wy, die ook in Den Hel der leefden in het paradijs van rust en vrede en die ons alleen maar dik plachten te maken over al die dingen, waarvan we nu zoo lang zamerhand gaan bevroeden dat het onbeschrijf lijk kleine beuzelarijtjes waren, niemandalle- tjes die het noemen 'nog niet eens waard ge weest zijn. Toen kwam de oorlog, dat kwade beest, en toen wy, na 5 dagen van hoop en wanhoop dachten, dat het voorbij waskijk, toen hebben de goden gewild dat het eerst pas be gon. Vraag het maar aan de Rotterdammers en aan de Vlissingers en aan de Nieuwediepers. 't Valt op den duur niet mee Jan. Eerst denk je: nu ja, ook dat zal wel wennen, maar ik geloof niet dat er in de wereld wat moeilijkers bestaat om aan te wennen dan juist zoo'n oorlog. Eerst waren daar bij ons de bombar dementen, toen de massale uittocht en daar nahet afwachten op het einde. En dat doen we nu al een heelen tyd, beste Jan, en velen wordt het te machtig. Nee't zijn bittere tijden hier voor ons in Den Helder. Als je van den zomer nog aan komt zul je hetzelf wel zien. Een stad met gaten ertn en brokken er uitgeslagen. Een stad, waardoorheen de Dood schreed, keer op keer en die veel van haar vriendelijke bekoring van weleer verloren heeft. Vergis je niet en meen niet, dat we wan hopen aan het Marsdiep. Integendeel, we blijven vol goedenmoed en er zal heel wat moeten gebeuren, voor en aleer we het hoofd in den schoot leggen en met de handen over elkaar gaan zitten. Maar je moet wel sterk zijn om er geestelijk bovenop te blijven. Al die opstoppers van dat gene, wat men het noodlot kan noemen, blyven je niet in je kouwe kleeren zitten en telkens weer moet je eigenlijk een soort persoonlijk „geestelijk réveil" houden om met je-zelf in het reine te komen. Voor den een is dat lichter dan voor den ander. Velen hechten weinig waarde aan al datgene wat men ,&ardsch slijk" kan noemen. Het materieele gaat voorbij en wat beteekent dan het verlies van deze materie f Er zijn an deren, die er niet aldus over denken. Die met handen en voeten, met duizend stalen kettin gen, aan die materie vastgeklonken zitten. Voor hen beteekent het verlies van het huis, van het brood en de betrekking alles. Zij zijn het, die toch eigenlijk het diepst te beklagen zijn en van wie je je wel eens afvraagt hoe ze het hoofd boven water moeten houden in een tijd, die inderdaad een „TJmwertung aller Werte", om je eigen Nietscheaansch citaat te citeeren, te zien geeft. Eén ding echter leeren wij, Nieuwediepers, echter wel: en dat is de betrekkelijkheid, het vergankelijke van alle aardsch bezit. Men kan daar, ieder naar zijn eigen aard, over denken zooals men wil, het feit valt niet weg te cijferen. En zoo is dezen tijd een tijd waarin wij, be woners van deze stad, leeren na te denken. En dat kan, beste Jan, zijn baet afwerpen. Voor later, later als we weer thuis komen en elkander zullen aanzien en niets zeggen. 't Is vandaag stil in Den Helder. Maar het is geen stilte, die weldadig op een mensch in werkt. Het is een andere stilte. Het zal deze stilte wel zijn, die me al deze woorden in de pen gegeven heeft van de week. Mocht je het een brief vinden zonder „nieuws"'t zij zoo. 't Moest er tian de week even uit. Volgende keer maar weer de daverende f gen dezer dagen. Met beste groeten van huis lot huis, je toegenegen Cornet. Ons bezit, dat is ons persoonlijk eigendom koesteren we bijna als ons leven. Tenminste, dat hebben we altijd gemeend. We zijn ge hecht aan ons eigen huis, en wie heeft dat niet in Den Helder f, aan onze meubelen, onze boekenschat, onze schilderijen, ons eigen bed, kortom aan alles dat we met hard werken, met zuinig sparen, met veel overleg bij elkaar hebben gekregen. Niet te'vergeten onze eigen zaak, waarin we ons brood verdienen, die we met veel moeite hebben groot gemaakt of ren dabel en die we ook alweer als iets van onszelf beschouwen, waarvan we nooit geheel los zouden komen. Zoo was het. Men zou onze bezittingen niet te na moeten komen. We stonden er voor op de bres met alles wat in ons was en we ploeter den om meer bezit te veroveren, om ons vaster te zetten op dit ondermaansche, om meer stoffelijke zekerheid te krijgen. Je kon nooit weten. Als de oude dag eens komt of als we eens ziek worden. Als we eens niet meer in staat zouden zijn te werken. Dan wilden we toch vóór alles zekerheid hebben, dat we niet afhankelijk zouden worden van de familie of van onze kinderen en niet gaarne, dat we in armoede of materieele zorg achter zouden blijven. Zoo gaven we de beste jaren van ons leven voor de vermeerdering van ons stoffelijk bezit. En we hebben nimmer beseft, dat dit alles op zoo losse schroeven stond, dat het waarlijk een huis was, dat op zandgrond was gebouwd en dat geen vastheid van bodem had. Eén aard beving (we kennen ze gelukkig niet) en heel dat stoffelijk bezit van ons lag in puin. Eén bom (en die kennen we helaas welen alles waar we zoo stevig op vertrouwd hadden ligt als ,Mof" tegen de vlakte. Stof zijt ge, dat geldt hier ook in den meest letterlijken zin van het woord, en tot stof zult ge weerkeeren. We stonden gisteren bij de schamele resten van een eens goed gevestigde zaak. De jonge eigenaar stond, letterlijk, op de puinhoopen van zijn materieel bezit. Hij vertelde ons, dat zijn grootmoeder nog de grondlegster was geweest van de zaak. Twee generaties hadden er aan gewerkt en er een zaak van gemaakt, die een uitstekenden naam heeft in onze stad. Eén bom en alles was vernietigd. Voor dui zenden was er weg, een levenswerk vernield. Tot stof teruggekeerd. De grijze massa was nauwelijks tot rust gekomen. Er staat in den Bijbel een woord van diepe wijsheid over het bezit van onze aardsche goederen. We moeten ze bezitten als niet be zittende. Wie dat verstaat draagt de teleur stelling van het .afbreken van zijn werk rustig en overgegeven. Wie het niet verstaat wordt een opstandeling, 'een mensch die vloekt tegen de omstandigheden, een die zijn leven ver- wenscht. Er zyn veel menschen, die die Bijbelsche waarheid geleerd hebben en die niet meer praten over het verlies, dat ze leden, maar alleen dankbaar zijn voor wat ze overhielden, n.l. hun leven. Dat was het voornaamste. Daar bij viel het verlies van al die stoffelijke dingen, waaraan we vroeger zoo gehecht waren, in het niet. Wie zijn leven behield, die kan weer op nieuw beginnen, die weet, dat er straks met hem meegebouwd zal worden aan dat nieuwe begin en dat hij na den zwarten nacht van dezen tijd een nieuwen morgen zal mogen be groeten, waarop het licht van den vrede zal schijnen. Laat het ons leeren, de dingen te bezitten als niet bezittende De heer Goudswaardt probeerde deze week in een ingezonden stuk in Uw blad om de voetbalsport in Den Helder weer wat leven in te blazen. In Uw onderschrift, waar ik vol komen mee accoord ga, heeft U de bezwaren van voetbal in Den Helder onder de huidige omstandigheden m.i. duidelijk uiteengezet. Nu wij echter in onze stad niet kunnen voetballen lijkt het mjj niet onmogelijk om met onze Heldersche voetballers buiten Den Helder wedstrijden te. gaan spelen. Er kan met de spelers, die nu nog hier werkzaam zijn, een behoorlijk elftal gevormd worden, dat eiken tegenstander in den kop van Noord-Holland, tot Alkmaar toe, ook be hoorlijk partij kan geven. Wanneer wij nu probeerden om in de ko mende maanden met zulk een elftal wedstrij den te spelen en aan de besturen van de tegenpartij verzochten om een gedeelte van de recette te willen afstaan voor een liefdadig doel, b.v. voor onze plaatsgenooten, die door den oorlog het zwaarst zijn getroffen, lijkt het mij niet onmogelijk, dat dit plan kans van slagen heeft. Dit plan zou eerst goed voorbereid moeten zijn. medewerking van de Pers, clubbesturen, N.V.B. en Plaatselijk bestuur is hier voor noodig. Zoonoodig kan een comité gevormd worden, dat zich met de voorbereiding en uitwerking belast. Daar er in Den Helder ten dienste der lief dadigheid door onze voetballers reeds veel is gedaan, getuige de wedstrijden, die in den loop der jaren voor T.B.C.-bestrijding, Marine- Rampenfonds e.a. zijn gespeeld, zal er, nu het voor eigen plaatsgenooten gaat, zeker niet te vergeefs een beroep op hen gedaan worden, terwijl wij dan tevens op de belangstelling van het publiek, voornamelijk op de geëva cueerden, moeten kunnen rekenen. W. J. A.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1941 | | pagina 11