Het drukwerk
Ingezonden
Vergoeding van
oorlogsschade
drukkerij De Boer
Dinsdag 12 Augustus 1941
Tweede Blad
^tad^ieiuM
Heeft U nog schoenen
over?
Uit het politie-rapport
Bijzondere prestatie van
Hans Enklaar
Vacantie voor kinderen
Per ziekenauto naar huis
dus:
Twee Heldersche Onderwijzers
te Den Haag benoemd
Herders, die de kudde
verlaten
Mijn Vaderstad
Bijdrage of schadeloosstelling1
JwceJUch nieuuM
Vijftig mijnen aangespoeld
Mark toverzicht
ÏUeuuM uit Wik
Visscherij
ï3o-eMe^f^ï e ïang>
Zoo ja, schenkt ze dan het Distri
butiekantoor.
Dezer dagen waren wij in de gelegen
heid tot het bezichtigen van de hoeveelheid
schoenen, die door de burgerij afgegeven
zijn aan het Distributiekantoor. Zooals
men Weet, is het de bedoeling, dat de
schoenen, die men over heeft, in het ko
mende winterseizoen gratis verstrekt zul
len worden aan stadgenooten, die niet de
middelen bezitten tot het aanschaffen van
schoenwerk.
Het bleek, dat een vrij groot aantal
stadgenooten aan den oproep gehoor ge
geven had. Heel wat paren schoenen
(voornamelijk kinderschoenen) stonden er
netjes in een kast opgesteld. Daaronder
bevonden zich tal van paren, die nog een
uitstekenden indruk maakten en waarmee
men straks het minder gefortuneerde be
volkingsdeel zal kunnen verrassen.
Evenwel... er is nog veel te weinig om
daadwerkelijk te kunnen helpen. Daarom
herhalen wij de aanvraag: kunt ge schoe
nen missen, staat hen dan af voor dit
doel. Wat heeft men eraan als de schoe
nen zonder doel bewaard worden, terwijl
er tallooze gezinnen zijn, die deze brood-
noodig hebben.
Kijkt U uw kasten nog eens na...?
Het Distributiekantoor zal dat over
complete schoenwerk gaarne van U ac-*
cepteeren en het een goed plaatsje geven
totdat het koude en natte tijdperk weer
is ingetreden.
Bewijst ook op deze wijze, dat ge een
goed gemeenschapsmensch zgt!
FIETS VERDWENEN
Bij de politie werd aangifte gedaan dat
een rijwiel, hetwelk door den eigenaar voor
een perceel aan de Weststraat geplaatst was,
spoorloos verdwenen was.
Een onderzoek wordt ingesteld.
WAAR IS DIE KINDERWAGEN?
Van alles kunnen sommige lieden tegen
woordig gebruiken. Zoo verdween op onver
klaarbare wijze deze dagen een kinderwagen.
Aangifte bij de politie werd gedaan. De wa
gen was zonder inhoud
TIMMERGEREEDSCHAP GESTOLEN
Bij de politie werd aangifte gedaan dat ten
nadeele van een bewoner van de Crocusstraat
een hoeveelheid timmergereedschap verdwe
nen was. Een onderzoek wordt ingesteld.
NOG EEN INBRAAK
Een inbraak werd gepleegd in een perceel
aan de Badhuisstraat. Men profiteerde van
de gelegenheid, toen de bewoners niet in het
huis aanwezig waren.
Tot de goederen die men miste behooren
o.a. zeilen, matten, schoenen, stukken triplex
enz. enz.
De recherche stelde een onderzoek in.
FIETS GENEPT.
Aangifte bij de politie werd gedaan dat
iemand z'n fiets, die hjj voor een perceel in
de Spoorstraat geplaatst had, vermist. Ver
moedelijk is het rijwiel gestolen.
DE INBRAAK GING NIET DOOR!
Aangifte bij de politie werd gedaan dat
dezer dagen een poging ondernomen werd om
in een achter een huis aan de Erasmusstraat
staand schuurtje in te breken. Door onbe
kende omstandigheden werden de „heeren"
blijkbaar in hun euvel werk gestoord.
'T OUDE LIED
Een juffrouw was zoo onvoorzichtig haar
fiets, zonder slot, even alleen te laten staan
voor een perceel aan de Zuidstraat.
Toen ze het vehikel op wilde halen bleek
zulks niet meer noodzakelijk, aangezien an
deren (onbekenden!) reeds daarvoor zorg
gedragen hadden.
VANDALISME.
Iemand uit de Diaconiestraat vertelde aan
de politie dat onbekenden een ruit van z'n
woning gemoerd hadden. Dat zal de lieve
jeugd wel klaargespeeld hebben
Uitzicht.
Onafhankelijk maandblad voor geestelijke
stroomingen. Derde jaargang nr. 2. (Juli-
nummer). Uitgave N.V. Servire Den Haag.
In dit Juli-nummer zijn het slechts 2 bij
dragen die onze aandacht vragen. Het eerste
werd samengesteld door R. van Brakell
Buys en gaat over de bestemming van den
mensch bij Plotinus. Een zeer interessant
artikel, waarin de schrijver tot merkwaar
dige conclusies komt. Voorts is daar een ar
tikel, geschreven door L. Hoyack, over „De
Bloedsymboliek in het Christendom".
HULPPREDIKSTER BENOEMD.
Benoemd tot hulppredikster aan de Ned.
Herv. Gemeente alhier, Mej. A. van Drim-
melen te Leidschendam.
GESLAAGD.
Geslaagd voor het tweede gedeelte der
Notarieele Examens onze vroegere stadgenoot,
de heer B. Stasse, surnumerair der Registratie
en Domeinen te Purmerend.
TEMPERATUUR ZEEWATER
De temperatuur van het zeewater was om
mir hedenmorgen 17.2 graden C;
Wint by de Ned. Athletiek-
kampioenschappen 2e prijs met
discuswerpen.
Bü de j.1. Zondag gehouden Natio
nale Athletiekkampioenschappen in Den
Haag, behaalde Hans Enklaar, de be
kende sportleeraar, trainer van H.A.V.
en leider van het Instituut voor Heil
gymnastiek en massage, na A. de Bruin
in het nummer discuswerpen den twee
den prijs met een worp van 40,14 m.
Enklaar is lid van V.E.L. Een presta
tie die er zijn mag en waarvoor een
woord van hulde zeker op zijn plaats
is.
Laat hen lezen!
Een groot gedeelte van de Heldersche jeugd
is naar Groningen vertrokken. Anderen zijn
met vader en mpeder op reis. Maar er zijn ook
nog vele kinderen, die deze vacantie thuis
blijven en zich vervelen, dag aan dag. Het
„moeder wat zal ik nou eens doen" kan men
in alle toonaarden hooren weerklinken.
De kinderen vervelen zich, vooral met
regendagen.
Weet U, dat wij in de Openbare Leeszaal en
Bibliotheek ruim 2400 jeugdboeken hebben?
Het is dus heelemaal niet nóódig, dat Uw
kind zich verveelt. Voor 3 cent per deel kun
nen de kinderen boeken ter leen krijgen, die
zorgvuldig naar den leeftijd der lezende kin
deren zijn ingedeeld.
Den eersten keer moet er ook een boekom
slag voor acht cent gekocht worden, of een
eigen boekomslag worden meegebracht.
Vooral voor de kleintjes zijn alleraardigste
boekjes aanwezig. Lps U wel eens „Amadeus'
avonturen", de geschiedenis van een klein
negertje, dat inplaats van een dikke zwarte
kroeskop een heel kaal hoofdje had? Of het
fijne sprookje van „Het duveltje en de prin
ses" En kent U nog de „Versjes die wij nooit
vergeten"
U zoudt ervan genieten als U deze boekjes
in handen kreeg. En zoo is 't vooral met de
jeugd. U moest die blijde gezichtjes, die stra
lende oogen eens zien als ze weer een nieuw
boek mee krijgen. Jammer is 't, heel jammer,
dat wij hier nog steeds geen ruimte hebben
voor een echte „kinderleeszaal", waar ze naar
hartelust kunnen snuffelen tot ze iets van hun
gading vinden en waar we fijne vertelmiddagen
zouden kunnen houden, juist nü. Maar dat
blijft nog altijd toekomstmuziek en op het
oogenblik zijn we al blij, dat we in een heel
klein hoekje voor het raam iets van onze
mooie boeken kunnen laten zien.
Voor de kleintjes zijn er de versjes, de
sprookjesboeken, en voor de kinderen die pas
lezen geleerd hebben, de verhaaltjes met let
tergrepen.
Voor de grooteren de fijne verhalen uit de
geschiedenis, de avonturenboeken en de dikke,
gezellige boeken over het gezinsleven, zooals
„Afke's tiental", „Jelle van Sipke-Froukjes",
enz.
Voor de oudere jeugd, zoo van een jaar of
zestien, zeventien hebben wij overvloed van
mooie jongens- en meisjesboeken en toch, hier
hebben we eigenlijk altijd te kort. Want juist
de ouderen lezen zoo graag en veel, dat wij
steeds meer boeken zouden willen aanschaf
fen, als we het geld er maar voor hadden.
Want van het bedrag dat ieder jaar voor de
aanschaffing van boeken wordt uitgetrokken,
moeten óók romans en studieboeken worden
gekocht en nieuwe boeken voor de stuk ge
lezen exemplaren, zoodat er niet zoo'n groot
bedrag beschikbaar is voor jeugdboeken.
En wat zouden we toch nog vele boeken
voor de grotere jongens en meisjes kunnen ge
bruiken!
Wist U, dat er nog een „oudere jeugd" Is
van vijftig of zestig jaren?
Velen nemen namelijk bij hun studieboek of
roman nog een jeugdboek en dat is te begrij
pen, want een frisch geschreven jeugdboek
kan een verkwikking zijn voor den geest. Pro
beert U het maar eens!
Maar wat wij zeggen wilden met dit lees
zaalpraatje is dit: Het is niet noodig, dat Uw
kind zich verveelt in de vacantie. Kom eens
kijken naar ons raam „Voor de jeugd" en
maak Uw kind gelukkig met een leeszaalboek!
Tijdens een treinreis Den HelderHeer
Hugowaard werd de echtgenoote van den heer
Koppen alhier, thans geëvacueerd te Obdam,
Zaterdag plotseling dermate onwel, dat mede
passagiers den trein door aan de noodrem te
trekken, stil deden houden. Een medicus, die
zich onder de treinreizigers bevond, achtte
den toestand dusdanig (plotseling opgetreden
hartzwakte), dat overbrenging per zieken
auto naar huis noodzakelijk werd geacht.
moet een aanbeveling
en een introductie voor
Uw zaak zijn
Laat het daarom
vervaardigen in
een bedrijf dat
technisch „bij" is
j^ty-njMirniri*_TiTci~n~ 11 j
In r." 'uiting op ons bericht In de courant
van Zaterdag j.1. kunnen wij thans berichten,
dat door den Gemeenteraad van Den Haag
zijn benoemd tot hoofd der Openbare Lagere
School, Ketelstraat 3, te Den Haag, de heer
J. R. Noorman, onderwijzer bij het Openbare
U.L.O.-onderwijs te Den Helder en tot onder
wijzer aan de Openbare Lagere School, Julia-
nastraat te Loosduinen, de heer P. van Zand
wijk, onderwijzer bij het Openbaar Lager On
derwijs te Den Helder.
Ja heer Redacteur, dominee gaat heen en
de gemeenteleden uiten critiek. Heel logisch
en begrijpelijk. Juist in dezen tijd komt het
„herder zijn" meer dan ooit haar voren. Het
moge waar. zijn dat dominee ook een gezin
heeft, dat hij kinderen heeft die moeten stu-
deeren, dat hij aan den toekomst moet den
ken en daarom ook voor hem het stoffelijke
een woordje meespreekt; de kudde eischt nog
wat anders. Zij zien hun voorganger als een
werkelijke herder, de trooster en hulpvaar
dige. Maar het zijn niet alleen de predikanten.
Voor hun motief valt nog iets te zeggen
en terecht zoo u schrijft staan er vele jonge
opvolgers klaar. Zoovele andere verlieten
echter hun verantwoordelijke post of trach
ten zich op de een of andere manier aan
hun werk te onttrekken. En dat is erg, heel
erg zelfs. Het was altijd zoo mooi, soms zelfs
deftig om deel uit te maken van een be
stuur, commissie of lid van een sociale instel
ling te zijn. Waar zijn ze gebleven?
Een stad zonder cultuur, stond er eens in
de Heldersche Courant en zeer terecht; zon
der cultuur, dank zij de vele in het vereeni-
gingsleven leidinggevende personen, die bij
het eerste gevaar in deze stad; de beenen
hebben genomen. Die ergens in Noord Hol
land ronddolen, de martelaar uithangen,
maar aan hun lot overlaten, hen, die hun
voordien het vertrouwen hadden geschonken.
Wiens namen men nog wel eens een enkele
maal leest in een verslag, maar het hen op
gedragen werk aan anderen over laten. En
wat zou er door hen nog veel nuttig werk
kunnen worden gedaan in deze gemeente.
Er wordt over een schandalig optreden der
Heldersche jeugd geklaagd en zeer terecht.
Wordt er echter wel genoeg aandacht aan
de jeugd besteedt? Hoe moeten de vele kin
deren hunne vacantie door brengen? Zeker,
de speeltuinen zijn opengesteld. Had er met
wat goede wil en medewerking bijv. geen
schoolreisje kunnen plaats vinden?
Gelukkig gaan er een goede honderd kin
deren naar Groningen.
Honderden zullen echter hier moeten blijven
tot groote teleurstelling der kinderen en
ouders.
De rijpere jeugd nam de sport ter hand,
waarbij de hier vertoevende ouderen niet
achter bleven door leiding te geven. Enkele
muziekvereenigingen repeteeren weer, terwijl
ook de zang niet achter bleef. Waar blijven
nu de anderen?
Herders verlaten hun kudde, schreef de
Held. Crt., in dit geval de dominee's. Laten
de motieven juist zijn, maar de vele andere
herders behooren op hun post te zijn, om
leiding en steun te geven zoowel in cultu
reel als ander werk. Het is meer dan noodig.
P. K.
In principe schuilt er veel waarheid in de
woorden van inzender. Ook onzerzijds werd
wel eens de vraag gesteld: waar blijven toch
de leiders?
Natuurlijk is het waar, dat men thans
leert wie de ware leiders zijn. Vele personen,
die vroeger de mond vol hadden over leiding
gevend vereenigingswerk laten nu verstek
gaan en blijken min of meer paradepaardjes
geweest te zijn.
Men kan het grootste respect hebben voor
hen, die ook thans nog de handen uit de
mouwen steken en trachten bij elkaar te
houden wat bij elkaar gehouden kan worden.
De erkenning van dit werk zal hun dan ook
zeker niet onthouden worden.
Evenwél, het is moeilijk te gaan generall-
seeren. Deze tijd is, speciaal voor de bewoners
van Den Helder, zoo moeilijk, zoo gecompli
ceerd, dat men niet allen over een kam kan
scheren. Daarvoor moet met teveel factoren
rekening gehouden worden. Er zijn soms mo
tieven van doorslaggevenden aard, die het
onmogelijk maken dat mep zich aan prak
tisch cuftureel- of vereenigingswerk kan
geven. Hopen wij ook in djt opzicht, dat de
vrede er spoedig moge zijn.
Red. Held. Crt.
Daar, waar Noord- en Zuiderzee elkander
kusten.
Daar, op wier borstwering de zee haar
krachten mat.
Daar, waar de zeeridders in vrede rusten.
Daar, daar ligt mijn vaderstad.
Daar, waar de Noordwester z'n buldrende
stem Iaat loeien.
Daar, waar de zon dikwijls haar zonnewarmte
vergat
Daar, waar toch zelfs de bananen bloeien.
Daar, daar ligt mijn vaderstad.
Daar, waar het oorlogsgeweld diepe wonden
heeft geslagen.
Daar, waar menigeen vertwijfeld hoopte
en bad.
Daar, waar veel leed en smart wordt
gedragen.
Daar, daar ligt mijn vaderstad.
Duizenden zijn haar getrouwe Veste in ure
des gevaars ontvloden.
Niemand bijna die de moed tot terugkeer
meer bezat.
Doch zij allen hunkeren echter wanneer de
Vrede zal zijn gesloten,
Om weer te keeren naar mijn vaderstad.
Ai J. Baak, Aug. '41.
Toen in December van het vorig jaar de
verordening werd afgekondigd inzake de rege
ling van de vergoeding der materieele oor
logsschaden, werd deze aanvankelijk met
groote tevredenheid en voldoening begroet.
Geheel Nederland heeft van stonde af aan de
bereidheid getoond, om de gevolgen van het
oorlogsgebeuren als een nationale aangelegen
heid, het herstel daarvan als een kwestie van
nationale inspanning te beschouwen, aldus
lezen wij in 't Alg. Wkbl. v. d. Middenstand.
Maar toen men de desbetreffende regeling
op den keper ging beschouwen en vooral toen
de practische toepassing daarvan bekend werd,
kon de tevredenheid zich helaas niet hand
haven en zag men een snel toenemende onte
vredenheid daarvoor in de plaats treden, een
ontevredenheid, die naar buiten uit gedragen
werd door de vier instanties, die zich de be
hartiging der door oorlogsgeweld getroffenen,
als taak gesteld heeft, te weten de Stichting
Oorlogsschade, de Stichting ter Behartiging
van de Belangen 'van door Oorlog getroffen
Bedrijven, de Stichting Getroffenen Oorlogs
geweld Zeeland en de Grebbe-commissie.
Er bestaat een merkwaardig gradueel ver
schil tusschen deze vieri instanties, een ver
schil, dat duidelijk voor£spruit uit de omge
ving, waaruit die instanties stammen. De
Stichting Oorlogsschade is als Haagsche in
stelling gematigd en voorzichtig. De Stichting
ter Behartiging van door oorlog getroffen be
drijven, zijnde een Rotterdamsch product,
nuchter en zakelijk, de Zeeuwsche instantie
idealistisch en de Grebbe-commissie chari
tatief.
Dit laatste is voor Rhenen en omgeving be
grijpelijk, maar het mag stellig geen alge
meen karakter aannemen. De vergoeding der
oorlogsschaden is geen kwestie van liefdadig
heid, maar stellig een van moreelen en natio-
nalen aard. Daarom is zelfs de grondtoon van
de verordening van 2 December 1940 teleur
stellend, omdat hierin sprake is van een Rijks-
bijdrage in de geleden schade. Geen scha
deloosstelling dus, maar een bijdrage, een te
gemoetkoming, min of meer een Sint-Nicolaas-
presentje dus. En dat dit niet slechts een
kwestie van benaming is, blijkt uit het feit,
dat er geen beroep mogelijk is op de vast
stelling der uitkeeringen, blijkbaar op grond
van het feit, dat men een gegeven paard niet
in den bek kijkt.
Gemis beroepsinstantie.
Het feit, dat er geen beroepsinstantie be
staat, is een ernstige grief der gedupeerden.
Helaas is het lang niet de eenige. Bezien wij
de regeling en toepassing in de practijk daar
van van den middenstandershoek uit, dan is
het wel in de eerste plaats de vaststelling van
de Rijksbijdrage in de schade aan huisraad,
die tot zeer teleurstellende resultaten leidt.
Deze bijdrage immers wordt bepaald naar rato
van de huurwaarde en nu ziet men het in
legio gevallen, dat winkeliers, die bij hun win
kel woonden, een schijntje krijgen. Immers,
met het oogmerk de personeele belasting zoo
veel mogelijk te drukken, werd voor 9 Mei
1940 de huur van een gemengd winkel-woon-
pand vrijwel geheel ten laste van den winkel
gebracht. Voor de huurwaarde van de privé-
appartementen van den winkelier bleef dus
heel weinig over en het is op basis hiervan,
dat zijn schade-uitkeerimg wordt bepaald. Nu
kan men natuurlijk redeneeren, dat de betrok
kene dan toch jarenlang een belastingvoor
deeltje heeft gehad. Daar tegenover moet dan
worden gesteld, dat dit voordeeltje in geen
verhouding staat tot het enorme nadeel van
thans en dat bovendien tallooze niet-gedu-
peerde winkeliers precies hetzelfde gedaan
hebben. Voorts mag men niet uit het oog ver
liezen, dat het wonen bij den winkel zeer vaak
een weinig begeerenswaardige, uit zakelijke
noodzakelijkheid voortspruitende last is.
Afschrijvingen.
Een tweede brandende aangelegenheid in
zake de schadevergoedingen is de kwestie der
afschrijvingen. De verplichte afschrijvingen
zijn veelal van dien aard, dat de résidu-waar-
den van verscheidene uitrustingen vaak aan
zienlijk lager zijn dan de werkelijke waarden
en vooral dan het bedrag dat thans benoodigd
is voor de vervanging der desbetreffende ar
tikelen. Artikel 4, lid 6, van de verordening
zegt gelukkig, dat de boekwaarde niet lager
mag worden gesteld dan de prijs, die op 9 Mei
1940 had kunnen worden bedongen, waarbij
echter de moeilijkheid blijft, dat die waarde
per 9 Mei 1940 lang niet altijd even gemak
kelijk vast te stellen zal zijn. Bovendien laat
zich vooral te dezen aanzien het ontbreken
van een beroepsinstantie ernstig gevoelen.
Voorts is daar nog de vergoeding der han
delsvoorraden. In dit verband is het wel zeer
te betreuren, dat de schade-uitkeeringen zoo
lang op zich hebben laten wachten. Deze ver
goedingen immers worden gebaseerd op de
oorspronkelijke inkoopswaarden, zoodat de
waardevermindering van het geld geheel op
de gedupeerden drukt.
Een en ander doet meer dan eens het gevoel
ontstaan, dat de gedupeerden opnieuw gedu
peerd worden. In dit verband is ook de molest-
credietverleening teleurstellend. De Stichting
Rotterdam 1940 b.v. heeft credieten verleend,
waarvan de aflossingstermijn bedenkelijk kort
gesteld is en die bovendien uit vrees voor on-
gewenschte concurrentie voor het bankwezen
niet renteloos zijn. Het doet moreel nogal
scheef aan, dat gedupeerden rente moeten be
talen, omdat zij hun bedrijven snel willen her
stellen.
Moreel is ook het ten eenen male ontbreken
van vergoeding voor immaterieele schade niet
te verantwoorden. Weliswaar heeft iedereen
immaterieele schade geleden, maar ook in deze
zijn de materieel getroffenen er stellig het
slechtst aan toe.
Aandrang tot herziening.
Er is thans van Rotterdamsche en van
Zeeuwsche zijde aangedrongen pp herziening
der regeling inzake de vergoeding van oorlogs
schaden. Materieel is het een kwestie, die al
leen de gedupeerden aangaat, moreel betreft
zij het geheele Nederlandsche volk, dat zich
vermoedelijk niet voldoende bewust is van het
leed en h«É verlies, dat de door oorlogsgeweld
getroffenen te doorstaan gehad hebben en nog
hebben. Mogelijk spruit dit mede voort uit de
houding van de gedupeerden zelf, onder wie er
velen zijn met een dusdanig diepingeworteld
individualisme, dat zjj het geleden verlies als.
onvermijdelijk accepteeren en de eventueele
schade-vergoedingen als een buitenkansje be
schouwen, een gedachtengang, die helaas door
de bestaande regeling in de hand wordt ge
werkt.
Maar zoo kan en mag het niet zijn. Daarom
is het voor alles zaak, dat het begrip „bij
drage in geleden schade" vervangen zal wor
den door „schadeloosstelling". Het is dit on
derscheid, dat de kern uitmaakt van de be
zwaren, die er bestaan tegen de huidige oor
logsschade-regeling.
Naar de Tex. Crt. uit welingelichte brond
verneemt zijn in de week van 18 Aug.
meer dan 50 mijnen op het Texelsche strand
geworpen. De demonteurs uit Den Helder,
onder leiding van de heer G. van der Poel,
had er gistermorgen daarvan reeds 49 tot
ontploffing gebracht.
Ruim vijftig mijnen, in één week, midden
in de zomerAls eerstdaags over een
week of acht is het al weer zoo ver de
herfststormen weer in ontembare kracht los
beuken op ons landje-aan-de-zee zullen de
demonteurs stellig handen tekort komen.
Mogen zij hun gevaarlijke arbeid steeds
met succes kunnen verrichten.
De lammerenaanvoer die dit jaar op de
namarkten vrij groot is geweest begint nu
af te nemen. Daar er thans veel gras is, is
ook de afzet van oude schapen nog niet zoo
groot als deze bij de zeer hooge prijzen van
thans verwacht mag worden. Er werden gis
ter 60 lammeren verhandeld de prijzen liepen
nogal uiteen, hoogste prijs 34. Oude schapen
brachten prijzen op van 45,tot 50,
voor beste- en voor fokschapen betaalde men
een nog hoogere prijs 67,
De runderaanvoer was nog van weinig be-
teekenis: er stond slechts 1 koe aan de lijn,
die plm. 425,opbracht. Verder werd een
vijftal kalveren verhandeld prijzen 16,
tot 30,—.
Biggen golden gemiddeld 32,per stuk.
Intotaal werd aangevoerd: 1 koe 425;
140 schapen 45 tot 6760 lammeren
2234; 5 kalveren 1630; 7 biggen 2536
URK, 11 Aug. 1941. Door 63 vaartuigen
werd j.1. Zaterdag aan den Gemeentelijken
Vischafslag alhier aangevoerd:
4350 kg aal en paling, van 74 tot 160 kg per
vaartuig, prijs 74 cent; 518 kg snoekbaars,
68 cent; 112 kg voorn, 4 tot 20 cent; 58 kg
baars, 36 cent per kg, en 700 manden nest,
33 Yz cent per mand.
De visscherij op aal en paling was de vorige
week zeer matig te noemen. In het begin van
de week kon er door het gure en stormachtige
weder maar zeer weinig worden gevischt. Door
de motorlooze zeilvaartuigen werd er ten
hoogste 3 etmaal gevischt; de kleine motor
vaartuigen 2 etmaal. De motorlooze zeilvaar
tuigen brachten per etmaal gemiddelde vang
sten aan de markt van 31 tot 90 kg. Daar deze
kuilpaling nu ongesorteerd mag gelost wor
den, werd deze verkocht voor 74 cent per kg.
Possen werden er niet gevangen. De nest
vangsten varieerden tot 20 manden per zeil-
vaartuig. De weekresultaten van de motor
looze zeilvaartuigen waren van 30 tot 100.
De kleine motorvaartuigen hadden vangsten
tot 400 kg per motorvaartuig.
In de voormalige Zuiderzee is thans nog
zeer veel aal en paling te vangen. De nest
vangsten waren tot 50 manden per motor
vaartuig. Bij het gunstiger worden van het
weder zal deze visscherij nog in omvang gaan
toenemen. De lijn- of beugaalvisschers maak
ten zeer geringe weekbesommingen. De beug
kon zeer weinig in zee worden gebracht. De
kustaallijnvisschers hadden maar vangsten
tot 10 kg lijnaal. De groote stoombeugers tot
25 kg. Er word veel hoekwant door het weder
weg gebracht. De fuikaalvisscherij was matig.
Besommingen tot 300 gulden per fuikaalvis-
scher. De visscherij op snoekbaars, baars,
voorn en karper nam ten zeerste in omvang
toe. Enkele vaartuigen hadden snoekbaars
vangsten tot 350 kg per vaartuig. De week
besommingen van deze visschers waren van
300 tot 500 per vaartuig. Van onze groote
Noordzeevloot kwamen weder gunstige be
richten binnen.
De motorvaartuigen van de kust van IJmui-
den besomden tot 500. Enkele gelukkigen
tot 800. De snurrevaartuigen veelal tot
1200.
De vorige week (4 tot en met 9 Aug.) werd
door 11 tot 85 vaartuigen per dag aan den
Gemeentelijken Vischafslag alhier aangevoerd:
17300 kg aal en paling, 74 ct.; 1820 kg snoek
baars, 68 ct.200 kg roode" baars, 36 ct.300
kg voorn, 1420 ct. per kg en 2900 manden
nest, 33% ct. per mand.
Burgemeester Jan, door Dola de Jong,
Uitgave Van Holkema en Warendorf, Amster
dam.
Het voornemen van meneer v. Vloten om
zijn zoon Jan eens te laten ondervinden, dat
het leven van de groote menschen toch wer
kelijk niet zoo gemakkelijk is als hij (Jan)
wel dacht, is de aanleiding tot het stichten
van een jongensstad in den grooten tuin van
het buiten van de fam. v. Vloten. De vijf
kinderen v. Vloten mogen 10 vriendjes uit-
noodigen en die 10 noodigen weer anderen
uit. Het wordt met elkaar een kinderstad van
pl.m. 70 kinderen, waarvan Jan de burge
meester is en die uit hun midden een bestuur
kiezen. Zij regelen alles zelf en dan blijkt wel,
dat het leven van de grooten toch niet zoo
eenvoudig is.
't Is een boek, vlot en goed geschreven, vol
spanning en humor. Een boek waarvan niet
alleen onze jongens van 1014 zullen genie
ten, maar waarvan ook menig oudere nog zal
genieten.
J. Bijlsma.