Een veld van puin en brokstukken.
DAGBLAD VOOR
Bolsjewisten verloren in
Maart 1267 vliegtuigen.
DE SLAG OP DE JAVAZEE.
Door Rotterdam'* Geteisterde wijken.
Rookwolken en vlammen beheerschten
het stadsbeeld.
Alle hulpdiensten
voorbeeldig paraat.
Wrange gelukwensch.
DE NIEUWE BONNEN.
1300 zakjes shag buitgemaakt.
Woekerende boeren uitgeschakeld.
Groote hoeveelheden tarwe in den zwarten handel gebracht.
Een waarschuwend
voorbeeld voor de
boeren.
Zwakkere geallieerde
activiteit in Tunis.
VERKOCHT
27 Februari 1 942
Een Zweedsche beschouwing over den
dramatischen strijd voor Java's Noordkust.
Dped zicht de stad Roti ar dam
Uitgave:
Dagblad voor Noord-Holland N.V.
Alkmaar - Voordam C 9.
Bureau der Heldersche éditie:
Den Helder: Koningstraat 78.
Telefoon 3345 (3 lijnen).
Postrekening 449041.
ZATERDAG 3 APRIL 1943.
HELDERSCHE EDITIE.
NOORD-HOLLAND
87ste Jaargang No. 78. 4 pagina's.
Na ket bombardement der Britsche vliegers op de stad Rotterdam. De
zwaar getroffen bewoners der verwoeste arbeiderswijken vervoeren bet
weinige huisraad, dat zq nog uit de chaos konden weghalen
CNF-M-Pax tn
wij in
onder
Donderdagmiddag zijn
de gelegenheid geweest
geleide van dr. Völckers, den
Beauftragte van den Rijkscom
missaris voor de stad Rotterdam,
nog een rondgang te maken
door de getroffen stadswijk.
De aanblik was verbijsterend.
Men ziet uit op de ruïnes van wo
ningen van vier verdiepingen. Door
de explosie is een deel dezer étage
woningen geheel vernield, van an
dere bleven stukken muur nog
overeind, maar was het inwendige
een volkomen puinhoop. Verschei
dene hadden minder van de explosie
te lijden gehad, doch waren aan het
vuur ten prooi gevallen. Hierachter
strekt zich een veld uit van puin en
brokstukken, het eenige dat van de
kleinere woningen is overgebleven.
Politie-agenten en W.A.-mannen
handhaven afzettingen, leden van
den Jeugdstorm verleenen hulp.
Juist passeert ons een groep van de
Technische Noodhulp.
Een chaos.
Werklieden met stofbrillen op zijn
bezig met ruimen. Wolken puinstof
waaien door de straten, waarin
«enige enorme kraters de plaats
markeeren waar bommen insloegen.
Uit de tramrails is een stuk finaal
weggeslagen, de bovenleiding hangt
in verwarde slingers omlaag. Een
bakkershandkar ligt in een poel met
water. Twee mannen dragen een
naaimachine uit de ruïnes. Overal
knerpen glasscherven onder de
schoenen. In wijden omtrek zijn de
ruiten vernield.
Een dorre woestenij
Wie kan zich thans een dag na
het bombardement eigenlijk pre
cies realiseeren wat hier geschied
is, hoeveel leed hier in enkele mi
nuten is aangericht?
Het geheele kwartier is een le-
venlooze dorre woestenij gewor
den. Midden op een zonnigen dag
is hier het leven ineens stil blij
ven staan, stortte alles ineen, wer
den duizenden dakloos, 180 men-
schen en wellicht méér op wreede
wijze uit het leven weggerukt.
Beter dan wij, die hier thans loo
pen door de treurige overblijfselen
van deze stadswijk, kunnen zij dat
beseffen, die thans hulp verleenen
aan gewonden en dakloozen in nood
hospitalen, evacuatieposten en zie
kenhuizen. Van heel nabij, door het
contact van mensch tot mensch, kun
nen zij wellicht beter dan wij zich
een oordeel vormen omtrent den
waren omvang der ramp.
Krachtige wind wakkerde
de vlammen aan
Dr. Völckers vertelt ons tijdens
den rondgang, dat de aanval Woens
dagmiddag omstreeks kwart over een
geschiedde. Hij heeft hoogstens vijf
minuten geduurd. Zijn woning, die
op minstens een kilometer afstand
ligt, schudde onder de hevige explo
sies. Heel even ging het licht uit en
weer aan. Kort daarop zag men een
reusachtige stofwolk boven het ge
troffen stadsdeel opstijgen, spoedig
vermengd met zware rookwolken.
Een krachtige wind wakkerde de
vlammen aan, die tengevolge hier
van ook de niet getroffen huizen
aantastten. Practisch werd de gehee-
le wijk met ondergang bedreigd.
Vier en twintig uur na den Britschen
terreuraanval op de arbeiderswijken
van Rotterdam heeft de uitgeweken
Nederlandsche minister van oorlog,
van Lidth de Jeude, den treurigen
moed gehad den volgenden telegrafi-
schen gelukwensch te zenden aan den
Engelschen minister van luchtvaart
Sinclair: „Namens de Nederlandsche
regeering en mij zelf.bied ik naar aan
leiding van het 25-jarig bestaan van de
Koninklijke Engelsche Luchtmacht mijn
hartelijkste gelukwenschen aan. Het
prachtige werk van deze luchtmacht is
ongeëvenaard en de behaalde presta
ties vormen voor alle vereenigde vol
ken de bezieling, aangezien zij zooveel
hebben bijgedragen tot de grondlegging
van de overwinning en voor een betere
wereld."
In de periode van 4 April tot 10
April kan gekocht worden: op bon
15A 4 rants. brood of gebak, 15B y,
rants. brood of gebak, 15 1 rants.
beschuit, brood of gebak. 15A 2 kg
aardappelen, 15B 1 kg aardappelen,
15A l rants. tabak. 15 1 rants. siga
retten.
Van 4 April tot 17 April 1943: 15A
1 rantsoen vleesch of vleeschwaren,
15B 1/4 rants. vleesch of vleeschwa
ren, 4-14, M-14 res. 1 1/4 rants.
vleesch of vleeschwaren, M-16, M-18
res. 2y rants. vleesch of vleeschwa
ren.
De volgende bonnen zijn binnen
kort niet meer geldig:
Na Zaterdag 3 April: 14 brood,
beschuit, aardappelen, tabak, 13
vleesch. 4-13, M-13, M-15, M-17 res.,
2-09, 3-10 res.
De geldigheidsduur van de vól
gende bonnen is verlengd: tan. Zon
dag 4 April: 09 Boter. t.m. Zaterdag
7 April: 3-11 Res. (sinaasapp.) 2-12,
3-12, 4-12 res; (appelen), t.m. Vrij
dag 30 April: 514 Alg. (Eenh. zeep),
515 Alg. (Waschpoeder); S-Eenheids-
zeep, Waschpoeder, Toiletzeep.
In den nacht van Dinsdag op
Woensdag hebben leden van -het die
vengilde zich door verbreking van 'n
ruit toegang verschaft tot de tabaks-
kerverij der firma P. Schuckink Kool
aan de Koningstraat te Beverwijk.
Van den voorraad, dien zij bereikten
na twee deuren te heben geforceerd,
werden door hen ruim. 1300 punt
zakjes shagtabak ontvreemd. Tevens
namen de dieven een groot aantal
aldaar opgeborgen sigtren mede. De
politie stelt een onderzoek naar de
daders in.
VERDUISTER GOED.
Deze week van 30.15—7.00.
Maan op: 6.58, onder 18.30
Morgen maan op: 7.23, onder 19.47
4 April Nieuwe Maan.
De Rijkscommissaris voor het bezette
Nederlandsche gebied heeft luitenant
kolonel b.d. en generaal-arbeidsleider L.
A. C. de Bock te 's-Hertogepbosch be
noemd tot commandant van den Neder-
landgchen Arbeidsdienst.
Nog alles in lichterlaaie.
Ongeveer een uur na den inslag
waren alle hulpdiensten ter plaatse
in actie: Duitsche weermacht, lucht
bescherming, brandweer, technische
noodhulp en niet te vergeten weer-
afdeelingen der N.S.B., die zich zeer
verdienstelijk hebben gemaakt. Ook
het Deutsche Feuerschutzregiment
voor havenbewaking verleende hulp,
voorts werd de Haagsche brandweer
ter assistentie geroepen. Later ?P
den dag liet men nog 150 politie
mannen uit den Haag aanrukken om
de nieuwsgierigen op een afstand te
h°Waar' huizen nog buiten het bereik
der vlammen waren, trachtte men
de goederen daaruit te redden. Om
streeks vijf uur in den middag stond
alles nog in lichterlaaie, des avonds
werden eenige huizen opgeblazem
om het vuur een grens te stellen.
Hoewel des nachts hier en daar nog
een hel Schijnsel viel wa/r te ne
men, is het voor mun gevoel ai-
dus dr. Völckers een wonder dat
de brandweer het vuur bn zoo strar-
fen wind zoo snel meester is kunnen
W<Eennoogenblik, aldus vervolgde
hij, hebben we nog overwogen de
heele wiik. te evacueeren. ta een
sohool wérd pa» Centrale evacuatie*
post ingericht, andere scholen als
hulpposten in gebruik genomen
Gisteravond werden daar 9000 liter
door de centrale keuken bereid warm
eten uitgereikt, vandaag is deze hoe
veelheid opgevoerd tot 18.000. liter.
Getallen, die aanklagen
Vanmorgen werden mij 139 ge
borgen dooden gemeld.' Ongetwijfeld
zullen er nog van onder de puinhoo-
pen tevoorschijn komen. (Dit aan
tal is inmiddels tot 180 gestegen.
Red.) De vele zwaargewonden wor
den uitstekend geneeskundig ver
zorgd. De geneesheeren, aldus dr.
Völckers, hebben zich onder deze'
omstandigheden volledig ingezet.
Wij vernamen voorts nog, dat
de Rotterdamsche W.A. zich duch-
tig heeft geweerd. Zij richtte het
heerbankwartier als hulphospit;
in. Ook de Nederlandsche Rijks
brandweer heeft voortreffelijk
werk geleverd.
Zoo is dan Rotterdam voor de zoo-
veelste maal slachtoffer van een
bombardement. Onze grootste ha
venstad heeft het wel zwaar te ver
antwoordenOngetwijfeld zullen
er zijn, die ook voor dit bombarde
ment verontschuldigingen zullen
trachten te zoeken. Wie in Rotter
dam echter eenigszins bekend is,
weet dat er in het getroffen stads
deel geen fabrieken of zelfs maar
eenigszins belangrijke werkplaatsen
gevestigd waren.
Wij allen weten dat porlog „oorlog"
is. Degenen echter, die Rotterdam
zoozeer beklaagden, hadden die stad
d jongste ramp moeten besparen.
Rotterdam heeft een dergelijk bom
bardement aan hen niet verdiend.
DE SLACHTOFFERS
ROTTERDAM.
TE
's-GRAVENHAGE, 2 April. - Onder
de tot dusverre geïdentificeerde dooden
tengevolge van den Britschen lucht
aanval op arbeiderswijken in Rotter
dam bevinden zich 48 vrouwen en 26
kinderen. Zes lijken konden niet meer
geïdentificeerd worden.
VERLIEZEN DER NEDERLANDSCHE
BURGERBEVOLKING IN MAART.
In den loop van de maand Maart had
de Nederlandsche burgerbevolking door
Britsche luchtaanvallen op woonwijken
in steden en verschillende plaatsen op
het platteland 353 dooden te betreuren,
terwijl 361 personen zwaar en meer dan
400 licht gewond werden. Een groot aan
tal woonhuizen is vernield. Duizenden
gezinnen verloren have en goed en
moesten hun woonplaats verlaten om
elders te worden gehuisvest.
Met ingang van 1 April zijn
de bouwboeren Joh. Onderdijk
en J. C. Onderdijk in bet ZU&'
den van de Wieringermeer, die
ieder van den Staat volgens
pachtcontract 70 H.A. bouwland
in gebruik hadden, op grond van
een conflict met de inlevering
van producten uit het landge
bruik voor den tijd van twee
iaar ontzet, terwijl hun land-
bouwbezit door den Staat is ge
vorderd.
Een en ander geschiedde op grond
van het besluit van 23 Juli 1942 no.
21224 van het Rijksbureau van
Voedselvoorziening in Oorlogstijd,
bij een beschikking van den secre
taris-generaal. Dit besluit bepaalt,
dat zij die zich schuldig maken aan
het achterhouden van belangrijke
hoeveelheden geproduceerde land
bouwproducten, uit hun bedrijf kun
nen worden ontzet.
Beide boeren werden begin
December o.a. reeds door den
economischen rechter te Alk
maar veroordeeld tot 3 maan
den gevangenisstraf en f 3000.-
en f 1750.- boete.
Tot nog toe bepaalde de overheid
zich tot het opleggen van een ver
hoogden leveringsplicht. Aangezien
dit onvoldoende bleek, is ze tart
strengere strafmaatregelen overge
gaan. Zoo werd in December van
het vorig jaar in Brabant een on
dernemer, die tien tuchtrechterlij ke
uitspraken op zijn rekening had en
onjuiste opgaven gedaan had bij de
inventarisatie van vee, erwten en
rogge en onrechtmatig haver had
geteeld en aardappelen clandestien
had geleverd, te veel pluimvee had
gehouden, van elf koeien maar twee
had aangegeven en zijn administra
tie niet had bijgehouden, uit zijn
bedrijf ontzet. Hetzelfde geschiedde
ook met een ondernemer die als
smokkelaar bekend stond en ro,
haver en erwten van zijn be-
clandestien had afgeleverd.
Het is de overheid ernst.
Dat het de overheid ernst is met het
nemen van maatregelen tegen grondge
bruikers, die ten koste van de voedsel
voorziening van ons volk niet schromen
hun positie te misbruiken om rijk te
worden, bewijst het bovengenoemde be
sluit. De beide betrokken boeren toch
zijn zeer goede landgebruikers. Hun
grootbedrijven liggen er weer prachtig
voor, zoodat zij als grondbewerkers ge-
wenschte elementen zijn. Desondanks
heeft de overheid terecht gemeend, hun
het beheer van hun bedrijven te moeten
ontnemen, omdat het in oorlogstijd niet
alleen de plicht van den boer is, den
grond in het belang van een zoo hoog
mogelijke opbrengst te bewerken, maar
ook om er voor zorg te dragen, dat die
opbrengst niet door énkelen, maar aan
de voedselvoorziening van geheel ons
volk ten goede komt.
Beide boeren hadden zich in erge
mate op het pad van den zwarten
handel begeven. Zoo verkochten z(j
o.a. groote'hoeveelheden tarwe clan
destien.
Van menschen, die op goede voor
waarden, welke hen een behoorlijk be
staan waarborgen, van den Staat, dus
van de gemeenschap, hun land gepacht
hadden, valt dit des te sterker te ver-
oordeelen.
Aangezien het pachtcontract alleen
ontbinding van het contract toestaat,
wanneer de grond verwaarloosd wordt,
staat de Nederlandsche rechter bij de
ontbinding van het contract voor groote
moeilijkheden. Zoolang het contract niet
ontbonden is, kan men beide boeren niet
uit hun woningen zetten en is dus de
vestiging van andere boeren op hun be
drijf niet mogelijk. Aangezien de komen
de oogst op deze grootbedrijven niet ge
schaad mag worden, zullen de grond en
de werktuigen wel bij de omwonende
boeren in gebruik worden gegeven, opdat
een regelmatige verzorging van den
grond mogelijk wordt.
De harde maatregel moge onze boeren
echter een waarschuwing zijn, da: het
de overheid ernst is om onze voedings
producten in oorlogstijd ons geheele
volk ten goede te doen komen en den
zwarten handel met alle middelen tegen
te gaan.
HOOFDKWARTIER VAN
FüHRER, 2 Aprü. - (D.N.B.) Het op
perbevel der weermacht deelt mede:
Tegen het front ten Zuiden van
het Ladoganjeer heeft de vijand in
verscheidene golven krachtige aan
vallen gedaan, die door het afweer-
vuur of in gevechten van korten af
stand voor onze stellingen misluk
ten. Aan de rest van het Oostelijke
front slechts geringe plaatselijke
gevechtsactie.
In Maart hebben de bolsjewisten
1267 vliegtuigen verloren; daar
van werden er 1028 in luchtge
vechten, 143 door luchtdoelge
schut van de luchtmacht en 36
door troepen van het leger neer
geschoten. De overige werden op
den grond vernield.
In Tunis Waren 'de vijandelijke
aanvallen gister zwakker' dan op' de
voorgaande dagen. Verscheidene
aanvallen van Amerikaansche en
Britsche strijdkrachten op het front
in Midden- en Zuid-Tunis werden
afgeslagen. Duitsche en Italiaansehe
troepen konden door plaatselijke
aanvallen hun stellingen verbeteren
en vernietigden afgesneden vijande
lijke groepen. Duitsche jagers heb
ben boven het oorlogstooneel in Tu
nis en bij Kreta 10 vijandelijke
vliegtuigen neergeschoten. Eén eigen
vliegtuig ging verloren.
Zwakke afdeelingen vijandelijke
vliegtuigen ondernamen overdag
aanvallen op het bezette gebied in
het Westen en op de stad Trier. Vier
vliegtuigen werden neergeschoten.
Dexe Courant verschijnt dag el ijk».
Advertentie-tarief.
Prijs der gewone advertentie* in deie
Editie 11 et. per m.M. Bij contract
binnen een jaar te gebruiken belang
rijke korting. Tarieven voor de geheele
oplage op aanvrage.
SLUIKHANDEL vindt zijn
veelal in handelingen,
De Nederlandsche kruiser
onder ging.
In den namiddag van 27 Febr. 1942
meldde een Nederlandsche vliegboot,
ter verkenning uitgezonden, dat een
„kleine, vijandelijke vlootformatie" zich
50 zeemijl ten Noorden van de voor
Soerabaja kruisende geallieerde vloot
bevond.
Admiraal Doorman, commandant der
geallieerde zeestrijdkrachten, zette ter
stond koers naar den vijand. Hij be
schikte over de zware kruisers „Hous-
ton" en „Exeter," de lichte kruisers
,Perth," „De Ruyter" en „Java" en
elf torpedojagers, w.o. enkele Neder
landsche. De Japansche vloot bleek
later aanzienlijk sterker te zijn dan de
eerste melding deed vermoeden. Zij be
stond uit circa 40 transportschepen, die
door twee zware en vier lichte krui
sers benevens 12 a 13 torpedojagers
werden beschermd. Bovendien hielden
de Japanners zware zeestrijdkrachten,
waarschijnlijk zelfs een vliegkampschip,
gereed om zoo noodig in te grijpen.
Tien uren strijd.
's Middags om 16.14 uur ontbrandde
de strijd circa 30 zeemijl ten Noorden
van Soerabaja. De „Exeter" kreeg
reeds terstond een voltreffer en moest,
begeleid door den torpedojager „Witte
de With." naar Soerabaja terugkeeren.
Japansche torpedojagers ondernamen
twee aanvallen, waarvan de eerste
werd afgeslagen, terwijl bij den twee
den aanval de torpedojager „Korte-
naer" door een torpedo tot zinken werd
gebracht. Bij een tegenaanval ging een
Britsche torpedojager verloren.
Na deze inleidende gevechten hulden
de Japansche schepen zich in een ne
velgordijn. Ondanks Nederlandsche
luchtverkenning vanaf de vliegvelden
op Java kon de geallieerde vloot voor-
loopig niet meer in contact komen met
den tegenstander. Op dit tijdstip had zij
reeds twee torpedojagers verloren, een
zware kruiser was buiten gevecht ge
steld, terwijl bij het invallen van de
slag;
op de Java-zee ten
(Cliché D.v.N.H.)
J^UIM een jaar geleden werd
het lot van Java door den
slag in de Javazee beslist. On
danks heldhaftig verzet dolf de
geallieerde vloot, waarvan ook de
kruisers „De Ruyter" en „Java"
doel uitmaakten, het onderspit
tegen de Japansche overmacht.
Over het loop van dezen slag is
slechts weinig bekend geworden.
Totdat thans door den Zweed-
schen generalen staf een ge
schrift is uitgegeven, waarin aan
de hand van alle beschikbare ge
gevens een uitvoerig overzicht
wordt gegeven.
oorsprong
die op hert
eerste gezicht vrij onschuldig lijken öt
moeilijk te ontdekken zijn. zoodat hert
overigens waakzame oog van contro-
leerende ambtenaren dien eersten stap
op het clandestiene pad niet altijd kan
DEN opmerken. Erger is evenwei, dat op
menig gebied iedere bepaling ontbreekt
om krachtig op te treden tegen zulke
„eerste schreden." En om een effec
tieve bestrijding van den zwarten han
del mogelijk te maken, zullen daar
tegen toch maatregelen uitgevaardigd
moeten worden. Wij doelen o.a. op hot
hoonende woordje „verkocht," dat onè
uit zoovele étalages tegengrijnst.
Tal van winkeliers immers, die hun
klanten met een kwasi-zuur gezicht
„neen" verkoopen, hebben hun winkel
of étalage vol liggen met artikelen,
waarbij het beruchte kaartje ligt:
„Verkocht." Maar het aldus geëtaleerde
voorwerp blijft maandenlang in het
bezit van den winkelier zonder dat de
kooper zijn eigendom in ontvangst
komt nemen.
Van tweeën een: óf de winkelier liegt
en heeft andere zwartebedoelin
gen met zijn winkelwaar, bi de „koo
per" heeft speculatieve plannen met het
gekochte. In beide gevallen echter
wordt het weinig beschikbare distri-
butiegoed of niet onttrokken aan de
normale verdeeling.
Elke productie is heden ten dage ge
richt op de meest noodzakelijke be
hoefte anders is het bedrijf over
bodig. Maar dan dienen ook èlle pro
ducten uitsluitend daar te komen, waar
ze werkelijk noodig zijn. Dat wil te
vens zeggen, dat iedere winkelier, of
hij nu levensmiddelen dan wel „vrije"
artikelen als meubilair enz. verkoopt,
niet langer louter uit winstbejag mag
handelen, maar een schakel behoort te
zijn in het verdeelingsproces. En als
die schakel zwakke plekken vertoont,
zullen zij weggenomen moeten worden,
opdat de keten, die onze volksgemeen
schap in stand moet houden, niet ver
broken wordt.
TTR zijn-vele a-sociale handelingen, die
een voorspel tot den zwarten handel
vormen öf het soms al volledig zijn.
Bezien wij bijv. ook eens het „ge
bruik", dat bij sommige slagers ingang
gevonden heeft.
De klant heeft recht op vleesch
met been. Wordt het been niet meege-
leverd en van het vleeschgewicht afge
trokken (omdat de hoeveelheid been te
gering is om af te wegen), dan heeft
men later recht op het niet ontvan
gen been.
Tal van slagers echter leveren geen
been, omdat zij dat beter meenen te
kunnen gebruiken. Zij trekken er nl.
bouillon van en verkoopen dat aan de
klanten. Maar ook dat gaat nog niet
eerlijk, want eerst wordt het vet van
de bouillon gescheiden. Clandestien ge
wonnen vet, dat natuurlijk even clan
destien wordt omgezet!
De groote drang achter heel het
zwarte gedoe om ons heen waarvan
wij ditmaal maar enkele voorbeelden
geven is het geld, en niet anders.
Het geld, waarvan de „echte" vader
landers beweren dat het toch niets
waard is, heeft een deel van ons volk
in zijn ban.
Intusschen is wat men dacht waar
heid geworden, zij het anders dan ver
wacht was: het zwarte geld is waar
deloos geworden.
De eerlijke, werkzame, man heeft
geen last; hij verbergt geen oneerlijk
verworven briefjes van duizend. Hij
verheugt zich over den handigen maat
regel tegen de zwarte handelaren en
lacht mede met den Tijl Uilenspiegel,
die de waardelooze bankbiljetten wel
wil gebruiken om er zijn kamertje mee
te behangen, ter opluistering al dan
niet voorzien van de handteekeningen
der „slachtoffers."
De sluikhandelaren zijn „verkocht."
Laat het den winkeliers, die zoo dwe
pen met kaartjes waarop dit woord
voorkomt en al die anderen, een ern
stige waarschuwing zijn. Ook tegen
hun „zwarte" handelingen kan wel
eens plotseling een harde maatregel ge
nomen worden. Zij zouden dan zelf
evenzeer „verkocht" zijn en niet op
medelijden behoeven te rekenen.
Want wat er is, behoort daér te ko
men, waar de levensbehoefte dat ver-
eischt. Jr.
In de middaguren van Woensdag hebben Britsche rfiegecs hft
«angevallsn. few ov«r*icht van de vernielde
duisternis wederom een Britsche tor
pedojager verloren ging. Vage berich
ten omtrent zware Japansche verliezen
werden later niet bevestigd. Intusschen
hadden beide tegenstanders zich steeds
verder naar het Westen verplaatst,
zoodat zij zich, toen om 23.30 uur we
derom gevechtscontact tot stand kwam,
12 zeemijl ten Noorden van Rembang
bevonden.
Spoedig bereikte de opnieuw ontbrande
strijd zijn hoogtepunt. De „De Ruy
ter" werd getfroffen en ondanks het
feit, dat de geallieerde formatie ter
stond van koers veranderde om tor
pedo's te ontwijken, werden zoowel de
„De Ruyter" als de „Java" noodlottig
getroffen. Zij zonken onijer zware ont
ploffingen.
Korten tijd later ging het contact
weer verloren en thans voorgoed. De
kruisers „Houston" en „Perth" liepen
den volgenden dag met geringe schade
de haven van Tandjong Priok binnen.
De slag was ten gunste der Japanners
beslist. Hun transportschepen zetten op
verschillende punten van Java's Noord
kust troepen aan land, die de strijd
krachten op dit eiland een week later
tot capitulatie dwongen.
Na den slag.
Na den eigenlijken slag trachtten de
overgebleven geallieerde schepen zich
langs verschillende wegen in veiligheid
te brengen. De „Exeter," die Soerabaja
28 Februari had bereikt, werd voorloo-
pig gerepareerd en ging den daarop
volgenden nacht onder escorte van
een Britschen en een Amerikaanschen
torpedojager naar Australië in zee.
Deze formatie werd op 1 Maart door
Japansche kruisers voor Oost-Java in
den grond geboord. Hetzelfde lot on
dergingen de kruisers „Houston" en
„Perth." die met den torpedojager
„Evertsen" door Straat Soenda tracht
ten te ontkomen. Japansche vliegtuigen
ontdekten de schepen, gingen tot den
aanval over en troffen de „Evertsen."
1 Maart werden zij vervolgens door Ja
pansche zeestrijdkrachten vernietigd.
De „Evertsen" liep up het strand en
werd wrak geschoten.
Enkele eonoluaiea.
Het Zweedsche geschrift bepaald zich
«yet M ai dut verlooft
van den slag. Het geeft oi een Nabe
schouwing over de oorzaken, die tot
de geallieerde nederlaag hebben geleld.
Het begint met vast te stellen, dat de
Japanners in de meerderheid waren,
zoowel wat aantal schepen betreft als
door hun grootere snelheid, betere
pantsering en vooral veel zwaardere
bewapening. In totaal hadden de Ja
panners 20 kanonnen van 20.3 cm en 60
van 15.5 cm, terwijl de geallieerden
slechts over 15 van 20.3 cm en 25 van
15.2 beschikten. Ook in technisch op
zicht, b.v. met zoeklichten, waren de
Japansche schepen beter uitgerust. De
geallieerde vloot was voorts van zeer
heterogene samenstelling, terwijl admi
raal Doorman nauwelijks gelegenheid
had dit euvel door oefeningen in groot
verband zoo veel mogelijk op te heffen.
Ondanks de Japansche overmacht
hadden de geallieerde verliezen echter
niet een dergelijken omvang behoeven
aan te nemen, betoogt men van Zweed
sche zijde, indien admiraal Doorman
zijn aanval tegen de Japansche trans
portschepen in plaats van tegen de
oorlogsschepen had gericht. Daartoe
was een splitsing van zijn strijdkrach
ten in enkele homogene groepen het
beste middel geweest. In plaats, hiervan
bood hij den Japanners, bewust van
hun meerderheid, gelegenheid den
strijd overdag te rekken, totdat zij hun
overmacht des nachts ten volle konden
uitbuiten. In sterke mate heeft voorts
de onvoldoende samenwerking tusschen
vloot en luchtmacht tot de nederlaag
bijgedragen. Reeds de eerste berichten
gaven een onjuisten indruk van de
sterkte der Japansche vloot en ook tij
dens den slag bleek de luchtverkenning
niet tegen haar taak opgewassen. Het
catastrophale einde van enkele schepen
na den slag wijst tenslotte op een on
voldoende bescherming door jachtvlieg
tuigen.
Latere onderzoekingen zullen onge
twijfeld nog meer licht kunnen werpen
op de hier van Zweedsche zijde naar
voren gebrachte kwesties. In elk geval
is het thans reeds mogelijk zich een
beeld te vormen van het verloop van
den slag in de Javazee. Een slag, die
én door den ondergang der Nederland
sche kruisers en door het feit, dat zij
de Japansche bezetting van Java mog».
lijk maakte, als een dramatisch hoogte
punt in onze geschiedenis zal blijven
ATUIS, xs.uyperstat 9. 's'-Gra- J Binonkort worden wederom
oon i rtn
m I