ÜAGBLAD VOOR Aan wien de schuld De roofmoord te Schellinkhout. Schiereiland Cotentin afgesneden. Amerikanen landden op Saipan. Druk op Karelische landengte. Amerikanen maken zich gereed voor aanval op Cherbourg. Afweersucces bij Caen. Luchtbombardementen op scheepsconcentraties. Verduister van 22-5.15 uur. Drie collectes. Nieuws in 't kort. Requisitoir: niet meer in de maatschappij terug. Examentijden.... Bij verovering zou Tokio binnen bereik der luchtmacht zijn. Zware vijandelijke verliezen. Prijsaanduidingsplicht geldt niet voor grossiers. Uitgave: Dagblad voor Noord-Holland N.V. Alkmaar - Voordam C 9. Bureau der Heldersche Editie: Den Helder: Koningstraat 78. Telefoon 3345 (3 lijnen). Postrekening 449041. WOENSDAG 31 JUNI 1944. NOORD-HOLLAND 88e Jaargang, No. 143, 2 pagina's. Hoofdredacteur: H./M. C. SCHRöDER. Alkmaar. Deze Courant verschijnt dagelijks. Advertentie-tarief: Prijs der gewone advertenties In deze Editie 11 et. per m.m. Bij contract binnen een jaar te gebruiken belang rijke korting. Tarieven voor de geheele oplage op aanvrage. Schr.— Verschillende van mijn lezers spreken in brieven hun verontwaardi ging er over uit, dat men van Nationaal-socialistische zijde zoo bij zonder ingenomen is met de vergel ding, waarvan duizenden vrouwen en kinderen in Engeland sla htoffer wor den. Ik vind het op z'n zachtst uitgedrukt merkwaardig, dat deze lezers eerst thans hun stem verheffen, terwijl toch reeds gedurende een periode van an derhalf jaar Duitsche vrouwen en kin deren en den laatsten tijd ook Neder- landsche vrouwen en kinderen (om van de Fransche, Belgische, Italiaan- sche en Hongaarsche nog maar te zwij gen slachtoffer zijn geworden van een meedoogenlooze vlieger-terreur der Anglo-Amerikanen. In die periode was er geen enkele lezer die boos in z'n pen klom, integen deel. er waren er zeer velen, die een gevoel van opgewektheid bij het over vliegen der Tommies op weg naar hun luguber werk niet of ternauwernood konden onderdrukken. I ATEN echter de lezers, waarvan in den aanhef sprake is, gerust zijn. De nationaal-socialisten hier en elders in Europa zijn in het geheel niet ingenomen piet den dood van die dui zenden vrouwen en kinderen in Enge land. Integendeel, wij begrijpen beter misschien dan menig anti-man het leed van hen, op wie thans de vergelding gedeeltelijk neerkomt. En wij begrijpen het zoo goed, omdat de meesten van ons met eigen oogen het leed aan schouwd hebben van d^ Duitsche ka meraden, toen de „moordclub" in haar viermotorige kisten dood en verderf zaaide in de Duitsche gouwen, en wij het leed aanschouwden van onze eigen landgenooten in Enschede, Nij megen, Eindhoven en Rotterdam. Maar het is juist wat de Leider zeide in zijn rede tot de openbare vergade ring in Arnhem, Zaterdag j.1., toen hij sprak over de vergelding en daarbij opmerkte, „dat wij menschelijk genoeg zijn om het leed te begrijpen, maar steeds blijft ons voor oogen, dat het Engeland was, dat dezen oorlog begon. Vraagt men," aldus de Leider, „ons dus hoe wij het vinden, dat de vergelding thans is losgebroken, dan is er slechts één antwoord op die vraag: Op 3 Sep tember 1939 verklaarde Engeland aan Duitschland den oorlog". IIIERMEDE wordt het hart van de zaak geraakt. Het was en het is altijd Engeland geweest, dat overal ter we reld, waar zijn belangen lagen of kon den liggen, oorlog ontketende teneinde z'n imperialistische neigingen te kun nen bevredigen. Onze- eigen Vader- landsche Geschiedenis is grootendeels gevuld met de oorlogen, die wij tegen Engeland moesten voeren voor het be houd van onze zelfstandigheid hier en overzee. Welke pogingen heeft de Führer niet in het werk gesteld om de zen oorlog zoo humaan mogelijk te voeren? Hoe heeft hij niet gepleit voor het afschaffen van het bombardements vliegtuig? Hoe vele malen heeft hij Engeland niet gepoogd de hand te rei ken? Hoe lang heeft hij niet gewacht met het in werking brengen van het vergeldingswapen? Was het uit angst of was dat uit liefde en eerbied voor den mensch en zijn cultuur? Ieder eerlijk man en vrouw, die nog niet verblind is door „oranje-zender- haat" zal het toch met mij eens zijn, dat de schuld niet ligt bij de nationaal- sociafisten of, om dichter bij huis te blijven, bij Duitschland. J7NGELAND heeft gespot met het oud testamentische woord „oog om oog, tand om tand". En nu eindelijk, na anderhalf 'jaar van terreur-aanvallen, voortgekomen uit een geest van satanisme in welken' geest het geheim ligt van de Anglo- bolsjewistische dynamica en de niets ontziende bruutheid, waarmee die aan vallen op de burgerbevolking werden gepleegd nu eindelijk komt dan een harde klap terug. En dan staat plotseling het anti-dom op z'n achterste beenen. Men had ech ter wat eerder in het geweer moeten komen. Nu is het te laat en voltrekt zich de straf, die op de zonde, aan de Europeesche menschheid bedreven, on herroepelijk moest volgen. Ons hart 'gaat uit naai allen die ge vallen zijn en nog vallen als gevolg der menschonteerende daden der Britten en Amerikanen, die de schuldigen zijn! Het Finsche weermachtbericht van Dinsdag bevat de mededeeling, dat de vijandelijke druk in het wes telijk deel van de Karelische land engte vooral sterk gericht was op Viipuri. Johanne. Kyyroela en Muo- laa werden opgegeven. Het Finsche inlichtingenbureau deelde verder Dinsdagavond mede, d%t ook op de landengte van Aunus en op die van Maasekae een leven dige actie van Sovjet-verkennings troepen is begonnen. Op de Aunus-landengte viel de vij and op twee plaatsen ter sterkte van een bataljon aan. De vestingwerken der Koivisto-eilanden verhinderden de naderingspogingen van vijandelijke vlooteenheden. In het westelijke deel van de Ka relische landengte vielen Finsche bom menwerpers en Duitsche duikbommen werpers Maandagnacht vijandelijke scheepsconcentraties, pantsergroepee- ringen en gemotoriseerde colonnes aan. De vijandelijke luchtactie was bij zonder intensief gericht op het ge bied tusschen Koivisto en de noord kust van de Finsche Golf. Enkele vijan delijke vliegtuigen strekten hun toch ten uit tot Kotka, waar zij bommen uit wierpen. Twee verkenningsballons en 47 vijandelijke machines werden neer" gehaald. Alkmaarsche Rechtbank. De mooie oude Westfriesche boerde rij van den heer Koeman te Blokker, wordt gerestaureerd. Het fraaie middeleeuwsche houtsnijwerk op het voordeurkozijn, dat zeer gehavend was, is gerestaureerd door een jeudig leerling der school voor Beeldende Kunsten te Amsterdam. Het kozijn wordt weer op zijn plaats gebracht CNF/Kuioer/Pax m INVASIEFRONT. (Interinf). De Amerikaansche divisies, die in het Noordwestelijke deel van het landingshoofd opereeren worden op het oogenblik op de basis St. Sauveur-le-VicomteBarneville opnieuw gegroepeerd en V|Oor nieuwe acties opge steld, waarbij het gros van de Amerikaansche formaties waarschijnlijk wel geconcentreerd zal worden voor den aanval op de vesting Cherbourg, ter wijl de formaties, die naar het Zuiden de beveiliging vormen, tot taak hebben zich in 'te graven en het leger, dat den aanval op Cherbourg gaat onderne men zooveel mogelijk in den rug te dekken. Van Duitsche zijde is de ontwikkeling van den strijd in het gebied ten Wes ten van St. Sauveur gepareerd door het terugtrekken op het uitgebreide vestinggebied van Cherbourg van het gros der in het gebied Montebourg- Quineville staande strijdkrachten, hetgeen reeds verscheidene dagen geleden geschied is en waarbij sterke beveiligingen voorloopig in de oude limes zijn gebleven met de taak door vertragend verzet al strijdend^ naar het Noorden en Noordwésten uit te wijken. eindigden met een volledig afweersuc- ces der Duitsche troepen. Reeds in den namiddag moesten de Engelschen alle aanvallen staken, aangezien de versch aangevoerde formaties zoo geteisterd waren, dat zij geen groote operaties meer konden ondernemen. Aan het ge heele front van dezen aanval werden 73 uitgebrande of buiten gevecht ge stelde Britsche tanks geteld. De Engelsche infanterie-formaties werden door het vuur der Duitsche batterijen reeds verscheidene kilome ters voor de afweerstellingen zoozeer gedecimeerd, dat zij slechts op twee plaatsen tot den aanval konden over gaan. Hier geraakten zij in het vernie lende vuur der Duitsche machinewa penen die elk binnendringen in de Duit sche linies onmogelijk maakten. Waar schijnlijk zullen de Engelschen bij de ze groote aanvallen minstens 8.000 tot 10.000 man aan dooden en gewonden hebben verloren. Het tweede zwaartepunt lag aan den Noordwestelijken vleugel van het Britsch-Amerikaansche bruggehoofd. Nadat de Amerikanen den vorigen dag bij Barneville-sur-Mer de Westkust van het schiereiland Cotentin bereikt hadden, drongen gisteren gepantserde Amerikaansche gevechtsgroepen en sterke gemotoriseerde afdeelingen over een breed front naar het Noorden op. Het is nog niet bekend of het hierbij tot groote gevechten is gekomen. Po gingen der Amerikanen de Duitsche grendelstellingen tusschen Montebourg en Quineville onder den voet te loo- pen. mislukten met aanzienlijke ver liezen. Het Amerikaansche eerste leger is zoo schetst de Völkische Be- obachter den toestand in Normandië het schiereiland Cotentin dicht genaderd en heeft de landverbin ding van Cherbourg met het Fran sche binnenland verbroken. Het heeft daarmede een partieel succes behaald, dat niet gebagatelliseerd zal worden. Zij het ook aanzienlijk vertraagd, de Amerikanen zijn ten Westen van St. Mère Eglise geko men, waar zij de eerste 48 uur reeds hadden willen zijn. Het is niet moeilijk te raden, wat zij nu trachten te ondernemen. Zij zullen er naar streven den voorloopig nog zwak naar het Westen uitgestoken arm te versterken en vooral een begin te maken met de eigenlijke belegering van Cherbourg. Zij zul len dan fortificaties ontmoeten, zooals zij ze in Italië noch in Nor mandië hebben leeren kennen. De haven van Cherbourg is volgens de beginselen van de nieuwe Duitsche vestingbouwkunde ook naar de land zijde beschermd. Hier staan forten, zoo machtig en vuursterk, als de troepen der Westelijke mogendheden nog nooit hebben ontmoet De vesting heeft ook voorraden van allerlei aard. Het op rukken der Amerikanen in deze streek had ten doel de verovering van een haven. Zij zullen spoedig, merken, hoe ver zij daar nog van af zijn. Twee zwaartepunten. Intusschen meldt het Interinf, dat de gevechten op twee brandpunten van buitengewone hevigheid. Van 't gebied Tilly-Caumont uit orfdernamen ster ke Britsche pantserformaties, gevolgd door talrijke dichtaaneengesloten in- fanterieformaties, na zeer krachtige artillerievoorbereiding opnieuw een grootscheepsche poging, den Westelij ken grendel der verdedigingszone van Caen te verbreken en in Zuidoostelijke richting op te rukken. De gevechten die den geheelen dag voortduurden, Weermachtbericht Vijandelijke aanval bij Perugina tot staan gebracht. HOOFDKWARTIER VAN DEN FÜHRER, 20 Juni (DNB). Het ppperbevel der weermacht deelt mede: „De gevechten in Normandië zijn gisteren met bijzonder zware verliezen voor den vijand verloopen. Over een breed front probeerde hij in het ge bied Tilly-Livry verscheidene malen met sterke infanterie- en pantser- strijdkrachten door ons front heen te stooten. Alle aanvallen mislukten Ten Zuidwesten van Tiïly werd daarbij een vijandelijk bataljon volkomeu uiteengeslagen en de bataljvnsstaf gevangen genomen. Op het schiereiland Cherbourg vonden geen belangrijke gevechten plaats. De vijand tastte met gepant serde verkenningsstrijdkrachten "et Zuidelijke front van de vesting Cher bourg af. Het gebied van Londen blijft onder ons stoorvuur liggen. Kustbatterijen van leger en marine dwongen voor het schiereiland Cher bourg verscheidene vijandelijke sche pen den steven te wenden. Batterijen verdragend geschut van de maiine schoten in den afgeloopen nacht in het Kanaal verscheidene schepen van een In westelijke richting varend vijande lijk convooi in brand. De luchtmacht zette ook in den afge loopen nacht haar operaties tegen de scheepsconcentraties voor het ^andings- hoofd met succes voort. Na talrijke bomtreffers werden zware explosies waargenomen. Bij den reeds gemelden aanval van formaties Duitsche gevechtsvliegtuigen in den nacht van 18 op 19 Juni wer den volgens aanvullende berichten nog twee koopvaardijschepen met een in houd van 18.000 brt. en een torpedo jager tot zinken gebracht. Bovendien werden nog een torpedojager, een tankschip van 8000 brt. en een vracht schip van 7000 brt. zwaar beschadigd. Een luchtmachtdivisie onder bevel van generaal-majoor Korte heeft zich bij dit optreden bijzonder onderscheiden. Boven het landingshoofd en de bezette westelijke gebieden werden gisteren 29 vijandelijke vliegtuigen neergeschoten. Elba prijsgegeven. De zwakke bezetting van het eiland Elba heeft ook gisteren in het Noord oostelijke deel van het eiland den strijd tegen den sterk overmachtigen vijand hardnekkig voortgezet en hem uiterst zware verliezen toegebracht. In den afgeloopen nacht is het garnizoen naar het vasteland overgebracht. In Midden-Italië duurden de hevige aanvallen van den vijand ook gisteren voort, zonder dat hij er in slaagde de gewenschte doorbraak te bewerken. Bijzonder verbitterd was de strijd in het gebied van Perugia, waar de vijand in verscheidene. ui+ sterke infanterie- en pantserstrijdkrachten bestaande, aanvalsgroepen ons front aanviel. Te genaanvallen onzer troepen brachten de vijandelijke aanvallen tot staan. Uit het Óósten worden buiten suc cesvolle plaatselijke afweergevechten ten zuidoosten van Witebsk geen ge vechtshandelingen gemeld. Lichte Duit sche vlootstrijdkrachten beschadigden in de Finsche Golf 2 Sovjet-torpedo- motorbooten. Bewakingsvaartuigen der marine, die voor de Karelische Land engte opereerden, schoten 5 Sovjet- bommenwerpers neer". 22 Juni: Zon op 5.17; onder 22.07. Maan op 6.58, onder 23.29. Zoovele malen is de aandacht ge vraagd voor acties van den Neder- landschen Volksdienst. Wij willen enkele noemen: Moeder en kinderuitzendingen, Moeder- en kinderverblijven, geopende hulp posten voor „Moeder en kind," „Tandverzorging voor de jeugd, Stationsdiensten voor reizende moeders, enz. Dit alles geschiedde voor ons ge heele volk zonder rekening te hou den met gezindte of politieke kleur en uitsluitend bedoeld onze volks kracht in stand te houden en te versterken. De moeder als de kern van het ge zin en het kind, de drager van toe komst, zijn zóó waardevol voor ons volksbestaan, dat geen moeite of offer voor ons te groot kan zijn, om daar onze oeste krachten voor in zetten Aangezien dit besef steeds meer in breedere kringen van ons volk doordringt, heeft de N.V.D- besloten, een drietal collectes op touw te zetten met het doel ons allen eraan te herinneren, dat het een volksche plicht is, voor ons ge zin te waken en daardoor bij te dragen ons volk erfgezond te hou den. Van 21 t/m 28 Juni zal er een huis-aan-huis collecte worden ge houden. Op 29 Juni volgt een groote straat collecte terwijl als slot nogmaals huis-aan-huis gecollecteerd zal wor den van 23 t/m 30 Augustus. Steunt allen deze groote actie door het schenken van een flinke gift Het is ons aller belang. „Gezonder maken wat erfgezond is, sterker maken wat sterk is om ter wille van het volk"- Ziedaar het devies van den N.V.D. Kostbare pluche gestolen. Gister nacht is ingebroken in een meubelzaak te Hilversum. Vermist worden twee rol len pluche elk 41 meter Lang. De een donker en de ander lichtterra. In den zwarten handel vertegenwoordigd deze gestolen goederen een waarde van zeker f 10.000.—. Jongetje verdronken. Maandagmiddag geraakte het vierjarig Jongetje T. van Meijeren te Schoonhoven te water Op zijn geroep kwam hulp toesnellen. Hoe wel men den kleine vlug op het droge wist te brengen, kon de hulp van den geneesheer en van de E.H.B.O. niet meer baten. Tegen „Tinus de Goddelooze levenslang geëischt. Zooals reeds in het kort werd aan gekondigd, is gisteren voor de Alk maarsche rechtbank een aanvang ge nomen met de behandeling van de moordzaak-Schellinkhout. Zooals men zich zal herinneren werd op dit vre dige Westfriesche dorpje in den nacht van 22 op 23 October jj de bejaarde landbouwer G. Palenstijn bij een roofoverval door wurging om het leven gebracht. Dadelijk na de ontdekking van dit misdrijf werd het politioneel en justitioneele apparaat in werking gesteld en hoewel het spoor eerst in een verkeerde richting leidde kon men reeds spoedig de hand leggen op de drie vermoedelijke daders. Een van hen, de 54-jarige M. J. v. d. Hilst, in de onderwereld ge naamd „Tinus de Goddelooze" en be kend staande als de zwaarste misda diger van Amsterdam, hoorde giste ren in verband met deze zaak le venslange gevangenisstraf tegen zich eischen. De beide anderen, de Amsterdammer 1. W. van Steenis en de verdachte W. F. Heins. afkomstig uit Hoorn, komen heden voor. Voor deze strafzitting, gepresideerd door mr. A. M Baron v. Tuyl van Se- rooskerken, bestond een zeer groote publieke belangstelling; vooral in de ochtenduren was de tribune eivol. Uit de dagvaarding zooals deze door den Officier v. Justitie, mr. Brueys Tack, was uitgebracht en waarin moord, subsidiair medeplichtigheid aan moord werd ten laste gelegd, stippen wij aan, dat de landbouwer op zijn bedstede door wurging om het leven werd gebracht en dat de daders zich een bedrag van pl.m. 1800.—. bene vens eenige sieraden, distributiekaar ten enz. hadden toegeëigend. Het getuigenverhoor. Allereerst werd behandeld de zaak contra v. d. Hilst, waarbij een aanvang werd gemaakt met het verhoor van een groot deel der in deze affaire op geroepen 15 getuigen. Dr. Hulst, die de sectie op het Lijk had verricht, conclu deerde, dat de dood door veietikking was ingetreden en niet door den slag, welke het slachtoffer met een hard voorwerp was toegebracht. Bij het verhoor van den tweeden ge tuige, den hoofdinspecteur der Staats- jecherche J. H. Groeneveld, werd ver dachte, die de geheele zitting halsstar rig bleef ontkennen, reeds dadelijk aan den tand gevoeld. Terstond na zijn ar restatie op 26 November had hij name lijk beweerd de beide mede-verdach ten niet te kenqen, terwijl dit toch la ter wel het geval bleek. Met Heins had hij n.1. in het strafkamp te Ommen ge zeten en Van Steenis had hij te Am sterdam ontmoet. De President. Waarom zei U eerst, dat U ze niet kende? Verdachte kon hier geen reden voor opgeven. De President: En waarom hebt U tegen den inspecteur eerst ontkend, dat U met de anderen in Hoorn samen bent geweest? Verdachte: Zij kwamen in verband met deze zaak en daar wilde ik niets mee te maken hebben. Get. Groeneveld verklaarde, toen nog niet over de zaak-Schellinkhout te hebben gerept. Verdachte: Automatisch voelde ik, dat hij hierover kwam. De President: Juist, nou zijn we er! Verdachte: Ik wist, dat de anderen het gedaan hadden en daarom wilde ik er geen last mee krijgen. De Officier:-Terwijl je er toch niets mee te maken had? Verdachte: Ik voelde, dat het hier over zou gaan. De Officier: En eerst zei je, dat de inspecteur de zaak-Schellinkhout reeds had genoemd. Nou jij weer Verdachte zweeg. De President: Wij begrijpen het wel! Verklaringen van formeelen aard werden hierop afgelegd door den 15- jarigen kleinzoon van het slachtoffer, die den dag na den moord de gruwe lijke ontdekking h»d gedaan, door burgemeester Mol van Schellinkhout, de opper- en hoofdwachtmeesters der marechaussee Van Amerongen en Van Breukelen en dr. Froentjes. die de bloedsporen had onderzocht. Hoe het drama zich toedroeg. De kroongetuige, de mede-verdachte v. Steenis, gaf een omstandig verhaal, hoe alles was gepasseerd. Hij vertelde, hoe het eerste contact tot stand was gekomen in „De Roode Lantaarn" op den Amsterdamschen Zefedijk en hoe oorspronkelijk het plan voorzat een kraak te slaan bij de Boerenleenbank te Venhuizen, doch hoe hiervan later werd afgezien, omdat te veel personen met het plan op de hoogte werden ge acht. Daarna was door Heins, die wel bij Palenstijn aan huis kwam en die zich zelfs een huissleutel had toege ëigend het plan geopperd, hier slag te slaan. Waar de oude man voor kort zijn boerderij had verkocht, verwachtte men blijkbaar een rijken buit. Getuige verklaarde, hoe men eerst ten huize van Heins de zaak nog besproken had en toen gedrieën per fiets naar Schel linkhout was getogen. Via den dorsbh was men binnengedrongen. Bij het be treden van de kamer ging het licht aan en vond men den ouden boer half op gericht in zijn bedstee. Dadelijk daar op Werd het licht uitgeknipt, doch Heins, die zich herkend zag, zou bij deze gelegenheid hebben geroepen. „Hij heeft me gezien, sla 'm dood!" Hij had hierop den man een slag toege bracht en v. d. Hilst had hem be sprongen en de keel toegeknepen. Ge tuige aldus diens verhaal had toen tusschen beiden willen komen, doch v. d. Hilst had hem toegevoegd: Er zijn er al zooveel kapot, een meer of minder hindert nietEr werd door v. d. H. gezegd, dat men het slachtoffer zou gaan binden en get had daarvoor een riem gegeven, doch toen hij later in de bedstede keek. bleek de ze om den hals te zijn gesnoerd. Hij had den riem daarop los ge maakt. doch er was reeds geen adem haling meer te hooren. Daarna was de brandkast geopend en de buit ver deeld. De sieraden warén door v. d. Hilst meegenomen en later had get. hiervoor als aandeel 100 gulden ont vangen. Verdachte beweerde, niet verder dari Hoorn te zijn geweest en hier te zijn teruggekeerd. Van wat er verder ge beurd was, wist hij niets en alle po gingen van den President om hem in zijn eigen belang tot een bekentenis te brengen, liepen dood. Het verhaal van verdachte Heins. als getuige gehoord, kwam in groote lij nen overeen met wat zijn collega had verklaard, met dien verstande, dat hij volhield, bij de dorschdeuren te zijn teruggekeerd en aan den moord niet debet te zijn geweest. Bij het in de middagzitting voortge zette getuigenverhoor kwam als be langrijkste feit aan het licht, dat bij een groot aantal bankbiljetten, door v. d. Hilst te Amsterdam in bewaring gegeven en aldaar in beslag genomen, zich een drietal bevond, waarvan de nummers in een aanteekenboekje van Palenstijn stonden vermeld. In een uitvoerig requisitoir bracht de Officier in de eerste plaats hoofd inspecteur Groeneveld en den Opper wachtmeester ,Van Amerongen een compliment voor hun werk, in deze zaak verricht. De doodsoorzaak door verstikking De jeugd, zeggen de dwaze roman tici, is de lente van het leven, waarop men later wanneer de sneeuw rondom ons bestaan geval len is en rukwinden en stormen ons gehavend hebben altijd met een hart vol heimwee en liefde zal terugzien. Het is schoon gezegd, maar het gaat niet steeds op. ik zou niet graag den menschen den kost willen geven, die hun jeugd doorloopend gepijnigd door de doornen van het onbegrip tot op hun sterfbed blij ven vervloeken. Dit is hard en bitter gezegd, maar het i s zoo. Wie gelooft, dat de jeugd altijd het paradijs van het leven is, geeft blijk van het leven weinig of niets begrepen te hebben. Want voor vele kinderep en wat ik U thans zeg is ernstiger dan het op 't eerste gezicht lijkt zijn bijvoorbeeld de examentijden, die zij elk jaar moeten doorworstelen, een gang door het dal der smarten; een zware tocht, die zijn stempel op het geheele verdere leven kan drukken. Hier kunnen de ouders een groote en zegenende rol vervullen. Laten zij altijd blijven bedenken, dat een goed of een slecht rapport, een gun stig of een minder gunstig afgelegd examen niets bewijst voor de waarde van het kind en zijn ver- stand- De beste mannen en vrouwen der wereld hebben in hun jeugd soms de slechtste cijfers gehaald. Laten zij met dit besef er toe bij dragen, dat de jeugd van hun kin deren werkelijk een lente worde. En voor een_ gelukkige jeugd blijft het kind zijn ouders een leven lang dankbaar. OVIDIUS. j stond z. i. vast, waarbij spr. opmerkte, dat het zeker niet tot doodslag zou zijn gekomen, zoo de oude man Heins niet had herkend. Toen het echter zoo ver was, heeft v. d. Hilst het slachtoffer koelbloedig gewurgd. De buit was vooral voor Tinus, die gewend is met tienduizenden te wer ken, gering. Enkele dagen na den moord chanteerde hij reéds weer iemand in Den Haag voor dertig a veertigduizend gulden en daarna probeerde hij dit spelletje nog eens over te doen. Hij berokkent niet al leen zijn medemenschen veel leed, doch hij tracht ook anderen op het verkeerde pad te brengen. Deze man, die den bijnaam van Tinus den Godde- loozen heeft en die de zwaarste mis dadiger moet worden geacht van Amsterdam, is reeds 18 maal veroor deeld en heeft na zijn 17e jaar onge veer 30 jaren in de gevangenis door gebracht. Uitvoerig het verloop van zaken reconstrueerende, achtte spr. het ten laste gelegde wettig en over tuigend bewezen en meende, dat de maatschappij niet één keer de risico mocht loopen, dat deze man weer vrij komt, weshalve hij met den eisch kwam van levenslange gevangenis straf. Pleidooi van mr. Smal. De raadsman van verdachte, mr. Smal, kantte zich er in zijn pleidooi voornamelijk tegen, dat de Officier zijn bewijsvoering hoofdzakelijk had ge bouwd op de verklaringen van de bei de mede-daders waarmede de recht bank uiterst voorzichtig diende te zijn; pleiter ontkende voorts, dat opzet in het spel geweest was. Aan de hand van 'n arrest van den Hoogen Raad meende hij, dat doodslag niet bewezen kon worden geacht en dat hier alleen van diefstal met geweldpleging sprake kon zijn, waarbij hij bij het oordeel de cle mentie der rechtbank inriep. Na re- en dupliek en na een en thousiast betoog van verdachte zelf, waarin deze bij zijn ontkenning, per sisteerde, werd de uitspraak bepaald op 4 Juli. In een speciaal bericht meldde het Japansche hoofdkwartier Dinsdagmid dag: „Vijandelijke formaties, die de Marianen aanvallen, hebben op 15 Juni een bruggehoofd gevormd en hun troepen geleidelijk versterkt. Japansche bezettingstroepen gingen tot den strijd over en brachten den vijand steeds zwaardere slagen toe. De vijand concentreerde bij de Marianen talrijke vlootstrijdkrach ten, bestaande uit vliegkampschepen en slagschepen, zoodat vrijwel het grootste deel der Zuidzeevloot voor de Marianen lag. De Japansche vliegtuigen onder nemen thans dagelijks aanvallen. Volgens de tot dusverre ontvangen btrichtei^, zijn daarbij een slag schip, twee kruisers, een torpedo jager en een duikboot tot zinken gebracht en vier vliegkampschepen, twee slagschepen, vier kruisers, zes transportschepen en een oorlogs schip van niet-herkend type be schadigd. Meer dan 300 vijandelijke vliegtuigen werden neergeschoten. Aan onze zijde eenige verliezen aan schepen en vliegtuigen". Het bericht van het keizerlijke hoofd kwartier van Dinsdag, volgens hetwelk de vijand het grootste deel van zijn vloot in den Stillen Oceaan voor een eslissenden strijd in het gebied der Marianen gebruikt, wordt door mili taire kringen te Tokio met de aller grootste aandacht bestudeerd. De aan val op Saipan begon op 11 Juni. toen van vliegtuigmoederschepen opgeste gen vliegtuigen een hevig bombarde ment op het eiland uitvoerden. Nadat deze aanval vier dagen had geduurd begon de vijand op 15 Juni infanterie an tanks aan land te zetten. Ondanks de zwaarste verliezen zette hij deze operatie voort, ook toen de beide eerste golven van zijn landingseenhe den teruggeslagen waren. Door zeer groote hoeveèlheden menschen en ma teriaal in den strijd te werpen, slaagde de vijand er in in één sector van het eiland vasten voet te krijgen en nieuwe versterkingen aan land te zetten. In verbitterde tegenaanvallen der Japan sche bezetting lijdt de vijand nog steeds zeer zware verliezen. Naar uit het bericht van het hoofd kwartier blijkt, heeft Japan vooral de luchtmacht tegen deze vlootconcentra- tie in den strijd geworpen en door hel tot zinken brengen resp. beschadigen van drie slagschepen en vier vliegtuig moederschepen den vijand binnen tien dagen aanzienlijke verliezen toege bracht- Ofschoon ook de Japansche verliezen aan schepen en vliegtuigen aanzienlijk worden genoemd, wordt er op gewezen, dat deze vooral ontstaan zijn in de verdere krijgsoperaties met de nog steeds sterke vijandelijke vloot strijdkrachten. Van welk een beslissende beteekenis het bezit van Saipan voor den vjjand zou zjjn, bljjkt uit het feit, dat het be zit van een steunpunt op dit eiland de hoofdstad Tokio binnen den actieradius van vliegtuigen zou brengen, want de afstand bedraagt 2200 km, d.w.z., dat moderne bommenwerpers, die onlangs ook in den strijd zijn geworpen voor noord-Kioesjoe, den afstand in 5'h uur kunnen afleggen. Teneinde den vijand de mogelijkheid te ontnemen om zijn offensief tot in de kustwateren van het Japansche moederland te brengen, strijden thans de Japansche piloten en legerstrijd- krachten met een taaie verbetenheid tegen de materieele overmacht van den vijand, voordat de verdediging daar tot den beslissenden tegenaanval overgaat GERUCHTEN. Tegelijk met de invasie, Kwam er in óns vaderland, Een Invasie van geruchten, Hier en daar, aan allen kant. d' Een wist dit, de ander dót weer, Fantasie op groote schaal, Want het waren geen profeten, Maar fantasten, allemaal. Hoor eens even, beste menschen, Ik weet drommels, drommels goed, Dat de slag ook hier kan vallen, Indien God het niet verhoedt, Maar laat ons toch nuchter blijven, En niet zoo maar, een. twee, drie, Een paniekstemming gaan scheppen, Dat is idioterie. Denk wat meer en praat wat minder, Klaag en Jammer niet te vroeg, Waarom nood'loos zoggen maken? Heusch, die zijn er al genoeg. H. F. van Alkemaere. Nu de prijsaanduidingsplicht is uit gebreid over alle goederen, die op zoo danige wijze zijn uitgestald, dat zij van den openbaren weg af zichtbaar zijn, is van verschillende zijden de vraag gesteld, of grossiers, die bij hun magazijn een vitrine hebben, de daar in uitgestalde artikelen ook moeten prijzen. Het prijsaanduidingsbesluit 1941, waarvan de 'lierbovengenoemde uit breiding van den prijsaanduidingsplicht een uitvoeringsvoorschrift is, heeft de zen plicht van den aanvang af tot de kleinhandelaren beperkt, zoodat thans slechts alle kleinhandelaren hun uitge stalde goederen moeten prijzen. Een grossier, die artikelen voor den verkoop aan detaillisten in een vitrine uitstalt, behoeft deze niet te prijzen. Hij kan volstaan met te vermelden, dat de verkoop uitsluitend aan kleinhande laren geschiedt. PUNTEN OP CASSABONS ALLEEN VOOR BILLIJKE VERDEELING. Dat- de z.g. koppelverkoop een onge oorloofde handelwijze is, is een feit, waarop de overheid reeds vele malen de aandacht heeft gevestigd. Den ver koop van een schaarsch artikel afhan kelijk te stellen van dien van andere, minder begeerde en dikwijls minder waardige artikelen is wettelijk een strafbare handeling, die ook in het oog van het publiek geen genade kan vin den. - Anders wordt het echter, wanneer de winkelier door het geven van een zekere puntenwaarde aan zijn cassa- bons het doel nastreeft de nog beschik bare schaarsche artikelen onder zijn vaste klanten zoo billijk mogelijk te verdeelen. De goede bedoeling zit hier voor, maar dit is in dergelijke gevallen van „particuliere distributie" dan ook een vereischte. wil de overheid, zooals zij tot nu toe heeft gedaan, dezen vorm van koppelverkoop toe kunnen staan. De overheid stelt zich op het oogenblik tevreden met het uitoefenen van een zeker toezicht en waakt er voor, dat men niet in uitwassen vervalt. Daarom ia hier ook de waarschu wing op hrar plaats, dat het toepassen van zulk em puntensysteem door win keliers in geen geval tot het bedrijven van concurrentie of tot een anderen vorm van zelfbevoordeeling mag lei den. Wanneer de enkele gevallen, die op dit gebied zijn geconstateerd, in aantal mochten toenemen, zou het on tegenzeglijk tot een verbod van het cassabonspuntenstelsel komen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1944 | | pagina 1