Instelling van de Republiek als vorm geving aan 't Indonesisch nationalisme Eén der meest besproken schepen der gealliëerde strijdmacht NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Reeds nu bonnen voor zes eenheden brandstoffen aangewezen 3Lua=,;. Regeringsverklaring over Indonesië De regering aanvaardi deze opvatting voor Java Geen abdicatie van het Koninkrijk EEN JAAR BEVRIJD Twee Meidagen Kijkjes uit Voorraadvorming voor hef seizoen '46 '47 Kousen en sokken Dienstplichtigen naar Indië Weerbericht. Bij de thuiskomst van Hr. Ms. „Tromp" De Jappen spraken van hef Spookschip r -"3MM 's Levens Venster EEN DAG OM TE DANKEN Mussert had een onvoldoende voor Duits Grepen uit het nieuws VRIJDAG 8 MEI 1946. We Jaargang No. 9786, HELDERSCHE COURANT VERSCHIJNT DAGELIJKS Advertenties 11 cent per millimeter Telefoon 2345, Den Helder. Directeur'. S. KONING. Hoofdredacteur: J. BLJLSMA. Uitgave: N-V. Uitg. Mfj. HolL Noorderkwartier, ABONNEMENT PER KWARTAAL: Stad en omgeving ƒ2.60. Postabonnementen ƒ3.00. Gironummer 16066, N.V. Drukkerij v.h. C. de Boer Jr. Gistermiddag heeft in de Tweede Kamer der Staten-Generaal Prof. Dr. J. H. Logemann, minister van Overzeesche gebiedsdelen, de regeringsverklaring af gelegd over Indonesië. Wy ontlenen daaraan het volgende: De minister wees er op, datnoggeen volledige overeens t em - Uing werd bereikt. Het overleg is nog niet ten ein.de, zal in tegen deel o n v e r w 1 d worden voortgezet en h'et spreekt vanzelf, dat het bij een dergelijke staat van zaken niet opportuun kan worden geacht om alle pogingen en suggesties, die het voorwerp van onderzoek hebben uitge- De regering is overtuigd, dat zijn gemaakt in het b e - van de wederzijdse stand- maakt, in het publiek te brengen, er wezenlijke vorderingen grijpen en waarderen punten van de partijen. Tegenover de regeringsverklaring van 10 Februari 1946 heeft de nationalisti sche beweging aanvankelijk het stand punt ingenomen, dat de erkenning van de „Republiek Indonesia" als souverei- ne staat uitgangspunt behoorde te zijn, hoezeer zij ook op die grondslag een nauwe staatkundige band met Neder land en een nauwe samenwerking op alle gebied van harte welkom heette. De Nederlandse regering van haar kant heeft zich uiteraard op het standpunt gesteld, dat een dergelijke constructie niet in overeenstemming kon worden geacht met de verantwoordelijkheden, die aan het Koninkrijk der Nederlanden ten aanzien van Indonesië toekomen, noch met die. welke het vooralsnog in de internationale gemeenschap met be trekking tot Indonesië zal moeten dra gen. Uit de impasse. Uit de impasse, waarin de pogingen, om tot een vreedzame oplossing van het conflict te komen, dreigden te ge naken, scheen zich een Uitweg voor te doen. toen bleek, dat in Indonesische kring waardering bestond voor de wij ze, waarop in Indo-China een analoge moeilijkheid tussen Frankrijk en de re publiek Viet-nam, waarin het voorma-, lig keizerrijk Annam zich had getrans. Vandaag een jaar geleden golfde door de straten van onze steden, een onaf zienbare vlaggenzee. Dansend en jui chend ging het „jonge volk" langs de wegen. Er was vreugde, want van onze schoudeiü was afgenomen de last van vijf jaar tyrannie, van concentratie kampen, van massa-excecuties en men senjacht. We stonden vol verwachting voor de nieuwe tijd, die nu komen ging. Weg angst, weg honger, weg zor gen. Nu was er vrede waarnaar we van dag tot dag, van week tot week, van maand tot maand hadden uitge zien en nu zouden de beloften vervuld worden, die de regering aan de over kant ons telkens had beloofd en waaraan wij ons hadden vastgegrepen. Vandaag gedenken we in dankbaar heid de verlossing „uit zo grote nood". Vandaag maken we de balans op. Er is In het jaar dat voorbijging veel be reikt. Walcheren, de tuin van Zeeland is weer droog. Dat heeft een ontzagge lijke inspanning gekost en het heeft de bewondering gewekt van het bui tenland. Evenzo, de Wieringermeer! Over enkele maanden golft het koren op eindeloze vlakten, waar vorig jaar, door een waanzinnige daad van den bezetter, het water drie nieter hoog stond. We hebben weer gas, electriciteit, kolen. De fabrieksschoorstenen roken, de treinen rijden, bruggen zijn hersteld, huizen worden opgebouwd of zijn be woonbaar gemaakt. Er is werkelijk heel veel dat tot grote dankbaarheid stemt en dat ver trouwen geeft in de toekomst. Ook vooral het vertrouwen, dat men in het buitenland voor ons land heeft, geeft hoop op een snel en krachtig herstel van ons economisch leven. Er is helaas ook veel, dat we op de creditzijde van de balans van dit jaar aantreffen. De geest van lamlendig heid is bij velen nog niet overwonnen. Er zijn nog tevéél Nederlanders, die parasiteren op de arbeid van anderen. Er is nog veel zwarte handel, er is veel corruptie, toj zelfs in de hoogste kring, er is veel ambtenarij, die een Vlotte gang van zeken remt. Wie nuchter is, verbaast zich echter niet over deze dingen. Het zijn de na weeën van vijf jaar misdaad. Wij zul len echter hoofd voor hoofd tegen de ze geest moeten vachten, vechten te gen alles wat niet goed is en met de inzet van onze eigen persoonlijkheid staan naar het goede, naar rechtvaar digheid, naar eerlijkheid. We zullen moeten begrijpen dat het ook gaat om onze arbeidskracht bij de opbouw van ons land. Niet bij de pakken neer blijven zit ten, maar aanpakken, dat is de leuze. We gaan een nieuw jaar in, het twee de vredesjaar. De uitkomst daarvan zal ook afhangen van onze wil het goede te do"i en het kwade afrijden.. formeerd, tot oplossing was gebracht. De lt.-gouverneur-generaal heeft daar op het initiatief genomen tot een be nadering van het vraagstuk langs deze lijnen, waarbij hij echter uitdrukkelijk op de voorgrond heeft gesteld, diat hij niet gemachtigd was de grenzen van de verklaring van 10 Februari 1946 te over schrijden en dat zijn medewerking dus geen andere betekenis had dan deze, met de Indonesiërs tezamen een weg te exploiteren, waarlangs men aan het gevaar van afbreken der besprekingen zou kunnen ontkomen. Het resultaat van dit onderzoek is geweest een ont werp preliminaire overeenkomst, die voldoende belangrijke gedachten scheen in te houden om daarvoor de aandacht van de Nederlandse regering te vragen; maar opnieuw heeft de lt. gouverneur- generaal daarbij doen uitkomen, dat hij tegen de inhoud van deze preliminaire overeenkomst nog verschillende ernsti ge bezwaren koesterde. Hoe het worden zal. De hoofdgedachte van de tussen de Franse republiek en Vietnam gesloten copven'tion preliminaire is, dat Vietnar. als een „Etat Libre" deel zal uitmaken van de „Federa- tion Indo-Chinoise" en daarmede van de „Union Francaise". Deze gedachte, overgebracht op de toe stand in Nederlands-Indië, leidde tot het denkbeeld, dat de „repu bliek Indonesië" erkenning zou kunnen vinden als onderdeel van een federatief gemenebest Indone sië, dat zelf, overeenkomstig de verklaring van 10 Februari 1946, In verband met de kleine opper vlakte van ons. blad hebben wij van de autoriteiten toestemming ont vangen, des Zaterdags met een dubbel nummer te verschijnen. als deelgenoot zal optreden naast Nederland, Suriname en Curacao in het Koninkrijk der Nederlanden. Voor het Indonesisch nationalisme ligt de aantrekkelijkheid van een der gelijke oplossing hierin, dat zij het voortbestaan medebrengt, zij het in een meer beperkte betekenis, van de „re publiek". Het is inderdaad een feit, dat, ondanks en in elk geval geheel los van de wijze van ontstaan van deze organisatie, deze republiek in nationa listische kringen op Java algemeen, en ook buiten Java ten deele, beschouwd wordt als de vertolking van het diepe verlangen naar nationale zelf-expres- sie en zelfstandigheid. Het loslaten van de republiek mag men gerust stellen als een voor het geheele Javaanse nationalisme onver teerbaar denkbeeld. Omdat de republiek gevoeld wordt als de vormgeving aan het Indonesisch nationalisme, ligt het voor de hand, dat zij in beginsel aanspraak maakt op geheel Indonesië als haar territoir. Men erkent echter, dat op het ogen blik haar gezag dé facto beperkt is en vandaar de bereidheid om vooralsnog genoegen te nemen met een plaats als onderdeel van het geheel van Indone sië. (Zie vervolg pag. 2) 5 M e i 1945, Het rood-wit-blauw waait vrolijk van de toren Er breekt een jubel los: ons Neêrland is weer vrij! Een nieuwe tijd breekt baan, de dageraad zal gloren; De leeuw treedt uit zijn schild, verdrukking is voorbij. De stad, het dorp en 't land vertonen nog de sporen Van feilen strijd en haat en oorlogsrazernij. Maar heel de aard' zal deez' belofte horen: „De wereld leeft en bouwt en Neêrland is er bij!" 't Verdrukte volk heeft ketenen verbroken. Het werd geen slaaf, die bang de knieën boog. Het maakt de dijken weer, die werden doorgestoken; Het bouwt weer op en maalt de polders droog. Het land wordt weer geploegd, de schoorsteen zal weer roken En dankbaar blikt het vrije volk omhoog. 5 Mei 1946. En zo herdenkt het volk der Nederlanden Voor 't eerst de dag, de schoonste dag van Mei. Dat, na een tijd van druk, verbroken zijn de banden; Dat het verlost werd uit de slavernij. Er zullen in het land weer vreugdevuren branden. Het schip van staat, hersteld van d' averij, Wordt weer bestuurd door koninklijke handen; Het houdt weer koers, want Neêrland is weer vrij. Maar volk van Neêrland, breek nu dan ook de keten Waarmee ge onbewust nog steeds gebonden zijt. O, hoor weer naar de stem van Uw geweten, Verbreek de band van hebzucht, haat en nijd. Werp af het knellend juk en trijdt verbeten, Totdat ge ook in wezen zijt bevrijd. (Nadruk verboden). Ten einde de bevoorrading van de brandstoffenhandei voor het stoQk- seizoen 1946—'47 zo vlot mogelijk te doen verlopen is besloten reeds thans over te gaan tot de eerste bonaan- wijzing op de nieuwe brandstoffen- kaart T 606, met de uitreiking waar van de Distributiediensten op 11 Mei a.s. gereed zullen zijn. In verband hiermede moeten in het tijdvak van 6 t.m. 25 Mei a.s. de bonnen 60 en 61 van deze kaart bjj een brandstof- fenleverancier worden ingeleverd. Op elk dezer bonnen zullen drie eenheden vaste brandstoffen worden afgeleverd, zodra de handelaar op deze bonnen zal zijn bevoorraad. Ter voorkoming van queuevorming bij de brandstoffenhandelaren wordt het publiek aangeraden met de inlevering van deze bonnen niet tot de laatste week van de geldigheidsduur te wachten. Aan genomen kan worden, dat deze zes een heden vóór de intrede van het nieuwe stookseizoen zullen zijn afgeleverd zodat ieder gezin bij het invallen van de koude t over een voorraad kolen zal kunnen be schikken. Ten slotte wordt er de aandacht op gevestigd, dat aan hen, die pas bij de na-uitreiking in het bezit van de brand- stoffenkaart T 606 zullen kunnen worden gesteld, nog nader zal worden medege deeld, hoe zij in verband met de dan verstreken geldigheidsduur van de bon nen 60 en 61 moeten handelen. Alleen tegen inlevering van a-bon en punten. Kousen en sokken mogen door de handel alleen worden afgeleverd tegen in-ontvangst-neming van de bon a van de textielkaart Va 510 en de benodigde punten. Voor kousen, sokken en sportkousen moeten 4 punten worden ingeleverd, met uitzondering van onderkousen, ongemin- derde dameskousen (standaard) en ski sokjes, waarvoor thans 2 punten ver schuldigd zijn. Gisteren kwam de Tweede Kamer weer bijeen o.a. voor de kwestie der uitzending dienstplichtigen Overzee. De regering wenste artikel 192 der grondwet niet te schrappen, doch te wijzigen als volgt: „De dienstplichtigen, niet vallende onder art. 191, mogen zonder hunne toestemming niet dan krachtens een wet, naar Nederlands-Indië, Suriname of Curagao worden gezonden". De minister van Binnenl. Zaken, de heer Beel gaf te kennen, dat er door het ontwerp niets verandert aan de toestand. Het ontwerp werd aangenomen met 53 tegen 2 stemmen. WEINIG VERANDERING. Matige wind tussen Noord en Noord-Oost. Droog weer. Overdag plaatselijke wolkenvelden. Behalve in het Noorden van het land op de meeste plaatsen zonneschijn. 4 Mei: Zon op: 5.06. Onder: 20.08 Maan op: 7.05. Onder: 0.00 te be- B~ Vanmorgen om tien uur zal Hr. Ms. Tromp, het grootste schip van de Kon. Marine, dat sinds de bevrijding een vaderlandse haven aandeed, te Amster dam arriveren. Te IJmuiden zal o.a. de bevelhebber der zeestrijdkrachten, luit.-admiraal C. E. L. Helfrich, aan boord gaan. Met de aankomst van dit schip in het vaderland zal een roemruchte periode, niet alleen in het bestaan van dit schip, maar tevens in de geschiedenis van de Koninklijke Marine, worden af gesloten. H. M. „Tromp" is een van de laatste schepen, welke 3a hun afwezig heid in de oorlog naar Nederland terug keren. Het is tevens het langst wegge weest. Zeven jaar geleden vertrok dit schip naar Indië. In die zeven jaren is Hr Ms. „Tromp" een der meest bespro ken Nederlandse oorlogsschepen onder de gealliëerde strijdkrachten geworden. Het heeft daarmee een niet te onder schatten aandeel verworven in het hoog houd en van Nederlands aanzien buiten de grenzen. Het spookschip. Twee bijnamen verwierf het schip zich in die tijd: het „Geluksschip" en de imposante titel van „Het Spook schip". Voor het een, zowel ais voor het ander, was goede reden. Want Hr. Ms. „Tromp" is een gelukkig schip geweest. Het was h'et enige der grotere Neder landse eenheden, dat aan de vernietigen de slag, welke onze vloot bij de strijd om Indië in 1942 trof, ontkomen is, hoe wel het in -die strijd juist een uiterst krachtig aandeel had. Zijn optreden in het treffen bij Bali- waar de Japanners de zwaarste verlie zen in die periode werden toegebracht, is daar het sprekende voorbeeld van. In die slag joeg Hr. Ms. „Tromp" door een hel van Japans vuur, kreeg ettelijke voltreffers, maar ontkwam desondanks. De tweede bijnaam stamt van de Jap pen. Zij is van die zijde komend zeker toepasselijk, x ent de zonen van Ippon beroemde'- zich er tot vijf maal toe op, de Nederlandse flottieljeleider tot zinken te hebben gebracht, waarna het „Spookschip" tot hun ontsteltenis steeds weer opnieuw opdook. Tot het einde van de oorlog met Japan is Hr. Ms. „Tromp" in 't Verre Oosten ac tief geweest. De beide aanvallen op Sa- bang in April en Juli 1944 en die op Soerabaja in Mei van datzelfde jaar zijn hoogtepunten in de geschiedenis van het schip. De gealliëerde waardering over deze acties was groot; zij kwam o.a. van den toenmaligen Engelsen mi nister-president Churchill. Op z'n thuisvaart onderscheidt Hr. Ms. „Tromp" zich, door een groter aantal ex-krijgsgevangenen huiswaarts te voe ren dan tot dusverre enig ander oor logsschip deed. Met een halve beman ning voer Hr, Ms. „Tromp" op 20 Jan. van dit jaar van Batavia naar Bangkok, waar 184 ex-krijgsgevangenen aan boord kwamen. In Singapore en Makassar kwam er weer een aantal bij en tenslot te werd nog in Sydncy een gedeelte van de oude bemanning dopr krijgsgevan genen vervangen. Tijdens zijn afwezigheid heeft Hr. Ms. „Tromp" 320.000 zeemijlen afgelegd, hetgeen ongeveer veertien maai de om trek van de aarde is. ±4* .4t i - -K MM ■r 4* '-y ,f -TTT.- "4y s - 1 r;\e - m - vXj>v: :v? Er zijn van die woorden die bijna ge vaarlijk zijn om te gebruiken, die als ze gebruikt worden bij velen werken als olie op het vuur, als een vlam in een buskruitvat, als een rode doek op een 'tier. Eén van die woorden is het woordje: dankbaarheid. Bodelschwingh, cfe stichter van de wereldbekende inrichtin gen in Duitsland, zei altijd tegen zijn zieken. „Wie danken kan, is gezond ge worden!" Zeer juist gezien. Dankbaarheid maakt een mens mooi. Bij een ondank baar mens leest ge dit reeds ep het ge laat, zonder dat hij één woord zegt. Daar is niet één stemming des gemoeds', dat een mens zo intens gelukkig maakt, als de dankbaarheidsstemming Wie voor een genoten zegen dankbaar is, ontvangt daarin een nieuwe zegen, want de dank bare is tweemaal beweldadigd, allereerst met de gift van buiten, daarna met de vreugde om die gift van binnen. De gelukkigste mens vindj ge niet op de zachte divans en tussen de feestelijke bloemen, maar déér, waar de lamp van binnen brandt, waar u de geur en de charme der dankbaarheid tegen komt. Waarom zijn de sterren zo wonder mooi! Omdat ze alle licht, die ze van God ont vangen, weer terugkaatsen in zuivere gloed. Ons Nederlandse volk heeft vandaag stof te over tot danken en feest vieren, 't Is immers een jaar geleden, dat wij werden bevrijd uit knellende banden van tyrannieke overheersing. Wij hebben allen in meerdere of mindere mate on dervonden welk een ramp oorlog is. Wij, die deze ontzettende ramp moch ten overleven, die kunnen spreken van het nameloos leed en de zee van ellende die deze voorbijgegane jaren meebracht, danken voor de verkregen verlossing. Met eerbied gedenken wij hen, die ge vallen zijn, hen, die door de oorlog alles zijn kwijtgeraakt, huizen, bezittingen, méér: hun geliefde mannen, vrouwen, ouders of kinderen. Dankbaarheid ver vult ons hart dat deze gesel van ons is afgewend en wij Teeds een jaar mochten genieten van de door ons allen zo be geerde vrede. Deze dag moet een dag worden van dankbaar gedenken, een nationale feest dag, waarbij jong en oud, rijk en arm, vreugde bedrijven. Natuurlijk moet dit niet ontaarden in een hossen, een dansen tot diep in de nacht. Dat is niet in overeenstemming met de waardigheid van een nationale feestdag. Daarvoor is er nog te veel leed. Wij moeten ons beperken terwille van hen, die treuren. Wij kunnen nog in geen jaren onze herdenkingsfeesten vieren zoals vóór de oorlog. Er ligt een schaduw over ons herdenkingsfeest door het vele dat gebeurd is. Daarom is het nodig ons te herinneren dat er weduwen en wezen zijn en vele ouders, die hun kinderen moesten missen, die een onherstelbaar verlies hebben geledén. Er zal een minuut stilte zijn. Best! Maar dan moet 't niet worden: een minuut dodenherdenking en verder vele uren mu ziek en feestroes. Dat zou een blaam op ons volk werpen. Zondag worden in alle kerken, dank stonden gehouden. Als dankbare mensen willen wij gedenken, wat God gedaan heeft. Wij gaan ons tweede vredesjaar in met het bekende vers uit ons volkslied: „Mijn schildt en mijn betrouwen, Zijt Gij, o God, mijn Heer! Op U zo wil ik bouwen, verlaat mij nimmer meer". In de archieven van het Rijks instituut voor oorlogsdocumentatie berusten enkele schoolrapporten van den leerling, A. A. Mussert uit de tijd, toen hij nog de H. B. S. te Gorinchem bezocht. Wij vernemen hier uit het orgaan van genoemd instituut over het rapport over de maanden Jan. en. Febr. 1910 o.a.: Nederlands 6, Frans 6, Duits 4, Engels 7, geschiedenis 7, wiskunde 5, natuurkunde 6, kosmografie 8, scheikunde 7. Hoezeer ir. Mussert veelal te wor stelen had met de Duitse taal, blijkt uit de laatste regels van een geluk wens aan Hitier, daterend uit 1943 en waarvan een facsimile in het or gaan van het Rijksinstituut voor oor logsdocumentatie is opgenomen. Mussert besloot de brief: „In nationalsozialistischer verbun- denheit und unzerbrechlicher treue". Eerst streepte hij zerbrech door en maakte erverbrilck van. Tenslotte streepte hij dit weer door en kwam hij tot de juiste spel ling „unverbrechlicher". ons van dat Zondag1 a.s. spreekt Prinses Juliana over de beide zenders van Hilversum in het Nat. programma van 13.tot 13.15 uur. Te Washington is op 1 Mei de overeenkomst van Nederland met de V.S. betreffende een aan land te verlenen crediet 200.000.000 dollar ondertekend. Het eerste Ned. vliegtuig, 30.000 tulpen naar Moskou bracht, is gisteren in ons land teruggekeeid. De speciale Ned. bloemententoon stelling te Moskou heeft een groot succes De laatste 250 geïnterneerden uit Cheribon, w.o. 150 mannen mo gen thans naar Batavia vertrekken. Prof. Scholten, lid der- Eerste Kamer en voorzitter van de Grote Adviescommissie der Illegaliteit, is op een reis naar Canada overleden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1946 | | pagina 1