EEN GENERATIE
IN GEVAAR
Bij de 100ste geboortedag
Een visser deed een vondst in zee
\erbeter de jeugd en begin bij
de ouders
Wij spelen Bridge
„Hongaarse harten, in
een flespost opgesloten
n.
De boodschap kwam terecht
Wij luisteren morgen naar.
CHANTAGE
Als de duisternis valt over de grote steden, de neonreclames opgloeien
en het asfalt de straatlantaarns en étalagelampen weerkaatst, begint er, vóór
het nachtleven aanvangt, een stroom van jonge mensen de straat te bevolken.
Jonge mensen, kinderen nog, zwalken langs de brede boulevards, maar ook
door de stegen en steegjes van de achterbuurten. Zij leven daar hun nevel
achtig bestaan, stiekum en in het verborgene, omdat zij voelen, dat wat ze
doen, het licht niet verdraagt.
Aan de zelfkant.
Waar de oude bruggetjes over de
Amsterdamse grachten welven en
het stille water roerloze weerspie
gelingen geeft van de bomen en
lantarens op de wallekani, lopen ze
op en neer, de jongens <en meisjes,
onze spes patriae. De jongens on
verschillig, slenterend, handen in de
zakken, de meisjes gichelend en
gekheid makend.
Die jonge mannon en vrouwen
vormen de bloem van onze natie,
z<i *Ün het geslacht waarop ons
land moet kunnen voortbouwen,
maar zjj zien er uit als wat zjj drei
gen te worden, parasieten, die ve
ge te rei/ aan de zelfkant van de
samenleving.
De Jongens roken zwarte sigaret
ten én praten schunnigheid en de
meisjes doen daar even hard aan
mne. Hun haren z(jn naar de nieuw
ste mode opgemaakt, ze dragen het
omhoog gekapt of in lange krullen
op hun schouders, hun figuurtjes zjjn
gehuld in bontmantels of kwieke
deux-pieces. Uiterlijk zijn het hele
dames, maar inwendig schreit hun
ziel, ondanks hun glimlach en hun
bevallige manieren om werlossing uit
de poel der ellende.
De bedragen, die door deze kinde
ren worden uitgegeven grenzen aan
het ongelooflijke en men vraagt zich
af, waar komt het geld vandaan
Zwarte handel is voor de jongens ge
makkelijk genoeg te bedrijven, en de
mesjes weten er ook wel aan te ko
men, op een manier, die hen niet eens
risico bezorgt van politie-razzia's.
Het risico, dat ze lichamelijk lopen,
komt tot uiting in de ontstellende
toename van het aantal geslachts
ziekten, waarvan de jonge mannen
dan later door besmetting ook weer
het slachtoffer worden.
En in het centrum.
,3!
Niet alleen in de donkere stegen
en op de grachten wordt dit kwaad
bedreven. Het wortelt overal in de
grote stad. Waar de luxueuse bars
en dancings gegroepeerd zijn om
de boulevards en de pleinen, waar
het warme licht door de grote
spiegelruiten naar buiten straalt
of, en dit nog veel vaker, verborgen
blijft achter weelderige velours gor
dijnen, daar zoekt en vindt ook de
jeugd een vermaak, dat niet bij hun
jonge leven past en funest werkt op
hun lichaam en geest.
Ouders, let op uw saeck!
En dat alleen, omdat zovele
ouders niet meer heseffen, dat ze
plichten hebben, dat ze hun kinde
ren dienen op te vqeden tot vol
waardige leden der maatschappij,
en ze niet maar de vrjje hand mo
gen laten en ze laten rondzwalken
langs 's Heren wegen. De ellende
begint hjj de ouders!
W ij hebben binnen onze grenzen
kinderen wier vaders Duitsers zijn of
Canadezen of Amerikanen, die zelfs
hun vader nooit hebben gekend. Bijna
30.000 bedraagt hun aantal. Dertig
duizend kinderen hebben geen vader
in ons land1 Hoeveel vaders en
moeders zijn er niet, die 's avonds niet
eens weten, waar hun kinderen zijn,
wat ze doen, die lichtvaardig gelo
ven alle smoesjes en uitvluchten, die
het kroost wenst te bedenken, om
weg te komen en toe te geven aan
hun zucht naar rjdel en wuft vermaak
en erger?
Hebben wij dan geen organisaties,
die zich belasten met de zorg over
deze jeugd. Zeker, hebben wij die.
D ar is de padvinderij, met al zijn
geledingen, daar zijn de V.C.J.B. en
de V.C.J.C., daar zijn de clubhuizen
van de Arend, de A.M.V.J., de ka
tholieke organisaties. In totaal zijn
QIE SCHUIT
GAAT 0NÖB2-
STEBOVEM
Nog een gevaar!
En tal van firma's hebben dat
voorbeeld gevolgd, zo sterk zelfs,
dat hierin 'n gevaar is gaan schui
len. Er bestaat namelijk geen con-
tróle op deze besteding van vrije
tijd. Want men bepaalt zich niet
alleen tot het onderwijs, maar or
ganiseert gezellige av onden, vaoan
tietrips e.d., zoals vaak blijkt uit de
advertenties, waarmee het toekom
stig personeel wordt verlokt.
De N.J.G. riep de stichting „Kamp
vreugd" in het leven, die ontspan-
nings-ce^tra ter beschikking zal
stellen en ook op deze manier hoopt
men veel goed werk te kunnen ver
richten.
Hoewel de problemen groot zijn, de
verdorvenheid onder de jeugd ont
stellend, de zedeloosheid enorm, mag
er toch een hoop gekoesterd worden,
dat door eendrachtige 'samenwer
king tussen alle betrokkenen iets
goeds geboren zal worden, tot heil
van ons vaderland en van onze jonge
Nederlanders in het bijzonder.
W. OLIEMANS.
Allereerst het groot-slam-schoppenspel
uit onze vorige rubriek.
De kaart verdeling was als volgt:
S. heer, 8, 5
H. heer, vrouw, boer
R. 7, 8, 2
KI. boer, 9, 5, 4
S 7, 4,8 S. 6, 2
H. 9, 8, 7, 6 H- 3> 2
R. vrouw, 8, 5 R- boer, 10, 4,
KI vrouw 7, 3 KI. 10, 8, 6
S. aas, vrouw, boer, 10, 9
H. aas, 10
R. aas, heer, 9
KI, aas, heer, 2
Zuid moest op dit spel groot slam
schoppen spelen. West kwam uit met
harten 9.
Zuid moet trachten ruiten 9 en klaver
2 weg te krijgen. Hij neemt daarom de
eerste slag met harten aas in eigen
hand en speelt daarna tweemaal troef.
Hij moet sch. heer in Noord laten lig
gen om een kaart te hebben, waarmee
hij in N. aan slag kan komen.
In de vierde slag speelt hij aas en
heer van klaver en gaat dan met harten
10 naar harten heer en speelt de vrouw
na, waarop klaver 2 weggaat.
Dan speelt hij klaver 9 uit N. en
troeft deze af.
Daar zowel Oost als West klaver be
kennen is de klaver boer in N. vrij.
HIJ gaat nu met sch. 9 naar ach. heer
en speelt klaver boer, waarop ruiten 9
weggaat De rest is dan voor Zuid. Mis
schien wilt U het nog eens naspelen.
Volgende maal een ander spel.
Systemen.
Bij het spelen van wedstrijden, voor
al in competitie-verband bij de Ned.
Er. Bond, wordt steeds gevraagd, welk
bied-systeem men volgt.
En nu is het antwoord op die vraag
natuurlijk heèl gemakkelijk, wanneer
men een van de erkende systemen volgt 94)
zoals Culbertson, Goudsmit, Weense
systeem, enz.
Deze systemen ztjn ln druk versche
nen en kunnen door lederen serieuzen
liefhebber bestudeerd worden. Maar
er ztjn zoveel paren, die zeggen de
„klaverconventie" te apelen en als
men naar een uitlegging vraagt, komt
er een verhaal van eigen gemaakte
conventies, die bij ieder weer verschil
lend zijn en tot tal van verwarrende
situaties leiden. En als dan de leider
geroepen wordt om de toelaatbaarheid
goed ot af te keuren, geeft dit aanlei
ding tot zeer vervelende discussies.
Waarom toch deze eigen maaksels? Een
goed gefundeerd systeem kan niet arv-
ders dan op de duur de grootste vol*
(joeplng gevefl, -
....EEN VERMAAK, DAT NIET BIJ HUN JONGE LEVEN PAST.
er een 400 verenigingen, die zich op
dit terrein bewegen. Deze verenigin
gen werkten tot nu toe echter los
van elkander, zonder enig verband,
hoewel de laatste tijd de N.J.G., de
Nederlandse Jeugdgemeenschap, veel
goed samenbundelend werk heeft ge
daan.
Een tiende procent!
En weet U .hoeveel er op de be
groting is uitgetrokken voor de
jeugd, waarmee wj) dan bedoelen
de sport, sociaal jeugdwerk, vrije
jeugdvorming? Het bedrag van 5'/2
millioen. Dat Ijjkt een kolossale
som, maar hebt U wel een begrip
van de totale omvang van onze be
groting 1947? 5.500.000.000 gulden
prjjkt daar op. En dit betekent dus,
dat voor de jeugd één tiende pro
cent is gereserveerd. Inderdaad,
voor een zo belangrijke taak een
bedroevend schijntje.
Gelukkig zitten de jongerenorgani
saties niet bjj de pakken neer. De
N.J.G. heeft zich tot de regering ge
wend met het verzoek, een studie
commissie te benoemen teneinde alle
verspreide bepalingen in de ver
schillende wetten, die op de jeugd be
trekking hebben, samen te voegen in
één „Jeugdwet". Het is namelijk zo,
dat er in allerlei wetten voorschrif
ten zijn te vinden, Onderwijswet, Njj-
verheidswet, Arbeidswet, Veiligheids
wet, zelfs Schepenwet en Schepen
besluit. In die commissie zouden zit
ting moeten nemen een aantal ver
tegenwoordigers uit de onderwijs
wereld arbeidsinspectie uit de jeugd
organisaties en het bedrijfsleven,
waarbij ook de vakbeweging een
stem in het kapittel dient te hebben.
Waaraan wij behoefte hebben is een
wettelijke regeling, vooral voor het
algemeen vormend onderricht. Wij
zeggen een wettelijke regeling, want
in de practjjk bestaat dat al «lang.
Hoeveel fabrieken en grote bedrijven
zijn er niet, die binnen eigen muren
een bedrijfsschool hebben voor hun
personeel.
ten half Jaar geleden vermeldde een simpel berichtje ln onze courant,
dat een Helderse visser, de heer Rensmaag, uit zee een fles had opgevist met
*en Hongaars briefje erin. Door bemiddeling van den heer Kousbroek kon
dit vlekkerige briefje met de vele handtekeningen worden vertaald, waarbty
bleek dat het briefje door Hongaarse krijgsgevangenen in Juni 154« „per zee
post" was verzonden. Het bevatte een groet aan hun familieleden in het
moederland.
Hoe deze groet daarheen over te bren
gen? Een adres werd in het briefje niet
genoemd Een Hongaars consulaat was
Nederland niet rijk En daarom zond mej
Kousbroek het briefje, met een aparte
toelichting in het Frans, Duits en Engels,
aan het krantenbedrijf HIRLAP te Buda-
pest
Na vUf maanden het antwoord
Vijf maanden gingen voorbij, tot op een
winterse morgen een felgele envelop aan
het adres Loodsgracht 72 bezorgd werd,
afkomstig van de uitgeverij HIRLAP De
envelop bevatte een Hongaarse courant
en een in het Frans gesteld briefje, dat
vertaald als volgt luidde:
„Mejuffrouw! Met grote vreugde en niet
minder belangstelling hebben wij Uw brief
gelezen In het nummer van „HIRLAP"
van 12 December 1946 hebben wij een ver
taling ervan ln het Hongaars gepubli
ceerd, alsmede de boodschap die in de
fles gevonden werd, met alle handteke
ningen Wij zyn ervan overtuigd dat de
familieleden van de afzenders ln de wol
ken zyn met deze maritieme boodschap!"
De bygevoegde courant had een flink
artikel aan de „flespost" gewyd Na een
korte Inleiding en het citeren van het
drietalige briefje van mej Kousbroek zegt
de schryver van het artikel:
„Hongaarse harten in een flespost op
gesloten! Uit de op sneeuwwit papier
geschreven brief kwam een klein
briefje rollen Het papier was een
beetje gescheurd en op verschillende
plaatsen was de Inkt een beetje door
gelopen Het was in vieren gevouwen
Toen wy het bericht lazen, werd ons
de keel dichtgeknepen.... Wat zouden
onze eenzame landgenoten gevoeld
hebben, toen zy de fles op de golven
van de Noordzee zagen wegdryven? En
wat zal de Hollandse visser gedacht
hebben, toen hy het Hongaarse hart
in zyn net opviste?
Nog meer correspondentie
Ten bewyze, dat het ln de HIRLAP-
courant geplaatste artikel ook gelezen
was door familieleden van de flespost-
afzenders, kwam een paar weken later
een brief uit het Hongaarse plaatsje Szob,
gedateerd 6-l-'47, en geschreven door de
vrouw van één der ondertekenaars van
het uit zee opgeviste briefje
Deze vrouw schryft oa „....het door
U gestuurde bericht !n één van de «loe-
dapester bladen geeft my de moed
deze brief te schryven aan het goedhar
tige Hollandse meisje dat zo lief was om
ons uit de verte gerust te «tel'en ever
onze gevangenen Ik ben moeder van ze
ven kinderen Eén zoon heb ik aan het
front verloren, de andere twee en myn
vier dochters zyn hier aan het werk Maar
de verdienste is zo klein dat wy amper
de voeding kunnen kopen die voor ons
zo noodzakeiyk ls Daarbij komt dat myn
jongste dochter doordat wy byna vier
maanden in een bunker moesten wonen,
t b c-iydster geworden is We hebben heel
veel ellende meegemaakt voordat de Duit
sers wegtrokken Toen we naar onze wo
ningen terug konden keren vonden we een
totaal leeggeplunderd huis terug We ge
ven niemand de schuld ervan, want sol
daten moeten Immers ook leven
Nu zou ik graag een beroep op U wil
len doen, of U misschien wat oude kleren
en schoeisel onder Uw kennissen en
familieleden kan bemachtigen Alles is
van harte welkom, al is het nog zo oud
De maten van de schoenen zyn 36, 37,
en 39 God zal U voor Uw moeite zegenen
In het geval dat U niets heeft, schryft U
dan evengoed, want wy zyn toch dank
baar, want Holland ls na de vorige oor
log ook zo goed voor de Hongaarse kin
deren geweest!"
(Van een bijzonderen medewerker.)
0e 11e Februari van dit jaar zal
het 100 jaar geleden zijn, dat
Thomas Alva Edison geboren werd.
De toepassing van zjjn uitvindin
gen heeft een ware revolutie teweeg
gebracht in de beschavingsgeschie
denis van de vorige eeuw.
De grote uitvinder werd geboren
in Milan (Ohio) en verkocht nog
v6ór hjj 15 jaar oud was, kranten,
tijdschriften en versnaperingen ln
de trein, die zjjn woonplaats pas
seerde.
Hij besteedde zijn vrije tijd in een
laboratorium, dat hij in een bagage-wa
gen van de trein had geïmproviseerd en
tussen de reizen door studeerde hij in
een Openbare Leeszaal in Detroit. Later
werd hij telegrafist in verschillende
sleden. Hij begon zijn carrière als uit
vinder, toen hij 16 jaar was en paste
zijn eerste producten toe bij zijn eigen
werk om arbeid te sparen. In 1868 dien-
ce hij zijn eerste patent-aanvraag in
voor een electrisch apparaat voor stem.
registratie bij de verkiezingen.
Enige jaren later opende Edison een
laboratium voor electriciteit en, bij zijn
werk aan verbeteringen voor telegraaf-
apparaten vond hij de „resonator" uit
voor het analyseren van geluidsgolven.
Hij ontwikkelde de eerste phonograaf.
een machine die met de hand gedraaid
werd in een laboratorium, dat hij in
lichtte in Men'o-park, New Jersey. In
1887 ontwierp hij een phonograaf met
systeem voor electrische energie uitge
vonden, waardoor lampen op verschil
lende punten stroom konden ontvangen
van een centrale en hij heeft de eerste
c'ejtrische licht-centrale ter wereld
ontworpen, welke in Pearl Street in
New York City onder zijn leiding en
toezicht werd gebouwd en die in 1882
in gebruik werd genomen. Onder Edi-
son's andere vindingen noemen wij nog
de accu, het sextuplex telegrafisch
overbrengingssysteem, de film-camera
en projector, de electrische automobiel,
de dicteer-machine «n de dynamo, die
ieidde tot de ontwikkeling van de
e'ectrische spoorwegen.
JTdison bezat meer dan 1.200 Ameri
kaanse patenten. Tijdens zijr» leven
werd hij door de gehele wereld geëerd
voor zijn werk op het gebied van de
electrische wetenschap.
In 1889 werd hij benoemd tot Comman
deur van het Franse Legioen/wan Eer.
In 1892 ontving hij de Britse Albert Me
daille, en in 1908 de John Fritz Me-
callle van de Amerikaanse Ingemeurs-
Vereniging. In 1914 schonk Duitsland
hem de Rathenau-medaille. Hij werd in
1927 tot lid gekozen van de Amerikaanse
Nationale Academie van Wetenschappen
en een jaar later kende het Congres hem
een medaille toe voor zijn wetenschap
pelijk werk. In 1929 werd Edison gehul
digd door een nationale viering van de
50ste jaardag van de electrische lamp.
Hij stierf in zijn woning in West
Orange, New Jersey op 18 October 1931.
Een groot man, aan w:en de wereld
onnoemelijk veel te danken heeft.
In 1947 zal de Emma-bloemcol-
lecte wederom in April worden ge-
.houden, de collecte, die steeds van
zulk een groot belang was voor de
verruiming van de kasmiddelen van
jtoi -M r-.1.-1v verruiming van ue Kasmiaoeien van
een motor en later produceerde hij de -amP hem op de weg jg plaatselijke verenieineen tot be-
E„„„,a...,.cyurf,rH.,
vervangen. tijdperk ln voor Amerika's levenswijze, de opbrengst komt volledig ten
In 1897 bracht Edison's ontwikkeling industrie, verbindingen en transportwe- goede aan de kas der verenigingen,
van de eerste practlsche electrische zen. Edison heeft ook het distributie- die haar houden.
zy verbaten niet!
Een tweede brief kwam een paar weken
later aan Ook deze sprak van d« nood,
die in het H-Tigarije van deze dagen
heerst „Wilt U een beroep doen op de
by U aanwezige Hongaren?", zo lezen
we, „of zy soms wat gedragen kleding
voor ons af kunnen staan Zodra wy in
een gunstiger toestand verkeeren zullen
wy hun dat vergoeden"
Ook deze brief herinnert aan hetgeen
Nederland een kwart eeuw geleden deed
voor zovele buitenlandse kinderen Kinde
ren, die nu op hun beurt vader en moe
der zyn geworden, en nu zo goed kunnen
begrijpen wat hun eigen ouders in en
na de vorige wereldoorlog hebben moe
ten doormaken
Het Hongarye van 1947 wy kennen het
als het land van de puszta's, van de
meeslepende czardas-muzfek uit onze
radio, van de kleurige klederdracht op
de film.... En wy denken er meestal
itiet aan, dat ook Hongarye zucht on
der de gevolgen van een oorlog Dat er
ook Hongaarse mannen, vrouwei en
kinderen zUn, die nog dageiyks uitzien
naar bericht van een verloren ge
waand familielid
Een beduimeld briefje, ln een fles gevon
den, bepaalde even onze gedachten by
Hongarye Het had ook een Frans briefje
kunnen zyn, of een Tsjechisch, een
Grieks, een Poolt, of wat dan ook En
dan waren onze gedachten by een ander
land bepaald, waar de oorlog wel voorbij,
maar nog niet vergeten is
OP HUN POST. Ondanks de he-
vige koude blijven de persfotografen
voor het paleis Soestdyk op post, in
afwachting van de komende gebeurte
nissen. ahf P
Hilversum I (301 m) geeft nieuws om
7 u, 8 u, 1 u, 7 u, 8 u en 10 u NCRV:
7,30 NCRV-orkest 815 Kerkkoor
8.30 Morgenconcert 9 u Muzikale
wensen 9,30 Werken voor strijk
orkest '0 u Zangrecital 11 u Con-
cer door Willy Busch '2 u. Phil-Mil-
ler opnamen 12.40 Het omroepkoor
13,15 Orgelsbespeling 14.30 Het
verzorgen van snijbloemen 15,50
Hobo-recital 16,45 Voor jongens en
meisjes 17,35 Harmoniemuziek
19.15 Chr. Nationaal Vakverbond
19 30 Engelse les 20,08 Radio Phil-
harmonisch orkest 21 u Een bezoek
aan Engelse scholen 21,20 Zangver.
„Cecila" 22,30 Edwin Fisher 23 u
Londens Philharmonisch Orkest
Hilversum II (415 m) geeft nieuws om
7 u, 8 u, 1 u, 6 u, 8 u, 11 uVARA:
7,30 Muziek bij het ontbijt 8.50 Voor
de huisvrouw— 9 u Gram.muziek
9.50 Antoni Sala VPRO 10 u Mor
genwijding VARA 10,20 Voor de
vrouw 11 u Populair programnfa
12,35 Orgelspel Johan Jong 14 u
Voor de vrouw 15 u Voor de jeugd
15.45 Op bezoek bij zieken 17.45
Het rÜk overzee 18.15 The Rambler»,
19 u Ned. Comp. der lichte muze
VPRO 19,30 Lezing VARA 20,05
Dingen van de dag 2',30 Drie wen
sen 22.15 Melodie der verte 22.45
Orgelspel Joh Jong 23,15 Op vleu
gelen van muziek
door J. S. FLETCHEK.
Een doode man in een van mijn oude groe
ven", riep htj uit. „Wat zegt u? En hoe lang
denk Je dat bjj er al in gelegen heeft mijn
heer Puydale w
„Een paar maanden, mijnheer Shephard.
antwoordde de detective.
„Dan wordt het hoog tijd dat hij eruit komt"
zei Shephard. „Wanneer wou u dat werkje ge
daan hebben
„Zoo gauw mogelijk," zei Puydale. „Morgen
vroeg ala het u schikt."
„Weet je wat," zei de rentenier. „Laat m(j
dat maar een» opknappen. U komt om half
negen en dan zullen we eens zien of er zooiets
als een lijk ln de groeve ligt- U denkt var;
wel, wat
„Dat denk ik vaat en zeker," zei de detec
tive
„Praat er niet verder over", zei Shephard.
„dat geheim zal ik wel eens uitrafelen. Lieve
grut- En al» Je weet, dat ik honderden malen
er langs geloopen ben en nooit gedroomd heb,
dat er iets anders ln zat dan water. We zul
le» de zaak onderzoeken, morgen voor den
middag."
,-,En nu nog wat," zei Puydale. „We moeten
het stil houden. We moeten zorgen dat de
heele buurt er niet bjj staat."
„Laat dat maar aan mij over," zei Shep
hard.' „We zullen het stilletje» en netjes doen."
De twee heeren gingen weg. „Leuke, oude
vent," zei Byner.
,,'n Beste vent voor zooiets", zei Puydale
droog ..Moeten we mijnheer Eldrick of mijn
heer Collingwood niet op de hoogte brengen
van wat we gaan doen? Moeten zij er niet bij
z(jn?"
„Neen," zei Byner nz eenig nadenken. „Dat
ls altijd nog vroeg genoeg. En, wat denk Je
van Pratt?"
„Hem ln de gaten houden, bedoelt hel
Puydale. „En u zei daar juist, dat we hem we: En de moordenaar had zijn lichaam heel aardig
aan zijn lessenaar zouden vinden?"
„Dat i» waar, maar als htj nu eens van idee
veranderde", zei Byner. „Het kon geen kwaad
een oogje op hem t* houden."
„O, best", zei Puydale. „Ik zal er een man
netje op af sturen. Tenminste als we hem heb
ben moeten."
„Het zou me buitengewoon verwonderen, als
het niet zoo was!" zei Byner. „Ik ben er heilig
van overtuigd, dat Parrawhite's lijk in 4ie
groeve ligt."
Die overtuiging maakte, dat hh zoo tjselijk
kalm den volgenden dag Eldrlcks kantoor bin
nenwandelde, waar Eldrick en Collingwood za
ten te confereeren. De waarschijnlijkheid was
zekerheid geworden, boven lederen twijfel ver
heven. H(j sloot de deur en keek de twee an
deren veelzeggend aan. „Parrawhite's lt)k is
gevonden", zei htj-
Eldrick vloog uit zt|n itoel op. Collingwood
keek op met scherpen blik.
„Zooals ik dacht, zonder twgfel vermoord
bezwaard met oud roest, voor hij hem ln het
water smeet. Het zou er Jaren hebben kunnen
liggen. Dus dat ls klaar."
Eldrick viel dadelijk uit: „Pratt".
„Puydale zoekt hem", zei Byner. „Als htj in
de stad is, zal Puydale ons opbellen. Maar ik
moet zeggen, daar ben ik niet zoo gerust op.
Toen we in de stad terug kwamen, het lijk ligt
nu in deGroene Kan, vonden we Murgatroyd
op het politiebureau. H(j bekende alles omtrent
Pratt. En nu blijkt, dat Pratt Puydale en mt)
uit Murgatroyd'# winkel zag komen en daarna
heeft hij Murgatroyd natuurlek uitgehoord."
„Wat geeft dat?" vroeg Eldrick.
„Nu i» Pratt gewaarschuwd", zei Byner, „en
misschien heeft Pratt vannacht de beenen ge
nomen. Htj.
(Wordt vervolgd).