Anderhalve eeuw geleden werd
HEINRICH HEINE geboren
TERRA INCOGNITA door J. D. VAN EXTER
De Sint sloeg
- op hol
DE U.N.O. IS WELKOM IN
DEN HAAG
even
Durf ie L
Een van Duilslands grootste dichters
stierf te Parijs
Heine en Napoleon*
Heine en Duitsland.
Heine als romanticus.
Van B
eer tot
Boek
VAN NABIJ
EN yERRE
Wij luisteren naar
Maar liever in 1949 dan
Vliegtuig teruggevonden
volgend jaar
Op 13 December 1797 werd Heinrich Heine te Dusseldorf geboren, an
derhalve eeuw geleden dus. Zijn joodse ouders waren onbemiddeld. Een
rjjke oom te Hamburg nam daarop de taak op zich zijn neef Heinrich een
onbezorgde toekomst te verschaffen. Hij zou hem een plaats geven in de
manufacturenbranche! Wat op een volslagen fiasco uitliep! Maar diepere
indruk dan zijn mislukking als zakenman, maakte op de jonge dichter z'n
ongelukkige liefde, die hjj te Hamburg meemaakte. Nog jaren later ver
telden zijn verzen daarvan.
De universitaire studie lokte Heine meer. Hij bezocht verschillende
universiteiten, werd onder meer een bewonderaar van Hegel, en voltooide
op 28-jarige leeftijd zijn studie met een promotie. Tegelijk ging hij over
naar het Protestantisme, om, zoals hij het uitdrukte, door het doopbewijs
een entréebiljet te krjjgen tot de Europese cultuur!
Heine was een bewonderaar van Na
poleon. Van de Franse dictator dus, die
in Heine's jeugd het Rijnland, en ook
Dusseldorf bezet hield. In deze voor
ons wat vreemde verering stond Heine
niet alleen. Immers, het was Napoleon
geweest, die aan de Joden gelijke bur
gerrechten had geschonken. Toch was
hetdit niet alleen. Heine erkent zelf,
dat hij een „Bonapartist" was. Maar,
zo zegt hij er nadrukkelijk bij, ik prijs
niet zijn daden, maar slechts zijn geest;
niet zijn handelingen, maar slechts het
genie van deze man. Heine achtte het
een „kolossaal misverstand" dat Enge
land zo meedogenloos vocht voor de
vrijheid.
De geschiedenis heeft 'ons wat ver
standiger gemaakt. Wij weten intussen,
dat daden en geest, handelingen en ge
nie bij een dictator niet te scheiden
zijn; zij vormen één onverbreekbaar,
goddeloos geheel. En we zijn dankbaar,
dat Engeland in Heines dagen vocht
voor de vrijheid, en dat Engeland dat
in onze dagen opnieuw gedaan heeft.
Deze verhouding is minder gemak
kelijk aan te geven. Enerzijds hield
Heine van z'n land, van z'n geboorte
stad, van de Rijn en van de Harz.
.Deutschland hat ewigen Bestand
Es ist ein kerngesundes Land."
De sagen, verhalen, romances en
volksliederen van zijn land hebben
steeds een diepe indruk gemaakt op de
dichter. En toch is het onjuist om in
Heine een „echte Duitser" te zien in
de zin, zoals wij thans dat woord ge
bruiken. Want op de Duitsers zelf had
Heine scherpe en ernstige kritiek. In
een van zijn, natuurlijk verboden ge
dichten, zingt hij:
Noch immer das hölzern pedantische
Volk,
Noch immer ein rechter Winkel
In jeder Bewegung, und im Gesicht
Der eingefrorene Dünkel.
Het politiek reactionnaire, militaristi
sche Duitsland was Heine een erger
nis. In 1831 heeft hij zijn land, dat nooit
in volstrekte zin z'n vaderland gewor
den was, voorgoed verlaten. Hij vestig
de zich in Parijs en nam volop deel
aan de bloeiende, Franse romantiek.
Tot zijn dood toe is Heine in Frankrijk
gebleven, verlangend naar de Duitse
stromen en wouden, vaak ook naar de
Duitse ernst; maar toch met een inner
lijke afkeer van het land, dat eigenlijk
geen plaats voor hem had.
De vraag of het Nazi-Duitsland Heine
recht heeft gedaan, behoeft wel nau
welijks gesteld te worden. De Heine-
waardering was in Duitsland toch al
niet algemeen, 'n Paar gedenktekenen,
ter ere van hem opgericht, verdwenen
reeds vóór de komst van Hitier. En
toen de nationaal-socialisten aan het
bewind kwamen, werd de naam van
Heine definitief geschrapt. Het Heine-
huis te Hamburg werd het bruine huis.
De Heinekamer in de bibliotheek te
Dusseldorf werd gesloten. Volksliede
ren van zyn hand kregen tot onder
schrift: Dichter unbekannt.
Neen, het is juist dat Heine begra
ven ligt op het Parijse kerkhof van
Montmartre._ Zijn graf zou, evenmin als
zijn nagedachtenis, in zijn geboorte
land veilig geweest zijn.
Is het werk van Heine voor ons nog
leesbaar? Kunneif ook mensen, door
trokken van de geest van Oflze tijd, zijn
Proza en zijn gedichten nog waarde
ren? Mij dunkt, dat lukt! Maar toch
zult u zich even anders moeten instel
len. U zult weer moeten worden een
jongen of een meisje van zo'n jaar of
achttien. In die geesteshouding moet u
Heine lezen. Dan zult t' hem ook waar
deren.
Daarvan een enkele illustratie. Een
moeder en zoon, zo vertelt Heine, gaan
naar de heilige Moeder Gods te Keve
laar. De zoon heeft een gebroken hart.
Want zijn geliefde is gestorven. Nu
vragen beiden aan de Moeder Gods
genezing. Deze genezing wordt ge
schonken: de moeder vindt de jongen
dood. Slechts in de dood vindt een ge
broken liefde rust.
Je moet achttien zijn om dit mee te
voelen. Want onze geesteshouding is
toch doorgaans een ietsje anders:
Man stirbt nicht an gebrochnen
Herzen.
Sympathieker doet ons de ironie aan,
die uit Heines gedichten hier en daar
spreekt. De dichter laat zich vaak gaan
m zijn dromen én fantasie. Maar de
ironie roept hem tot de nuchtere wer
kelijkheid têrug. De dichter keek eens
over de rand van een schip in het klare
water, dat onder hem voorbij gleed.
Haar zag hij een hele Nederlandse!
stad verschijnen, met straten, plei
nen en mensen. Hij keek scherper, en
rag aan een raam zitten.zijn vroe
gere Hamburgse geliefde. Reeds strekt
d* dichter z'n armen uit, om z'n geliefde
te ontmoeten. Maar nog juist op tijd
grijpt de kapitein hem vast, met de
woorden: U bent gek!
Liefde en dood liggen voor Heine
vlak bij elkaar. Hierin steekt een die
pe waarheid. Maar slechts de romanti
cus blijft er bij staan, zonder terug te
keren tot de zakelijke werkelijkheid.
Voor de romanticus vallen de natuur
en de mensenwereld ook gedeeltelijk
samen. De dennen, de eiken, de bron
nen leven. Ook de mens heeft deel
aan dit alom vattend, goddelijke
leven. Er ontstaat een droomwereld,
een sprookjeswereld. En ook hier geldt:
men moet zich in een bepaalde stem
ming plaatsen, om dit mee te' voelen.
Maar van onze tijd is het niet meer.
Bergen zijn er om er overheen te trek
ken, niet om er bij te dromen.
Maar wanneer er slechts één lezer of
lezeres is, die een werkje van Heine
opzoekt om zelf te toetsen, of deze ro
manticus ook voor ons nog leesbaar is,
zal dit artikel z'n doel bereikt hebben.
Marianne Philips:
Tussen hemel en aarde
UITGAVE
AMSTERDAMSE BOEK- EN
COURANTMAATSCHAPPIJ 1947.
In dit keurig uitgevoerde bundeltje
is een zevental verhalen samenge
bracht, die gedeeltelijk reeds vroeger
waren gepubliceerd. Nu is het steeds
een waagstuk om aan gebundelde ver
tellingen één gemeenschappelijke titel
te geven. „Tussen hemel en aarde":
wie deze goed geschreven stukken zal
hebben gelezen, moet toegeven dat de
algemene titel goed gekozen is.
Dood en leven, tijd en eeuwigheid,
schuld en vergeving, geloof en on
geloof; het zijn begrippen die, hoewel
zij vrijwel niet genoemd worden,
toch de dragende achtergrond vormen.
Een Joods gezin verwacht op de
Faasavond de vader thuis; maar sol
daten brengen een urn met zijn as
Een schipper, die „de koningsweg" van
het water bevaart, durft ook op ande
re wijze „koninklijk" te handelen: hij
erkent zijn schuld. Een dictator speelt
met een vlieg, vijf minuten vóór hij
wordt doodgeschoten. Een piccolo ver
telt het Kerstverhaal in een schuil
kelder.
Kortom, wie een klein maar goed
geschenk wenst te geven, zal in dit
boekje niet teleurgesteld worden. N.
Copyright R.D.P.
ZEG MOET JE EENS
ZIEN WIE IS DAT
ER. ZIT MAAR. ÉÉN MAN
DE AFDELING IK HEB
DIE VENT NOOIT EER-
LAAT EENS K'JKEH
HE...DIE KEN IK,
GELOOF IK OAT
MOET DIE CHEF Z'JN!
DE BCÏUTALITE.IT..
BEL DIRECT DE
DE CHEF l& ZO GE ÏNTERESSEERD IN ALLE AU -
TOMATEN, WELKE H'J IH HET MOTORISCH CEN
TRUM ONTDEKT, DAT H'J VERGEET, DAT ZUN DA
DEN NIET ONOPGEMERKT KUNNEN BLIJVEN.
Men schrijft ons: Het gebeurde in
een van onze vredige Gelderse dorpjes
onder de rook van Zutphen in de afge
lopen Sint Nicolaasweek. De Sint had
zijn jaarlijkse bezoek gebracht aan de
plaatselijke scholen en stond op het
punt zich weer naar andere zoete en
stoute kindertjes te begeven. Plotseling
herinnerde hij zich dat hij vergeten
had een bezoek te brengen aan het
plaatselijk sanatorium waar nog steeds
n aantal patiënten, grotendeels slacht
offers van de afgelopen oorlogsjaren
verpleegd wordt. De Sint stelde zich
fluks in verbinding met zijn vertegen
woordiger ter plaatse, die spontaan
wou helpen de taak van de goede heili
ge te verlichten. Een bereidwillige
plattelander stond zijn paard af, een
trouwhartige merrie op jaren en het
muziekcorps toonde zich onmiddellijk
bereid met passende muziek voor op
luistering te zorgen. De tocht begon.
Sint op zijn bruin-schimmel door twee
man bewaakt, reed stapvoets sanato-
riumwaarts. Op gepaste afstand volg
de de muziek voorlopig enkel trom
melend. Op korte afstand van de in
gangspoort vond de waarnemend di
rigent het tijd voor een pittige mars.
Maar nu brak iets in de vernufte her
senen van onze aftandse merrie. Het
dier herinnerde zich wellicht vroegere
gloriedagen op concoursen hippique
etc. In ieder geval, het goede dier zet
te zich in postuur en schoot als een
geoliede pijl uit de boog weg, de ar
me plaatsverv.Sint op z'n rug.Als 'n
vqrige vlam zagen de omstanders Sint's
rode mantel nog tussen de bomen van 't
sanatoriumpark doorschieten en velen
verzoenden zich met 'n vroegtijdig ein
de van de plaatselijke heilige. Maar de
Sint had geluk. Onze merrie vond het
blijkbaar plotseling welletjes en ging
weer in gematigder tempo naar de
plaats van vertrek terug. Maar wat de
toeschouwers daar zagen, kunnen ze
slechts navertellen met van het la
chen ingehouden stem. De Sint miste
mantel, mijter en staf en slechts baard
en witte kleed herinnerden aan zijn
eerbiedwaardige uiterlijk. Maar nog
was alle leed niet geleden. Met een
laatste krachtsinspanning nam Sint's
ros een prachtige sprong en met een
sierlijke boog belandde Sint op het
verlengstuk van zijn rug in het zand.
Prijzen Staatsloterij
502e Staatsloterij, "5e klasse, 12e lijst.
1000.— 13306 14628.
400.— 1735 2088 5871.
200.— 4002 4844 10602 19643.
100.— 3036 4313 5585 6139
8018 10575 12283 15880
18896.
19. Waar denken jullie, dat Pim,
Pam en Pom heengaan met hun krant?
Wel, naar het bos natuurlijk, want
daar woont meester Uil en die kan
heel goed lezen.
20. Meester Uil moet hen helpen.
„Ah, daar heb je Pim, Pam en Pom",
roept hij, als hij de drie hondjes ziet.
„Wat komen jullie doen? Willen jullie
nu al naar school toe?" zegt hij lachend
De positie van Jakob Kaiser, leider
van de Christelijk-Democratische Unie
in Duitsland, wordt wankel. Een op
positiegroep onder Russische druk is
bezig hem weg te werken. Deze Jacob
is niet de eerste „Kaiser", die men in
Duitsland weggewerkt heeft.
Moskou gaat zich bezighouden met
de opleiding van diplomatieke verte
genwoordigers in het buitenland, die
in staat moeten zijn de belangen van
de socialistische staat te verdedigen.
Wij hebben altijd gedacht, dat wij hier
al meer dan genoeg van dje verdedi
gers hadden. De vrouwelijke ge
huwde telefonisten zullen vóór 1 Ja
nuari 1950 de koptelefoon moeten af
leggen en de diénst moeten verlaten.
Het hoofdbestuur van de P.T.T. is
blijkbaar van oordeel, dat gehuwde
vrouwen al kopzorgen genoeg hebben.
In de straten van Buenos Aires
hebben duizenden mensen na zons
ondergang een nieuwe heldere komeet
gezien. Het feit, dat men die komeet
alleen daar gezien heeft wettigt het
vermoeden, dat het wel een reclame-
truckje zal geweest zijn. Misschien van
een nieuw restaurant, die een opwek
king om te komen eten gedemon
streerd heeft. Voor de rijpere
jeugd zal weldra 350 ton pindakaas
beschikbaar worden gesteld. Wie be
denkt, dat de kaas weer in prijs ver
hoogd is en dat de pinda's schreeu
wend duur zijn, vraagt zich met be
langstelling af wat deze pindakaas
wel zal kosten. Een dienstbode
in een villa te Haarlem, die alleen
thuis was, kreeg bezoek van een on
geveer 30-jarige man, die blijkbaar of)
jr.cht naar levensmiddelen was, en
haar met een revolver in de hand
dwong een rondgang langs de kasten
met levensmiddelen te maken. Toen de
speurtocht niets opleverde verliet hij
kalm 't huis. Het enige, wat hij bij
deze jachtpartij gevangen heeft is
blijkbaar bot geweest. Geduren
de het afgelopen weekend is uit het
distributiekantoor te Leiden een be
drag van 25000 ontvreemd. Waar
schijnlijk door een illegaal werker, die
vergeten was, dat w\j niet meer in de
bezettingstijd leven. Het gebouw
van de Joodse Invalide is aan de ge
meente Amsterdam overgedragen, dat
ei een ziekenhuis in zal vestigen. Het
zal dus toch voor de invaliden bestemd
blijven. De onlangs ontslagen
commandant van het bewakingskamp
order Finsterwolde is wegens verduis
tering in arrest gesteld. De gevange
nen zullen wel niet veel medelijden
met hem hebben. Wat gij niet wilt,
dat U geschiedt
HILVERSUM I, 301 m., geeft Nieuws om
7, 8, 6, 8 en 11 uur. VARA: 7,30 Or
kest Billy Gatten. 18,18 Orgel.
8,40 Lichte morgenklanken. 9,30 Gra-
mofoonplaten. VPRO: 10,00 Morgen
wijding. VARA: 10,20 Radiofeullleton.
10,35 Liederen van G Faure, 10 55
Voor de arbeiders in de contlnu-bedrij-
ven. 12,00 Faudeville-orkest. 1,00 Pro
gramma van de Ned. Strijdkrachten.
1,30 „The Ramblers". 2,00 Ons Nederl
lied. 2,15 Harmonie orkesten. 3,00
Het verraad der Klerken". 3,15 Men
vraagt en wij draaien.... 4,00 Veertig
Jaar. 4,15 Amateurs. 4,45 Om en nabij
do .twintig. 5,15 Volksconcert. 8,15
Sportpraatje 6,30 Ned. Strijdkrachten.
7,00 Viool en piano, VPRO: 7,30 Voor
de jeugd 7,40 Jeugdnleuws. 7,45 Uit
zending voor Nederlanders in Duitsland.
8,08 Dingen van de dag. 8,15 Vlndo-
bona Schrammeen. 8,45 In de balzaal
9.15 Socialistisch commentaar. 9,30 De
zang van de maand December. 10,00
„Adriaan en Olivier" 10,30 Tango-
I.umba-orkest. 11,15 Hobby-hoek.
HILVERSUM II, 415 m., geeft Nieuws om
7, 8, 1, 7, 8 en 11 uul KRO: 7,30 Mor
gengebed. 7,45 Gramofoonplaten. 8.15
Pluk de dag. 9,00 Ochtendconcert.
9,30 Waterstanden. 9,35 Philadelphis
Symphonie-orkest. 10,00 Klein klein
kleutertje 10,15 Componisten ABC, -
11,00 De Zonnebloem. 11,45 Orgel.
12.00 Angelus. 12, #3 Myra Spruit
(viool). 12,30 Weeroverzicht. )2,55 Zon
newijzer. 1,15 Welk boek. 1,20 Om-
roep-orkest 1.40 Filmpraatje. 1.50
Gramofoonplaten. 2,00 „De Toneelkij
ker". 2,10 Gramofoonplaten. 2,20 En
gelse les. 2,40 Dansmuziek. 3,00 „Jon
gelui" 3,15 Concert der jongeren 3,45
KRO-Kiosk. 4,00 Musette-klanken.
4,20 Volkshogeschool. 4,30 De schoon,
held van het Gregoriaans. 5,00 „D«
Wigwam". 6,00 Piano, 6,15 Jour
nalistiek weekoverzicht. 6,30 Het elfde
afontuur van „Lord Jumpatit". 7,15
Katholiek nieuws. 7,20 „Het Orkest
zender Naam". 7,45 Banden die binden.
7.55 Orgel. 8,05 Actualiteiten. 8,13
De gewone man. 8,30 Wie weet hoe deze
plaat heet?. 8,30 Lichtbaken. 9,00
Negen helt de klok, 10,00 Stoelen aan
de kant.
Het Amerikaanse vliegtuig „C 47",
dat op weg van Rome naar Athene
vermist werd, is in de omgeving van
Balikasri (Turkije) teruggevonden. De
vier inzittenden hebben zich met hun
parachute in veiligheid weten te
brengen.
(Van onze Haagse redacteur).
Als de U. N. O. nu eens ingaat op de
uitnodiging, die dr. J. H. van Royen
namens de Nederlandse regering heeft
gedaan en inderdaad het volgend jaar
haar algemene vergadering in Den
Haag houdt, hoe moet dat dan alle
maal? Ik weet niet of u zich die vraag
heeft gesteld, maar mr. R. H. Woltjer,
directeur van het -Bureau voor Vreem
delingenverkeer in onze residentie,
heeft dat wel en hij heeft er zich even
bij achter de oren gekrabd. Weliswaar
beschikt hij over een ervaren staf. die
al vele malen internationale bijeen
komsten heeft.verzorgd en góed ver
zorgd, mag ik er als verslaggever van
zo menige dier bijeenkomsten wel aan
toevoegen maar die waren, hoe
groot'ook soms, nog nooit van zulk
een omvang,
W\j zitten tegenover elkaar en be
spreken het geval. „Natuurlijk", zegt
hij, „als de U.N.O. hier komt en de
regering draagt mij_ op alle nodige
voorbereidingen te treffen, dan zeg
ik bij wijze van spreken: komt in
erde, excellentie! Daarmee is dan het
eerste woord gesproken, maar voor
het laatste gevallen is, komt er heel
veel, enorm veel kijken. Buitenstaan
ders hebben daar geen idee van, ge
loof ik".
„Waar liggen de moeilijkheden? Is
het een kwestie van logies, van ver
gaderruimte, van vervoer, van uitrus
ting?"
„In de eerste plaats is 1948 een
bijzonder jaar voer ons. Daar is al
lereerst het regeringsjubileum van
H. M. de Koningin, dat met velerlei
plechtigheden gepaard gaat. En het
zwaartepunt daarvan valt juist eind
Augustus, begin September. Natuur
lijk zullen een deel van die gebeur
tenissen zich in de hoofdstad afspe
len. maar Den Haag zal zeker niet
achterblijven. Er wordt nu al reke
ning mee gehouden. Wij zullen er
onze handen vol aan hebben!"
6000 PERSONEN.
„Zijn er hotelkamers genoeg? Hoe
veel deelnemers telt zo'n algemene
ergadering
„Als wij goed zijn ingelicht omvat
ten alle delegaties b(j elkaar onge-
FEUILLETON
Door:
HILLEGONDA VAN REENEN
6.
Toen verscheen er een ander in de
straat, doelloos slenterend, de schou
ders opgetrokken, de handen diep in
de zakken, de voeten nauwelijks op
verend van het plaveisel. Zij kende
deze armoedige verschijning, de lapel
len van het jasjê opgezet over een
borst zonder overhemd, zij kende
deze fnagere, zwervende silhouet. Hij
zag er meer dan armzalig uit, daar
in die straat, die zich baadde in het
maanlicht. Zij dacht: „Ik ben benieuwd
of zij hem werkelijk de deur gewezen
hebbenZij hadden het niet mogen
doen!" Maar pensionhoudsters deden
het nu eenmaal; zij moesten wel; pen
sionhoudsters waren ook maar arme
stakkerds, die de grootste moeite
hadden om de eindjes aan elkaar te
knopen. „Waar gaat hij heen?" vroeg
Dolly zich af, terwijl zij zich jiaar
buiten boog. Hij sloeg de hoek om en
verdween in de zijstraat.
Dolly trok haar hoofd terug en keek
de kamer rond, waarvoor zij werkte
en zwoegde, waarvoor zij alles over
had. Als haar deur op slot was en
haar gordijnen dichtgetrokken waren,
heerste er hier, zelfs te midden van
wanhoop en fel oplaaiende hartstoch
ten, een weldadige rust. De kamer om
vatte haar als in een zusterlijke omar
ming. Zij behoorde er; en de kamer
was van haar. Een bezit. Een tehuis,
dat zij geschapen had; een plaats
waar het rustig en helder was. Het
eigendom van Dolly Gray. Nooit,
nooit, zou zij zwak worden, nooit zou
zij ruwe handen toestaan dekamer
van haar vredige sfeer te beroven.
Zij kleedde zich uit en stapte in het
smalle bed achter het hoge oude
kamerscherm „doet alsof zij een
echte flat heeft, een zit- en een slaap
kamer, met dat scherm! Scherm! Om
je dood te lachen!" zei mrs. Glad-
stone tegen haar buurvrouwen. Maar
in haar ogen lag de hunkering naar
een dergelijk bezit. Dolly trok de de
kens tot aan haar kin op en dacht niet
aan het vertrokken gezicht van Ho-
ward Carrol, en ook niet aan de stij
ve, ascetische geestelijke, doch aan
een lange, magere jongen, met een
uitdagend gezicht, met een flanellen
jasje hoog dichtgeknoopt over een
borst zonder overhemd!, terwijl de
voorjaarsavonden koud, zeer koud wa
ren en aan de weelde en de genoegens
die een dergelijke jongen waarschijn
lijk door eigen schuld verspeeld had.
HOOFDSTUK H.
De volgende ochtend ging zij reeds
tijdig naar de fabriek. Zij beschouwde
het als haar plicht op de afdeling te
zijn, voordat het luidruchtige troepje
meisjes binnenstoof. Bovendien was
het een heerlijke ochtend; het leek
wel April en zelfs in Whitechapel zag
men hier en daar een koopvrouw met
bloemen.
Toen zij zich van haar mantel en
hoed ontdeed, trad de oude portier,
die haar al jaren kencle, op haar toe.
„Morgen, Dolly. Heerlijk weer, hè?
Zo'n zonnetje doet een oud mens
goed." En vergenoegd wreef de oude
Potter zich in zijn handen. „Ik heb
een boodschap voor je," ging hij voort.
„Die heer is er weer voor je geweest.
Heeft ditmaal zijn kaartje voor je
achtergelaten. Mijn vrouw zegt, dat
hij erg beroemd is; zij leest elk ogen
blik zijn naam- in de krant. Hij is een
schilder, wiens werk over de gehele
wereld gezocht wordt. En mijn vrouw
zegt ook, dat je een grote idioot bent.
Niet dat wij je hier zouden willen
missen, dat niet, allesbehalve. Maar
toch
„Ik voel er niets voor om voor een
schilder te poseren," verklaarde Dolly
kort. „Ik weet veel te goed hoe dat
gaat. Er woont bij ons in de straat
een vrouw, die vroeger ook voor schil
ders geposeerd heeft. En wat is er van
haar terecht gekomen? De stakker!
Ze maakt zich altijd driftig ais zij er
over spreekt en waarschuwt elk meis
je voor zo'n beroep. Je komt er geen
steek verder mee, verklaart zij altijd."
„Dolly, kind! Een meisje als jij be
hoeft toch zeker nog niet aan de verre
toekomst te denken! Je bent nog zo
jong. Ik zou het werkelijk eens pro
beren. Je behoeft je werk hier toch
niet op te geven. Je zou voorlopig toch
alleen op Zondag kunnen poseren
om te zien of het je bevalt."
„Wat heb je van hem gekregen om
mij over te halen, Potter?"
„Hoe kom je er bij, Dolly! Maar een
meisje als jij zou het toch ver kunnen
brengen. En mijn vrouw heeft mij op
het hart gedrukt je te zeggen, dat je
een grote idioot bent, als je het niet
eens probeert. Hier heb je in elk ge
val zijn kaartje."
„Dat heb ik al meer gezien; houd
maar, Potter."
(Wordt vervolgd).
veer zesduizend personen. Daarvan
kunnen de Haagse en Schevenlngse
hctels er een tweeduizend bergen. En
drieduizend kunnen er in Noord wijk
ondergebracht worden. De overige
duizend zouden of bij particulieren of
verder van dé stad moeten worden
gehuisvest. Op Delft en. Rotterdam
kunnen wij niet rekenen, dus zou
Amsterdam dan in de eerste plaats in
aanmerking komen. De afstand zou
geen groot bezwaar opleveren. In
Amerika logeerden ook velen op
grote afstand".
„Dat zou natuurlijk wel hoge eisen
aan het personenvervoer stellen".
„Ongetwijfeld", aldus de directeur
van de V.V.V., „maar de Ned. Spoor
wegen en de autobusmaatschappijen
zijn naar mijn mening wel in staat dit
vervoer behoerlijk te organiseren".
„Waar zouder de vfj-^ade -ngen
zich moeten afspelen? Men heeft Den
Haag vooral aanbevolen als stad van
het Vredespaleis", merk ik op.
„Ja, maar dat gebouw heeft geen
zaal, groot genoeg voor een assem-
blée. De parlementsgebouwen kunnen
geen drie maanden afgestaan wor
den. Wel de Ridderzaal, maar o$k
daarvan is de capaciteit beperkt; Ik
denk aan de Houtrusthallen, maar die
zijn in 1948 al tot 15 September be
sproken voor een jubileumtentoon
stelling. Wil de U.N.O. wachten tot
wij dat gebouw in gereedheid hebben
gebracht? Dat is de zeer de vraag!"
„Dus u ziet de dames en heren van
de U.N.O. liever niet komen
concludeer ik.
GEFORCEERDE TOEREN NODIG.
„Ho, ho", zegt de heer Woltjes,
„dat zou ik nooit willen zeggen! In
tegendeel, het is een erezaak voor
Nederland. Ik leg u slechts uit, dat
er geforceerde krachttoeren nodig
zullen zijn om alles voor elkaar te
krijgen. De Houtrusthallen zouden een
behoorlijke centrale verwarming no
dig hebben en sommige zomerhotels,
die dat nu niet hebben, ook. Zo'n as-
semblée duurt een maand of drie. tot
een eind in December misschien. En
er' zullen, om nog maar iets te noe
men. duizenden telefoonaansluitingen
nodig zijn, ook al voor de vertaal
organisatie. Daarvoor zouden wij de
outillage moeten importeren.
,.U denkt aan deviezenzeg ik
glimlachend.
„Ja, ook, maar daarover maak ik
mij geen zorgen. Bekijkt men zulk een
enorme vergadering louter van da
econonmische kant maar dat mag
men bij een erezaak eigenlijk niet
doen dan staan tegenover de uit
gaven, die zeker enige millioenen zul
len jrergen, ook inkomsten en wel in
vreemde valuta. De ervaring leert
ons, dat buitenlandse congressisten
30 tot 40 gulden per dag uitgeven.
Voor zesduizend bezoekers, die hon
derd dagen blijven, zou dat dus een
achttien millioen gulden aan deviezen
betekenen. Dat is een niet te versma
den bedrag".
„Wel, wat is uw slotconclusie?"
vraag ik tenslotte.
„De U.N.O. is van harte welkom in
Den Haag; da* stel ik voorop. Maar
als wij haar ontvangen, moeten wij
het heel goed doen. want de naam
van ons land is er in hoge mate mee
gemoeid. Daarom zou ik het liever
in 1949 of 1950 doen dan in 1948.
Dan hebben wij meer tijd om de zaak
goed voor te bereiden en wij zouden
dan misschien kunnen beschikken
over de grote congreszaal, waarin
'owei het plan-Rosse als het plan-
Dudok voorziet. Beter wat later en
dan heel goed dan terstond en wat
minder goed. Maar hoe het zij, wij
staan gereed om de hand aan de
ploeg te slaan. De opdracht om een
U.N.O.-vergadering voor te bereiden
zullen ook wij als een erezaak be
schouwen en w(j zullen haar dan
dienovereenkomstig uitvoeren