DE JEUGD-KOER Pi ZWARfS SCHADUW D SCHUDT UW LEVER WAKKER Joost kon niet achteruit rijden VAN NELLE LUISTEREN NAAR.... (T door Jan Dirk van Exter FEUILLETON Durf ie L even SÏ&T&mi En vooruit kon hij het ook niet Onze mededelingen De vorige prijsvraag EN NU ^TW7 EEN KOPJE mr Smakelijk likken Vulkanische uitbarsting en aardbeving Benen als een Barometer en steeds maar rauw weer op til PRIJSRAADSEL Hallo, Jongens en Meisjes! .J «i# HilversumI, 301 m IJ Nieuwsber. om 7, 8, X, 7, 8 en 10.30 uur. KRO. 7.30 Morgen gebed. 7.45 Gr.pl. 8.15 „Pluk de dag" 9.Voor de vrouw 9.05 Ochtendconcert. NCRV. 10.— Ge wijde muziek. 10.15 Morgendienst. 10.45 Orgel. KRO. 11.„De Zonnebloem". 11.45 Gr.pl.- 12.— Angelus. 12.30 Weer- overzicht. 12.33 Het orkest onder lei ding van Klaas van Beeck. 12.55 Zon newijzer. 1.25 Vervolg dansorkest. 1.45 Hors d'oeuvre. NCRV. 2.— De varian ten. 2.30 Orgel. 2.40 Voor de vrouw. 3. Ré Koster, sopraan. 3.30. Ned. Strijk kwartetten. 4.Bijbellezing. 4.45 „La damnation de Faust". 5.Radio Jeugd journaal. 5.30 Praagse koren. 5.50 Piano recital. 6.15 Land. en Tuinbouw. 6.30 Ned. "Strijdkrachten. 7.15 NCRV-kwar- tet. 7.30 Het Actueel geluid. 7.45 Reg. Voorlichtingsdienst. 8.15 La voce d' Italia. 9.30 Familie-competitie. 10. Met Band en Plaat. 10.15 De vaart des volken. 10.45 Avondoverdenking. Hilversum II, 415 m." Nieuwsberichten om 7, 8, 1, 6, 8 en 11 uur. AVRO. 7.15 Gr.pl. 7.30 Ochtendrhythme. 7.50 Dag opening. 8.15 Gr.pl. 8.43 Vioolconcert. 9 15 Mor,"' "'ijding. 9.30 Waterstanden. 9.35 „Arb- dsvitaminen". 10.30 Van vrouw tot vrouw. 10.35 Richard Cruxs zingt. 10.50 Kleiitertje luister. 11. Franz Schubert concert (gr.pl.) 12. Orgelconcert. 12.30 Weerpraatje. 12.33 ,In 't spionnetje". 12.38 Piano. 1.15 De kwintetspelers. 2.De vrouw binnen en buiten haar huis. 2.20 Gr.pl. 3. Voor zieken en gezonden. 4.„Van vier tot vijf". 5.AVRO. Kaleidoscoop. 5.20 Welk dier. 5.30 Radio dansorkest. 5.50 „Wij slaan op de tong-tong. 6.15 Sport- praatje. 6.30 „Les Gars de Paris". 7. Het klokje van zeven. 7.05 Heer Bom mel. 7.15 Negrospirituals". Gr.pl. 7.30 Radio Volksmuziekschool. 8.05 Echo van de dag. 8.15 Radio Philh. orkest. 9.„De twee brillanten". 3.45 ,,L' invi- tation a la danse!" 10.15 Liverpool-Du- fclin-Glasgow. 10.45 „Spreekt Uw eigen taal". 11.15 Om het wereldkampioen- achap schaken. Coovrnhl K.D.f, Onder het spreken wordt de meis jesstem luider en luider en de Chef en de Lange hebben helemaal geen moeite om h"en te verstaan. „En nu nog wat Piet! Als jij niet zcrgt, dat je die kamers van die ouwe huichelaar loskrijgt, dan is het tus sen ons uit, versta je dat?" „Toe Lóttie schreeuw niet zo!" Maar Lottie luistert al niet moei en verdwijnt langs het pad. De on gelukkige Piet volgt haar. „Zo, dat was dat". De Lange kijkt zijn Chef grinnekend aan. „We kun nen nu veilig naar huis toe gaan". „Ja, naar huis", zegt de Chef. pein zend. „Dat kunnen wij doenzij niet! Wacht nog eens even met die schop", vervólgt hij, als de Lange deze over zijn schouder gooit. „Ik ehik krijg een ideetje. Als dat waar is, dat die ouwe heer hen wei gert die ruimte af te staan, dan eh, nou ja, wij kunnen ze misschien hel pen". Een straal van hoop verlicht de Lange's gelaat. „U bedoelt, als het een huichelaar is, dan grijpen wij in? Maar dat meisje heeft gelijk. Die kerel is een huichelaar. Hij is he lemaal geen invalide. Ik weet het van zijn dienstmeisje, die tref ik wel eensmet boodschappen doen in het dorp". „Ben jé daar zeker van?" sist de Chef. v „Nou ja, boodschappen doen, is het v oord niet, maar"Nee, man, dat bedoel ik niet, speelt die Grijp- stuiver comedie ja of nee?" „Oh, bedoelt U dat. Ja, die kerel speelt de rol van zijn leven". „Genoeg!" valt de Chef hem in de leden. „Langede Chef begroef zojuist zijn verleden, maargraaf het nog even-^p, en vlug. Ik moet even nadenken". En terwijl de Chef nadenkt, graaft de Larlge als een dolle en in minder dan geen tijd staan de koffers weer aan de oppervlakte. Door: en n zult 's morgens weer kiplekker uit bed springen. Elke dag moet uw lever een liter gal in uw ingewanden doen stronken, anders ver teert uw voedsel niet, het bederft U raakt verstopt, wordt humeurig en loom. Neem de plantaardige CARTER'S LEVERPILLETJES om die liter gat op te wekken en uw spijs vertering en stoelgang op natuurlijke wijze te regelen. HILLFGONDA VAN REENEN Haar verdwenen en vruchteloze be langstelling voor Ward Downing deed haar thans wensen hem te verachten, belachelijk te maken, een bescher mend air tegenover hem aan te nemen, hoewel zij er zich niet van bewust was. Zij dacht slechts toen zij naast John Riverside naar het ten- tconstellingsvertrek ging: „Hoe heb ik mij ooit voor hem kunnen interesse ren.... terwijl dit van zoveel meer waarde is terwijl hij zoveel meer een echte man is! Dat zoeken in ate liers naar sensatie deugt voor niets". Toen stonden zij in het vertrek, waar het tenslotte toch niet zo vol bleek te zijn, alc het geroezemoes had doen vermoeden. Zij zocht opgewon den naar haar eigen portret, doch gaf zich de grootste moeite het niet te la ten blijken. En een vrouwenstem, zacht: „Ja, dat is Downings nieuwste vlam.... Kijk eens, wat onschuldig! „Geluk". Anders niets voor Downing. Dat zijn natuur lijk de Perzische katjes van Alphonse. Ik heb dat grijs-blauwe voor mijzelf uitgezocht". „Huichelaarster", verdraaid goed ge daan". Dit was oude lord Cheltenham,- die riets van kunst verstond, *maar die door het coloriet van het schilderij getroffen werd. „Ja, en doordrenkt met Downings spot. Lilians stem met bijna een jaloerse klank, omdat bijna niemand aandacht voor haar portret had: „Ongelooflijk aantrekkelijk dat meisje, hè? John keerde zich om en verliet het vertrek. Wat had dat te betekenen? Zij volgde haastig zijn voorbeeld en liep met hem mee alsof zij het erover eens waren genoeg gezien 'te hebben. Maar hij moest werkelijk niet ZO' bruusk doen! Toen keek zij naar hem op Ouder, grimmiger; ogen met een felle schittering, met iets van de ver woede wanhoop van een speler, die al les gewaagd en verloren had en thans niets bezat! „John?" Maar hij hoorde haar niet en hij voelde de druk van haar hand op zijn arm niet. „John!" De schoolbel luidde en na enkele ogenblikken werden de deuren van de lokalen wijd opengeworpen en een stroom van jongens en meisjes drong de gang door naar de buitendeur. Fijn, joh, vanmiddag weer ijsvrij", juichte Henk Bakker en van plezier gaf hij zijn vriend Joost een vriendschap pelijke por in fcijn ribben. „Zeg Joost, ik heb jou gisteren niet op de ijsbaan gezien. Ben je er niet ge weest?" Joost kreeg een kleur. „Natuurlijk wel", zei hij haastig, „maar ik ben wat later gegaan omdat ik een paar boodschappen moest doen". Gelukkig merkte Henk de verlegen heid van Joost niet op en hij vertelde geestdriftig over zijn gekrabbel op het ijs. Henk was een jaar tevoren uit In- dië gekomen en 'van schaatsenrijden bracht hij nog niet veel terecht. „Ik kan, er nog geen steek van, maar ik hoop dat ik het net zo goed zal le ren als jij het doet", zei hij verlangend. Joost mompelde iets onverstaanbaars en nam bij een straathoek vlug afscheid onder voorwendsel dat hij nog even naar zijn grootouders moest. Hé, die vervelende Henk, dacht hij onder het naar huis lopen. Vanmiddag werd hij natuurlijk op de ijsbaan verwacht en daar zouden Henk en Jan en wie weet nog-hoeveel jongens uit de klas zijn. Had hij nu maar niet zo op geschept over zijn prestatie's. Henk moest eens weten dat hij heel niet rij den kon. Wat zouden de jongens hem uitlachen Nét toen Joost 's middags van tafel opstond klonk de bel door het huis en even later stapte Henk de huiskamer binnen, gevolgd door moeder. „Ha die Joost", zei Henk opgewekt, „ik kom je maar halen om naar de ijs baan te gaan". Joost had wel door de .grond willen zinken. Hoe moest hij zich hier uit redden? „Dat is prettig, Henk", zei moeder en tegen Joost: „pak maar vlug je schaatsen en trek je trui aan". Er was geen ontkomen meer aan'en tien minuten later wandelden de jongens in de richting van de ijsbaan. Joost was stil en hij liep steeds lang zamer. Henk vertelde druk over het ijs en de koektent. „Zeg- Joost. Jan en Martien zijn er ook! Wil jij ze leren om achteruit te rijden?" vroeg hij plotseling. Joost kreeg het steeds benanwder. maar probeerde zich nog groot te hou den. „Ja, ikik zal wel eens kijken" stotterde hij. Ze stonden bij de ingang van de ijs baan en Henk haalde zijn toegangskaart te voorschijn. Toen werd het Joost te machtig en hij trok Henk aan zijn, mouw. „Ik moet je wat vertellen, loop nog even mee terug". Vervolgens kwam de bekentenis en daarna was het eventjes stil. „Nu vind je mij natuurlijk een mis punt en een opschepper, hé", zei Joost, terwijl hij met gebogen hoofd voort liep, maar hoe verbaasd keek hij op toen Henk hartelijk in de lach schoot. „Och joh, ik dacht wel, dat jij het ook niet kon, want je moeder heeft me dat verteld. Eerlijk gezegd ben ik er wat blij om. Nu heb ik tenminste iemand die met mij meekrabbelt. We zoeken een goede sloot en niemand van onze klas zal ons daar zien oefenen". En zoals Henk het voorstelde is het ook gebeurd. Op een buitenslootje krabbelden de jongens rond en leer den het rijden met vallen en opstaan. na een de grote Ze hadden veel pleizier en week reden ze al samen op ijsbaan. Wanneer een van de klasgenoten aan Joost om een kunststukje vroeg, ver zon Henk een uitvluchtje voor zijn vriend en dan reden ze samen lachend weg. IET. Voor een elf-jarig meisje, dat al een jaar in een sanatorium wordt verpleegd, worden foto's of plaatjes van onze prinsesjes gevraagd. Wie kan dit meisje een groot plezier doen? Brieven aan Nellie Nijveld, Baanstraat 4, Beverwijk. Kinderen, die postzegels willen rul len, kunnen schrijven naar George Stam, Ruyterstraat 4, Den Helder. (Niet via Tante Iet.) Welk meisje in Beverwijk wil cor responderen met Geesje Boon, Hoe- verkade 8, Alkmaar? Zij is elf jaar oud. Voor een Alkmaars meisje, 14 jaar oud en leerlinge van de Huishoud school, wordt een correspondentie vriendinnetje in - Noord^Holland ge zocht. J. Moes, Ruyterstraat 7, Den Hel der, wil postzegels runen. Het ruilen van. postzegels kan niet via Tante Iet gebeuren. 151. Terwijl ze in gestrekte draf r.aar het dierendorp rennen, vraagt Pajn aan Pim: „Welke bende moeten we gevangen nemen?" „Ach, jij snapt ook nooit wat", antwoordt Pim. „Ik bedoel Ger- rit Kraai natuurlijk, maar ik zei ben de, omdat het zo ook altijd in de boe ken staat. Het klinkt beter". „Oh", zegt Pam. Hij snapt het niet erg goed maar durft niet verder té vragen. Ah, daar zijn ze al bij het dorp gekomen. 152. „Waar is de burgemeester", roept Pim. „En de veldwachter? We moeten dadelijk de veldwachter spre ken", roepen ze alle drie. „Nou, nou een beetje kalmer kan ook wel", bromt een dikke ezel mijnheer. „Zul ke kleine hondjes en dan al zoveel praats! De burgemeester en de veld wachter zijn er niet. Die zijn vanmor gen al vertrokken in verband met 'n belangrijke zaak. Er worden namelijk drie kleine honden vermist". „Oh, dat i» vreselijk", zegt Pim. Zij liepen langzaam terug naar de ga lerij, Lilian met haar greyhound-gang minzaam links en rechts groetend, maar met een angstig, onrustig gevoel in haar hart. „John, er ligt een prachtige tuin achter het huis. Laten wij naar bene- neóen gaan en er een plaatsje zoeken. Dat doet men hier altijd. Je hebt een hekel aan dergelijke recepties, hè, John?" Maar terwijl zij dit zei, hem vleide, gebeurde er beneden iets; spanning rees op naar de galerij en. langs de trap, die zij, met nog een paar ande- ïen, wilden afdalen. Ward Downing maakte zijn- entrée. Bleek, somber, door Alphonse tot in de puntjes verzorgd, kwam hij lang zaam de trap op. Hij zag er uit alsof de opinie van niemand ter wereld zelfs niet van de hertogin hem in teresseerde; hetgeen ook zo was. Hij zag er, zoals gewoonlijk, arrogant uit, nét die schaduw van een spotlach om zijn welgevormde mond. En hij had twee vingertoppen luchtig onder de elleboog van een meisje, dat naast hem de trap besteeg, een meisje met een .weelde vap kastanjebruin haar, een bleek gezicht, een van nature ro- Deze week moest ik weer een keus doen uit de grote stapel aardige en vaak met tekeningen versierde ge dichtjes. O. wat was het moeilijk om daar vijf gedichtjes uit te zoeken. Hier komen ze dan: He.t vriest, het vriest nu alle dagen, Wij kunnen ons op het ijs wel wagen. De schaatsen onder de voeten gedaan En nu maar rijden op de gladde baan. Links, rechts en maar zwieren Achter elkaar of met z'n vieren. Zo rijden wij tot 's middags laat, Tot iedereen naar het huis toe gaat. Ingezonden door Nico Schekker- man, Schellinkhout 125 (10 jaar). Ans en Truus zijn twee vriendinnen, Samen gaan zij naar de baan. Schaatsenrijden is een kunst hoor, Die zij beiden wel verstaan. Op het baantje aangekomen. Bom! Daar zit al onze An. Truus laat echter lachend horen, ,Goed zo, jóh, daar leer je van!" Ingezonden door Hetty Veen, Spoórgracht 32, Den Helder. (11 jaar) WINTERVOORRAAD 't Is weer herfst en in de bossen, Loopt een ieder af en aan, Want nu moeten alle dieren Voor de winter zorgen gaan. Gladde eikels, beukenootjes, Alles wordt bijeen vergaard. Op een veilig, donker plekje, Wordt de voorraad goed bewaard. Ingezonden door Nellie Klooster, Uitenboschstraat 100, Alkmaar'. (11 jaar) KLIKSPAAN „En hij zei dit, en zij deed dat En dat heeft hij gedaan". O, wacht eens zeg, daar heb je tièm, Daar komt de klikspaan aan! Van ieder ander weet hij wat, Maar weetje, 't is zo raar, Hij klikt nu nooit iets van zichzelf. Zeg, vind je dat niet naar? Ingezonden door Nellie Nijveld, Baanstraat 4, Beverwijk. O, Jeugd-Koerier, o, Jeugd-Koerier, Wat zijt ge weer paraat! Gij vraagt van ons nu een gedicht, Maar ik weet niet of dat gaat. Ik lees zo graag de Schagerkrant, Maar of dit mij af zal gaan? Komaan, de pen maar In de hand, Misschien kom ik dan toch nog in de [courant. Ingezonden door Rensje Raven. Oudkarspel 138, Gem. Langedijk. De boeken zullen worden toegezon den. Er werd mij door kinderen gevraagd of ik de gedichtjes weer terug wil. zenden. Dat gaat onmogelijk, want als ik zeshonderd gedichtjes terug moet zenden heb ik geen tijd meer om te slapen en word ik arm van alle post zegels, die ik nodig zal hebben. de mond, die haar, voor die avond, toch had doen accentueren, een meis je dat zioh geen donkere schaduwen onder de ogen behoefde te tekenen, omdat zij. die reeds van zichzelf had. En zij droeg een toilet in de kleuren van een pauwenstaart. En als een pauw zou zij paraderen; want zij had het origineel meegebracht om 't naast de copie te tonen, zoals hij de herto gin beloofd had. Dolly trok aller aandacht. „John?" zei Lilian nogmaals, drin gender, maar hij hoorde het niet. Hij stond boven aan de trap en staarde naar beneden. Kracht stroomde door hem heen; hij voelde zich vervuld van een schrijnende en ondragelijke kracht. En de deftige mensen en het historische huis, alles viel weg als vi sioenen in een droom, -zodat alleen Dolly werkelijkheid was, langzaam de trap opkomend; Dolly en de schilder. (Wordt vervolgd) „De klant is weer koning", meent Ir- ving Stone, vice-president van de Ame rikaanse maatschappij voor uitgevers van briefpapier. Öp een onlangs ge houden vergadering van het dagelijks bestuur verklaarde hij: „Mijne heren, de wittebroodsweken zijn afgelopen, de klant, moet weer méér hebben dan waarvoor hij be taalt" en als eerste nieuwe snufje stel de hij voor de gum langs de enveloppe, die dagelijks door millioenen geproefd wordt, van betere smaken te voorzien. Onderzoekingen hadden uitgewezen, dat de Amerikanen jaarlijks 46 duizend mijl enveloppegum belikken, vooropge zet,' dat iedere envelop een lik krijgt. Verder kwam vast te staan, dat nage noeg 95 percent van de mensen wer kelijk langs de enveloppe likt, ter wijl slechts 5 percent van een sponsje of enig ander middel gebruik maakt. Maar nu de vraag welke smaak aan de gum te geven. Rhum werd afge keurd, omdat er kerkgenootschappen zijn die tegen het gebruik van alcoholi ca zijn. Verder werd chocolade voor gesteld, cherry, limonade, doch geen hiervan kon de goedkeuring van de heren wegdragen. Tenslotte werd met het eens over pepermunt. Uit de 2300 m, hoge Bromo in Oost- Java daalde een warme asregen neer op de ondernemingen in de omgeving, na de aardschokken van gisteren, die. naar wordt aangenomen, hun epicen trum hebben nabij Boeroe eri Ceram in de Zuid-Molukken. Deze aardschok ken waren zelfs te Los Angeles voel baar. Reuter meldt uit Batavia, dat er tot nu toe nog geen slachtoffers zijn gemeld van deze aardbeving, wel ke, naar men meent, dubbel zo hevig was als die, welke onlangs in de Phi- lippijnen woedde en daar 21 ongeval len met dodelijke afloop tengevolge had. De as der eruptie bracht schade toe aan ondernemings-aanplanten op Java. De beving deed gebouwen in Los Angeles, 9000 mijlen van het cen trum verwijderd, trillen en ruiten klepperen, doch voorzover tot nu toe werd gerapporteerd, werd er geen schade aangericht. AUTO VAN GöRING WORDT VERKOCHT Het Britse ministerie van Oorlog heeft een advertentie geplaatst, waar in de geblindeerde auto die aan Göring heeft toebehoord, te koop wordt aan- gebjden. De wagen weegt vijf ton en is geheel kogelvrij. De maximumsnel heid is 160 km. per uur. Het enige na deel is 't grote benzineverbruik. Men vraagt zich af, of er liefhebbers voor de auto zullen zijn. PLAN-MAKSHALL DEZE MAAND GOEDGEKEURD Volgens welingelichte Amerikaans® kringen te Londen zal het plan-Mar shall nog deze maand door beide hui zen van het Amerikaanse Congres worden goedgekeurd. Rheumatische pijnen in armen en benen, neen in alle ledematen nu hier, dan daar zijn in ons vochtig wispelturig klimaat voor velen onfeil bare voorboden van verandering van weer. Wapen U tegen die slopende pijnen. Neem Kruschen Sal.ts. De aansporende werking van Kruschen op Uw bloedzuiverende organen drijft de pijnverwekkende schadelijke zuren op de vlucht en neemt zo de oorzaak weg van die steeds weerkerende plaag, die Uw hele gestel ondermijnt. Tob niet langer door, vraag vandaag Kru schen bij Uw Apotheker of Drogist en reem van morgen af regelmatig de kleine dagelijkse dosis in Uw eerste kopje thee. In het onderstaande briefje, dat Elli Risman aan haar vriendinnetje Rica schrijft, zitten negen bloemen namen verborgen. In iedere zin schuilt één bloemen naam, dus ook in het op- en onder schrift. Hier volgt het briefje: Beste Rica, Zondag hen Ik met mijn Vader naar Oostwoud gewandeld. Onder weg zongen wij alle liedjes, die we maar kenden. Toen wij moe werden rustten wij uit in het gras en waren spoedig met een oude visser in gezellig ge sprek. Hij woonde dichtbij in een kleine stulp. Ik haalde toen uit de zak van Va ders jas mijn heerlijke koek, die moeder ons had meegegeven. Om vijf uur gingen wij pas terug naar huis. Hoor ik spoedig weer eens wat van je. Riek? Hartelijke groenten van ELLI RISMAN. De oplossingen verwacht ik vóór Zondag 7 Maart op het bureau van dit blad. Zorg er voor, dat je niet te laat bent. Jullie hebben de vorige week zeker echt van het ijs genoten. Ik kon het merken aan de brieven. Er waren er deze week ook niet zoveel als de vorige keer. Ik begin vandaag de beantwoording met Toean Blanda, bij de mede. delingen heb ik ook jouw naam geplaatst voor het ruilen van postzegels. Lize en Ineke Vos, gelukkig dat jullie allebei van het ijs konden genieten. Mag ik nog eens wat» over de zanguitvoering horen? 'Het belooft erg mooi te worden Paulina Looy, het is prettig dat je van het boek geniet Nel van Egmond, ik vind Je gedichtje erg mooi De sigarenbandjes zal ik je sturen Ne] Gladiolenstraat 26. Wie woont er op dat adres? Er stond geen naam bij de brief. Ja, ik heb ook wel eens op een motor gezeten en het ging heerlijk Annie Verhage, ik had ,1e de vorige week willen schrijven, maar ik ben een poosje ziek geweest. Je hoort nog wel wat van mij, Annle! Dlni Dros, gefeli citeerd met je eerste prijs. Je kunt zeker best schaatsenrijden, Dora Drijver, ook jij hebt dus een eerste prijs gewonnen? Ik ben trots op mijn Texelse nicht jes, Jopie Stam, Je hebt dus wel genoten van de uitvoering. Woon je zo ver van het dorp af, Jopie? Atie List, Je schreef deze keer geen briefje, maar toch wil lk je graag even een complimentje geven voor je aardig verslerda gedichtje Irma Walboom, van welke prijsvraag houd jij nu het meest? Har telijk dank voor de postzegels. Corrie 1'Istelle, ja hoor, je mag gerust raad sels Insturen The First, schrijf je mij eens hoe dat' vriendinnetje heet? Ik wil het erg graag weten, want Ik begrijp er niets van Alida Lodder, hoor ik nog eens wat meer van je? Hetty van Veen, Ik heb Je mooie bloemen- tekeningetjes bewonderd Wim Veenstra, nee hoor, Ik lacht je zeker niet uit. want het ls een heel werk om een gedichtje te maken. Je moet niet denken, dat ik er zelf knapper in ben. Willy de Jong, dat is een aardig raadseltje Ik kende het nog niet Klazientje Oud, de verjaardagen zijn bij jullie leuk ver deeld Je briefje kwam nog net op tijd en ik dank je voor de sigarenbandjes en sluitzegels. Annelies Bok, gelukkig dat jij ook weer beter bent. Was Je niet achter geraakt op school? Gerda Paans, ondanks die haar aan je pen ben Je maar best aan 't dichten geweest Hoe is dat afgelopen met je vrien dinnetje? Loet Koopman en Rietje Schoonen, jullie zijn van harte welkom in de Jeugd Koerierl Adrie Poldervaart, je hebt prachtig getekend bij je gedicht Het ls een mooi werkstukje geworden Karei Sptlkerman je behoeft heus niet te schrijven om een gedichtje in te mogen sturen, maai» als je ook graag een briefje schrijft, mag je dat natuurlijk -doen Mara Möller, ik ben een paar keer In Den Dolder geweest. Er zijn daar prachtige bossen Snoek, het is best hoor Ik zal Je schuilnaam gebruiken. Zet je er ook steeds je eigen naam bij? Gerie v. d. Oord, je hebt aardig getekend bij je gedicht Is dat een tekening van je huis? Martha Zoetendorp, het is wel leuk om Zoetje genoemd te worden, maar ik noem je het allerliefste Martha. Dat vind ik zo'n mooie naam Siem Nieuwbuurt, het spijt mij, dat Je oplossing te laat kwam. Gelukkig maar dat Jij nu weer beter bent Bokkum, wat een vis krijg ik in de Jeugd Koerier! Daarnet heb, ik al Snoek gegeten. Je bent van harte welkom bij ons. Ben je een gerookte- of een bakbokkum? Betsie Koorn ook jij bent welkom bij ons. Ik geloof niet. dat het meisje mee doet, want ik ken haar naam niet. Hartelijk dank voor de prachtige tekening, waar ik erg blij mee bén Ria Heertjes, houd je ook van opstellen maken, of vind je da' niet prettig? En nu maar weer tot de volgende week. Dag allemaal! TANTE IET.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1948 | | pagina 3