Amsterdam op de verkiezingsavond
Maar bij Poerwokerto slaat
dë bliksem in!
Stad en Omqemnq.
„FAVEUR" bracht een primeur
Gerrit Lugthart, afgezant van
Geen Kerstbomen op de Kermis
Accordeon met als verlengstuk
een bioscooporgel
EEN FRISSE DRONK
AAN TAFEL!
De expositie bij „Sierkunst" Liefdeland
Drukte in de binnenstad
BADC0STUUMS
6.93-
16.20-19.00
WAAR ZIJN
ONZE SCHEPEN?
TREIN NAAR BATAVIA
400 KNIL •mensen terug
naar de demarcatielijn
„CASINO"
Hedenavond gezefjigf
BAL o. I, v. Jaap Kwak en zijn
De eerste voorstelling van Faveur, Dinsdagavond in Xivoli, bezorgde de
duizend „faveurieten" in de zaai een primeur. Een accordeon in een variété
programma is niets nieuws, en een orgel in een theater (behalve dan in een
Helders theater) evenmin. Maar een combinatie van een accordeon met een
klein slag bioscooporgel werd nog nimmer in een Nederlandse concertzaal
gehoord. Antoine Faveur bracht dit nieuwtje op de planken, na maandenlange
voorbereidingen. Het was ook voor hem en zön revue-genoten een verrassing,
hoe dit nummer zou Inslaan, 's Middags nog waren zij een tikje bezorgd,
maar nu weten zjj dat de „verlengde accordeon" door de luisteraars büzonder
op prijs wordt gesteld.
Antoine Faveur is feitelijk het jong-1
ste lid van het accordeonisten-duo „De
CavelU's". Hij werkt thans zelfstandig
onder zijn nieuwe artisten-naam. Zijn
instrument is een pasvoltooide vinding
van de Schiedamse orgelbouwer Stan
daart, die op vernuftige wijze een klein
formaat pijporgel heeft weten te kop
pelen aan 't knopklavier van een har
monica. Dit instrument wordt op nor
male wijze bespeeld, maar de aanslag
wordt bovendien langs electrische weg
overgebracht op het orgel. Met een
klein aantal registerknoppen kunnen
variaties in de klankkleur van het or
gel worden aangebracht. Met een aar
dig passend décor en een goede belich
ting wordt voor de vereiste „show"
gezorgd. Een goed nummer, dat stellig
ook elders zal inslaan. Het apparaat
moet natuurlijk transportabel blijven,
maar anders zou het nog verbeterd
kunnen worden door toevoeging van 'n
enkel zwaarder register.
Een ander bijzonder goed show-num
mer in dit Faveur-Rinket-programma
is het optreden van Crochet, de „mys
terie-man". Inderdaad mysterieus wat
deze vlot, vaardig en op charmante
wijze voor de dag weet te toveren. Zijn
onderdeel van de revue was niet alleen
spectaculair uitstekend verzorgd, maar
ook technisch. Een grote lege melkbus
vulde hij met een dozijn emmers melk
(of wat daarvoor doorging), zodat de
bus niet leeg meer was. Alleen zat er
tenslotte geen melk in, maar een coquet
melk-meisje, dat glunder-lachend ovpr
de rand kwam gluren! Maar dat bete
kende nog niets bij zijn laatste num
mer. Crochet hulde zich in een dun
zijden kleed, en daaruit toverde hij een
kleurige boeket kunstbloemen, ver
vaardigd uit ganzenveren. Er kwam
nog een boeket, en nog een, en nog een.
Heel het podium plantte hij vol met
bloemen in fantastisch mooie kleuren.
Hij herschiep de ganse ruimte voor het
voetlicht in een kleurige en fleurige
tuin, bijna geurig ook van suggestivi-
teit.
En dan was daar Fred Allister, de
man die in fabelachtig korte tijd zich
weet te transformeren in allerlei be
kende persoonlijkheden. Binnen de vijf
minuten vertoonde hij zich de toe
schouwers als Napoleon, de Paus, Mont-
gomery, Stalin, De Gaulle, Attlee, Paul
Kruger, Bernard Shaw, Koning Willem
III. Joop de Leur en zijn orkestje
zorgden telkens voor passende illustra
tieve muziek. IJii Koning Willem III
speelden zij het Wilhelmus, waartegen
wij wel wat bezwaar hadden. Het pu
bliek weet niet of het moet opstaan, ja
dan neen. Ons volkslied moet niet te
pas en te onpas worden gebruikt. Voor
een volkslied staat men "op, en niet voor
een illustratief melodietje. Wij raden
de muzikanten daarom aan, een ander
vaderlands lied ter illustratie te kiezen.
Allister's werk, dat op zichzelf voor
treffelijk is, wordt daar zeker niet min
der om. Zijn assistente wilde in deze
ketting-metamorfose niet achterblijven
en verscheen ook enige malen in een
ander gewaad. Er zullen dames in de
zaal geweest zijn, die haar zulk een
snelle verkleedpartij niet licht nadoen!
Jonny van Zwieten liet zich beluis
teren als de vrouw met twee stel stem
banden. Zij zong even keurig sopraan
als tenor, waarbij zij Martin van Heels-
bergen wist te evenaren. Het publiek
was enthousiast en liet hun de pittige
„Holland-mars" bisseren.
De twee „Rile's" zorgden voor een
komische noot door hun „Humsti-Bum-
sti-act", waarin zij potsierlijk over het
toneel holderdebolderden. Even grap
pig, maar meer verzorgd, was het op
treden der „Drie Saytons", met rijwiel-
acrobatiek in diverse creaties. Van
soortgelijk genre was de Variété-cock
tail der „Vier -Matonel's"één van die
vier was een heel jong meisje, dat een
elastieken ruggegraat scheen te bezit
ten. Zij danste „auf den Spitze.." en
dartelde als een veulen tussen de ge
kleurde lichtbundels door.
Moeder, als U er prijs op stelt,
dat Uw huisgenoten Uw kook
kunst eittra éér aandoen, zorgt
dan dat er De Gruyters bier op
talel staat. Een glas koel schui
mend bier doet de eetlust goed;
vanzelf wordt er dah nog eens
een keer flink opgeschept!
Trouwens de mannen in huis
tracteert U er bij tal yan ge
legenheden mee. Zorgt dus, dat
U "altijd een paar flesjes in huis
hebt. De Gruyter heeft, een
goede soort licht en donker.
Van 9 Juli t/'m 15 Juli 3 flessen
voor nog géén gulden; voor
slechts 90 cent!
81 9
(Ingezonden Mededeling).
En. nu moeten wij, om volledig te
zijn, nog noemen Lou Bandy, die zo
wel vóór als na de pauze optrad. Wij
kenden Lou Bandy Wel, en de meeste
van zijn bijdragen ook. Niettemin sloe
gen zijn nummers in; daarvoor is Lou
nu eenmaal een oude rot in het vak.
Al met al een programma, waarop
de slagzin „Faveur stelt nooit teleur"
zeker van toepassing was.
COMPETITIE-INDELING RES-
KLASSE.
De indeling voor de lagere klasse, n.1.
voor de reserve-elftallen is nu ook be
kend. Voor onze clubs luiden deze als
volgt:
Res. 3e klasse A: DWV 4, Haarlem 3,
Hollandia 2, HRC 2, KFC 4, Volendam
3. Volewijckers 4, VSV 3, WA 3, West-
Frisia 3, WFC 3 en Zaandijk 2.
Res. 3e klasse B: AFC 4, Alcmaria 3,
Assendelft 2, DWS 4, HRC 3, DeKenne-
mers 2, KW 3, Meteoor 2, Volewijckers
3, West-Frisia 2, Zeebqrgia 3, ZFC 3.
Res. 3e klasse C: Alkm. Boys 2, Hel
der 3, KW 2, OSV 3, QSC 2, WZ 2,
WFC 4. WSV '30 2. ZFC 4, Zilvermeeu
wen 2, ZW 2.
VISAFSLAG OUDESCHILD.
Aangevoerd van 28 Juni3 Juli 1948:
1527 kg bot, 1721 kg garnalen, 310 kg
geep, 58 kg kaan, 37 kg kabeljauw, 2438
kg horsmakreel, 338 kg makreel, 25 kg
muiets, 47 kg rog, 1098 kg schar, 22896
kg schol, 102 kg pieterman, 731 kg poon,
597 kg tarbot, 1408 kg tong, 1842 kg wij
ting, 183 kg kreukels, 3'/i kg zalm, 3 kg
baai, 12 kg hake.
De schilderijen van de Alkmaarder Gerrit Lugthart, die momenteel in het
atelier „Sierkunst", Koningstraat, worden geëxposeerd, zjjn zeer zeker geen
„plaatjes", in die zin dat men er even een blik op kan slaan om dan tevre
den te concluderen: „Mooi, werkelijk mooi!" Zo van die natuurgetrouwe
weergaven van de werkelijkheid, met een koetje en een slootje, een huisje"
en een boompje, een zonsondergang boven de heide, of een rustiek grachtje.
Het werk van Lugthart moet serieus bekeken worden, en wie daarvoor de
moeite neemt ontdekt in ieder doek telkens nieuwe aspecten. Mits h(J de
psychische geaardheid^ heeft tot het doen van deze, werkelijk verrassende,
ontdekkingen.
De beschouwer, die rustig doek
voor doek beziet (en in het motto van
elk werk reeds èen bescheiden rich
tingwijzer vindt) wordt door Lugt
hart geleid op een reis door Liefde-
land. Want Lugthart is een zeer fijn
besnaard man, die diep over allerlei
verschijnselen in het leven nadacht
en nadenkt, die bovendien een sterk
ontwikkeld kleurgevoel heeft, als
mede begaafd is met de hand van een
vaardig kunstschilder.
Zo'n twintig jaar geleden gebruik
te Lugthart laatstgenoemde begaafd
heden, om de realiteit in kleuren op
het doek vast te leggen. Zijn zeer ge
slaagd zelfportret bewijst zijn capa
citeiten in deze. Maar met de groei
van zijn geest, met de verdieping van
zijn innerlijk, nam de behoefte toe
om van zijn geestesinhoud iets via
palet en penseel te uiten. Verschil
lende der geëxposeerde doeken spre
ken vaij ditgeestelijke groei. Zo
hangt er „Eén moet vooropgaan", een
kleurcompositie waarin de schilder
verbeeldt hoe het noodzakelijk is voor
de mens, om zich een weg te kiezen
in het leven. De figuur op de voor
grond symboliseert de gids naar dat
verre, vaste doel. Kleine bijfiguren
trachten de mens op zijsporen te du
wen, maar die mens moet zich voort
durend voorhouden, dat slechts één
voorop kan gaan.
Lugthart moet in zijn ontwikke
lingsperiode een harde strijd hebben
gekend tussen wil en overgave. Twee
doekjes, die eikaars tegenhanger
zjjn, spreken daarvan. „Uw wil ge
schiede", een zinvolle uitbeelding van
de mens die heeft leren aanvaarden
en berusten, en „Levenswil", symbo
liserend de mens, die zjjn wil voort
durend tracht op te leggen aan zijn
omgeving en aan de omstandigheden.
De synthese tussen deze beide uiter
sten heeft Lugthart niet in kleuren
bezongen. Dat heeft hij wel gedaan
met „In de kaken der inertie" (de
mens die nog wel krachten bezit,
maar deze niet bezigen kan, eja die
gedoemd is tot lijdzaam afwachten),
en „In de ban van het bijgeloof" (de
mens die actief is en zijn krachten in
dienst stelt van ijdele doelstellingen).
De „Durende offerande" is daarvan
de synthese. De mens, die doet wat
zijn hand vindt om te doen, met de
bereidheid om alles te offeren voor
zijn levensideaal.
Dat levensideaal moet volgens
Lugthart zjjn het verkeren ln Lief
deland. Al ons doen en laten moet
worden beheerst door de liefde. Wan
neer de liefde onze sterkste drijfveer
is, wanneer wij onze egoïstische nei
gingen weten te onderdrukken, en de
bereidheid hebben verworven om ons
zelf te offeren, dan pas vindt de zoe
kende mens de zo vurig begeerde
rust. Zo men wil, kan men dat in
religieuze (waarmee wij niet bedoe
len: dogmatische) zin interpreteren.
Zijn werken getuigen echter geens
zins voor een bepaalde vorm van
godsdienst.
In datzelfde Liefdeland vond Lugt
hart de Inspiratie tot „Het blauwe
manteltje der liefde" en „Herken
ning". Het wonder der inspiratie stelt
hjj allegorisch voor in „De gouden
Harpenaar."; de harpspeler zit onbe
wogen, zonder uitdrukking, achter
zjjn instrument, maar zijn liederen
worden hem ingeblazen door een
klein, engelachtig figuurtje. Laten wij
van de andere doeken nog wijzen op
„Het wonder der genezing", dat in
forse kleuren de beschouwer toeroept,
dat het verstand niets is zonder het
hart.
Zo geeft ieder doek een bepaalde
gedachte, of een bepaald gedachten-
complex, weer. En zij zullen daarom
voor de grote massa moeilijk te ver
staan zijn,. Lugthart schildert echtpr
niet voor de grote massa. Hij schil
dert om zich te uiten, en het schenkt
hem vreugde, wanneer hij een kleine
groep kan blij-maken met 'hetgeen
hij te zeggen heeft.
Wij geloven, dat het goed zou zjjn,
wanneer Lugthart eens voor zo'n
kleine kring van werkeljjk-belangstel-
lenden een toelichting bjj zjjn doeken
zou kunnen geven. En dan geen toe
lichting over de manier waarop hjj
palet en penseel hanteert, en zelfs'
niet over dat aantal vierkante centi
meters doek en verf, die tezamen zo'n
schilderij vormen, maar over de
geestelijke lading die zich, tussen de
moleculen der materie door, naar bul
ten dringt. ALEX OV4NSA.
VISSERIJ
URK, 6 Juli. Heden werd aange
voerd: 16370 pond paling van 12334
pond per vaartuig, prijs f 1.35f 2.46
per pond; 10.000 pond nest f 1.37)4 per
50 kg.
Na de rustige stemming, die over
dag in Amsterdam had geheerst, was
het opmerkelijk te zien hoeveel Am
sterdammers op de avond van de
verkiezingsdag naar de binnenstad
trokken, waar in de krantenwijk de
grote dagbladen de verkiezingsuitsla
gen publiceerden. De Volkskrant, het
Handelsblad, de Waarheid en Trouw
projecteerden de uitslagen op de
gevel van hun gebouwen. Bjj het Han
delsblad was bovendien een enorme
thermometer aangebracht, waarop de
belangstellenden de telkens aangevul
de standen van de partijen konden
volgen. Deze bladen gaven de uit
slagen ook per luidspreker door. Het
Vrije Volk had zjjn hoofdkwartier
bjj de Koopmansbeurs gevestigd,
waar behalve per luidspreker en door
aanplakborden, die de uitslagen ga
ven, een grote barometer de stand
duidelijk maakte. De meeste belang
stelling trok echter de projectie van
het Parool. Op het midden-Damter-
rein was een reusachtig projectiedoek
opgesteld met een oppervlakte van
DE SCHEIDSRECHTERS VOET
BALDEN.
In Amsterdam vond Zondag j.1. een
groot tournooi plaats voor voetbal
scheidsrechters, die elkaar in halve com
petities bekampten. Ook onze scheids
rechters namen daaraan deel.
Den Helder was ingedeeld bij Delft,
Roosendaal en 't Gooi.
De uitslagen waren als volgt:
Den HelderDelft 04; Den Helder
Roosendaal 00; Den Helder't Gooi
03.
Onze fluitisten wisten dus niet tot de
overwinning te komen. Maar dat bleek
voor de heren geen bezwaar te zijn, om
de dag evengoed in een gepaste en
vrolijke stemming door te brengen, zo
dat een ieder voldaan naar huis ging.
Een pretje, dat de scheidsrechters zeer
zeker gegund is.
170 m2. Duizenden Amsterdammers
\olgden op het historische plein de
resultaten van de verkiezingen.
Sommige grote partijen hadden
voorts aanhangers in grote zalen in
de stad verzameld, waar zjj de uit
slagen volgden.
Tegen het middernachtelijk uur
verflauwde de belangstelling 'iets. De
politie, die geen versterkingen had
opgeroepen, maar wel de beschikbare
manschappen in de binnenstad en bjj
ae andere plaatsen, waar de uitslagen
gepubliceerd werden, had geconcen
treerd, behoefde practisch niet op te
treden. Enige herrieschoppers, die op
wat hardhandige wijze hun mening ln
debatten kracht wilden bijzetten,
werden door de sterke arm wegge
voerd om in een wat rustiger omge
ving gedurende een uurtje hun tempe
rament te laten afkoelen. Omstreeks
kwart over twaalf begon het te rege
nen en al spoedig gingen de meeste
toeschouwers naar huis in het ver
trouwen de volgende morgen de eind
resultaten in de ochtendbladen te
kunnen lezen. Enige duizenden vol
hardden echter en bleven op de eind
uitslag wachten.
DEN HAAG WAS RUSTIG.
In Den Haag hebben zich verschei-
dene personen bij de afdeling Bevolking
aangemeld met de mededeling, dat zij
geen oproepingskaart hadden ontvan
gen. Bij een ingestelde controle bleek
ten aanzien van sommigen, dat zij door
organen der bijzondere rechtspleging
ontzet waren uit de kiesrechten.
Ook in Den Haag werden 's avonds op
een achttal plaatsen de verkiezingsuit
slagen per luidspreker en lichtkrant
bekendgemaakt. Slechts op enkele pun
ten kon men van een zeer grote belang
stelling hiervoor spreken. De Haagse
politie had uitgebreide maatregelen ge
nomen om de orde te handhaven, waar
bij van verbindingswagens met radio
telefonie gebruik werd gemaakt. Toen
het omstreeks tien uur begon te mot
regenen taande de belangstelling.
Koopt bij
Alcinous. Liverpool-Port Said, pas.:.
6-7 Gibraltar: Aldabi, Buenos Aires-
Rotterdam, 6-7 200 mijl Zd. Ouessant.
Aludra, Rotterdam-Calcutta, 6-7 te
Alexandrië. Amsteldiep, 7-7 van
Rotterdam naar Hampton Roads.
Axpldijk, New York-Batavia, pass. 6-7
Gibraltar. Delfland, Amsterd.-Buenos
Aires, pass. 6-7 Dover. Delft, Curagao-
Amst., 6-7 v. Antw. Johan van Ol-
denbarnevelt, Amsterdam-Java, 6-7 te
Sabang. Katwij*k, 6-7 van Afrau
naar Rotterdam. Klipfontein, Mom-
bassa-Amsterdam, 6-7 van Genua.
Lekhaven, Rotterdam-Buenos Aires,
pass. 6-7 St. Vincent. Lemsterkerk,
6-7 van Kuwait te Bandar Sharpur.
Leopoldskerk, Amsterdam-Oost Afri
ka, 5-7 te Port Said. Lindekerk,
Abadan-Rotterdam, 5-7 te Suez.
Linge, 6-7 van IJmuiden naar Manty-
luoto. Maas, 6-7 van Antwerpen
naar Paramaribo. Maeskerk, Am-
sterdam-Freetown, 6-7 van Dakar.
Maasland, Buenos Aires-Amsterdam,
8-7 te Rio de Janeiro verwacht.
Meliskerk, 6-7 van Matadi naar Loan-
da. Nigerstroom, 6-7 van Tacoradi
naar Monrovia. Ridderkerk, Japan-
Rotterdam, 5-7 van Penang. Rijn-
kerk, Rotterdam-Australië, 6-7 van
Genua. Tawali, Cheribon-Semarang,
6-7 op de rede van Panaroekan.
Tosari, 4-7 van Basra te Bombay.
Winsum, Amsterdam-West Indië, 6-7
van Antwerpen. Ceram, Amster
dam-Java, 5-7 te Penang. Albireo,
Rotterdam-Buenos Aires, 6-7 van Rio
de Janeiro. Alcyone, Buenos Aires-
Aarhus, pass. 7-7 Madeira. Aldabi,
Buenos Aires-Rotterdam, 8-7 te Ant
werpen verwacht. Arendskerk, Rot
terdam-Australië 7-7 van Antwerpen.
Boschfontein, Kaapstad-Amsterdam,
7-7 te Southampton verwacht.
In het vorige artikel schreef ik U
over de 216 TNI-familieleden, die per
extra Rode Kruis-trein naar de de
marcatielijn tussen Nederland en
republikeins gebied werden vervoerd.
Met diezelfde trein zouden de volgen
de dag 400 mannen, vrouwen en kin
deren van het KNIL, het Koninklijk
Nederlands Indische Leger, uit de
republiek naar Batavia teruggebracht
worden.
Deze 400 personen zag ik die an
dere morgen: 400 schamelen, 400
mensen, die jaren of maanden naast
het leven geleefd hadden. Daar waren
jonge vrouwen met grijze haren en
daar waren jongens en meisjes, zo
tussen de 6 en de 12, met oudeman
netjes- en oudevrouwtjesgezichten.
Er waren ook babies; 18 stuks van
3 maanden en jonger. Hun was, voor
mjj tenminste, niets aan te zien.
ZorgzorgzorgpAi
spraken die 400 min 18 gezichten. En
de kleding vertelde van armoede. Ar
moede en schamelheid.
Uit Solo kwamen ze, uit Djocja en
uit Magelang. Ik zag veel Ambon-
hezen ertussen, sommigen verbeten,
anderen verslagen; ik zag geboren
Nederlanders, Indo-Europeanen, Ja
vanen, MenadonezenBegrijpt U
MUSICAL RAMBlERS
7WARTE GRIET was er ook. Taaie
*- Griet, mogen we haast wel zeggen.
Taaie Griet leeft nog steeds. Een halve
eeuw geleden liet ze zich reeds op de
Helderse kermis bewonderen. Toen opa
rtog met lange zwarte kousen aan met
overgrootvader naar de kermis mocht,
in de buurt van het Westplein, liet
Zwarte Griet hem al prille tranen van
ontroering wegpinken. De Zwarte Scha
duw heeft het in de Helderse Courant
lang uitgehouden, en de zwarte Pijpje
Drop van de Automaat nog langer,
maar de Zwarte Griet van de kermis
slaat alle records. Hulde aan Grijze
Griet, die eens jong, schoon en raven
zwart was.
Wij zijn van haar weggevlucht naar
de Karimata. Hoog in die tinbagger
molen schouwden we over al het water
en al het land binnen onze (altijd oe-
perkte) horizon. Onze bakgenoot rekte
zijn hals en scheen nog voorbij de kim
te willen kijken. Op onze vraag wat hij
toch zocht, antwoordde hij triest: „Dët
stalletje met die Kerstbomen, dat er ver
leden jaar óók stond" Voorzichtig brach
ten wij hem aan het verstand dat net
hartje zomer was. „O ja, da'swaar
ook", zei hij, en hij zette z'n kraag'op.
Om warm te worden zijn we de
spooktent binnengegaan. Het enige we
zen waar we van, schrokken, was een
gewitkalkte jongedame in njoeloek
met bloedloze bloedrode lippen. Het
wat een eng gezicht, toen opeens liet
licht erop viel. Het deed ons denken
aan die vluchtige droom van de vorige
dag, waaro :r we gisteren- iets vertel
den. We gebruikten daarbij een ietwat
ingewikkelde zin, die nog net duidelijk
genoeg was. De zetter (die waarschijn
lijk te lang in de draaimolen gezeten
had) liet echter een stukje uit die zin
weg, zodat het geheel nu meer leek op
een prijsraadsel. Met als oplossing:
En toen werd voor ons de klok plot
seling duizend jaar teruggezet. Niet in
werkelijkheid, maar in onze verbeel
ding. En dat niet in onze verbeelding,
nu, terwijl wij dit schrijven, maar wer
kelijk in onze verbeelding, gisteren,
toen wij daar zaten!
QVER DROMEN gesproken. We zijn
ook nog in het Droompaleis ge
weest. En vandaar naar de zoete reali
teit van de Suikerspin. De kruisspinnen
in onze tuin kunnen daar niet tegenop.
Spinnewebben van dèt materiaal, voor
iédere spin het ideaal! Geen vlieg kan
er afblijven, en geen vlieg die er levend
vandaan komt. Wij zijn er wel levend
vandaan gekomen en zijn naar de plaats
gegaan van die andere Spin. Daar stond
nu -een vliegtuigjes-molen. De propel
lers draaiden en de jeugd had pleizier.
Een notabel burger stond erbij te kij
ken. maar hij durfde er niet in. Voor
zijn prestige. kenden hem niet als
candidaat voor de Tweede Kamer, an
ders zouden we hem in het oor gefluis
terd hebben: „Wacht U tot Woensdag
avond; dan kan het geen kwaad meer!"
De man had trouwens ons advies niet
nodig. Hij verdween in het gedrang
(dat overigens minder dicht was dan op
de eerste kermis-avond) en kwam vijf
minuten daarna met een peuter van een
jaar of elf terug. Nog geen tien secon
den later zaten ze allebei in zo 'n zil
veren vliegtuig. De notabele en de
jeugdige beschutter van zijn prestige.
Twee uur later kwamen we hem weer
tegen. Nu met een blonde beschutster
van naar schatting twintig jaar. Zijn
dochter waarschijnlijk. Ze gingen juist
de tent binnen, waar men alles weet
omtrent verleden, heden en toekomst.
We zijn hem niet gevolgd. Het heden
biedt ons stof tot overpeinzing genoeg.
Wel zijn we naar de werptent gegaan.
Vgrledan jaar wonnen we op de kermis
te Julianadorp een kammetje, ook in
zo 'n tent. Dat zwarte haarharkje was
gammel geworden. Het schreeuwhie
haast om een opvolger. De werptent
moest uitkomst brengen uit deze nood.
Het grillig lot bracht ons echter een
nougat-blok. Hard, zoet en rose. In een
dubbel papiertje. We hebben het, slen
terend over de kermis, weggeknauwd.
Toen we klaar waren, misten we een
hoekje van een cnijtand. Nu eens niet
in onze verbeelding, maar in werkelijk
heid. Een zoute haring en een zure
bom. gekocht aan de kar op het Ko
ningsplein, verzachtten het leed. En zo,
geladen, met zoet en zout en zuur, zijn
we huiswaarts gegaan.
het voor goéd, lezers: deze mensen
hadden, stuk voor stuk, geweigerd
toenv de demarcatielijn zich onverbid
delijk achter hen sloot als Nederlan
ders of als Nederlandse onderdanen
(wat niet hetzelfde is!) de „staats-
aangehorigheid" van de Republiek
Indonesia aan te nemen. Ze weiger
den dit, hoewel hun dit aanzienlijke
privileges had bezorgd. Ze weigerden
het, omdat ze zich Nederlanders wis
ten.
De troep der schamelende
jongens met gescheurdeen niet meer
op te lappen broekjes, de meisjes en
jonge vrouwen in wat verschoten
prullen, die rond hun lijf hingen. Per
militaire auto werden ze naar de
trein gebracht. Nauwelijks ervan
overtuigd, dat ze over een halve dag
in Batavia zouden zijn, Batavia
eindelijk, eindelijk, na de maanden en
maanden van hopeloos wachten.
Ik zag ze komende jongens
met hun hond in de armen geklemd,
met een kip sommigen. En de meisjes
vaak met een kleine, verschrikt kij
kende poes of met een pluizig ko
nijntje.
De héél ouden van dagen en de
zieken en de slachtoffers 'van hon
geroedeem werden per draagbaar
naar de trein vervoerd, maar zelfs bij
hén was vreugde. Er was een oud
moedertje, die zuster Dasberg stijf
aan haar arm bleef vastklemmen en
onophoudelijk vroeg: „ZusterU
laat me toch zeker niet achter
hier...? Zuster... ik mag toch zeker
wel met U méé...!" En Zuster Das
berg, die al zo'n kwart eeuw mee
loopt met het Rode Kruis-werk, en
dus het recht heeft enigszins „ver
hard" te zijn, stond er wat kleintjes
en beduusd naast en ze pakte dat
moedertje, ineengeschrompeld en
klein en bruin als het was (nét een
antiek poppetje uit een wajangspel)
en fluisterde, als ik me niet vergis,
allerlei lieve woordjes in dat kleine,
bruine oor.
En er was een heel oud mannetje,
dat erg z'n best deed kordaat te
schijnen. Zuster Dasberg zag dat en
zei: „Nu vadertje, zeker óók wel de
8 kruisjes gepasseerd, niet?" Waarop
dat oude mannetje Zuster Dasberg
wat teleurgesteld aankeek en mom
pelde: „Nee zustgr. ik ben van '89,
weet
En toen gilde de stoomfluit van de
jumbo, die voor de Rode Kruis-trein
was geplaatst, en daar gingen ze:
alle 400, hangend uit de raampjes.en
roepend naar de militairen, dat ze
het zo goed gehad hadden. En het
laatste wat ze zagen was een groot
bord. met erop geschreven, In slor
dige en hanepoterige letters „Harte
lijke groet van 3-6 RVA".
Opnieuw langs sawahs en kam
pongs. Over viaducten en bruggen
Langs ^e groene wouden van Zuid-
Midden-Java, richting: Batavia
Tegen de avondzouden we er zijn>
..Tegen de avond, hè Zuster
vroegen de kinderen. En het zelfde
vroegen de moeders. En de vaders.
Allemaal vroegen ze hetzelfde. Ja,
vanavond zouden we in Batavia zijn.
Het einddoel van een lange, lange
reis. Bataviaeen wonderwoord
voor 400 mensen.
Ik hoorde de verhalen uit Djocja.
Vele en' velerlei. Daar alleen over
zou men lang kunnen schrijven. Maar
dat komt later. Nu gaat het om die
trein naar Bataviade trein der
vreugde.
Nee, niét alléén vreugde! Daar was
een aparte wagon voor de bof- en
kinkhoest-patiënten. Daarin was niet
zo bar veel plezier. En dan was er(
een afdeling voor malaria en scabtus.
Om van de oogzieken en aan tropi-
pische zweren lijdenden maar niet te
spreken. Ze hadden het zwaar, de
Zusters, iri die eerste uren, maar,
zullen ze gedacht hebben, hoe méér
werk hoe beter, dat kort de lange
dag.
Zo reed die trein door midden-
Java. Dezelfde weg terugstij
gend en dalend met 80 kilometer
vaart. En opnieuw aten we stof en
kolengruis en sloeg de roetzwarte
walm, uit de pijp ons in de nat-ge-
transpireerde gezichten.
Maar wat gaf hetvanavond
waren we thuis. Vanavond schoon
goed, baden, en in een fris bed.
En de trein der schamelen, die
desondanks met vreugde vervuld wa
ren, joeg naar Batavia.
Toen kwam de stad Poerwokerto.
Hier stopte de trein. Dat was niets
bijzonders. Er zou water geladen
worden voor de jumbo, en we zouden
de kans krijgen wat bananen, limo
nade en djeroeks (kleine sinaasappe
len) te kopen. Daarna, na 10 minu
ten, zouden we doorgaan. Naar
Batavia
En toén sloeg de bliksem in!
En dat was de bliksem van de mede
deling van de stations-ambtenaar van
Poerwokerto, dat de trein niét naar
Batavia ging. De trein ging terug.
Terug naar Gombong, aan de demar
catielijn. Terug naar zijn beginpunt.
De oorzaak? Niemand, die het pre-
cie^lwist, hier. Wel waren er legio
wilde geruchten. Spoorrails opgebro
kentreinen aangevallentien
tallen dodenoprukken van ben
den rampokkerslevensgevaarlijk
nu te reizen
Terug naar Gombong! En nu zal ik
u het tafreel besparen, lezers, daar
in die trejn de# vierhonderd schamelen.
Want nu konden de verpleegsters wel
zeggen, dat ze over 3 dagen opnieuw
zouden worden gehaald, de teleurstel
ling, de ontgoocheling was te groot,
te plotseling. Hoewel er óók waren,
vele vrouwen, die het opvallend lako-
niek opnamen, En die zeiden: „Och,
wij wachten al zolang, dit kan er óók
nog wel bij". Maar dit was misschien
nog het meest trieste van alleS. De
locomotief werd afgekoppeld en ver
wisselde van plaats. En na een half
uur reed die trein terug naar Gom
bong. Het waren louter strakke ge
zichten, en daar was heel veel ver
driet in die 16 wagons van die lange
trein. Behalve bij de 18 babies, want
die, wisten van niets.
Gombong werd bereikt. Er waren
weer soldaten op het vernielde sta
tionnetje en die keken al even be
drukt als de 400 mannen en vrouwen
en kinderen, die uit de trein sjokten.
Buiten het station stonden in de
zenging van de gloeiende middagzon
de auto's klaar. Eén voor één reden
ze, gevuld met de teruggekeerde
mannen en vrouwen, naar het kamp.
Nooit waren groepen mensen zo stil
als in dit uur en in deze auto's.
Ik kan mi) niet herinneren ooit in
zo'n treurige, bedroefde en verslagen
trein gezeten te hebben als die dag.
Want het waren mensen, die niet
kónden wachten. Geen uur en geen
dag! Die hadden al té lang gewacht!
ANTHONT VAN KAMPEN.