HET RUHRGEBIED
IN
SMEULT DE HAAT
■jé
JEF LAST (4)
M
VVVVTs
•vwiry
*-tVVV
HET NIEUWE BOEK
Regeringsonderzoek naar waarde
der experimenten-Mieremet
1 NOODLOT
Onze Dam rubriek
Ontsfemming jegens de grote mogendheden
vordt afgereageerd op Nederland
het
Duitse pers blaast
vuurtje aan
op onderzoek in Duitsland
m m ii
W r--
III
M
Aardstralen, wichelroede, kankerbestrijding
14000 proeven met
verrassende resultaten
Daq in
-IA AR
J)E AUGUST THYSSENHÜTE WAS niet slee hts vóór de oorlof eén der grootste
bednjven van Europa, met 14000 man personeel, zij was ook door hLr Ilg-
fing tussen R«n, Main, Dortmund-Ems en Mlttelland-kanaal uniek funstlf
telo«n. 4M kilomever eigen spoorwef verbonden kolenmijnen en hoofovens
met er-minimum van transportkosten, terwijl de hoogovens zelf weer gas en
electriciteit voor de exploitatie der mijnen en der talrijke nevenbedrjjven lever
den. Als een geweldig organisme hingen al deze bedrijven samen en dankten
,an deze onderlinge afhankelijkheid hun lage productiekosten en enorme om-
set. Want niet alleen het gewalste staal was van betekenis, maar evenseer het
Thomasslakkenmeel voor de landbouw, de tg. Feinbleche voor de Duitse elec-
trotechniek en de locomotievenwerkplaats voor het spoorwegverkeer Welke
geweldige schade de démontage der August Thyssen Werke niet slechts voor
Duitsland, maar vooral ook voor Nederland betekent, blijkt uit de volgende
gegevens. Geen ander bedrijf was zozeer als Thyssen op vervoer te water naar
de grote havens Antwerpen, Rotterdam en Amsterdam aangewezen. Een groot
deel van dit transport geschiedde met Hollandse schepen, en de aanleg der
Vlaardingse havenwerken kwam tot stand door kapitaaldeelname van de
August Thyssenhütte. Van 1936 tot 1939 ging jaarlijks een transport van ge
middeld 4,5 millioen ton van Au ros* Thyssen over de Nederlandse havens.
voor dit werk niet geoutilleerd of
voorbereid zijn, en die met ongeschool
ds arbeiders werken, veroorzaken bij
na dagelijks in het bedrijf levensge
vaarlijke of dodelijke ongelukken.
Massadiefstal van materiaal komt
voortdurend voor. En dat is niet ver
wonderlijk, wanneer men weet, dat de
meerderheid van het personeel uit de
plotseling werkloos geworden vroe
gere zwarte handelaars en politieke
delinquenten gerecruteerd is.
Wij konden ons enigszins de veront
waardiging der bona fide arbeiders in
denken, toen ons het programma en
overdadige menu getoond werd van een
„Kameradschaftsabend", die door de
ERP samen met de arbeiders der dé-
montagefirma's werd gehouden, een do
cument dat, tot in zijn woordkeus toe
aan soortgelijke programma's voor fees
ten van SS en Arbeidsfront herinnert.
Hier hoeft men naar de misdadigers
zelfs niet meer te zoeken. De bedrijfs
leider onder het vroegere Duitse ar-
r\E DEMONTAGE der Thyssenhütte
1 betekent dan ook het wegvallen van
de grootste verbruiker van buitenland
se ertsen in Duitsland en daarmede
een verplaatsing van de binnenkomende
stroom van over zee getransporteerde
ertsen van de Rijn en de Nederlands-
Belgische scheepvaartwegen «aar de
Noordduitse havens en hun stromen.
Het grootste deel der Hollandse Rijn
aken zou hierdoor waardeloos wor
den, terwijl voor het vervoer over de
Duitse binnenkanalen nieuwe, kleinere
schepen gebouwd zouden moeten wor
den.
De aan de grootst* binnenhaven van
Duitsland gelegen August Thyssen
hütte leverde vóór de oorlog een pro
ductie van ongeveer 2.1 millioen ruw-
staal per jaar om van de bijproducten
sis Thomasslakkenmeel en teermaca-
dam nog niet te spreken. Bij stopzet
ting der demontage zouden 2000 arbei
ders onmiddellijk tewerkgesteld kun
nen worden en zou het bedrijf na on
geveer een half jaar aanlooptijd weer
ingeschakeld kunnen worden bij het
Europese opbouwprogramma, met bij
na normale productie. Daartegenover
worden de kosten der démontage (door
ong. 750 arbeiders! op 65 millioen rijks-
mark, die van de wederopbouw in een
ander land op 300 millioen rflksmark
berekend. Hierbij zou de productie zes
jaren op zijn minst stil liggen.
Wanneer zulk een productieverlies
voor het ijzer en staal-arme Europa
inderdaad geen andere gronden zou
hebben dan prestige-kwesties of angst
voor concurrentie van Britse zijde, of
zelfs de angst, dat bij een oorlog met
Rusland de herstelde bedrijven in han
den der Sovjets zouden kunnen vallen,
hoe kan men dan hen, die dit op hun
geweten hebben anders dan misdadi
gers noemen?
j^E LEUZEN, die de arbeiders op de
morgen van mijn aankomst op de
bedrijven geschilderd hadden, richtten
zich echter, zoals wij zagen, niet in de
eerste plaats tegen de geallieerden,
maar tegen de Duitse ondernemers.
Hoe zit het hier mee?
In de eerste jaren na de capitulatie
hebben ook de Engelsen weliswaar de
bedrijven grotendeels Stilgelegd, maar
weinig haast gemaakt met de eigen
lijke démontage. De werkzaamheden
beperkten zich tot opruimen en het
vrij maken der kranen, loopbanen enz
die voor de démontage moesten die
nen. Sinds de sanering is daarin ver
andering gekomen. Men vreest van
Britse zijde een herziening der démon -
tagelijst door de Amerikanen, die sterk
voor het behoud der August Thyssen
hütte geporteerd zijn. Daarom tracht
men nu, in versneld tempo, niet het
£ehele bedrijf, maai enkele der onmis
bare kernbedrijven als de hogedruk-
vaterleiding, de Dolomitwerken en de
v.'alsbaan te démonteren, zonder welke
het geheel niet kan werken. Het her
viel zou zoveel tijd kosten, dat het be
drijf voor het Europese wederopbouw-
Programma de eerste jaren niet' meer
van belang zijn zou.
Aan de andere kant ziet een reeks
van kleine Duitse ondernemingen in
de aanvaarding van dit démontage-
v.'erk in accoord eefi mogelijkheid voor
het maken van zeer grote winsten.
Deze ondernemers, die grotendeels
beidsfront, verantwoordelijk voor de
fusillering van verschillende arbeiders
der Hütte in de fabrieksbunker, is
thans bedrijfsleider bij de firma
Leman, die de démontage uitvoert.
£}EMONTAGE der August Thyssen
hütte betekent ruïnering van ar
beiders zowel als middenstanders te
Hamborn. Hetzelfde is het geval met
Krefeld wanneer de Duitse edelstaal-
werken en met Bochum, wanneer de
Bochum- en Hanover Werke gedemon
teerd worden. Of deze démontage der
staalbedrijven als bron van oorlogs
materiaal in potentie, zal kunnen op
wegen tegen het psychische gevaar van
haat en verbittering die erdoor gezaaid
werden, of de blijvende verarming en
het langzame herstel van Europa niet
gevaarlijker zullen blijken, dan het
herstel van staalfabrieken die het ma
teriaal voor de wederopbouw kunnen
leveren, is een vraag die scherp gesteltS
moet worden.
0
Zeker is, dat thans reeds een bewuste
en systematische poging gedaan wordt
om nationale rancunegevoelens weer
aan te kweken, af te leiden op 't kleine
Holland. Het doordraaien der groenten
ir. het vorige jaar, de Nederlandse
annexatie-eisen, de overdreven beteke
nis der Duitse olie, de kwestie van de
Nasse Zechen, maar vooral ook de z.g.
„Schwarze Tulpen Aktion", waaronder
men verstaat de uitwijzing der Duit
sers uit Nederland, leveren het mate
riaal waarmee dit vuurtje systematisch
en bekwaam door bladen als de „Rhei-
nische Post" en „Die Zeit" gestookt
wordt. Dat het onder de oppervlakte
reeds op veel gevaarlijker wijze smeult
dan de Nederlandse autoriteiten schij
nen te beseffen, is mij uit tal van ge
sprekken in het Rijnland gebleken.
Het zou interessant zijn eens te onder
zoeken welke groep van misdadigers
bij dit opzettelijk tegen elkander zet
ten van beide volkeren reeds thans be
lang heeft.
OPLOSSING PROBLEEM 56.
Stand. Zwart 7 schijven op: 3, 10, 20,
29, 30, 37 en 40. Wit 7 schijven op:
13. 17, 26, 28, 32, 41 en 49.
Oplossing: 1. 49—44 (40 x 49) gedwon
gen want op 37 x 46 volgt 44 x 4. waarna
2933 niet kan omdat na 28 x 39 zwart
46 x 21 moet slaan en door 28 x 17 ver
liest). 2. 28—23 (49x28 slaat 4 sch.) 3.
41x5! (dam 5 sch).
En nu nog even het volgende standje:
Zwart 12 schijven op: 6, 7, 8, 9, 11, 12,
13, 15, 16, 19, 23, 29. Wit 12 schijven
op: 27, 28, 32, 35, 36, 37, 38, 42, 43, 44,
45 en 48. Als zwart, die aan zet is, niets
kwaads vermoedend 1218? speelt volgt
van wit: 27—22 (18 x 27), 32 x 21 (23 x
41), 36 x 47 (16 x 27) 38—32 (27 x 40),
45 x 1. 4
Ter oplossing voor deze week:
PROBLEEM 57.
Van W. Vrijlandt
■sassss'
'06.
1 m m m
Zwart 11 schijven op: 6, 7, 8, 10, 11,
13, 14, 17, 21, 25, 31. Wit 11 schijven
op- 26, 28, 33, 34, 35, 37, 38, 39, 41, 44,
47. Wit speelt en wint!
H.M. Koningin Juliana bracht giste
ren bezoek aan de tentoonstelling in het
Koninklijk paleis te Amsterdam van de
geschenken van H.K.H. Prinses Wil-
helmina.
VOOR DE JEUGD.
Het is verheugend, dat er de laatste
jaren zoveel aandacht wordt besteed
aan een goede typografische verzorging
van de boeken voor de jeugd. Als we
de flodderdingen van vroeger eens leg
gen naast de uitnemend gedrukte,
meestal vlot geïllustreerde en dege
lijk gebonden boeken van tegenwoor
dig kunnen we de jongens en meisjes,
die ze ten geschenke krijgen, benij
den. Of de inhoud van de kinderboe
ken in gelijke mate verbeterd is wa
gen we echter in het algemeen te be
twijfelen. Des te meer is het te waar
deren dat verschillende uitgevers bij
de keuze van hun copie met de uiter
ste kieskeurigheid te werk gaan en er
naar streven het beste te brengen.
Van de vele kinderboeken, die ons
in deze dagen voor St Nicolaas ter re
censie werden toegezonden vragen wij
ditmaal de aandacht voor de onder
staande.
Daar is eerst het kloeke boek van
Piet van As „Op verkenning met de
Nautilus" (Uitg. West-Friesland,
Hoorn) dat tot de beste avontuurlijke
geschiedenissen behoort, die wij voor
jongens van 10 tot 12 jaar kennen. Zes
flinke Texelse jongens gaan met hun
meester uit kamperen op „het vaste
land" en beleven een reeks weder
waardigheden, die te lang is om zelfs
maar in uiterste verkorting weer te
geven. Spannend van begin tot einde.
Uitstekende lectuur met goede illu
straties.
Vrijwel even avontuurlijk, zij het in
andere zin, is het door A. Snitjer ge
schreven jongensboek „Van wigwam
en plaggenhut" Uitg. Kluitman, Alk
maar). Een plaggenhut aan het moe
ras, Batavieren en Indianen, zeiltoch
ten, landlopers en stropers.... welke
jongen tussen de 10 en 14 jaar jaar zou
er niet van smullen? Deze uitgeverij"
deed helaas een misgreep met de uit
gave van Peter Torenvliets „Burge
meester Joachim, een avontuur van re
chercheur Argus", Dit is nu precies
JTCONOMEN EN NATUURKUNDIGEN, militairen en medici, landbouwkundi
gen en parapsychologen, tezamen vormende een commissie van onderzoek,
houden zich in opdracht van niet minder dan vier ministers uit de Nederlandse
regering bezig met de vraag of de experimenten van de heer J. G. Miersmet,
wiens naam de laatste tijd, nu eens met grote lof genoemd, dan weer grondig
verguisd, overal opduikt, inderdaad van wetenschappelijke c.q. prae-weten-
schappelijke waarde zijn. De benoeming van deze commissie, de omschrijving
van haar taak en de namen van haar leden zijn tot dusver geheim gehouden,
hetgeen enigszins wonderlijk aandoet. Op nadrukkelijk verzoek wordt dit ge
heim ook in dit artikel geëerbiedigd.
derd uitspraken pro en contra-Mieremet
kunnen verzamelen en vermelden.
Maar laat ik deze veelomstreden figuur
zelf eens aan het woord laten.
Mieremet vertelt.
'Hoe ik er toe gekomen ben? Wel,
jaren geleden reeds viel het mij op, zo
vertelt de thans 63-jarige ex-magneti
seur mij in zijn woning te Wassenaar,
dat sommige personen, na een ernstige
ziekte volkomen hersteld teruggekeerd
uit een ziekenhuis of sanatorium, thuis
weer tot een wrak vervielen, dat be
paalde kwalen zonder aanwijsbare re
denen terugkeerden, dat andere men
sen thuis nooit en elders wel rustig
konden slapen, enz.
Ik kreeg de gedachte, dat het veel
verblijven op bepaalde punten bevor
derlijk was zo niet voor het verwek
ken dan toch voor het ontwikkelen van
bepaalde kwalen. Zoekend naar een
verklaring van dit verschijnsel, dat
ik steeds duidelijker waarnam, vernam
ik bij toeval van het werk van Gustaf
freiherr von Pohl, die te Dachau bij
Miinchen een school had voor wichel
roedelopers. Ik besloot.toen hem op te
zoeken en vernam (het was in 1935).
dat hij hetzelfde verschijnsel al sedert
omstreeks 1900 kende. Overtuigd hier
de oplossing te kunnen vinden bleef ik
bij hem een cursus volgen in het
wichelroede-lopen, iets waarmee ik mij
nooit had bezie gehouden. Ik was toen
50 jaar. Van het ogenblik af, waarop
ik verrijkt in Nederland terugkeerde,
heb ik geen rustig uur meer gehad.
WIE EN WAT is de heer J. C. Miere
met? Jarenlang had hij te Nijme
gen een drukke practijk als magneti
seur. In 1924 moest hij uit dien hoofde
voor de rechtbank te Arnhem verschij
nen wegens het onbevoegd uitoefenen
der geneeskunde. Hij werd vrijgespro
ken. Op het ogenblik, een kwart eeuw
later, is hij directeur van het Eerste
(en enige) Nederlandse Bureau voor
Wichelroede-Onderzoek tegen Gezond-
heidschadende Bodeminvloeden, welk
burau zich bezig houdt met het opspo
ren van zogenaamde aardstralen en het
nivelleren daarvan door het afscher
men van potentiaalverschillen.
Is het u duidelijk? Magnetisme....
onbevoegd uitoefenen der geneeskun
dewichelroedebodeminvloe
den Het is prof. dr. J. Clay volko
men duidelijk: kwakzalverij, zegt hij,
zwendel. Maar daar staat dan tegen
over. dat de Haagse arts dr. J. de Groot
(in het tijdschrift „Aesculaap" van 15
Juni 1939) verklaart de heer Mieremet,
die hij kwalificeert als zeer deskundig
en zeer ervaren, een onderzoek te heb
ben laten instellen naar de,oorzaak van
bepaalde ziekteverschijnselen bij hem
zelf. die hij ondanks zijn grote kundig
heid en ervaring niet had kunnen vin
den. Het resultaat, schrijft hij. is een
voudig verbluffend. - Dank zij de aan
wijzingen van de heer Mieremet. die
hij heeft opgevolgd,
volkomen hersteld.
Wat moet de leek daaruit nu conclu
deren? In elk geval dit. dat het zeker
alle moeite waard is na te gaan of het
resultaat van 's heren Mieremets werk
wijze inderdaad van bedriegelijke dan
wel van (in de goede zin) verbluffende
aard is. Die twee uitspraken immers
staan niet alleen. Als mijn werk en dit
blad mij tijd en ruimte vergunden zou
ik zonder moeite honderd of tweehon-
Maar wichelroede-lopen is toch
is zijn gezondheid^ niet iets van de laatste jaren?
Neen. het is zo oud als de wereld.
Het wordt al eeuwenlang met goed ge
volg toegepast voor het opsporen van
wateraders. Bij Von Pohl leerde ik
echter 22 verschillende objecten op
sporen door middel van de roede, niet
allen water, maar ook goud, en verder
aardgas, zouten en doodsbeenderen, tal
van metalen (verborgen projectielen!)
en steenkool. Had ik mij bepaald tot
deze dingen, gelijk de meeste Neder-
yAN MEER DAN EEN zijde
worden pogingen in het werk
gesteld om een deel van het fonds,
dat het Nederlandse volk heeft
bijeengebracht ter gelegenheid
van het regeringsjubileum van
Koningin Wilhelmina, te doen
afzonderen voor een onderzoek
naar de vraag of het juist is, dat
het optreden van kanker wordt
bevorderd door zogenaamde
aardstralen. De heer J. G. Mie
remet te Wassenaar, die zich
sedert 1935 met deze materie
bezig houdt, meent dat hij dit
door middel van 14.000 proeven
reeds afdoende heeft aangetoond.
Van overheidswege acht men
thans de tijd gekomen de waarde
van zijn experimenten aan een
diepgaand onderzoek te onder
werpen, zulks mede met het oog
op weldra te verwachten nadere
beslissingen inzake de bestem
ming van het Kankerfonds.
het soort avontuurlijke boeken dat we
niet moeten hebben voor onze
jongens. Moord op een burgemee»t«r
tijdens een onweersbui en een wethou
der die als dader ontmaskerd wordt
door ae politie ipet de medew* 'king
van scholieren, dat is al f avontutrdjjk.
Kluitman gaf daarenteger een uitste
kend boek voor oudere meisjes in het
zeer goede wzrk van "nevrouw E. Hui-
zinga—Scaf „Wij en oe hoer; de ge
schiedenis van twee zusjes met zeer
verschillende aanleg, die midden in 't
moderne leven staan met al zijn zor
gen en problemen, zijn humor en zijn
echte vreugde. Het boek bestaat gro
tendeels uit brieven en dat geeft
een aparte bekoring aan en een on
miskenbaar levens-echt karakter. Zeer
aan te bevelen. Dit geldt ook van „Jol-
ly weet het" door Elisabeth Stelli, dat
door meisjes van 12 tot 16 in tal van
opzichten beschouwd kan worden ali
een deel der geschiedenis van hun
eigen leventje. Pittig en amusant is
„De reportageclub" door Freddy Ha-
gers. dat vertelt van de beleveniaaen
der vrouwelijke redactie van een
schoolkrant. Als iedere redactie zoveel
avonturen te beleven had als dit »tel
meisjes kozen wij een ander beroep....
Kluitman stak deze meisjesboeken in
een fleurig gewaad.
Voor jongeren. „Melody la
F." door Gonny van Dieren.
(Uitg. Kluitman, Alkmaar).
Gonny van Dieren geeft in dit boek
op uitstekende' wijze de zielsconflicten
weer van een jong, verwend meisje,
dat voor een moeilijke keuze en een
zware strijd wordt gesteld, wanneer
Francois Marestraten, een van haar
vrienden, bij haar ouders op welleven
de oficiële manier om haar hand komt
vragen. Bij Dennis Beecher, een vriend
van haar zusje, heeft Marian ten Have
een jonge, zeer begaafde violist leren
kennen, die een diepe indruk op haar
heeft gemaakt. Hoewel Marian niet
gauw toe wil geven aan haar gevoe
lens, laat het beeld van deze sympa
thieke jongeman haar niet meer los.
Groot wordt haar innerlijke strijd,
doch na Hubert's eerste concert keert
26
door F, Coppersmith
Nancy was op haar Indiaanse moc-
cassins vlak acteer Claire naar binnen
Bekome», zonder echter iets te zeg-
Een, zoaat Claire zich, geschrokken
Jöeens omdraaide toen zij achter zich
et gerammel van potten en pannen
«oord-v
»0, (k ben 1 rt maar", zei Nancy zo
beleefd, dat het haast deemoedig
kjonk. Maar ineens veranderde de
lank van haar stem:
-Dat heeft toch geen zin! Op die ma-
bier vindt u de geluksgordel nimmer!"
..Wat bedoel je, Nancy?"
..O, missy, weet u niet wat de ge-
mksgordel is? Wacht u even, dan haal
bem direct". Als de wind holde zij
be steile trap naar boven op en neer
Ibrugkomend met een smal doosje van
I
zwart hout, dat zij behoedzaam op ta
fel zette en opende.
Claire. die nieuwsgierig had toege
keken, deinsde verschrikt achteruit,
met groen glinsterende ogen' lag er 'n
slang opgerold in het kistje. Nancy
lachte luidkeels, nam de slang uit het
kistje, deed net of zij het reptiel be
toverde en verkondigde toen met een
treurig stemmetje, dat het beest dood
was, vlak daarop weer vrolijk lachend.
Een zucht van verlichting slaakte
Claire toen zij bij nauwkeurige be
schouwing bemerkte, dat de slang
een opgezet beest was, met ogen van
g'as.
„Is dat ehde geluksgordel?"
vroeg ze toen vol verbazing.
„Neen", was het antwoord, en met
een rommelde Nancy "n het kistje om
ender goedkope sieraden en andere
snuisterijen een smalle, Indiaanse gor
del te voorschijn te toveren, van on-
gelooid leer gemaakt en bezaaid met
glinsterende steentjes.
„Dit is de geluksgrdel". annonceerde
zij nu in volle ernst. ..De Indianen
denken dat deze gordel de drager te
gen alle ongelukken beschermt! Wie
de echte gordel bezit is gelukkig".
„Maar Nancy, hoe kan men de echte
gordel dan krijgen?" informeerde Clai
re glimlachend.
„Neen, die vindt u niet, missy", was
het antwoord, „misschien is dit wel
beter. U neemt een mespunt van deze
groene poeder en kauwt het goed. In
een ogenblik vallen alle zorgen van u
rf, is u zo gelukkig, als een gelukkig
mens maar zijn kan. Probeer dat maar
eens".
Nancy draaide zich om en pakte een
klein mes.
„Wat is dat dan voor goedje, Nan
cy?" vroeg Claire.
..Proeft het maar", drong het meisje
aan. ,,'t werkt heel wat beter dan de
geluksgordel!"
Een seconde lang blikte Claire in de
donkere, haast vijandig glanzende ogen
van de Indiaanse, toen wierp ze met
een rilling van afkeer de gordel op
tafel en snelde de deur uit
Achter het huis hing een fazant, die
Egilson geschoten had. Die moest ge
plukt en schoongemaakt worden, wil
de men het dier diezelfde avond nog
kunnen eten. En daarmede was Clai-
re's programma, dat zij voor deze dag
had uitgestippeld, nog lang niet uitge
put. Ook de katoenen japon, reeds ge
heel in de pasvorm, moest vandaag af
komen. In Bedfort kon zij de uit Eu
ropa meegenomen kleren nauwelijks
op Zondag dragen. Daarvoor was er
veel te veel werk. Daarom had zij
Kussy, toen die enige dagen geleden
opnieuw naar Fort Pitt moest, ge
vraagd een lap katoen voor haar mee
te brengen.
Er was nog meer te doen; het voer
voor de pasgeboren kuikens moest
klaar gemaakt worden. Zij waren juist
ten week oud. zodat hun menu veran
derd moest worden.
In de loop van de laatste weken wa
ren Claire en Egilson stilzwijgend tot
een overeenkomst gekomen dat Claire
de zorg voor het hoenderpark op zich
zou nemen. Alleen had de farmer haar
uitdrukkelijk verboden een broedende
kip van de eieren te nemen, om ook
deze te voederen. Dat deed hij en hij
alleen, had hij haar gezegd.
Of het nu de schrik was over Nancy's
toverkunsten met die griezelige slang
of iets anders, wist Claire niet. Wat zij
wel wist was dat het werk haar na 't
gesprek met het Indiaanse meisje
lang niet zo vlot afging. En dande
brief. Zou die ooit nog wel eens ko
men? Of zou Gerard misschien plotse
ling voor haar staan? Hoe heerlijk zou
het niet zijn wanneer hij opeens in
Eedfort uit een wagen zou stappen of
te paard zou komen aanrijden'
Meer dan eens had Claire zich voor
gesteld, hoe dat zou zijn. Zo behield
zij de hoop op hereniging.
's Avonds na het eten zag zij Egil
son, de eeuwige pijp in zijn rm-nd, bij
ae voordeur voor het huis staan Zijn
ogen tuurden over de nu kale maïs
velden. Dat ogenblik koos Claire uit
om zich bij hem te voegen en te vra
gen of hij, iets van de geluksgordel
wist.
De pijp uit zijn mond nemend ant
woordde de farmei dat hij er wel
iets van wist. „De Irotekens waren het,
die de sage omtrent een totem dat de
bezitter eeuwig geluk beloofde, voor
het eerst rondvertelden".
„Stamt Nancy van de Irotekens af?"
vroeg Claire toen.
„Neen, zij heeft Shawnee-bloed in de
aderen. Haar moeder behoorde tot die
stam. Haar vader was een blanke
jrger!"
„Zij heelt me een geluksgordel laten
zien", zei Claire aarzelend toen
Egilson zweeg. „Hij ziet er mooi uit!"
„Er zijn veel mooiere dan die van
Nancy", was Egilsen's antwoord, „he
laas heb ik nimmer de toverkracht
kunnen bespeuren".
Claire merkte dat de farmer het ge
sprek wilde beëindigen. Daarom^roeg
zij snel: „Hoe is Nancy b»er eifjlnlijk
gekomen? Heeft zij geen eigen huis
meer?"
Egilson's antwoord blijf lang uit, en
toen het kwam stond Claire verbijs
terd. Want Egilson zong de eerste re
gels van een onbekend vers:
„Waar hoorde je thuis
Eer je uitvloog?"
Verbaasd keek Claire hem aan. Zij
begreep niet wat hij bedoelde.
"(Wordt vervolgd