Vader werd eigenaar van 5 H.A. land Acheson introduceert politiek van de kracht Cultureel Nieuws Baltische landen onder de knoet AMSTERDAMS PODIUM Het Salon in de Valeriusstraat Het nieuwe boek Vijf mensen gingen naar Canada (21) Maar er blijven nog moeilijkheden genoeg Mensonterende deportaties Deportaties aan de orde van de dag Truman wijdt nieuwe enorme stuwdam in Eindbeslissing over Westers wel en wee ligt bij het Congres Plan Schuman: spectaculair gebaar ZATERDAG 18 MEI 1660 ij ET IS AL WEER EEN HELE TIJD GELEDEN, dat ik voor het laatst letB van me liet horen. Het was toen nog volop winter en er lag veel sneeuw. Het voorjaar kwaro in de mountalns zo aarzelend als een hinde, die vanuil het struikgewas de bergwei betreedt. Maar het kw&m en \vy vatten weer het plan op, om nu zelf te gaan boeren. \V(j hadden reeds een stuk land oj> het oog en we waren het met de eigenaar eens geworden over de orijs. Op 4 Maart ging ik naar huis. Vader en ik begaven ons naar de landeigenaar om te trachten de laatste moeilijkheden op te lossen. IV prijs van de koop- acte, die gewoonlijk samen door koper en verkoper betaald w ordt was veel te hoog, n.1. zes maal de gangbare prijs. De acte moest dus overgemaakt worden en eindelijk werd ze door beide partijen getekend; vader was eigenaar van 12.62 acres (vijf H.A.) goed, vlak land. rr GERT GING het niet zo voor spoedig. Hij had in de wintermaan den ook in het bos gewerkt en hoopte, dat hij van de zomer tegen het normale loon landwerk zou kunnen doen. Zijn baas maakte echter in Maart nog geen aanstalten om hetgeen hij afge sproken had, ook na te komen. Er veranderde voorlopig weinig Gert bleef in het bos werken en vader molk de koeien en deed het werk dat zijn baas hem opdroeg. Ik zelf ging weer terug naar het kamp der spoor wegarbeiders bij het gehucht Taft, om dat ik niets beter kon doen dan werken en meehelpen geld te verdienen. Het land was er weliswaar, maar er moet nog een huis worden gebouwd en koeien, een paard en 'toog veel meer worden aangeschaft. Korte tijd later werd onze ploeg werkmensen naar Revelstone terugge plaatst. Het voorjaar trad nu goed in en Dirk en ik maakten de avonden wat gezelliger door hier en daar wat rond te neuzen. De ijshockeywedstrijden zijn ruw maar erg spannend. Ook is het een ongekend genoegen naar het skisprin gen te kijken. Zowel de valpartijen als de geslaagde sprongen zijn indruk wekkend. In Revelstoke maakten we kennis met een andere Hollander, Kees Ouwehand, met wie wij vele avonden doorbrachten, luisterend naar zijn prachtige collectie grammofoonplaten. Bij het werk kwamen de laatste tijd herhaalde malen incidenten voor. Ook werd de kwaliteit van de maaltijden steeds slechter. Een maal gebeurde het dat de meeste van ons een hele mid dag moesten werken op een beetje rijst met krenten. Dit was voor de mannen van de „gang" aanleiding om het werk neer te leggen, 's Avonds was het eten iets beter, maar het rumoer in de restauratiewagen werd er niet minder om. Sommigen hadden zich in hun vrije tijd aan drank tegoed gedaan en dat maakte de stemming nog slechter. Be paald onaangenaam werd de sfeer, toen de oudste van de ploeg, een uiterst on sympathieke kerel, binnenkwam. Voor al die keer stond zijn persoon mij tegen. Zijn gebit had hij in de slaapwagen ge laten, en met zijn vuil gezicht en onbe schofte manieren maakje hij de hele vertoning compleet. Eten kon ik al niet meer en toen hij bovendien nog een stuitende redevoering begon te houden, zonder met zijn benevelde brein te we ten wat hij zei, kon ik het aan tafel niet meer uithouden en verdween, na gejouwd voor D.P.-er en vaderlands- loze zwerver. Stakend verstand! Nog meer moeilijkheden. BRIEVEN van thuis waren ook al niet enthousiast. De rekening van de aanleg van het electrisch licht was opgezonden en het geld zou deze maand van vaders loon worden afgehouden. Bovendien was Gert nog steeds niet van werk veranderd. Het was een uit gemaakte zaak, dat de boer het geld voor de aanleg van eiectriciteit niet van vaders loon mocht aftrekken. De er.ige oplossing die wij zagen, w*s te trachten de gehele cheque in handen te krijgen en dan te zeggen dat vader ontsiag nam. Ook besloten we, dat een van ons naar hus zou gaan om een huis te gaan bouwen op „ons land". Inderdaad gelukte het mij de gehele chequé in handen te krijgen, doch korte tijd later werd er de „ban" over uitgesproken, een voor ons vreemde situatie, waarbij een geldswaardig pa pier na uitgifte ongeldig verklaard kan worden, 's Middags ging vaders baas alle winkels af om te zeggen, dat er geen chequé's van hem mochten worden ingewisseld. Een onprettige situatie, daar het Zaterdag was en moeder als gewoonlijk boodshappen moest doen. Dit maakte ons kwaad, daar vader het geld eerlijk met wer ken had verdiend. Het gelukte moeder echter de chèque in te wisselen bij een winkelier, die van de „ban" nog niets afwist. Deze incidenten maakten het voor ons onmogelijk nog langer het oude huis te blijven bewonen, hoewel ver huizen verboden was. Bovendien was Gert in moeilijkheden geraakt, daar zijn baas hem niet kon gebruiken en hem aan eenander had verhuurd. Met dat al was de toekomst somber, ook al scheen in bossen en akkers on der de steeds warmer wordende zon nieuw leven te groeien. r\E STICHTING „SONSBEEK '49" or- ganiseert in de voorzomer van dit jaar het Nederlands muziek- en toneel- feest „Kunst der lage landen". Doel hiervan is meer aandacht te schenken aan de werken van oude en jongere Nederlandse toonkunstenaars en to neelschrijvers. Het Gelders Orkest ver zorgt drie concerten met als solisten Margot Broeders (harp), Roos Boelsma, Bertus Bakker, Marinus Flipse en Theo Olof. Voorts wordt wat het muzikale gedeelte betreft een uitvoering kamer muziek gegeven en zal het Nederland se Kamerkoor o.l.v. Felix de Nobel op treden. De Kon. Vlaamse Schouwburg brengt het oorspronkelijk Nederlands stuk „Koningin Christina" van de jon ge Vlaamse schrijver Herwig Hensen (de eerste maal, dat Vlaams toneel na de oorlog op onze planken komt). De jonge Nederlandse balletgroep „Ballet recital" van Sonja Gaskell, waarin o.a. Marie Jeanne v. d. Veen danst, zal op 7 Juni optreden met medewerking van het Gelders Orkest. Ongetwijfeld zal dit festival „Kunst der lage landen" veel belangstelling trekken. Voor geïn teresseerden vermelden wij nog het adres van het Stichtingssecretariaat: G. Temme, Mariënburgstraat 5, Arnhem. TN FRANKRIJK worden ook dit jaar weer de bekende zomercursussen georganiseerd. Deze bestaan uit lessen in de Franse taal, letterkunde, kunst geschiedenis, studie van Franse instel lingen en het maken van excursies. Cursus te Montpellier gedurende het tijdvak 4 Sept. tot 27 October, Aanmel dingen aan madame Souleil, secretaire de 1'Institut des Etudiants Etrangers, Faculté des Lettres, 14 du Cardinal-de- Cabrieres. Cursus te Grenoble, duur van 3 Juli15 October. Aanmelding: monsieur le secretaire-general du Co mité de Patronage des Etudiants Etran gers, Faculté des Lettres, Grenoble (Isère). Cursus te Parijs in maanden Juli en Augustus. Adres: Alliance Frangaise, 101 Boulevard Raspail (6e), Paris. De geheime documenten van een de partement van buitenlandse zaken uit het jaar 2000 vóór Christus zijn van het oud-Assyrisch in 't Frans vertaald. Dit nadat in 1935 in Mari (Irak) duizenden kleitafeitjes werden gevonden afkom stig uit de oude koninklijke archieven. Hierdoor is men bekend geraakt met de periode uit de oude geschiedenis toen het Babylonische keizerrijk werd ge sticht en koning Hammurabi zijn rijk begon uit te breiden tot aan de kusten van de Middellandse Zee. De eerste drie delen van dit Franse werk zijn verschenen bij de Franse Staatsdrukke rij. Volgende week zal in Florence de jaarlijkse grote bijeenkomst van de Unesco worden gehouden. Het is dezer dagen (13 Mei) 20 jaar geleden, dat de bekende Noorse poolonderzoeker Fridt* jof Nansen overleed. Vijftig jaar gele den verscheen in Wenen het toen veel opzien barende boek van Sigmund Freud over het uitleggen van dromen (..Die Traumdeutung"). Volgens een door een gedelegeerde van de Baltische landen b(j de UNO ingediend protest zijn sedert de oorlog tot begin 1949: 900.000 mensen naar Sibe rië en andere Aziatische gebieden van de Sowjetunie gedeporteerd. De grote mogendheden en de UNO worden erop attent gemaakt, dat de deportaties in de laatste tijd zijn toegenomen en hele groepen van de bevolking betreffen. quenten naar de binnenlanden van de Sowjetunie gebracht. Het aantal do den uit deze transporten wordt na twee jaren geschat op 270.000. De verplaatsing van de bevolking uit de Baltische landen in de laatste tien jaren geeft het volgende beeld: vóór de bezetting door de Sowjetunie telde Litauen 3.024 millioen inwoners. Letland, 1,994 millioen en Estland 1,134 millioen. Na de intocht van de Sow- jetrussische troepen in Juni 1940 wer den op grond van het DuitsSowjet- russische verdrag allereerst de Balten- Duitsers uitgewezen en wel uit Li tauen 34.000, uit Letland 50.000 en uit Estland 17.000. Daarna volgde de uit wijzing van 100.000 Polen uit het ge bied van Wilna, die voor een deel naar Polen en voor een deel naar de Sowjetunie gevoerd werden. Aan de lopende band Onmiddellijk na de officiële annexa tie van de drie Baltische staten door de Sowjetunie werden uit Litauen 35.000, uit Letland 34.000 en uit Est land 62.000 „fascistisch georiënteerde" personen en tsaristische emigranten naar de binnenlanden van de Sowjet unie overgeplaatst. Volgens de aange troffen lijsten van de N.K.V.D. (gehei me staatspolitie) waren een millioen mensen, onder wie 700.000 Litauers voorbestemd voor het transport; deze verplaatsing ging echter door het uit breken van de oorlog tussen Duitsland en Rusland niet door. Tijdens de Duitse bezetting werden uit dit gebied 293.000 Joden en daar van alleen uit Litauen 200.000 wegge voerd. Het grootste gedeelte werd ge dood. Bjj het vertrek van de Duitse troepen vluchtten 150.000 Litauers, 60.000 Letten en 50.000 Estlanders naar De deportaties uit de bezette ge bieden gebeuren volgens een bepaald systeem. De „landverhuizers" worden zonder waarschuwing tijdens onver hoedse acties opgepakt en in gesloten goederenwagens naar de nieuwe ge bieden getransporteerd. Deze acties, geschieden bij het aanbreken van de dag. De afwikkeling duurt niet lan ger dan twee uur. Het gewicht van de mee te nemen bagage mag niet hoger zijn dan 100 kg. Alle daadwerkelijke en eventuele tegenstanders van de Sowjetunie worden opgepakt. Daartoe behoren leden van alle politieke par tijen (behalve van de communistische partij), landeigenaren, huiseigenaren, kooplieden, officieren, alle personen die een briefwisseling met het buiten land onderhouden en zelfs postzegel verzamelaars. Het begon in 1920 In 1920 begonnen de Russen door ge dwongen verhuizingen onherbergzame Siberische gebieden te bevolken. Met de uitbreiding van de Sowjetrussische invloedssfeer in andere naties heeft zich de gedwongen emigratie ook tot deze landen uitgebreid. De eerste massa-deportaties van vreemde volken begonnen in 1939 in Polen na de be zetting van het Oostpoglse gebied door de Sowjetunie. Daarna volgden de Balten, Bessarabiërs, Roemenen en Oekrainers uit Galicie, evenals Duit sers, die de nationaliteit van deze lan den bezaten. Volgens Poolse bronnen werden in de jaren 1939/40 1,1 milli oen Polen, van wie 230.000 krijgsge vangenen en 250.000 politieke delin- „HONDENDEKEN", dat Is de naam, die Jeanne Lauvin aan dit wit en zwart geruite wollen costuum heeft gegeven. Het pakje is heel eenvoudig, met een interessant jasje, „óór met drie knopen ge sloten. De driekwart pofmouwen met de nauw-aansluitende man chetten zijn eveneens nieuw en geven een aardig effect. het Westen. Nog gedurende de oorlog werden in de jaren 1944/45, nadat de Sowjetrussische troepen deze gebie den waren binnengetrokken, 121.000 Litauers, 85.000 Letten en 105.000 Est landers naar de binnenlanden van de Sowjetunie overgeplaatst. Aan het einde van de oorlog be droeg de achtergebleven bevolking in Litauen 2,25 millioen, in Letland 1,64 millioen en in Estland 0,85 millioen. Met de heroprichting van het Sowjet russische bestuur in de drie landen begon een groot opgezette kolonisatie van Russen uit de binnenlanden van de Sowjetunie, zodat het oorspronke lijke bevolkingscijfer aan het eind van 1949 weer bereikt was. Volgens het bij de UNO ingediende memorandum zijn na de oorlog in Litauen 771.000, in Letland 344.000 en in Estland 300.000 Russen zich gaan vestigen. President Ttrüman heeft Donderdag de Grand Coulee dam over de Colum- bia-riveir, een bouwwerk van 10 mil lioen bubieke meter beton, ingewijd. De bouw heeft zestien jaar geduurd. Het door de stuwdam gevormde meer, het Roosevelt-meer, heeft een lengte van 250 km. Er zullen achttien genera toren komen, waarvan er reeds dertien geplaatst zijn. Tijdens de oorlog, toen het werk nog niet geheel voltooid was, werd reeds van krachtstroom van dit werk gebruik gemaakt voor het maken van de eerste atoombom. UET EINDE VAN DE ZEVENTIENDE en heel de achttiende eeuw kende de Instelling, die men „bet Salon" noemde. Het Salon was de woning van een heer of dame die op gereg^de tijden kunMenaars ontving en deze bun werk deed voordragen. Hetzij dichter*, hetei; muzikanten, hetzij ton«el»pe*ers, hetzij schrijvers. Zon heer of dame «va* doorgaans rijk met sards zlijk gezegend en het gezelschap van een dergelijke .«er«!e'' bestond behalve nit arsigten uitl rijke zakenlui, politici en soortgelijk duister volk. Alzo was „het Salon „Het Salon" bestaat niet meer ec «Ut is jammer. Jammer voor arme schrijvers en dichters Hoogstens mogen die lezingen plegen in slechtverwarmde en roke rige zalen. Of hun eigen hoeken en bundels verkopen in warenhuizen. Of levens lang afwachten of ze voor regeringssteun ln aanmerking komen. Geef mij maar de t|jd van het Tweede Keizerschap in Frankrijk, bloeitijd van „het Salon". Ah... stel u voor... vonkenschietende lichtkronen... ruisende creo- line's.elegante koetsjes... achter fnlpen draperieën versmoorde kussen... queue de Paris... ritselende rose liefdesbriefjes... schoonheidsmoesjes op perzik- achtige poederwangentranen van gelukgalante militairen kussen Ah waar bleef die tijd T AAT ER NU tóch nog een „Salon" zijn en laat de Fortuin willen dat ik en hand- het ontdek! In Amsterdam. Thuis bij een dame, ergens in de Amsterdamse Valeriusstraat. Nummer maar nee, dat gaat u eigenlijk geen steek aan, en daarbij krijgt gij. lezer, tóch geen uit nodiging. Een romantisch ingestelde dame in een romantische omgeving. Ze hield haar Salon reeds in de Tweede Wereldoorlog. Iedere maand één keer. Op de laatste Zaterdag. Dan kwam een artist, meestal een schrijver of dichter, die uit-eigen-werk-las, zoals dit heet. En denk niet dat het artistieke vulgus over die romantische drempel kwam! Eerder nationale figuren. Bijvoorbeeld de dichter A. Roland Holst, van wie gezegd wordt dat hij de Prins onzer dichters Is. In dit Salon trad dezer dagen mijn vriend Theo van der Wal op. Jong schrijver in lichtelijk experimenteel stadium. Een brave borst. Geen com munist, geen crypto-fascist. Noch anar chist noch nihilist. Alleen maar een schrijver. Annex grafoloog, psycholoog en paedagoog, hoewel het laatste met mate, aangezien ik bij herhaling moest vaststellen dat zijn kinderen een be denkelijke graad van ondeugendheid bereikt hebben. Maar d van niet. Theo van der Wal sprak die avond in het Salon van de Valeriusstraat. Na een start met thee, koekjes en belegde broodjes las hij voor uit eigen werk. Een novelle. Die novelle heette: „Het oog van de mens Is vlak". Een zeer moderne novelle. Een beetje abstract, een beetje experimenteel. Men vindt in zo'n novelle niets terug van Walter Scott, Japob van Lennep, Tollens of de christelijke schrijfster Wilma. Alleen Van der Wal treft men er in aan en dat Is meer dan genoeg. Er waren jonge kunstenaars. Zoals Gerrit Kouwenaar, een geprononceerd experimenteel dichter. Zoals Bert Schier- beek, die romans schrijft die wel wat aan James Joyce doen denken. En Ferdinant Langen. En niet te verge ten onze Lucibert, die experimenteert met gedichten en z'n haar. Hij laat dit alle kanten opgroeien, plaatst er ver volgens een bloempot over en gaat knippen. Het resultaat is een hoofd dat hardnekkige suggesties oproept aan dat van Filips de Schone en de Maagd van Orleans. Deze mannelijke maagd, Lu cibert, bood een krijtwitte aanblik. Geen wonder; even tevoren had hij z'n zorgvuldig gekweekte baard aan de algehele vernietiging prijsgegeven. Blijkbaar niet experimenteel genoeg. Theo van der Wal las voor. Men luisterde. En at de belegde broodjes. En bepeinsde het werk van de jonge artist. Daarna gebeurde er nog van allerlei meer. Een dame volgde Theo in diens kielzog en had het over de Oostenrijkse litteraire figuur Hermann Broek. 't Had iets te maken met ethische grond principes en 's kunstenaars levenshou ding. Je kunt met minder moeite spre ken over de kanéen van Ajax in de competitie en over de onredelijkheid van belastingbetalen. Gerrit Kouwe naar ventileerde vervolgens gedichten, die het Kainsteken der experimentele inslag torsten en daarna confronteerde men zich met de Ouwe Klare en ander Olympisch vocht. Bert Schierbeek was al spoedig opvallend intensief aan het woord, maar overigens bleven exces sen uit. De geest van Rimbaud en Vil. lon was nog verre, zij het dat de Gro ninger Bert Schierbeek terwille van da Fries Theo van der Wal Fries-Gro nings sprak. Simon van 't Reve, die twee jaar geleden een Prijs won met een klein Waar mijn vriend Theo las, uit eigen werk (Van onze diplomatieke medewerker). £)EAN ACHESON, Amerika'» minister van Buitenlandse Zaken, speelt hl de reeks van conferenties, in Parijs begonnen en thans in Londen voort gezet, hoog spel. Hy legt zijn regering vast op de onlangs door hem verkon digde politiek van de „situations of strength" (situaties, waarin kracht, dei eigen kracht wel te verstaan, de doorslag moet geven), zonder te weten, of deze politiek de onmisbare goedkeuring van het Amerikaanse volk, het Con gres, zal verwerven. „Situations of strength" kunnen, van Westers stand punt bekeken, slechts geschapen worden, wanneer men er in slaagt Zuid- Oost-Azie politiek en economisch te stabiliseren en rondom het noordelijk deel van de Atlantische Oceaan een unie van volledig samenwerkende na ties, met inbegrip van de Verenigde Staten en West-Duitsland, in het leven te roepen. Voor de uitvoering van beide projecten zyn nieuwe, aanzienlijke! Amerikaanse fondsen nodig. Het Congres moet deze ter beschikking stollen. Doet het dit niet, dan valt de politiek van Truman en Acheson in duigen. Een „situation of strength" zal zonder twijfel ook dan ontstaan een een- zijdig Russische. In de plaats echter van het atoom bommonopolie is er een wedloop in de vervaardiging van atomische wapens gekomen, een wedloop, die van de Ame rikanen nog de grootste offers zal ver gen, willen zij en de West-Europeanen met hen de koude oorlog niet verlie zen. Een geheel nieuwe politiek is ver eist en de tijd, om deze in werking te stellen, is zo krap gemeten, dat de i-e- gering-Truman nauwelijks gelegenheid heeft, het Amerikaanse volk voor de nieuwe koers rijp te maken. Daarom moet ^.cheson het Amerikaanse Con gres thans min of meer voor voldongen feiten stellen. Amerikanen beslissen y^CHESON heeft in Parijs zijn Franse collega Schuman beloofd, dat de V.S. de Fransen militaire en econo mische steun in Indo-China zullen ge ven. Maar het bedrag van deze steun is opengelaten. Voor onmiddellijk* r\E AMERIKAANSE regering bevindt zich in zekere zin in een dwangpo sitie. Zij heeft te lang vastgehouden aan en het Amerikaanse volk te lang laten geloven in de politiek van de vroegere minister van Buitenlandse Zaken Marshall. Deze was gebaseerd op het Amerikaanse monopolie van de atoom bom. Uit gaande van dit monopolie be hoefde Amerika er slechts voor te zorgen, dat Europa zich economisch herstellen kon, ten einde zijn bewo ners weer een zekere mate van welvaart te geven, om het communistische ge vaar uit te bannen. Daarna, zo dacht men, zou Amerika zelf alle vruchten van zijn arbeid en de gunstige positie, waarin bet verkeert, kunnen plukken en het aangename leven beginnen. hulpverlening kan Truman putten uit een hem nog ter beschikking staand potje van 75 millioen dollar. Maar dat is slechts een druppel op de gloeiend» plaat van de Franse onkosten in Indo- China. Nieuwe middelen zal het Con gres ter beschikking moeten stellen. In Londen is gesproken over de ont wikkeling van Zuid-Oost-Azie. Maar de schoonste plannen daartoe zijn waar deloos, indien de Amerikanen er niet de financiële basis van leggen. Het Con gres heeft daarover de beslissing. Met klem bijft Acheson aandringen op eenheid in West-Europa, ten einde dit tot een volwaardige partner der wijdere Atlantische gemeenschap te kunnen maken. Maar de eenheid van West-Europa is in hoofdzaak een eco nomisch probleem. De Westeuropese landen kunnen geen toekomst plannen maken, wanneer zij niet weten, wat de Amerikanen in 1952, na de beëindiging van het Marshall-plan, zullen doen. Zo lang de Amerikanen niet zeggen, wat zij zullen doen, kunnen de andere Westerse landen geen gemeenschappe lijke plannen maken. Ieder land zal zijn eigen plannen in zijn eigen voor deel opstellen. Engeland was er al mee bezig en het is dwaasheid het land zulks kwalijk te nemen. Willen de Amerika nen de integratie van Europa, dan zal het Congres op een of ander wijze de mond open moeten doen. En dan nog blijft het een gokje voor de Europeanen, want het huidige Congres kan de Con gressen, die in en na 1952 zullen komen, niet binden. Maar dat is een risico, dat men aan deze zijde van de oceaan ga;.rne zal aanvaarden. /Positie van Duitsland. JTEN BIJZONDERE positie neemt Duitsland in. De integratie van West-Europa kan tonder West-Duita land niet volledig zijn. Maar ook: zon der Westeuropese integratie zal het Westen Duitsland niet aan zich kunnen vinden. Blijft deze uit, dan zal Duits land opnieuw eigen wegen gaan. Geen land heeft daarvoor meer angst dan Frankrijk. Schumans voorstel om de zware industrie van Frankrijk en Duitsland onder gemeenschappelijke leiding te brengen, moet daarom ook meer worden gezien als een spectaculair gebaar om Frankrijks bereidheid tot samenwerken met Duitsland aan te tonen dan als een onmiddellijk uitvoer baar project. De instemmende reac ties uit Duitsland en het besluit van de regering van Bonn, zich aan te slui ten bij de Raad van Europa, bewijzen dat deze bereidheid tot samenwerking ook aan Duitse zijde bestaat. Maar men zal het geduld van de Duitsers niet op een te zware proef kunnen stellen. Wat men al te dikwijls over het hoofd ziet, is, dat West-Duitsland zich reeds in zodanige mate hersteld heeft, dat het de nog bestaande contróles wel als uitermate hinderlijk moet ondervin den. Het wil van deze beperkingen, of ten minste van de meest benauwende ervan, af. In het kader van een ver enigd Europa als het gaat. Maar als het moet ook zonder dat. West-Duitsland is niet meer 't land, dat zich in 1945 ia- voorwaardelijk overgaf. Het is nog te vroeg om een eindoor deel uit te spreken over de aan de gang zijnde conferenties. Maar wel krijgt men de indruk, dat het Acheson en de Amerikaanse regering ernst is met de plannen, welke ten doel hebben een einde te maken aan de communistische dreiging in de wereld, plannen, waar toe de Amerikanen zelf in hoofdzaak de bouwstoffen zullen moeten aandra gen. Maar, zoals al gezegd, de laatste beslissing zal in ieder geval bij het Amerikaanse volk, het Congres komen te liggen. boekje dat bergen stof deed opwaaien („De Avonden") lag op de grond en zong liederen. Nee... geen experimen tele. Wel: „De Moord van Raams- donk". Het Salon bezat één gramofoon met één plaat. Nee... geen muziek van Hindemith of een potpourri uit de 5e Symphonie van Mathijs Vermeulen. Wel: een medley uit „Hoffmann's Er- zahlungen", het romantisch hoogtepunt uit het romantische, leven van de ro- mantieker Offenbach (Tweede Kei zerrijk...!!) Enige consternatie ontstond toen een jong dichter verdwenen bleek. Men vond bem ten slotte terug in de badkamer van het Salon Bezig met het op papier w»rpen van enkele gedich ten, die terstond gezegd werden. J.JET WAREN allen ernstige jonge mensen, die het goed met de we reld en goed met zichzelf meenden. Er was geen wanklank. Want waar men spreekt en rookt en drinkt en dicht, daar is het goed. Het was bij zessen, en dag, toen het Salon uiteen ging. Alle kotsburgers en burgerprutters lagen nog lui en vadsig in hun donzen étui-en, onbekend met de avant-garde die huiswaarts toog. Da jonge schrijver Theo van der Wal was schor. Hij had veel gepraat. De an deren waren slaperig. Buiten stond de lente boven Amsterdam. Ergens in het jonge groen, dat als een dunne mist in het grijze ochtendlicht beefde, floot 'n merel. Theo van der Wal bleef staan en luisterde. Hij verzamelde z'n gedach ten en keek omhoog. Hij zag niets, want het oog van de mens is vlak. Maar zijn oor was niet vlak. Hij hoorde die merel zingen in de morgen. En hy stelde vast, in dat ogenblik, dat de Am sterdamse merels slechter zingen dan die in Bergen, vanwaar hij komt. Dat klopt. Ze zijn daar, in en bij de Valeriusstraat, experimentalistisch ge- infecteerd, de merels. Gelukkig maar. Hoeveel eeuwen heeft de mensheid al niet geluisterd naar altijd datzelfde ge fluit? Het wordt tijd dat ze anders gaan fluiten. Wie luistert nog naar dat burgerlijk gezever van merels die niet met hun tijd meegingen? Toen liep de jonge schrijver naar het station. Hij nam de eerste trein en reisde slapend naar huis. Naar Bergen. ANTHONY VAN KAMPEN „Liefde en dood op Ba li". Vicki Baum heeft in 1935 een reis gemaakt door Bali. Zij ontmoette daar dr. Fabius, die zelf „een halve Bali nees" was geworden en die haar later, bij zijn dood, een koffer vol aanteke ningen naliet. Op grond van die zeer deskundige notities heeft de bekende schrijfster haar boek „Liefde en dood op Bali" gewrocht, waarvan thans de tweede druk in Nederlandse vertaling verscheen bij W. de Haan N.V. ta Utrecht. Opmerkelijk is het compli ment, dat Vicki Baum de Nederlanders maakt voor hun „bewonderenswaardig koloniaal werk". Zij schrijft: „Men zal nauwelijks in de wereld een twee de voorbeeld vinden, dat inboorlingen onder blanke heerschappij zo gelukkig, onveranderd, ongestoord en vrij bun eigen leven kunnen leiden als op Bali". Het boek maakt, hoezeer de no tities van dr. Fabius ook „verwerkt" mogen zijn, een zeer waarachtige in druk. Vijftig jaar Picasso. Bij Van Holkema en Warendorf (Amsterdam) verscheen een mooi boekje over de schilder Picasso. door Jean Lessaigne. Het is een terugblik op 50 jaar scheppingsleven. Ruim 90 koperdiepdrukreproducties en enige vierkleurendrukken geven inzicht in de ontwikkeling van de befaamde schilder. Boeken uit de Leeuwen-serie. In de keurig door H. P Leopolds Uitg. Mij. (Den Haag) verzorgde „Leeu wen-serie" verschenen drie herdruk ken van bekende romans, t.w. Fannie Hurst „Mannequin", Clara Asscher Pinkhof „De weg alleen" en Evert ZancUtra „De vlammende heide".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 3