De Wereld der Vrouwen
Drie schatjes van blouses
Nederland werkt aan de artistieke
ontwikkeling van zijn jeugd
De nieuwe Nederlandse opera
Indonesische
aandelen
M
Stenen voor brood
„De Gongspeelt voor onze schoolkinderen
Onderwijstoneel trekt
door het land
Handschoenen
PHILOMELA:
Hendrik Andriessen componeerde,
Jan Engelman dichtte
3remière op 23 Juni
BLOUSE.. B.W.88d90
O. 6'/z- /8. 24. 32. W-
Dieptepunt bereikt?
KERKELIJK NIEUWS
Benelux-Unie toch op 1 Juli?
Geen taxi's in Londen
ZATERDAG JT7XI 1950
ren tijd geleden dwaalde ik rond op
een schilderijententoonstelling. Al
weer zult u zeggen, en ik moet ant
woorden: inderdaad. Ik ben nu een
maal van mijn prille jeugd gechar
meerd van schilderijen.
Er loopt trouwens een picturale
gtreek door mijn voorgeslacht: zoiets
komt in de beste families voor. Maar
afgezien van die erfelijkheid heb ik
nog «en speciaal zwak voor schilde
rijen-exposities.
Ten eerste hangen de doeken rustig
ep hun plaats en laten zich daar ook
kalm bekijken in het volle licht.
Zij flitsen niet met bliksemvaart
voorbij op een wit doek, zij komen
niet dreigend op u af of vervagen in
een of andere nevelige situatie, waar
aan u nauwelijks kop of staart hebt
vastgemaakt of zij verschieten alweer
tot een geheel verschillend beeld. Zij
►angen daar in de gloeiende weelde
van hun kleuren of de weemoedige
tederheid van hun grijzen en mauven
en hebben iets van de eeuwigheid in
hun verf en linnen gevangen. Zij boei
en u niet door de importantie van hun
onderwerpen, want een gerookte bok
king op een oude krant kan oneindig
magistraler indruk teweegbrengen dan
het portret van douairière A tot Z.
Voorts omgeven zij zich met een
weldadige stilte. De versterker met
gramofoonplaten vergiftigt ons overal
het leven, behalve in de expositie
zaal. Daar knistert hoogstens een ca
talogus en de bezoekers lopen met be
hoedzame stappen en fluisteren. Som
migen, vermoed ik, omdat zij overwel
digd zijn door wat zij zien en anderen,
omdat zij van al het afgebeelde geen
steek begrijpen maar dat voor nog
zoveel ter wereld niet hardop zouden
durven zeggen. Want, zegt u nu zelf:
Hebt u ooit op een schilderijenten
toonstelling de luidruchtige en zelf
genoegzame critiek gehoord, waarvan
de foyers van onze muziekzalen of
schouwburgen in de pauze weerklin
ken?
Immers neen. Een schilderij Is «en
geheimzinnig, onaantastbaar ding. Het
is vervaardigd uit zeer reële bestand
delen als verf en doek. Maar toch
zegt het zwijgend en autoritair tot de
beschouwer: Mens, sta stil en accep
teer mij, zoals ik ben. Een stug ge
vangen werkelijkheid, een afbeelding
van vergankelijke dingen, die .noch
tans eeuwig zullen duren.
Daarom zit ik zo graag op een rood
fluwelen bank in een schilderijenzaal
en geniet van de stilte en de beschei
den voetstappen evenzeer als van de
schilderijen. Want stilte én beschei
denheid worden zo schaars in deze
wereld.
Maar om op deze bepaalde expositie
terug te komen (ik zeg u niet welke,
ik zeg u niet waar, het zou overal ge
beurd kunnen zijn), daar kwam op
eens met harde hakken en luide stem
men een middelbare schoolklas bin
nen. Ik keek op en nam ze die luid
ruchtige entrée volstrekt niet kwalijk.
Integendeel. Een jong kalf staat on
handig op de poten en een jong mens
staat onhandig in het leven, het echte
wel te verstaan. En beide doen des
wegen dwaas en luidruchtig. Ik dacht:
De schilderijen zullen hun wel mores
leren. De macht van het zwijgende
talent zal hun luidruchtigheid zeker
onder beslag krijgen. Ik ken dat wel.
En ik stond op en dwaalde onopval
lend hun kant uit. Saskia heeft nu
eenmaal het voordeel van bescheiden
proporties, wat haar levenslang van
pas gekomen is. De middelbare scho
lieren staken een hoofd en meer bo
ven haar uit en niemand vermoedde
twee zéér gesplitste oren. Ik stond
voor een prachtig, geheimzinnig stil
leven en constateerde met voldoening:
Het wérd stil. Een vleug van de grote
adem des geestes streek over hun
klein rumoer. Links en wat met hun
figuur verlegen stonden zij oog in
oog tegenover enige zeer simpele din
gen en dieren, die echter een eigen
magisch leven kregen, ingeblazen
door de schilder. Kijk, zei een jongen
met iets als verbijstering in zijn stem:
moet je dat konijntje zien....
Ik was verrukt. Nu zouden ze lang
zaam aan stil worden en óók met be
hoedzame stappen langs de doeken
gaaf1 dwalen- Doeken, die zij waar-
schijnlijk niet begrepen of in hun
diepte doorpeilden, maar die hun toch
iets zouden leren dat in geen enkel
schoolboek staat. Dat de schoonheid
eeuwig ig, en veelvormig, en niet ge
bonden aan uiterlijke schittering of
importantie.
En toen, als een steek In de rug,
was daar een luide, onverschillige
leraarsstem, die commandeerde: Nou
eh eerst hier es even kijken. Al
lemaal hier komen staan hé jij
hoort er toch ook bij, niet? En alle
maal Je mond houden en luisteren als
ik sta te praten. In deze zaal hangen
schilderijen uit de eh uit de im
pressionistische periode. Jullie weet
wat impressionisme is dat is de
stijl, waarbij Hé, waar kom jij van
daan? Kon jij niet op tijd wezen? Het
impressionisme, zei ik....
Ik keerde mij om en vluchtte naar
de rust van de volgende zaal. Het zou
me niets verwonderd hebben als ik te
ruggeroepen was: Hé eh niet
weglopen voordat ik aan de volgende
periode toe ben. De jongen die het
konijntje zo bewonderd had, keek uit
het raam.
Ik ben wat triest op een bank gaan
zitten, zover mogelijk weg van dit
brokstuk les-ln-schilderijen-zien.
En ik dacht: Ach, mijnheer de
leraar, moet dat nu zo? U zult er wel
een heleboel van weten en een vracht
boekjes erover gelezen hebben. En u
bedoelt het allemaal misschien erg
nuttig en instructief. Maar waarom
vernielt u het kostbaarste wat die
jonge mensen bezitten: het gevoel
voor schoonheid, dat in hun leven van
taken en proefwerken en rapporten
toch al zo bitter weinig bevrediging
vindt? Waarom maakt u van deze
prachtige stillevens en landschappen
en portretten een leg, een onuitstaan
baar brokje schóól?
Laat ze toch los, man; laat ze dwa
len en kijken en genieten, desnoods
zonder ismen maar met hart en ziel.
Een schuchtere hand beroerde mijn
mouw. Een eenzaam meiske naast mij
zei, uit de grond van haar onwetend
hart: Wat prèchtig, hé mevrouw?
SASKIA.
t s
(Van onze Haagse redacteur)
jyjen neemt de Nederlands jeugd tegen
woordig mee naar onze musea en
leert de jongens en meisjes daar schil
derijen zien en waarderen. In verschil
lende steden geven eerste klasse sym-
phonie-orkesten uitvoèringen voor de
jeugd, waarbij een mondelinge toelich
ting verstrekt wordt. Het Scapino-ballet
trekt het land door om de kinderen in
te wijden in de mooie danskunst door
de vertoning van aardige danspantomi-
mes en nu zal ook het toneel niet ach
terblijven om de jeugd in stad en dorp
van goede stukken te lieten genieten.
In Den Haag is namelijk opgericht
de Stichting Onderwijstoneel „De
Gong", die zich ten doel stelt ka
raktervormend te werken en algemene
kunstzin aan de Nederlandse jeugd bij
te brengen door middel van artistiek
en paedagogisch verantwoord jongeren-
toneel. Zo ontwikkelt zich in ons land
steeds meer het streven om het volk
tot meer kunstzinnigheid op te voeden.
Hoewel de Stichting Onderwijstoneel
De Gong" pas op 1 September offi
cieel in werking treedt, is reeds op 4
Maart in de Kleine Comedie in Den
Haag een proefvoorstelling gegeven
van „Het Spel van Valentijn", een his
torische fantasie, geschreven door Frits
Hemel en geregisseerd door Paul Steen
bergen. Vele autoriteiten en vertegen
woordigers van jeugdverenigingen
woonden deze voorstelling, die zeer
gunstig ontvangen werd, bij. Twee da
gen daarna trad het gezelschap op voor
de Haagse Kunststichting voor de Jeugd
en achter elkaar gaf men toen een serie
van 38 voorstellingen, die door 8000
leerlingen werden bijgewoond. Ook in
Delft heeft men reeds 1800 kinderen
van deze voorstellingen laten genieten
Voor iedere beurs
rvat was 'n uitstekende start, die moed
gaf voor de toekomst. Vooral, door
dat niet alleen leerlingen van openbare
scholen naar de opvoeringen zjjn komen
kijken, maai ook de jongens en meisjes,
die de Christelijke scholen bevolken.
In de kringen van het Christelijk on
derwijs maakt men wel bezwaar tegen
het bezoeken van de schouwburg. Daar
om heeft „De Gong" in Den Haag zijn
voorstellingen gegeven in het Museum
voor het Onderwijs, waar in de grote
gehoorzaal een toneel gemaakt is. Wan
neer het gezelschap in de toekomst het
land zal doortrekken en tot in kleine
dorpjes zal pogen bij de jeugd de liefde
voor goede toneelspeelkunst op te wek
ken dan zal men gebruik maken van
zalen, die daar beschikbaar zijn, doch
men zal ook niet schromen om in aula's
van scholen en in gymnastieklokalen
op een geïmproviseerd toneel aan de
kinderen »en eenvoudig sprookje, of
werken uit de Nederlandse of wereld
literatuur voor te zetten.
Zo veel mogelijk kinderen zullen
met het toneel moeten kunnen kennis
maken. Vandaar, dat de entreeprijs
nimmer hoger is dan een kwartje. Van
daar ook, dat men zich niet tot scholen
zal beperken, maar ook voor jeugdver
enigingen zal spelen en aan de zoge
naamde vorming buiten schoolverband
goede diensten zal bewijzen.
Verantwoord repertoire
Op het ogenblik ataat op het reper
toire voor de kinderen van 6 tot 9 jaar
Jan Klaassen", een toneelspel oyer de
poppenkast met levende poppen van
de auteur Leonard Roggeveen; voor de
kinderen van 8 tot 14 jaar „Het Spel
van Valentijn", en voor de rijpere jeugd
zal een keuze gemaakt worden uit het
bestaande klassieke repertoire. Begon
nen wordt met „Adam in ballingschap"
van Joost van den Vondel. Het verdere
repertoire wordt voor het doel van „De
Gong" speciaal geschreven.
Aan deze Stichting is elk financieel
gewin vreemd en wel om tot een maxi
male ontplooiing van de gestelde idea
len te komen. Het voordeel voor de
jonge acteurs is, dat zij in het gezel
schap naam kunnen maken en zich de
weg kunnen effenen voor grote rollen.
Een voordeel is ook, dat men jeugdige
auteurs, componisten en décorontwer
pers kan inschakelen.
Met de gedegen opzet van „De Gong"
zal zeker veel aan de artistieke ontwik
keling van de jeugd bijgedragen kun
nen worden.
(Van onze speciale verslaggever)
„De Nederlandse opera „Philomela", die in het Holland-Festival binnen
kort haar première zal beleven, is eigenlijk b« verrassing geboren", aldus de
componist Hendrik Andriessen, die ons een toelichting gaf op de tekst en muziek
van deze opera. De geboorte is in zoverre een verrassing, dat de regering de
opdracht gaf een Nederlandse opera te schrijven. Reeds lang was het een levens
ideaal van Hendrik Andriessen om een dramatisch spel te componeren; de
regeringsopdracht heeft daartoe nu de doorslag gegeven.
De tekst schreef de dichter Jan Engelman, die zijn stof vond bij zijn Romeinse
collega Ovidius, die ruim twintig eeuwen geleden de lotgevallen van de talrijke
goden bezong. Het is de geschiedenis van Philomela, die Engelmen inspireerde
om In prachtige Alexandrijnen over haar levenswandel en noodlottige dood te
verhalen.
Een extra verzorgd cachet geeft het als
Uw handschoenen in dezelfde kleur of be
ter nog van hetzelfde materiaal zijn als
een ander onderdeel van Uw toilet, zoals
Uw hoed, schoenen, sjaal of vestje. En
ook bij een jurkje met korte mouw staat
het leuk handschoentjes van dezelfde
stof te dragen. Veel stof vragen ze niet,
maar wel vaardige vingers om ze te ma
ken.
Voor da rug van de hand gebruikt u
hetzelfde patroon als voor de onderkant
zonder de duimopening. Alleen de inknip-
pen tussen de vingers worden op de rug
1 cm langer. Men kan de naden aan de
verkeerde kant of met fijne festonneer-
steekjes op de goede kant maken. Het
breedste gedeelte van de duimopening is
3% cm en ligt cm van de zijkant. De
afstand tussen de punten D en B is ï'/i
cm. Van B loopt een even lange inknip
naar A. U naait de top van de duim dicht
tot C en maakt een inknip tot B, welk
punt l'/i cm vanaf de zijkant ligt. Dan
zet u de duim volgens de letters in. Daar
na gaat u de handschoen dicht maken,
te beginnen bij de onderkant van de bin
nennaad (wijsvinger), waarna u stuk voor
stuk de spietjes, waarvan u er in totaal
6 nodig hebt, tussen de vingers zet om
met de buitennaad te eindigen. De kap
werkt u met een reepje stof aan de bin
nenkant af.
Philomela was een priesteres, begaafd
met een uitnemende stem. Haar zuster
Prqkne daarentegen was gehuwd met de
oppermachtige veldheer Tereus. Uit dit
huwelijk was een kind geboren. Prokne
ontdekte, dat zij niet gelukkig was, het
geen zij toeschreef aan het gemis van
bepaalde eigenschappen, die Philomela
wel bezat. Zij verzocht daarom Tereus
naar haar geboortestad te reizen en
haar zuster te bewegen enige tijd op
het kasteel te komen wonen. Zij meen
de dat de aanwezigheid van Philomela
haar gemis aan geluk zou kunnen aan
vullen. Tereus voldeed aan dit verzoek,
maar op weg naar zijn kasteel overwel
digde hij Philomela en sneed haar tong
uit, in de hoop, dat zij zou doodbloe
den. Teruggekomen bij Prokne, hing
hij een leugenachtig verhaal op over
de dood van haar zuster, doch Prokne
vertrouwde hem niet, zodat zij er zelf
op uit trok om Philomela te zoeken.
Op de plaats waar Tereus Philomela
had achtergelaten, vond Prokne haar
zuster, gezeten in een tent met een doek
voor de mond. De zusters besloten
wraak te nemen op Tereus, maar deze
doorzag hun plannen en doodde beiden
en zich zelf.
Op dit moment, dat in het laatste ta
fereel van de opera valt, verplaatst de
schrijver de toeschouwers plotseling
naar het rijk der goden, waar we Tereus
aantreffen als een verschrikkelijke vo
gel, Prokne als een zwaan en Philo
mela als een nachtegaal, die de gave
van haar stem heeft teruggevonden. In
deze laatste episode komt de strekking
van de gehele opera tot uitdrukking: al
Maakt u da handschoenen bij een Ja
pon, dan kunt u de kap wat korter ma
ken en er één of twee ruches langs zetten.
Is uw Jurkje met kant gegarneerd, dan
maakt u de rouches ook van kant. Het Is
een precies werkje, maar het loont de
moeite wel, dus waagt u het er eens op.
Qngeveer anderhalve meter stof van 90 cm breed, een beetje tijd en handig
heid en u heeft één van deze schattige blousjes. Het eerste kan zowel bij een
sportieve rok als in een gekleed mantelpakje gedragen worden. U maakt in
voor- en rugpand de figuurnaadjes, rimpelt de bovenkant op de aangegeven
plaatsen in en stikt dan de pasjes op, die u op ruim 1 cm breedte nog eens
afstikt. Het splitje van voren werkt u met een belegje af. Zij- en schoudernaden
sluiten en tegen de mouwrandjes schuine repen stof zetten. De halsopening naait
u tussen de dubbele stof van de kraag. Als sluiting neemt u een knoop en een
lusje of twee eindjes bandfluweel, die u met het tegenzetten van het beleg
gelijk mee naait en die met een strikje sluiten.
VOOR EEN WARME zomeravond
heeft Jacques Fath deze witte Japon
ontworpen, die de schouders geheel on
bedekt laat. Er worden een grote zwar
te hoed, zwarte handschoenen en een
shawl van zwarte geo.gette bij gedra
gen.
Wat men
moeten
brengt, zal verantwoord
zijn. Welnu: in de eerste
plaats bestaat „De Gong" uit jeugdige,
enthousiaste beroepsspelers, die met
vreugde hun artistieke en paedagogi-
sche werk verrichten. In de tweede
plaats staan de namen van de leden
van het Stichtingsbestuur er borg voor
dat verantwoord zal worden opgetreden.
Als regisseurs zullen optreden de he
ren Paul Steenbergen en Max Croiset
«n de dames Fie Carelsen en Caro van
Eyck.
Gebruikt u witte zij, dan krijgt u met een kantje langs pasje en kraag iets
extra gekleeds en ook als u het pasje van kantstof of bróderie maakt. Dit toont
u no. 2. Voor haar, die nu eens liever geen kraag willen, een 2 cm breed
boordje met striksluiting.
No. 3 is een echt hoogzomer-modelletje. Het pasje vervalt en langs de boven
kant maakt u een schuif, waardoor u een koordje haalt. Ook hier zorgt een
kantje of gehaakt randje voor de „finishing touch". Dit blousje staat het leukst
bij een wijde vrolijk gekleurde rok. Vindt u de keuze te moeilijk, maak ze dan
maar alle drie!
(Van onze economische medewerker)
Indonesië is voor velen thans alleen nog
maar het' land, waaruit onze militairen
zo spoedig mogelijk zullen terugkomen,
waarover de kranten van tijd tot tijd op
standen en gevechten wisten te berichten
en waarvan men zich weinig illusies meer
maakt, omdat de band zo goed als door
gesneden is. Dit laatste moge dan staats
rechtelijk al het geval zijn, ln economisch
opzicht z(Jn die banden nog heel sterk.
Dat hopen wU althans.
De grote cultures toch, al is het nu
rubber, koffie, suiker, thee, palmolie, ta
bak of copra, de mijnbouw- en petroleum-
ondernemingen alsmede de handel- en
scheepvaartmSatschappijen, zij zorgen
voor de productie en het transport, zij
hebben het economische leven van Indo
nesië voor een goed deel in handen.
De leiding dezer ondernemingen zit
gedeeltelijk ln Indonesië, gedeeltelijk in
Nederland, maar wat veel' belangrijker
nog is. dat is dat de bezitters van deze
bedrijven, dus de aandeelhouders, voor
een groot deel in ons land wonen. Voor
al die aandeelhouders (die heus niet al
len „kapitalisten" zijnl) is het belang
rijk hoe de effectenbeurs in Amsterdam
hun aandelen waardeert. Op pijnlijk
nauwgezette wijze wordt hier geregis
treerd hoe het publiek, die onbekende
massa van kopers en verkopers, denkt
over Indonesische fondsen. En gaat de
duim naar beneden, dat wil dit zeggen,
dat er geen vertrouwen meer is, dat er
aandelen aangeboden worden en dat de
koersen (dus de verkoopprijzen) dalen.
Een bezitter van een aandeeltje H.V.A.
(suikefaandeel) kreeg hier enige tijd ge
leden f 840 voor, doch op 16 Mei J.l. nog
maar 550 (op 9 Mei 1940 zelfs
f 1650). Voor een aandeel Senembah (ta
bak) werd enkele maanden geleden 1380
gegeven en op 16 Mei JJ. 910, terwijl,
om een laatste voorbeeld te geven, Am
sterdam Rubber dit jaar nog op een ge
geven ogenblik werd verkocht voor f 1580,
maar op 16 Mei J.l. was het niet meer
waard dan 1140.
Er zitten dus geweldige schommelingen
in, die voor de bezitters evenzovele ver
liezen betekenen. Onze voorbeelden wa
ren voor de vuist weg genomen. Om een
juister beeld te krijgen van de geweldige
waardevermindering, die zich de laatste
maanden heeft voltrokken, kunnen we
beter kijken naar de cijfers van het koers-
gemiddelde, zoals die door het ANP in
samenwerking met het Centraal Bureau
voor de Statistiek dagelijks worden ge
publiceerd en waarin dus alle aande
len z(Jn opgenomen.
Sterke waardevermindering
Welnu, op 15 April 1948 startten wij dan
met een koersgemiddelde voor al die
fondsen van 85; in December 1948 (de 2e
politiële actie) zien wij een gemiddelde
van 66, dat in September 1949 (na de de
valuatie is gestegen tot 70 doch welk ge
middelde tijdens de Ronde Tafel-confe
rentie in November 1949 weer zakte tot
54. Januari 1950 bracht weer een opleving
tot 70, doch de onrust rondom Makassar
en Ambon deed velen verkopen, waar
door een laagterecord in Mei werd ge
boekt van 48,5. In twee jaren tljds dus
een waardevermindering van liefst 43
Dit is heel erg. Daarom achten wij het
zo gunstig, dat die storm kennelijk Is
uitgewoed. De berichten uit Indonesië
worden wat vriendelijker (grotere expor
ten en minder onveiligheid) en het pu
bliek beseft, dat de daling te ver is ge
gaan. dat de huidige koersen niet in over
eenstemming zijn met de economische
werkelijkheid, die hogere koersen recht
vaardigt.
het leed van de hele wereld ii niet b|j
machte om de waarde van het lied aan
te tasten.
Het gedicht van Jan Engelman heeft
niet veel van een opera-libretto, waar.
door Hendrik Andriessen voor een bij
zonder moeilijke aesthetische en tech
nische taak stond. \Er kon hier geen
sprake van een z.g.n. nummer-opera
zijn; de opbouw van het muziekdrama
uit vrijwel op zich zelf staande zang
en orkeststukken zou in strijd zijn met
het wezen van de tekst. Nochtans leid
de het gedicht tot sommige zelfstandige
vormen, die op de betreffende plaat
sen de dramatische situatie het vereiste
relief geven. In raar geheel is de ope
ra doorgecomponeerd, d.w.z. de ken
merkende motieven beheersen de ont
wikkeling der compositie, zonder tra
ditionele afsluitingen. De beknopte in
leiding van deze opera, beginnende met
het thema van Tereus, is feitelijk de
expositie van het symphonisch element
dat in de instrumentale delen van het
werk optreedt. Het orkest-stuk, dat
aansluit aan het eerste tafereel en het
tweede aan het eerste verbindt, is de
doorwerking van de inleiding; de ont
wikkeling van Tereus' muziek wordt
hier geconfronteerd met de muziek van
Philomela. In deze doorwerking gaat
de muziek dus in zekere zin aan de
handeling vooraf. Wij worden nader
voorbereid op de tragedie. Het ballet
in het zesde tafereel is een Scherzo
in deze ontwikkeling. De metamor-
phose van Tereus, Prokne en Philo
mela is vastgelegd in een symphoni-
sche finale.
Ons land is niet rijk aan oorspron
kelijke Nederlandse opera's. Met grote
belangstelling ziet daarom het muziek-
lievende publiek uit naar de eerste op
voering door de Nederlandse Opera van
dit werk van twee Nederlandse kunste
naars. De gala-première is op Vrijdag
23 Juni in de Stadsschouwburg in Am
sterdam.
Ned. Herv. Kerk.
Drietal te Delft (vac. K. H. van Win
gerden): W. Vroegindewey te Huizen(NH),
H. A. van Slooten te Wierden en G. M.
van Dieren te Ede. Beroepen te
Arnemulden (toezegging): N. Kleermaker
te Genemuiden. Aangenomen
naar Lobith (als bijz. hulpprediker)H. N.
Fruyt, emeritus predikant aldaar. Be
dankt voor Aalburg (toezegging)H.
A. Leenmans te Bleskensgraaf; voor Stad
aan 't Haringvliet: ds J. Spelt, woonach
tig te Amersfoort.
Gereformeerde Kerk.
Viertal te Amsterdam (twee vacatures):
3. van Buuren te IJmuiden-Oost, C. Gil
huis te Eindhoven, M. de Goede te
Utrecht en P. Robbers te Rotterdam.
Beroepen te Zaandam (vac. C. J.
Wielenga)P. J. O. de Bruyne te Drach
ten: te Bunde (Oost-Friesland): H. Tien
te Ihrhove (Oost-Friesland).
Examens.
De classis Amsterdam heeft préparatoir
geëxamineerd en beroepbar verklaard de
heren P. B. Suurmond en H. Vollenhove,
beiden te Amsterdam-Zuid en beiden can-
didaat aan de V.U.
Gereformeerde Kerken art. 31 K.O.
Bedankt voor Zaamslag: J. F. Hey
te Hasselt. Aan de Theologische Hoge
school te Kampen zijn geslaagd voor het
propaedeutisch examen: de heren J. Bos
en A. Veefkind.
Gereformeerde Gemeenten.
Bedankt voor Katwijk aan Zee: F.
Mallan te Brulnisse.
Oud Gereformeerde gemeenten.
Beroepen te GrafhorstM. A. Mie-
ras te Krimpen a.d. IJsel.
Op de beurslunch van het Departe
ment Zuid-Limburg der Nederlandse
Maatschappij voor nijverheid en han
del heeft professor iBaudhuin van
de Leuvense Universiteit en bekend
Belgisch economisch deskundige ge
sproken over „De Benelux op econo
misch gebied". Hij verklaarde zulks,
naar hij zeide, op gezag van welinge
lichte bronnen te Brussel dat de
economische Benelux-Unie wel op 1
Juli 1950 zal ingaan. Dit in tegenspraak
met vrij recente beweringen, dat deze
datum van ingang zou zijn uitgesteld.
Er wordt thans gestaakt door vier
duizend Londense taxibestuurders, die
zijn aangesloten bij het machtige vak
verbond der „Unie van algemene en
transportarbeiders". Vijftienhonderd
leden van de „Londense Unie van taxi
bestuurders" hebben besloten hun sta
kende collega's, „ten volle te steunen"
Het is echter nog niet duidelijk of
laatstgenoemden ook in staking zullen
gaan. De stakers wensen twintig pro
cent meer te krijgen van het door hen
voor ritten ontvangen bedrag.
SMUT'S TOESTAND ONVERANDERD
Volgens een gistermiddag uitgege
ven officieel bulletin is in de toestand
van Generaal Smuts geen verandering
gekomen. Een bekende Zuidafrikaanss
specialist, dr. Frank Forman. is gis
teravond per vliegtuig uit Kaapstad
in Pretoria gearriveerd. Ook de doch
ter van generaal Smuts, mevrouw
Nabcraft Clark, arriveerde gister
avond uit Londen te Pretoria.