Bloeiende Twentse katoenindustrie springt om personee Australie's enige roofdier Bloembollen in de kamer fee Russische ambassade in Londen schrijft schone brieven Vervolmaking is hei doel der industrialisatie fano-divwnintyuno'i v-eleti Toestand is niet ongunstig 1951zevende Jamboree Vliegramp in Engeland Zeiljacht bij Terschelling in nood geraakt Greenglass erkent schuld Joseph Pembauer overleden 2),e yeuUe&dte jaye/i betekent ten yotdt Keer lerug, alles is vergeven en vergelen Vluchtelingen geven echter niet thuis DAT de Russische Ambassade geen kleine opdracht ontvangen heeft, kan men wel afleiden uit het zeer gro te aantal Sovjet-onderdanen, dat zich hier als politieke vluchtelingen of ver plaatste personen bevindt. In totaal zijn het er 91.000. Hiervan zijn er 40.000 afkomstig uit de Oekraine, 35.000 uit de Baltische landen en 16.000 uit Polen. De meeste van deze 91.000 zijn werkzaam in de Britse industrieën, met name in Noord- en Midden-Enge- land, waar zij in grote nederzettingen veelal in groepen van enkele duizend tallen bij elkaar wonen. H-brigade vaart thuis (Van onze speciale verslaggever) „Wij, katoenindustriëlen z«n nuchtere mensen. Ondanks de enorme vraag naar textiel van het ogenblik denken wij er niet aan een grote uitbreiding wn onze fabrieken te geven. Wel pogen w« door lagere kostprijzen te komen tot betere afzetmogelijkheden in Azië. Maar wij zitten te springen om vrouwelijk en mannelijk personeel. Wist u, dat wii genooDt ziin elke dag 1500 Duitse meisjes over de grens te brengen, omdat wij eenvoudig geen Nederlandse meisjes kunnen kragen? Vierduizend mannen en vrouwen geschool de of te scholen werkkrachten, zouden bij ons direct tewerk gesteld kunnen wordé." Zo sprak tot ons Dr. W T Kroeze, de welsprekende, kwleke directëur va„ de Koninklijke Stoomweverij te Nijverdal, die ons mededeelde, dat thans 25% vrouwen en 75% mannen in de textielindustrie werkzaam zijn. van industriëlen van gans andere pro pvE nieuwe generatie van textielindu- striëlen kan allerminst als ranser vatief aangemerkt worden. In de fabrie ken zijn er prima sociale toestanden en ondenkbaar is het, dat, gelijk voor de oorlog in Japan het geval was, de meisjes op rols-jhaatsen langs de spin dels moesten rijden, om personeel (dat in Japan toch al abominabel laag be zoldigd was) uit te sparen. Wat de textielindustrie in feite voor ons land betekent, zette Dr. Kroeze voor ons uiteen met enige sprekende cijfers. Deze industrie levert 15 pet. van onze totale goederen-export en verschaft aan 153.000 Nederlanders werk. Acht procent van de spillen en 5 van de weefgetouwen werden in de oorlog vernield, maar veel zwaar der werd het productievermogen ge troffen, door de desorganisatie der be drijven, verwaarlozing en veroudering der apparatuur en de ontscholing en het verloop onder de arbeiders. Een der belangrijkste problemen van na de oorlog was de heroriënte ring op commercieel gebied. Het stre ven blijft gericht op consolidatie der positie op de al uitgebreider wordende Nederlandse markt, grotere export spreiding in West-Europa, Afrika, Amerika en Australië en op verdedi ging der positie in het Verre Oosten tegen de snel opkomende nieuwe con currentie van Japan en de mededin ging van India en de Verenigde Staten In verband daarmee maakte Dr. Kroeze melding van de gelegenheid, die een Zijner collega's (Twentse textielfabri kanten noemen elkaar zo en zijn ten hoogste vriendschappelijke mededin gers, geen concurrenten in de hatelijke zin des woord!) in 1949 kreeg, om de nieuwe Japanse productie-methoden ter plaatse te bestuderen en die ook «en productiviteit uit de Twentse in dustriëlen dank zij de E.C.A.-missie onlangs kreeg, om de nieuwe Ameri kaanse fabricage-methoden te gaan be kijken. De Belgische textielindustrie. IN het kader der Benelux gedachten moet bij het beschouwen der toe komstmogelijkheden ook Belgie tot het binnenland gerekend worden. Dit land heeft een grotere spincapaciteit (onge veer 2.000.000 spillen tegen 1.100.000 ons land), maar het verschil in de weverij-sector is gering. Beide landen zijn bij een dergelijke weefcapaciteit op export aangewezen. Nu heeft Bel gie zich daarbij voornamelijk ingesteld op West-Europa en Amerika, in min dere mate op Afrika en in het geheel niet op Azie. Bovendien verschilt de structuur der Vlaamse en Twentse industrie in vele opzichten van elkaar. Reeds in 1948 begon in Indonesië de concurrentie van Japan weer voelbaar te worden. In Twente staat men zich dan ook niet meer als vroeger blind op de uit voer van katoentjes naar het eilanden rijk, dat eens Nederlands-Indie heette Bovendien zijn de Nederlandse in dustriëlen erin geslaagd tot een ex portspreiding te komen, waardoor zij thans met een dekking van 10 tot 15 pet. der normale textielbehoeften van Indonesië tevreden kunnen zijn. Industrialisatie in textielindustrie. J^IET naar vergroting der capaciteit wel naar verfijning van het gemid delde garennummer, automatisering der weverij en vervolmaking der finishing- apparatuur streeft men in Twente bij de investeringsplannen. Tegenover deze Nederlandse en Belgische politiek staat die van de overige landen der Europese Betalingsunie, die grote capa eiteitsuitbreidingen beogen, welke vol jens Dr. Kroeze het gevaar van een nieuwe periode van kapitaalsvernieti ging en werkloosheid in zich dragen. De Nederlandse economische politiek in de textielsector brengt met zich mee de noodzakelijke herscholing van arbeiders en wijziging in de organisa torische opbouw der bedrijven. De warktvergroting door de Benelux en de komende Europese integratie zuller het wellicht mogelijk maken de Ame rikaanse specialisatie en standaardisa tie op bescheidener schaal na te vol gen. Wanneer dit kostprijsverlagend Werkt, kan het tevens van belang zijn foor de felle strija op de Aziatische markt. Tegenover de werklust in het Verre Oosten en de efficiency in Amerika moet ons antwoord: opvoering der ar beidsproductiviteit luiden. De industrie wordt door de enorme •tijging der- katoenprijzen op de Wereldmarkt, vooral na de devaluatie fan de gulden in September 1949, voor steeds grotere financiëringsmoeilijk- heden gesteld. Een geluid, dat wij der uit de mond van Dr. Kroeze ook ducten .vrijwel over de gehele linie van ons economisch bestel dus, be luisteren konden. Want een nadeel voor onze betalings balans blijft nou wat de katoenin dustrie betreft het feit, dat wij de grondstoffen moeten invoeren uit lan den met harde valuta en het eind product exporteren naar vrijwel uit sluitend zachte valutalanden. Van daar dat de deskundige vakmensen met nauwlettende en gespannen aan dacht de productie en verwerkings mogelijkheden van synthetische vezels volgen. De huidige toestand in de katoen industrie aarzelde Dr. Kroeze niet bui tengewoon ongunstig te noemen, maar aan de gezichtseinder zag hij tal van moeilijkheden opdoemen. Ten slotte bespraken wij met Dr. Kroeze het nijpend probleem van het gebrek aan vrouwelijke arbeidskracK ten. Dit is geen plaatselijk of provin ci aal vraagstuk, want in vele delen van ons land doet zich het merk waardige verschijnsel voor. dat de meisjes, ondanks de voortreffelijke sociale voorzieningen, waaraan de in dustrieën grote bedragen ten koste leggen, eenvoudig niet naar de fabrie ken willen. Ook in Noord-Brabant, een provincie met enorme bevolkingsaan was, is zulks het geval. Voor Twente geldt, dat daar nog veelal de oudste dochter of een der anderen die daar voor de geschiktheid beschikt, de moe der bij het huishouden helpt en dat er de financiële noodzaak niet bestaat, dat zij de gezinsinkomsten helpt vermeer deren. Daarnaast bedenke men, dat in Frankrijk, vooral in de Banlieue van Parijs, maar ook in Amerika vele ge huwden vrouwen in de fabrieken wer ken. In ons land is men vrij algemeen op velerlei gronden hier tegen, van daar de noodzaak, om meisjes van heinde en ver uit Duitsland en (in het zuiden voor de devaluatie op grote schaal) uit Belgie per bus of trein aan te voeren met alle rompslomp en nadelen op menig terrein. De aandacht van de autoriteiten en industriëlen blijft, zo werd ons van verschillende zijde verzekerd uiter aard op dit belangrijke facet van het veelzij dige industrialistie-probleem gevestigd! Dal het mogelijk was in de zeven tiende eeuw tot een windhandel in Tulpen te komen, bewijst hoe dit arti kel in 't brandpunt van de belangstel ling stond. Het is niet te verwonde ren, dat een bloem, die zo vroeg bloeien kan en in zo'n veelheid van kleuren en vormen gekweekt wordt, nog steeds tot 's mensen verbeelding spreekt. Allerlei „ups and downs" heeft de bloembol meegemaakt en door staan. Ze heeft zelfs het hare bijge dragen ons door de hongerwinter heen te helpen en is na de jaren 4045 we derom in vele tuinen en woningen in Nederland en ver daar buiten, in volle bloemenpracht herrezen. Als donkere wL- ermaanden ons thuishouden en een kleurig kleurtje welkom is, staan zij ook dit seizoen, als een verjongde editie uit vroeger eeuwen in onze huiskamers. De steeds doorgevoerde teeltkeus bracht ons alleen nieuwe vormen en kleuren. De botanici brach ten nieuw gevonden natuüriypen, waarmee door kruisbestuiving en teelt keus weer andere variaties ontstonden en ook de bloeitijd verschoven werd. Nu is er een schier onuitputtelijke soortenkeuze, die de bloei na zeer vroeg tot in Juni kan voortzetten. Ook werden er variaties verkregen, die de eigenschap hadden, extra vroeg in bloei gebracht te kunnen worden. Zij het dan ook dat deze bollen een iets andere behandeling behoeven, dan die voor tuinbeplanting. LIET is een onjuiste opvatting dat het vervroegen van bloembollen in broeikassen beter zou gaan, dan in huis. De resultaten in een kas zijn vroeger, ongetwijfeld, maar mooier dan de zelfgekweekte zijn ze niet, om dat in de kamer meer ruimte beschik baar is en de bladeren zich beter sprei den. Overigens, een appel van eigen boom geplukt smaakt toch altijd veeJ beter. Zijn de bollen nog niet geplant, dan doen we dit alsnog. De bollen worden op losse vochtige aarde in potten ge zet, en bedekt, zo, dat de punten nog net vrij blijven. Op een beschaduwd plekje in de tuin worden de potten in gegraven en met een laag losse aarde van 15 cm. bedekt. Om ze vorstvrij te houden wordt er een laag bladeren ot turfstrooisel over gelegd. Edoch, we beschikken niet allen over een tuin Een koele donkere ruimte, zoals de prijscouranten, overigens zeer terecht voorschrijven is ook niet in elk huis aanwezig. De veranda moet hier uit komst bieden en in een kist worden al daar de potten, omgeven door aarde of turfstrooisel, geplaatst. Het deksel moet aan de groeiende neuzen voldoen de ruimte laten. Het geheel wordt nu goed afgedekt, met papier en een oud kleedje in die b.v. en komt de temperatuur ruimte eens beneden nul, we maken ons geen zorg, want alleen snel wisselende temperaturen zijn funest. Veelvuldige controle op vochtigheid is een levensbelang voor onze bollen, droogte zou alles bederven, opgepast dus. Ook te vroeg in de warmte bren gen zou mislukking tot gevolg hebben We wachten tot de neuzen goed uitge groeid zijn. De Hyacinten en Narcissen kunnen het bij een lengte van ruim 7 cm. wel verdragen, doch met Tulpen en Crocussen zij men voorzichtig. Een juiste maat in c.m. is niet aan te ge ven, doch als de bloemknop van Tul pen bij lichte druk tussen duim en vinger duidelijk te voelen is en bij de Crocus de kleur van de bloem door de vliezige hulzels schijnt, staat het sein veilig en zijn we volkomen zeker. De zevende Wereldjamboree van pad vinders zal van 3 tot 13 - Augustus 1951 in Bad Ischl in Oostenrijk worden ge houden. Nederland zal hieraan deelne men met 1000 verkenners, namelijk 500 van de Nederlanders padvinders en 500 van de Katholieke Jeugdbeweging. Een Dakota van de British Euro peen Airways met 29 personen aan boord, is Dinsdagmiddag te MUI Hill bij Londen in de tuin van een landhuis neergestort. 28 Per sonen kwamen hierbij om het leven. Links op de joto: enige per soonlijke bezittingen der slacht offers, die zo goed als ongeschon den werden aangetroffen. Rechts politie en brandweer bij het ver ongelukte vliegtuig. De bemanning van de reddingboot Brandaris heeft gisteren op de Noor- dergronden nabij Terschelling een jacht opgepikt, dat in moeilijkheden verkeerde als gevolg van het feit, dat het roer was gebroken. Het scheepje is later door een sleepboot de haven van West-Terschelling binnenge bracht. Er waren twee opvarenden aan boord, een Engelsman en een Deen, die het jacht van Denemarken naar Den Haag moesten brengen. David Greenglass, de 28-jarige oud sergeant van het Amerikaanse leger, heeft bekend, schuldig te zijn aan de uitlevering van geheime inlichtingen over de Amerikaanse verdediging aan de Sowjetunie. Hij heeft gewerkt aan het atoomproject te Los Alamos en moest zich aanvankelijk verantwoor den voor een rechtbank in New- Mexico. Thans is hij echter gehoord als kroongetuige in het proces tegen de Russische vice-consul Jakofief en drie anderen. Men verwacht daarom, dat hij de doodstraf zal ontlopen. De wereldberoemde pianist Joseph Pembauer is 75 jaar oud te Munchen overleden. Hij gold als de grootste ver tolkers van de werken van Beethoven en Liszt en was professor aan de mu ziekacademie te Munchen. (Van onze correspondent te Sydney) ■pOEN in het grijs verleden een in het stenen tijdperk levend volk naar het Zuiden trok, naar het volkomen onbekende en geheel geïsoleerde legendari sche „Zuidland", nam het niets anders mee dan wat door de eeuwen heen 's mensen grootste vriend is geweest en gebleven: de hond. Dit volk, de voor vaderen van de huidige Austraalnegers, bleef, gelijk de dierenwereld van zijn nieuwe vaderland, steken in een lang voorbije ontwikkelings-periode. De dieren van het land 'waren blijven steken in het stadium van het buideldier de men selijke bewoners bleven in het stenen tijdperk. Zij ontgonnen de aarde niet, bouwden geen monumenten en leefden, als de Germanen uit het stenen tijdperk, uitsluitend van de jacht. HUN beste kameraad, de uit Azie meegebrachte hond, ontwikkelde zich echter wel. Hij verliet de mens om in het roofdierloze Australië de gevreesde heer en meester van woud en prairie te worden. Tot de blanke kwam met zijn eigen huisdieren als koe, schaap en geit die voor de hond een veel gemakkelijker prooi bleken te zijn dan de snelle kangoeroe of wal- lobie. De hond, die de landverhuizers der grijze oudheid meebrachten, is bij de ontwikkeling wel gevaren. Zijn naam is DINGO en heeft een angst aanjagende klank voor boeren, scha penfokkers, kippenfokkers en andere bewoners van het Australische platte land. In de gevreesde dingo van vandaag zijn nog duidelijk de sporen te her kennen van het edele dier, dat eens de beste vriend van de stenen tijd perk mensen was. Met zijn geel li chaam, wit gepunte pluimstaart en puntige oren houdt hij het midden tussen wolf en herdershond. Zijn uiterlijk is meer dat van de herder, maar zijn wonderbaarlijke sluwheid en geslepenheid doen aan de wolf denken. Geen romantiek Qe dingo jaagt echter niet in troepen. zoals de wrede wolf, maar alleen Alleen of met zijn maat, die hij voor het gehele leven kiest en nooit verlaat. Men zou over de dingo schoon klin kende verhalen kunnen schrijven, zo als Kipling of Jack London over de wolf. Maar de Australische boer kan de romantiek om deze edele, sluwe en wrede jager nauwelijks waarderen Want alleen reeds in de staten Nieuw Zuid Wales en Queensland heeft de Dingo in de jaren na de oorlog de schapenfokkers voor ongeveer 10 mil- hoen gulden schade berokkend. De edele dingo ie een doder soals er in de natuur maar weinig voorkomen. Gedurende één nachtelijke jacht doodt hij gewoonlijk een dertig schapen en lammeren, hoewel hij natuurlijk nooit zoveel kan eten of zoveel bloed kan drinken. Hij doodt uit jachtlust zowel als om zijn honger te stillen. Het best aardt de dingo in dun bevolkte stre ken met veel struikgewas, dat een goede schuilplaats biedt voor de teef met haar nest van vier tot zes jongen. Heeft een boer in het binnenland zo'n lllllllllllllll tien tot twintig dingo-families op zijn landgoed, dan is het duidelijk hoeveel schade hem berokkend kan worden. Dingo-jagers verdienen goed UET is dan ook geen wonder, dat met jagen op de dingo goed geld te verdienen valt. Tenminste voor ja gers, die niet opzien tegen hard wer ken en die beschikken over een zeer grote dosis geduld en over een nog grotere dosis geslepenheid dan waar over de dingo beschikt. De federale regering betaalt dertig gulden voor iedere dingo-schedel, maar de boeren leggen daar nog een behoorlijk bedrag bovenop. Goede dingo-jagers maken gemakkelijk een driehonderd gulden- in de week, terwijl voor buitengewoon uitgeslapen oude rovers soms duizend gulden wordt uitgeloofd. Het is be grijpelijk, dat m de provinciesteden (Van onze correspondent te Londen). glNDS enige weken tracht de Russische regering, via haar Londense Am bassade, de tienduizenden vluchtelingen en verplaatste personen van achter het IJzeren Gordijn, die in Engeland verblijf houden, er toe over te halen naar Rusland of Polen terug te keren. Het opmerkelijke van deze plot selinge nieuwe campagne is, dat zjj niet vergezeld gaat van de gebruikelijke dreigementen omtrent het eventuele lot van familieleden, die zich nog ach ter het gordijn bevinden. Het Kremlin schijnt aan zijn Ambassade in Londen de opdracht gegeven te hebben het althans eerst „goedschiks" te proberen en zijn in Engeland woonachtige anti-communistische onderdanen metf schone beloften terug te lokken. Zo intensief wordt deze „terug naar huis"-campagne thans geleid, dat een aantal ambtenaren van het Russische Consulaat in Londen zelfs al op zie kenbezoek is geweest bij Oekrainische arbeiders in hospitalen in Midden- Engeland, om hen om te praten terug naar huis te gaan, zodra zij hersteld zijn. Ofschoon de campagne hoofdzakelijk voor de mannelijke uitgewekenen be doeld is, tracht men ook de vrouwen terug te lokken, zelfs wanneer deze hier inmiddels met Britten getrouwd zijn. Poolse vrouwen, die met Engel sen gehuwd zijn, hebben bijv. brieven ontvangen, dat als zij goedschiks naar Polen terugkeren, men hen niet zal vervolgen voor het feit, dat zij met een buitenlander getrouwd zijn! Uitgebreide gegevens. J.JOEWEL ambtenaren van de Russische Ambassade en van het Consulaat door heel Engeland op reis ziin om hun uitgeweken onderdanen ook nog persoonlijk te bewegen om terug te keren, wordt de campagne toch hoofd zakelijk schriftelijk gevoerd. Hét feit dat de Russische Ambassade te Londen de laatste weken al aan duizenden van deze vluchtelingen „persoonlijke" brieven -heeft gestuurd met het „vriendelijke verzoek" om naar huis te gaan. wijst op de uitgebreide inlich tingen, die zij hebben over al hun naar Engeland uitgeweken onderdanen. Het Britse ministerie van Binnen landse Zaken, dat deze campagne scherp in de gaten houdt, vermoedt dat het zeer kleine aantal Russische uit gewekenen, dat in de afgelopen twee jaar weer naar Rusland is terugge keerd, de namen en adressen van de andere uitgeweken Russen en Polen, met wie zij in Engelse fabrieken werk ten. bekend hebben gemaakt. Honderden oprechte politieke vluch telingen van achter het IJzeren Gor dijn. die dachten dat hun adressen in Engeland onbekend waren bij het Kremlin. verkeren thans in grote on gerustheid na het ontvangen der brie ven van de Russische Ambassade, waaruit blijkt dat de Sovjet-autoritei ten van hun namen en adressen op de hoogte zijn. Ondanks de zeer vriende lijk inhoud van de brieven ziin zij te recht bang voor de gevolgen voor hun familieleden achter het Gordijn, inge val zij niet aan het „verzoek" om naar huis terug te keren, zouden voldoen. In een van de kampen voor ver plaatste personen in Bletchley, Buc- kinghamshire, kwamen dezer dagen honderden brieven tegelijk binnen van de Russische Ambassade, gericht aan alle Russische en Poolse arbeiders daar. Het wordt veelbetekenend ge acht dat enige weken voordien een Oekrainse arbeider. Kevalenko ge naamd. uit dat kamp verdween. Men had gedacht, dat ook hij een anti communist was. maar hij ging orvjpn» op een vrachtboot terug naar Rusland en heeft vermoedelijk alle namen en adressen van zijn vroegere mat-kers bekend gemaakt. Deze laatsten h»bhen via de manager van hun kamp al de ze propagandabrieven weer retour naar de Rusïsche Ambassade in Lon den gezonden, na erop gekrabbeld te hebben: „waardeloze rommel!" Aan al deze uitgewekenen offert de Russische Ambassade thans in zeer vriendelijk geschreven „persoonlijke" brieven een gratis terugreis naar Rus land of Polen, gratis voedsel onder weg. vrij vervoer van al hun bezit tingen. pracht opleidingen voor hun kinderen en nog mooiere vooruitzich ten voor henzelf Het lokaas. UET grootste lokaas, dat in deze fraaie brieven wordt uitgeworpen, is de belofte dat er bij hun terugkomst in Rusland of Polen geen vragen gesteld zullen worden, noch over het feit, dat zij naar Engeland waren uitgeweken, noch over de reden waarom zjj als „ontheemden" niet eerder naar huis waren teruggekeerd. van westelijk Queensland, waar de dingo-plaag momenteel heel erg is, winkelbedienden, klerken, advocaten en wie niet al er het gehele week-end aan spenderen om ook hun geluk met val of geweer te beproeven. De beroeps jagers bestuderen eerst zorgvuldig de gewoonten van een be paalde groep dingos voor zij hun val len zetten of op de loer gaan liggen. En dan kost het hun nog vaak maan den, voordat zij een geslepen oude ro ver te pakken hebben. In West-Australie, dat nog veel dun ner bevolkt is dan de oostelijke staten en waar een nog veel groter terrein bestreken moet v orden dan in Queens land en Nieuw Zuid Wales, is men zo juist begonnen de dingo uit de lucht te bestrijden. Hiertoe hebben jacht opzieners eerst met jeeps maanden lange verkenningstochten door het binnenland uitgevoerd en bij plaatsen, waar dingos komen drinken, herken ningstekens aangebracht. Op deze herkenningstekens zullen nu de vliegers hun bommen laten val len. Deze bommen bestaan uit in groen papier verpakt vergif. Zeventien da gen lang zullen zij deze groene bom men over het binnenland van West- Australie uitstrooien in een poging het dingogevaar de kop in te drukken. Waarom groen papier? Omdat geble ken is, dat groen de kleur is, die vo gels het minste aantrekt, zodat zo min mogelijk vogels het slachtoffer zullen worden van het voor de honden ge strooide vergif. Hertenplaag IN de buurt van de grote steden heeft men nauwelijks last van de schuwe, slimme dingo. Maar van wie men in de voorsteden momenteel wel last be gint te krijgen, is van het even schuwe hert. Hele troepen herten, afstamme lingen van in de vorige eeuw uit En geland gebrachte dieren, plagen mo menteel de inwoners van Sydney's zuidelijke voorsteden. De schade die de troepen van deze lieve, zachte die ren in één nacht aan afrasteringen, boomgaarden en tuinen van groente kwekers aanrichten is onbeschrijfelijk. Het is soms. of er een orkaan gewoed heeft. Maar het is niet zo eenvoudig om een „open seizoen" in te stellen tegen deze lieve dieren met hun zachte ogen, als tegen de wrede, sluwe moor denaar» de DINGO. Op 16 October is uit Tandjong Priok vertrokken het troepenschip Nejly met 1515 man aan boord. Hieronder be vinden zich de eerste gesloten onder delen van de H-brigade. Dit is de laat ste brigade van de Kon. Landmacht, die zich nog in Indonesië bevindt. Met haar repatriëring is thans een begin gemaakt. Op 12 October is van Priok vertrok ken het troepenschip Castelbianco met 899 passagiers, alleen individuele mili tairen en gezinnen. HULP AAN DE VIJAND BERECHT Twee lieden, die in Nederlandse uniformen gekleed in de Meidagen van '40 met het Duitse leger over de Nederlandse grens waren getrokken, werden door de Bijz. Raad van Cassa tie resp. tot 10 «n ld jaar gevangenis straf veroordeeld.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 6