Een krachtcentrale breidt zich uit
Anna Chapelle: chansons en dieren^
kreoflavon
AMSTERDAMS PODIUM
Een mysterie op celluloid
Moordenaar slaat celdeur toe
VAN PASTORIE NAAR LANDHUIS
Provinciaal Centrum der Ned. Herv.
Kerk betrekt een nieuwe behuizing
Uitbreiding van het werk
mogelijk geworden
OP HET MATJE
Loodzwaar betoog
Tége
n verkoudheid
ORSON WELLES
ïïlenAen
met wie w-ij,
bpAoJfan
Op bezoek bij man, die
Leo Trotsky doodde
C^AUBEii 1950
Het Provinciale Centrum van de Nederlands Hervormde Kerk te Bergen
zou waarschijnlijk nog in de oude pastorie aan de Hofiaan worstelen met te
weinig ruimte en een al te primitieve inrichting, ware het niet, dat een ge-
gelukkig toevalOf was 't eigenlijk wel toeval, dat een lid van het dage
lijks bestuur, op zoek naar een woning voor een familielid, tegen het land
goed De Haaf aan de Nattevveg opliep? Hoe het ook zij men is op het
ogenblik hard bezig de nieuwe behuizing in te richten. Reeds draait hier een
een belangrijk deel van het werk, maar in December hoopt men de „kracht
centrale voor het kerkewerk" op volle capaciteit in werking te stellen.
het met de minst mogelijke kosten
zo goed mogelijk geschikt te maken
voor zijn nieuwe taak. Het gebrek
aan ruimte noodzaakte tot een in
richting, die in haar primitiviteit her
innerde aan de eerste dagen van het
jeugdherberg-werk. Ouderen moesten
zich hier meer behelpen, dan
eigenlijk wel goed en prettig was.
Voor vele jongeren lagen echter de
kosten van het verblijf hier weer te
hoog.
De behuizing van de leider en zijn
vrouw liet veel te wensen over. Het
kleine opkamertje naast de deur bood
voor een behoorlijke behartiging van
het administratieve werk, dat aan
de arbeid voor het Centrum toch al
tijd vast zit, veel te weinig ruimte.
De directeur, de heer K. Otsen, heeft
intussen een betere woning gekre
gen, maar de pastorie bleef te klein
werd zelfs steeds minder geschikt
naarmate het werk zich uitbreidde.
Inderdaad was het Centrum drin
gend aan een nieuw gebouw toe.
Toen het na de bevrijding de oude
pastorie betrok, nam het met dit
ouderwetse huis genoegen, omdat er
voorlopig niets anders was. Allerlei
omstandigheden dwongen het bestuur,
£JE roodharige man had zich, blijkbaar
ter bereiking van een Picasso-effect.
een helblauw overhemd en een stro
gele das voorgebonden. En aangezien
hij een bruin jasje en een grijze broek
met zwarte schoenen droeg, had hij wel
iets weg van zo'n ouderwetse toverbal.
Vooris had hij lood gestolen en daar
ging 'ie nu omheendraaien als een kat
om een schotel warme melk.
U werkte op die fabriek als tim
nierman, wist de rechter. En toen u
om vijf uur gecontroleerd werd, zat het
lood in uw aktentas. Ik neem aan, dat u
het niet als studiemateriaal gebruikte9
Da's te zeggen. Kijk eens, dat lood
was afkomstig uit de Krieg.
Zeg maar gewoon oorlog
De Krieg van de Duitsers. Die had
den dat gebruikt voor de weerstand en
wij mosten daar een schaftlokaal ma
ken, maar de meesterknecht zei: „die
rotzooi mot 'r uit". Nou waren dat on
bruikbare stukken en de moffen heb
ben indertijd me halve linnenkast leeg
gehaald en geen cent van de oorlogs-
schaai, want Lieftinck kan beter halen
els brengen, dat weet u ook.
De rechter ging er niet op in, maar
er kwam een verbeten trek om zijn
mondhoeken.
In ieder geval was dat lood niet
uw eigendom.
Dat linnengoed was ook geen
eigendom van de moffen, maar de Staat
neemt de collaborateurs in bescher
ming en Jan-met-de-Pet is weer de
sigaar. Kwartje en dubbeltje de
grote dieven rije in slejen en de boeze
roen krijgt de klappe op ze hersens. As
de beron een millioen verspeculeert
van de gemeenschap gaan ze sjampanje
met 'm zuipen en as een fatsoenlijk
mens in z'n armoei een greep ie doet
voor ze huishouwe zette ze de gevan
genis open.
Het ging er op lijken, want de offi
cier sprak zware woorden van aller-
hand sociaal motief en bescherming der
fabrieken tegen de alsmaar toenemende
diefstallen. Als verdachte 't de Duitsers
berecht kwalijk neemt dat ze stalen
dan moet hij dat voorbeeld niet vol
gen. Want dan neemt een ander het
hém weer kwalijk. Enfin, het was
allemaal logisch, gelijk het een offi
cier betaamt.
De rechter snuffelde in paperassen
en zei: uw strafblad is nog geheel blan
co. En daar komen nou die vuile vin
Qers van dat lood op. Omdat het de
eerste keer is: veertig gulden boete.
Ken 'k het hogerop gooien? vroeg
de kleurige man.
Als u bedoeld of. hoger beroep
epen staat, dan luidt mijn antwoord ja
zei de rechter. Hij is nog opgegroeii
met Van Deijssel en Kloos, moet 11
rekenen.
'k Zei wel wijzer zijn. siste de
man. Van het Rijk mot je het hebben
Leve de Staat der Nederlanden. Ga de
ministers en de Tweede Kamer maar
vervolgen
De rechter ging er niet op in. We
bieb ben hier al zorgen genoeg. Stel je
voor, dat we hier óók nog aan politiek
Singen doen. KAREL.
Bouwen of
Het was duidelijk, dat er op de duur
voor het Centrum een nieuw gebouw
zou moeten komen. Gedacht werd aan
nieuwbouw maar deze zóu naar
schatting twee ton moeten kosten, 't
Is begrijpelijk, dat het bestuur van
het Centrum daarvoor nog wel even
terugschrok. Want dat hoge bedrag
zou een zware last aan rente en af
lossing op de exploitatie leggen. Toch
moest er worden uitgebreid, want het
werk leed onder de te kleine behui
zing.
Zo was het een gelukkige omstan
digheid, dat daar plotseling de moge
lijkheid zich voordeed, om de Haaf te
kopen. Voor bewoning door een ge
zin was het goed eigenlijk te groot:
voor het onderhoud van het huis en
de drie hectare grote tuin was een
bijna vorstelijke staf van personeel
nodig. Maar een instelling als het
Centrum zou er met enig overleg een
uitstekend onderkomen in kunnen
vinden. Het bestuurslid, dat een wo
ning zocht, was plots deze opdracht
bijna vergeten in zijn enthousiasme
over deze ontdekking. Hij slaagde er
in, dit enthousiasme te doen over
slaan op zijn medebestuursleden de
directeur werd er ook al door aan
gestoken, toen hij eenmaal aan zijn
rapport over de bruikbaarheid van
het huis bezig was, en toen werd be
sloten tot de koop. Vijftig mille moes'
er ongeveer zijn. Dat geld wa-'er wel
niet, maar het zou er stellig komen.
Dit moest worden gewaagd. En zo
werd, na veel strubbeling, op 16
September het koopcontract getekend.
De inrichting.
Nu is men begonnen met de inrich
ting van het huis voor zijn nieuwe
taak. De kosten hiervan kan men
thans zo ongeveer bekijken. Dank zij
de zeer welwillende medewerking van
tal van leveranciers zullen deze be
perkt blijven tot nog eens een halve
ton. Daarvoor wordt dan het landhuis
geschikt voor de huisvesting van on
geveer vijf en dertig conferentiegan
gers. Op de verdieping zijn n.1. een
achttal slaapkamers, die een geriefe
lijk onderdak zullen kunnen bieden
aan twee tot vijf bezoekers elk. Bo
venin, op de vliering, worden nog een
paar kamers gemaakt voor zes en
acht bezoekers.
BUISJE 20 TABLETTEN 75 CENT
Beneden vindt men, behalve de kamer,
waarin thans reeds het kantoor is ge
vestigd, een ruim vertrek, dat als
conversatie- en huifltamer zal dienen
een zeer ruime hall, waarin een zitje
wordt gemaakt en een grote kamer,
die eens als muziekzaal heeft dienst
gedaan en thans uitstekend geschikt
is voor lezingen en conferenties. Er
zijn twee keukens, een grote en een
kleine, er zijn twee ingangen, naast
de hoofddeur vindt men een garde
robe. Ten slotte is er boven nog een
badkamer met al wat daartoe behoort.
Uitbreiding.
Overigens is het reeds genoemde
bedrag van een halve ton gelukkig
niet alleen voor de inrichting van het
huis nodig. Van dat geld wordt voorts
in de vroegere moestuin een houten
bijgebouw opgetrokken, dat als jeugd
centrum zal dienen. De inventaris
van de pastorie zal hier nuttige
diensten bewijzen bij het streven om
veertig jongelui goed en goedkoop
onder te brengen. De ouderen, die de
gemakken van het hoofdgebouw zul
len genieten, zullen uiteraard dieper
in hun beurs moeten tasten.
Dat alles moet worden betaald. Nu
is van de koopsom reeds het grootste
deel in giften bij elkaar gekomen.
Men hoopt zo ook de rest te krijgen.
Voor de kosten van inrichting en uit
breiding zal een hypothecaire obliga
tielening worden uitgeschreven, die
men op voor het Centrum zo gunstig
mogelijke voorwaarden wil onderbren
gen bij diaconieën, kerkvoogdijen e.d.
Op deze wijze kan men de op de ex
ploitatie rustende lasten zo laag mo
gelijk houden.
Een goede plaats.
Wij stellen ons voor, dat het ver
blijf op het nieuwe Centrum een blijde
belevenis zal worden voor hen, die
aan een conferentie of een weekend
deelnemen. Het huis, eens door De
Bazel gebouwd, heeft sfeer in al zijn
ruimten. De tuin heeft menig hoekje,
dat tot stille overpeinzingen of tot
rustig gesprek noodt. Het gehele bui
ten zou geschapen kunnen zijn voor
het doel, waarvoor het thans gebruikt
gaat worden. Hier kan in waarheid
kracht worden opgedaan voor een ar
beid, die een enorme hoeveelheid
geestelijke energie vraagt.
Men hoopt eerlijk gezegd inDecem
ber alles gereed te hebben. Uiteraard
zal de officiële opening met enige
plechtigheid worden omgeven. En dan
begint het werk volop: een soort
vacantiekamp voor ouderen, onder
leiding van een predikant 'en zijn
vrouw, omstreeks de jaarwisseling
de jaarlijkse organistendag in Januari
1 en vervolgens conferenties, week
ends en wat mén verder voor werk te
doen vindt. Dat zal stellig niet wei
nig worden. Er is nu de ruimte voor,
LEZERS, STELT U ZICH DE FAMILIE SMIT VOOR, ergens in de
Huidekoperstraat in Amsterdam. En de familie Bruin, ergens in de
Goudsbloemdwarsstraat. En de familie Jansen in de Biesbosstraat. En be
halve deze drie dan nóg enkele tienduizenden families. Zo omstreeks een uur
of 9 's avonds. En allemaal luisterend naar hun aan staande radio. En stelt
u zich dan vervolgens voor, dat midden in de één of andere bonte avondtrein
het programma wordt onderbroken en bijvoorbeeld Jan van Herpen, of Jan
Boots of Frans Nienhuls u komt vertellen, dat over een half uur de Mars
bewoners op aarde komen en een strgd op leven en dood zullen aangaan
met de bewoners onzer planeet. Kunt u zich voorstellen, dat in dat geval
driekwart Amsterdam en de helft van Nederland z'n bed opneemt, op pad
gaat en een goed heenkomen poogt te zoeken in de bossen, op het strand
en in de duinen? Nee, zoiets idioots kunt ge u waarschijnlijk niet voorstel
len. We zouden het namelijk beslist niet doen. Zelfs de alleir-naïefsten onder
ons zouden denken aan een goede grap, een aardige radio-stunt of een ge
slaagde hoorspel-inleiding.
J7N toch is zoiets gebeurd! Niet hier,
maar in Amerika. In 1933 of 1931,
als ik me niet vergis. Daar diste een
omroeper dit sterke verhaal op en
New-York liep leeg. Alle families
Smith, families Brown, en sommige
families Johnson. Ze geloofden in die
stem, in de komst der Marsbewoners,
in het levensgevaar dat met kosmi
sche snelheid naderde.
Het was een hoorspel-stunt van in
drukwekkend kaliber, maar de radio-
maatschappij heeft er weinig pleizier
aan beleefd. Het grapje eindigde in
de Senaat en men vond het nogal
ongepast en onbehoorlijk. Eén man is
met dat grapje echter wereldver
maard geworden; de man ,dde de stunt
uitdacht. Een wrange grap, nogal
bitter en zuur. Nogalja. nogal
duivels. Een kleine, vreemde man. Niet
lang daarna zou z'n naam vlammend
Over 'n zeer bewonderd
acteur
(mei excuses aan Long Shot)
verschijnen op nóg feller vlammende
affiches in vijf werelddelen. Dit is die
naam: Orson Welles.
DEZE WEEK zag ik in Tuschinsky
Orson Welles in één van z'n laatste
films. Hij maakt er zoveel, dat men
de tel kwijt raakt. Dit was een film
over het leven van Césare Borgia. Niet
zo'n erg beste film. Nogal goedkoop
en heel erg aangepast aan de smaak
van Jan Publiek. Hetgeen overigens
waar voor z'n geld krijgt. Men kan
sidderen en huiveren, bewonderen en
ijzen. Het is alles heel spannend, ro
mantisch en knap gefilmd. Of dit nu
echter precies het leven van wijlen de
heer Césare Borgia is, meen ik te mo
gen betwijfelen, maar zó nauwgezet is
Don Iddon, de reizende verslaggever van de Daily Mail, heeft in de gevan
genis te Mexico-City een bezoek gebracht aan de man, die Trotsky vermoordde.
Ik was, zo vertelt hg in zgn verslag, in gezelschap van de kapitein van de
wacht, die zijn rechterhand aan zijn revolver in zijn borstzak hield. De moor
denaar voert de namen Jacques Mornard, Frank Jackson en Mr. X. maar
niemand weet, hoe hg werkelijk heet of welke zgn nationaliteit is. Mornard was
tot aan zijn middel ontkleed en zijn brede borst was door het vele zonnebaden
gebruind. De kapitein zei rustig, toen de heldergroen geverfde stalen deur
openzwaaide en wij de cel binnentraden: Mornard, hier is een journalist uit
Londen. Hij heeft een lange reis gemaakt en zou graag met je spreken.
ZIJ is wat een echte vedette behoort
te zijn, Anna Chapelle, de vrouw
die tegenover ons zit en die op door
reis naar Griekenland „even" in Hil
versum is komen aanwaaien om opna
men te laten maken. De A.V.R.O. heeft
haar stem vastgelegd op platen, die de
komende weken in het Aubadepro
gramma zullen worden gedraaid en
de technici wachten reeds, evenals
„Les Gars de Paris", het musette en-
vedette gaan we naar de studio, waar
gerepeteerd moet worden.
Een lange, trillende toon danst door
de ruimte. Madame Chapelle maakt
haar stembanden los en meteen begint
zij al te werken. „Le bistro d'Auber-
villiers" is een der nummers van haar
repertoire en als deze vrouw, die er op
haar 45ste nog uitziet als een meisje
van even twintig, zingt, valt haar
wezen voor ons weg. Haar stem schii-
scmble van Frans van Capelle. Er is dert het kroegje van de fabriekswijk
dus niet veel tijd tot praten en dat is bij de Porte de la Vilette wij zien
maar goed ook, want een vedette is
meestal even rusteloos en speels als
haar chansons. Het „brengen" van deze uit Holland Pargs binnenkwamen. We
het kanaal bij de gasfabriek, waar wij
langs zijn gereden, toen we per auto
specifieke Franse kunst is Anna Cha
pelle wel toevertrouwd; niet voor niets
is zij in haar geboortestad, Parijs, nu
al tien jaar populair'.'." Als kind van
herkennen duidelijk de zorgelijke ge
zichten van die voorstad Aubervil-
liers, waar de mensen even grauw zijn
als het steen hunner lelijke huizen.
twee jaar zong ik al de Marsellaise en Maar hier, in het licht van Anna Cha-
op m'n tiende stond ik in een koor pelle's voortreffelijke voordracht, wor
ANNA CHAPELLE
...coeur de Paris....
voor soli.... Nooit les gehad en zelt den ze mooi en romantisch. Geen won-
In der, want zij begrijpt haar stad en
haar mensen! „Nergens ter wereld is
schrijf ik niet. Ieder zijn vak!
pilllllllllllllllllllllllllllB
llllllilllllllllHlllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllinilllllliHlllllllllllllilllllllllllNIIH^
Parijs woont mijn vaste componist, die
de meeste van mijn chansons maakt,
maar hij heeft geen gemakkelijke aan
mijOh, la, la!"
\V7E geloven het graag, want de kleine
uJr)o7o TTrnnraiRP 7.i<=n 0f
dieren en.... m'n chansons. Daar kan
ik ook niet buiten!"
Mensen maken deze vedette soms
nerveus; zij treedt het liefst op voor
£1° 3 S ?p de kaden langs de de microfoon. „Dan ben je geheel al-
33 ^en met jezelf en je fantasie komt ge
makkelijker los.
toch: in het dierenpark lééf ik ook!
Deze kleine bekentenis tekent dui
delijker dan een psycho-analyse de
chansonnière, die daar tussen de mu
ziekstandaards heen en weer loopt en
zingt met dat wonderlijk donkere
timbre, dat alleen de vedette in haar
Als er geen mensen achter het voet
licht zijn, zie ik de dingen uit mijn
liederen tot leven komen en dan is
het pas goed." Een korte tik op een
lessenaar maakt een einde aan de kor
te rustpauze. Een nieuw chanson
stem kan leggen Die licht gebarende wordt er staan er tien v00t
anden, die ze driftig op de tafel kun- df: opname op de iyst en er js weinig
nen kloppen, zgn soms heel zacht. Dat tjjd
is het geval als zij een dier strelen. 0nder het zingen dwaalt Anna cha
ang' pelle door de studio. Soepel zijn haai
Anna Chapelle kent geen vrees voor bewegingen als van de dieren, die zi.i
welk dier ook. Uit haar tas komen zo liefheeft. Achteloos houdt ze een
handen van deze Frangaise zien er foto's. Hele reeksen snapshots van vele sigaret „natuurlijk een Gaulloise"
naar uit, dat zij zeer driftig op tafel jaren: Anna Chapelle met een aapje, in de rechterhand, terwijl de linkei
kunnen tikken en de trekken op het met honden, geiten, vogels en zelfs met soms even over het glad naar achter
slechts vluchtig opgemaakt gelaat
verraden eèn ijzeren wilskracht. Dat
gaat zo in „het vak"! „Weet u altijo
reizen, altijd repeteren en bijna nooit
t.iid voor jezelf". Ook nu niet. Daar is
monsieur De Braunecker de manager
reeds: „Madame....?" Samen met de
slangen en roofdieren,
bang voor ben, is dat voor mensen
monsieur. Die kun je nooit met zeker
heid in hun bedoelingen peilen, maa>
een dier veinst nooit. Als die van zich
af Willen bijten of zijn nagels uitslaan,
zie je het direct. Geef mij maar de
Als ik ergens gekapte, lichtgrijzende haar strijkt.
Om haar is dat ondefinieerbaar par
fum van Parijs, die niet te omschrijven
atmosfeer, waarvan zij in een haa'
chansons vertelt. Het trilt in ons na als
de dubbele studiodeur achter ons dicht-
zoeft: „Dans le coeur de Paris...."
Mornards ogen schitterden onrustig
achter zijn donkergroene brilleglazen,
terwijl hij nerveus achteruit liep. Hij
barstte in een stortvloed van Spaanse
woorden uit, keek me toen aan en zei
daarna in het Engels: „Ik voel er niet
voor".
Ik stad mijn hand in een zak van
mijn jas, om een vel papier te voor
schijn te halen. Mornard sprong weer
in het achterste gedeelte van zijn cel,
smeet de zware stalen deur dicht en
schreeuwde door de tralies: Neen!
Neen.
De kapitein glimlachte, en zei: Hij
is bang voor u. Toen u uw hand in uw
zak stak, dacht hij dat u een revolver
zocht. Hij leeft in een vreselijke angst,
We bleven nog enkele minuten in de
cel. maar niets argumenten, smeek,
beden noch dreigementen kon Mor
nard bewegen, naar buiten te komen.
Angst.
Deze man leeft in een vreselijke angst.
Steeds, wanneer iemand zijn cel nadert,
zit hij te zweten van vrees. Dat ge
beurt zelfs bij de komst van een bewa
ker of een mede-gevangene. Hij ziet in
iedereen een gewapende man, die door
de groep van wijlen Trotsky is gehuurd,
teneinde de moord op de leider te
wreken.
Tien jaar geleden is hij tot twintig
jaar gevangenisstraf veroordeeld, om
dat hij Leo Trotsky in zijn villa in
Mexico van achteren met een houweel
had neergeslagen. Hij komt nu in aan
merking voor een door de president te
verlenen gratie. Maar de eigenaardige,
grote blonde man met zijn gezonde
uiterlijk wil om zijn leven te redden
de gevangenis niet verlaten.
Slechts één bezoekster is welkom.
Dat is een knappe donkere vrouw van
vijf en dertig jaar, die hem elke Zon
dag enige uren gezelschap komt hou
den. Zij is Mornards vriendin. De Mexi
caanse wet staat zulke bezoeken toe.
OUD-MINISTER SCHOKKING
ONDERSCHEIDEN
Bij K.B. is benoemd tot ridder in de
orde van de Nederlandse Leeuw de
oud-minister van Oorlog en Marine,
mr. W. F. Schokking.
men niet in de film-industrie.
En zo, zittend in zo'n fulpen Tu-
schinsky-fauteuiltje, dat zachter is dan
het zachtste trijp van uw eigen meu
bilair thuis, denkt men aan deze
vreemde wereldburger, die via het
witte doek weer eens in het hart van
Amsterdam, in de Reguliersbreestraat,
neerstreek, om enkele tienduizenden
Amsterdammers een paar uur bezig te
houden. Hetgeen de heer Welles won
derwel gelukt, want het publiek is
stiller in Tuschinsky dan bij welks
film ook, die wij er eerder zagen. En
die stilte is de stilte die alleen Orson
(Third Man) Welles verwekt. Alleen
met z'n vreemde, sinistere aanwezig
heid.
Alleen met die vreemde, stille, be
klemmende glimlach. Alleen met dat
onzichtbare aureool van macht, dui
velse sluwheid en een haast onmen
selijk scherp intellect.
Orson Welles heeft tientallen films
gemaakt. Sommige schreef, regis
seerde en acteerde hij. In andere was
hij alleen maar acteur. De meeste lij
ken me niet van die bijzonder goede
films.
EEN PAAR JAAR geleden draaide
in Amsterdam (niét in ons vorstelijk
Tuschinsky, maar in het miniatuur-
cinema-tje „Kriterion": de film „Ci
tizen Kane". Ik geloof, dat hij er één
week draaide. In de provincie zal hy
waarschijnlijk in het geheel niet zijn
geweest. Als ik die film niet had ge
zien zou ik de eigenaar van welke
dorps- of stadsbioscopen vragen hem
alsnog te huren. Want daarin ziet men
Orson Welles de rol van zgn leven
spelen en deze film treft de bezoeker
(trof mij althans) als een mokerslag.
Er wordt gezegd, dat dit verhaal het
leven van de Amerikaanse kranten
koning Hearst weergeeft. Het is mo
gelijk, maar belangrijk is dat niet.
Maar men ziet een leven van een mens
voorbij-ijlen en ik geloof, dat daarin
een indrukwekkend stuk leven van
Welles zelf verscholen zit. En als men
dat ziet en overweegt, dan wordt het
een mens koud en heet om het hart.
Dan gaat zo'n film een eenzaam toe
schouwer op een hard Amsterdams
bioscoopbankje door merg en been en
dan leert men uit zo'n vrij onbekende,
maar keiharde, brutaal-openhartige
Amerikaanse film, dat in deze wereld
(zélfs in deze wereldniet klles
te koop is. Met alle schatten der aar
de nog niet. Wél kronen en steden, wel
landen en industrieën. Allesal
lesallesOp dat éne na: een
klein beetje menselijk geluk. Dat is
niet te koop, dat was nooit te koop
en zal 't ook nooit zijn. En dat leert
ons Orson Welles in die onbekende
film, die een paar dagen in Amster
dam draaide. „Citizen Kane". Burger
Kane.
Ik HEB in de laatste kwart eeuw
menig filmspeler bewonderd, geado
reerd en (soms) zeer lief gehad. Het
begon met Pola Negri en Henny Por
ten. Daarna: Garbo en Dietrich en vele
anderen. Ze hingen naast elkaar aan
het behang van m'n slaapkamertje,
gechaperonneerd door Wallace Beeiy,
Charlie Chaplin en Douglas Fair-
banks. Dat bleef zo tot die treurige
dag, toen een emeritus-predikant, die
een spreekbuurt in de plaats mijner
inwoning moest vervullen, door mijn
vader dat slaapkamertje kreeg toege
wezen, waarbij het noodzakelijk bleek,
dat Dietrich, Garbo c.s. het veld
ruimden, teneinde het behangsel we
der in maagdelijke, in elk geval min
der profane en aanstootgevende
staat, te brengen. Uit innerlijk ver
zet tegen een m.i. zo wrede en over
bodige verstoring van illusies blééf
het behang maagdelijk. Ik had er ge
noeg van. Ook van die dominee. Tot
voor twee jaar. Toen bedekte opnieuw
een acteur het behang. Maar het was
een andere kamer, ander behang en 't
was een andere acteur. Het was, het
is: Orson Welles. Hij blijft er hangen,
al komt de voorzitter der Synode
overnachten.
IK GELOOF, dat deze man, die h»
deze dagen als „prins der vossen" in
het Amsterdamse Tuschinsky-theater
optreedt, de grootste acteur is die wy
thans bezitten. Hij bezit het vermogen
ons door hem heen te laten kgken,
links van hem, en rechts, en achter
hem. En als we dan alles gezien heb
ben is alles nog even duister, vreemd
en zonderling als voorheen. Hg bleef
een raadsel. Een sinister, eenzaam,
verloren raadsel. Een zonderlinge,
waarschijnlijk dé zonderlingste, film
eend in de bgten onzer hedendaagse
droomindustrieën.
Maar probeert u eens die fihn „Citi
zen Kane" te zien te krijgen! Vraagt
het de theater-exploitant van uw
plaats. En mocht hy bezwaar maken,
en geen publiek verwachten, zeg hem
dan dat er tóch geld bg moet.
ANTHONY VAN KAMPEN.