Vreemde stilte in Effectenbeurs Slecht schaken met volle maag Haaien speelden voor de film De ondergrondse binnenzee in Australië loopt weer vol Er komen meer knipperlichten bij onbewaakte overwegen Het nieuwe V. d. Berg secretaris van Dr Max Euwe Vooruitgang Dr. Hass maakte avon uurlijke tocht in Rode Zee Wetenschappelijk onderzoek was uitgangspunt Overstromingen van heden - reserve voor morgen Regering beheert voorraad met grote zorg Oplettendheid van publiek laat nog te wensen over Ook andere oplossingen in overweging r\E VORMING van dit geweldige meer is een wonderlijk iets. Het gewone grondwater staat stil maar deze me ren, zeeën en rivieren zijn voortdu rend in beweging. Diep onder de op pervlakte der aarde gaat dit artesische water een lange en moeizame weg. Belangstelling voor Bertha en Aminah Onze Bridgerubriek (Van onze Amsterdamse correspondent) ge de sterkste man uit de Amsterdamse Effectenbeurs wilt ontmoeten, dan dient ge u niet in de middaguren tussen druk discussiërende hoeklieden te bewegen of om te zien naar breed-geschouderde employé's van effectenkanto ren, maar dan moet ge er des avonds zijn. Dan treft ge er Rossolimo, een wit- Rus uit Parijs, die zeer bedreven is in Japans worstelen. Overigens een wonder lijke tijdpassering van een schaakmeester, die kastelen op zijn hand weegt. Hij is vroeger taxi-chauffeur geweest in Parijs, de stad, die ook dr. Tartakower, de eeuwig vitale meester, bemint. Verwart de stoere Rossolimo alsublieft niet met Kottnauer, de enige communist in het gezelschap der grootmeesters en meesters, die iedere avond van zes tot elf uur de Beurs een aanzien geven, die zij zelden toont. Inderdaad, Rossolimo is een wit-Rus en Kottnauer geheel iets anders, doch zij schaken met een gerust hart tegen elkaar. De een heft het glas met sinaasappelsap bedachtzaam, terwijl de ander zijn zoveelste sigarettenpeukje in de asbak uitdrukt. ters komen kijken. En de weinige vrouwen, die er komen, zien niet naar de torens en pionnen, maar naar de meesters zelf. Ik heb gehoord, dat ze de Joegosla- ven alleraardigst vinden, omdat die zo innemend kunnen lachen en goed ge kleed gaan. Trouwens ook Golombek, die na afloop van iedere tournooidag een nabeschouwing naar Londen telefo neert. Hij is namelijk schaakredacteur van de Times. Hein Donner, de jong ste van het gezelschap, zit soms als een schooljongen te geeuwen. Toen hij na een zet tegen Najdorf opstond en de Argentijn naar het bord toekwam, leek dit niet alleen vader en zoon, maar vooral David en Goliath. Naj dorf is kalmer geworden. Tijdens het Staunton-tournooi in Groningen nu alweer enige jaren geleden kon hij zeer luidruchtig achter het bord zitten. Ingewijden beweren, dat dit de invloed van het huwelijk is. De Argentijnse schaker-zakenman is namelijk kortge leden getrouwd. Neen, de schakers drinken niet veel en eten doen zij hoogst zelden als zij achter het bord zitten. Op het hoogste niveau in de schaakwereld heeft men de overtuiging, dat het met een volle maag niet prettig schaakt. De meesters snoepen eens wat, een pepermuntje een brokje chocolade en lopen heen en weer. Dat laatste doen ze veel. Maar nog meer betasten ze hun hoofd. Dat doet Reshevsky sterk. En ook Euwe. Die houdt meermalen zijn hand nog aan zijn kin als hij rondloopt, hier en daar eens een handje geeft en op de, natuurlijk stereotiepe vraag: ,Hoe sta je er voor?" de schouders ophaalt en zegt: „Och!" Nee, de meisjes van de HBS waar dr. Euwe voor de klas staat als hij niet speelt, komen nog niet kijken. Er zijn trouwens opvallend weinig vrouwen, die naar de verrichtingen van de mees- xju DE ZOMER reeds lang vervlogen is en de cirkelgang der natuur dees goede stad als van oudsher weer met rasse schreden ter winterslaap voertzal de opmerkzame toeschouwer ongetwijfeld de wijdse stilte opmer ken, die zich bijwijlen meester maakt van de smalle straten, door welke de aaneenschakeling van edel gewelfde historische gevels systematisch wordt doorkliefd. Zo wonderlijk stil en rus tig kan het dan wezen, dat men zich afnper roeren durft. Nu kennen Wij talrijke leden van de jongere en wuftere generatie, die deze toestand „saai," en zelfs „doods" wagen te noemen en wij moeten be kennen, dat wij een heel enkele maal zelfs, met hun geweeklaag hebben in gestemd. Maar wij zijn. weer verstan dig geworden, sinds wij onze oude vriend heonard, die wij voor lange jaren uit het oog verloren hadden, eensklaps ontmoetten aan een van die stille grachten, die verlaten zijn van het rumoer der menigten. De begroe ting was wederzijds ongemeen harte lijk en daarom willen wij niet uitwei den over zijn kleding, die in gele en paarse tinten was uitgevoerd. Zonder dralen attaqueerde hij de ter plaatse heersende stilte en sprak met stem verheffing over het bruisende jube lende leven in de vele door hem op zijn verre reizen bezochte metropolen. Weldra kwam hierbij tot uiting dat hij van oordeel was dat onze oude veste ondermijnd diende te worden door een uitgebreid net van onder grondse spoorwegen. De al te dunne straten meende hij te moeten ver dikken door alle aangrenzende antieke panden te slopen en er een soort vormloze skyscrapers voor in de plaats te gooien. Slechts met onein dige moeite konden wij hem over tuigen van het bestaansrecht van het Waaggebouw. Dat wilde hij dan wel laten staan. Eigenlijk had hij van het gehele Waagplein, na verschillende gebouwen gesloopt en de gracht ge dempt te hebben, een grote openlucht bioscoop voor automobilisten willen maken. Verder dacht hij natuurlijk aan felle neonlampen door de ganse stad, schreeuwende lichtreclames, en op vele punten loudspeakers, die nieuwsberichten en economische be schouwingen over kaas en kool zou den afwisselen met uurtjes voor de huisvrouwen en Spike Jones met paraphrases op Beethoven. Het enige, dat ons van zijn pro gressieve betoog aanstond, was dat hij des zomers charmante meisjes op de hoeken der straten wilde opstellen om hen de touristen de weg laten wijzen naar het Waagplein, dat daar dan eenzaam en onwennig zou lig gen temidden van een cacofonie van klanken, kleuren en vormen. Des avonds zou het Waaggebouw omge toverd moeten worden in een roman tische dancing met sweet mus ic meende hij. Natuurlijk dienden de ruitertjes voortaan modernere voer tuigen te bezigen en de arme hoorn blazer zou vervangen worden dooi een afbeelding van Bennie Goodman met zijn klarinet Toen hij opeens wegrende naar een vergeten afspraak, keken Wij ver bijsterd de luidkeels vloekende nylon das na, die over zijn opgevulde schou der flapperde. Voor hij de hoek om- stapte begon hij een lied te fluiten dat luid uitklonk over het water van de ontstelde gracht. Wij maakten een lange en kalmerende wandeling langs heerlijk stille straten en singels. Wij mediteerden daarbij een weinig en kla gen niet meer over saaiheid. Laat nooit een heonard hier de macht in handen krijgen! Alcmaer is een oa<"> in een wereld van getolereerde krank zinnigheid. B. D. Ruimte voor de ober FJE New Yorkse accountant Reshevsky is een merkwaardige figuur. Hij draagt een licht-grijs pak, is vrij zwijg zaam en wekt bij zijn tegenstander to taal verkeerde illusies als hij in tijd nood geraakt. Gebrek aan tijd zegt hem niets. Dan is hij juist in zijn element. Hij en Najdorf weten wel van zichzelf, dat zij tot de favorieten van het tournooi behoren. Karei van de Berg, Leids student en secretaris van dr. Euwe, houdt van een broodje met ham. De ober, de enige die vrijelijk lang de tafels der denkers mag lopen, zet het naast een afgedankt paard en een gevallen pion. O'Kelly, eerzaam Brussels koopman in bont, haalt nog wel eens een her inneringen op met Rossolimo. Immers belden schaakten in Groningen en toen haalde de Franse Rus meermalen zijn accordeon te voorschijn. Muziek na hersenarbeid. Maar of de voorname Effectenbeurs, met de bordjes „stilte" zich daartoe lenen zou? Mischien na afloop als de paarden zijn uitgespron gen en de pionnen zijn geofferd. En dan, als op zovele avonden, ver schijnt Caro'tje, de dochter van Euwe. Er gaat iets van een lentesfeer door de zaal. Zij noteert haar vaders zetten. Stel u voor, dat Caro'tje niets van schaken zou afweten? Een stille, bescheiden figuur is voorts de IJslander Gudmundsson. De meeste mannelijke bewoners van dit eiland kunnen schaken. De lange wintertijd op IJsland vraagt tijdverdrijf en wat kan men dan beter doen dan een spel schaak? Verstrooide meesters. LIET spreekt vanzelf, dat er ook ver strooide meesters zijn. Roerde er niet een zijn koffie met een paard om? Daarna dronk de meester zijn koffie alsof er niets gebeurd was. En er was ten slotte ook niets bijzonder geschied. Wat de schakers overdag doen, na dat ze in de regel niet vroeg zijn op gestaan? De meesten van hen maken een wandeling. Frisse lucht. De IJ-kant langs. Nieuwe krachten opdoen voor de lange avonden, wanneer ze vaak hun vingers in de oren stoppen om maar geconcentreerd te kunnen spelen. En ze merken het nauwelijks als het publiek, dat meeschaakt, dank zij de demonstratie-borden, tegen het einde op de tafeltjes klimt. Tegen elven wordt de klok belangrijk en stijgt de spanning. En als het uur voor middernacht slaat, gaan de stukken van de geëin digde partijen in de doosjes van de schaakclub van de Effectenbeurs. De stellingen van de afgebroken partijen gaan naar het Amsterdamse Schaak huis. De meesters kunnen des morgens om 11 uur niet terecht in de Effecten beurs, want dan klopt daar een heel ander leven. Rust en stilte in het avonduur aan het Beursplein, nabij het Damrak met zijn lichtjes. Geen koop lieden met schaakbordjes of speldjes aan de draaideur. Zelfs geen jongens, die om handtekeningen bedelen. Geen uitverkocht huis. De schaakkoorts van de dertiger ja ren is nog verre. De wereldmeesters peinzen, zetten en schuwen elk rumoer en ook populariteit. Sportpsychose en massaliteit gaan het eeuwenoude schaakspel voorbij. En is dat eigenlijk niet weldadig? (Van onze correspondent te Wenen) Wat de bekende diepzeeonderzoeker dr. Hans Hass over zijn belevenissen op zijn laatste expeditie naar de Rode Zee vertelt, is niet minder spannend dan de meest fantastische avonturen roman. De expeditie, die voor weten schappelijke doeleinden ondernomen werd en bovendien een onder water opgenomen geluidsfilm meebracht, die een geheel avondprogramma vult, startte niet onder een gunstig gestern te. De cameraman moest het reeds na enkele dagen wegens de hitte opgeven, de buitenboordmotor van de expeditie boot kreeg een defect, dr. Hass werd door een haai gebeten en tot overmaat van ramp kwam de Engelse admirali teit tussenbeide en verbood op straffe van opsluiting het gebruik van een gezonken munitieschip als filmcoulis se. Munitie, die lang in zout water ligt, wordt namelijk buitengewoon ex plosief en kan al door lichte schok ken, zoals dit bü het betreden van het wrak optreden, ontstoken worden. Daar de opnamen aan boord van het schip in het middelpunt van de film handeling zouden staan, moest men eerst een nieuw wrak zoeken. De expeditie belandde door al deze vertragingen midden in de gloeiende zomerhitte. Het zeewater was 40 gra den en het leidingwater was warmer dan het scheerwater thuis. Het zwaar ste te lijden had de eniee vrouw, die aan de tocht deelnam. Lotte Baierl. Zij schrok niet terug voor roggen en haaien en moest er bovendien als vrouwelijke ster van de film in de gloeiende hitte en onder water steeds knap en goed verzorgd uitzien, een taak, waarvan ze zich kweet met be hulp van een arsenaal van tubes en potten met cosmetische artikelen. Voor het eerst van zijn leven had dr. Hass moeilijkheden met de haaien. In tegenstelling met zijn vroegere er varingen lieten de haaien in de Rode Zee zich noch door schreeuwen noch door bewegingen afschrikken. Ze zijn aggressiever dan de, haaien in andere zeeën en bleken erg hardleers. Eén keer moest dr. Hass de kop van zo'n ondier, dat met zi.in vervaarlijke tan den nog maar een paar centimeter van hem verwijderd was, met zijn handen wegdrukken. Intussen werd hij echter van opzij door een tweede haai aan gevallen. Daar hij ongewapend was, bleef hem niets anders over dan het hachelijkste te doen, wat men in zo'n geval kan doen: hij vluchtte en bracht er als door een wonder het leven af. Als een vis geharpoeneerd werd, wa ren de haaien er bliksemsnel bij en niet meer te verdrijven. Verbazingwekkend is de nieuwsgie righeid van deze vissen. Bij hun opna men onder water waren de Weense cameramensen plotseling door een zwem vissen omgeven, die dan even snel weer wegschoten als ae gekomen waren. Tot deze nieuwsgierige knapen behoorde ook een acht meter lange reuzenhaai, die zich later tot een sympathieke en goedmoedige walvis- haai ontpopte. Hij werd na een poosje zo aanhankelijk, dat hij met zijn kop genoeglijk langs de zijkant van de boot schuurde, zich over zijn kop liet krauwen en klopjes geven en zich als een echte filmster gedroeg. Toen Lotte de haai wilde fotograferen, klopte dr. Hass hem op zijn hals en het dier stak gehoorzaam zijn kop boven water. Tot de grootste sensatie behoren de opnamen van het sprookjesrijk der ko raalgrotten en van de dieren, die daar in leven. Men slaagde erin opnamen te maken van de lelijkste van alle vissen, de builenvis, die met zijn uitstekende gele tanden koralen verslopd alsof het boterhammen waren, zodat men het kraken op verre afstand kon horen en van drie meter lange zwaardvissen en zeealen, in wier roofvismuilen planeet- vissen leven, die hun tanden schoon houden. Bij het afscheid van Egypte kreeg Lotte Baierl van een Egyptische waar digheidsbekleder, genaamd Ali el She- rif, voor haar dappere houding een vorstelijk geschenk, een schat van Arabische sieraden, van het fijnste handwerk, waaronder een broche, armbanden en een.... neusring „Zij heeft zich ook buitengewoon moedig gedragen", bevestigt dr Hass. Ter il lustratie laat hij ons enige foto's zien: „Hier ziet u op de voorgrond de haai, op de achtergrond Lotte Baierl". (Van onze correspondent te Sydney) JAREN geleden ontwikkelde de bekende Australische sehrijver Ian Idris in zijn boek „De Grote Boemerang" een voor velen fantastisch aandoend beeld: een grote binnenzee, waar nu het zogenaamde „dode hart" van Australië ligt. Deze binnenzee zou de wolken ontwikkelen, die de regen moeten brengen aan de nu al Jaren lang verdorstende streken. Nieuw struikgewas en nieuwe wouden om de boorden dezer zee zouden op hun beurt weer wolken vormen en Australië zou een sappig, regenrijk land worden als Engeland, Nederland of Nieuw- Zeeland. HE VRAAG of deze binnenzee ooit bestaan heeft, wordt door velen be vestigend beantwoord. Grote stukken van het Australisch binnenland liggen op of beneden de zeespiegel en lucht foto's onthullen de oude beddingen van wat eens machtige het land in stromende rivieren waren rivieren, die de binnenzee zouden hebben ge voed. De abnormale regens van de laatste jaren hebben in het klein het droombeeld van Idris verwezenlijkt. Niet, dat er nu een grote binnenzee is gekomen, waarin Alice Springs in het hart van Australië is verdronken, maar het op de kaart voorkomende grote Eire Meer is voor het eerst sinds men senheugenis geheel met water gevuld. Vliegtuigen maken geregeld excursies naar dit wonder en avontuurlijke lie den hebben er zelfs een motorbootje heen gesleept om op het meer te va ren. Het Eire Meer is steeds een grote zoutkoek geweest temidden van woes tijnland. Thans beginnen er planten, struiken en bloemen langs de oevers te groeien, gaan mus en andere vo gels in het oeverriet nestelen en leven er zelfs hoe zoiets mogelijk is be hoort tot de wonderen der natuur vissen in het water. Doch het staat als een naar boven water, dat zodra deze abnormaal natte periode voorbij is, het Eire Meer weer spoedig dezelfde zoutkoek zal zijn, lie het sinds mensenheugenis geweest is. De rivieren, die het thans vullen, zul len weer droge beddingen zijn en het water zal snel verdampen. Onderaardse muren. WAAR BLIJFT Idris dan met zijn binnenzee, gevoed door de oude ri vieren, die hij door middel van slui zen in het randgebergte langs de oost kust van het werelddeel steeds vol wil de houden? Nergens. Want al dat re genwater der laatste jaren, dat het Eire Meer gevuld heeft en vreselijke overstromingen in de staten Nieuw Zuid-Wales en Queensland teweeg ge bracht heeft, -verdwijnt in de blijkbaar nooit te verzadigen bodem. Volledig verdwijnen doet het natuurlijk niet. want onder de aarde heeft weinig of geen verdamping plaats. Het vult op nieuw de grootste ondergrondse zee der aarde de 150.000. vierkante kilo meter grote en gemiddeld 30 meter diepe zee diep onder de aarde van de top van Idris „Grote Boemerang", de boemerangvormige strook, die het zo genaamde ..dode hart" van Australië is Het vult opnieuw.... Want de mens heeft in de afgelopen 70 jaar net zo slordig met deze geweldige onderaard- (Van onze speciale verslaggever). In een gesprek, dat wfl dezer dagen hadden met de heer 3. F. E. M. Aghina, perschef der Ned. Spoorwegen, deelde deze mede. dat de directie der N.S. natuurlijk het aantal slachtoffers der onbewaakte overwegen evenzeer be treurt als wie ook. Het is echter on mogelijk alle onbewaakten te doen verdwijnen; w|j hebben er maar liefst 2222, waarvan natuurlijk het over grote deel in zeer onbelangrijke weg getjes, waar zo goed als geen verkeer over gaat. Tunnels bouwen kost mll- lioenen en daarvoor moet het geld aanwezig z|jn. Een zeer goed middel ter beveiliging van het wegverkeer wordt gevormd door de knipperlichten; daarvan hadden wfl er vóór de oorlog 42 en ln 1945 niet één meer. Thans hebben w|j er weer 59 en het plan Is, er nog dit jaar 8 b|j te plaatsen en ln 1951 nog 20. De kosten hiervan z|jn echter niet gering: zestien tot v|jf en twintig duizend gulden per stuk, al naar gelang z|j in een gewoon of een geëlectrificeerd baanvak geplaatst worden. Het R|jkstoezicht op de spoor wegen bepaalt de urgentie van deze plaatsingen. Het merkwaardige, zo vervolgde de heer Aghina, is, dat hiet aantal onge lukken op bewaakte overwogen, met uitzondering van het jaar 1939, dat van die op onbewaakte overwegen overtreft. Natuurlijk zal men zeggen, dat het de onbewaakten zijn, die jaarlijks do den maken, maar men vergete niet, se watermassa omgesprongen als met de oppervlakte der aarde. Zoals onoor deelkundig openleggen van het nieu we land enorme stukken aan erosie heeft prijs gegeven, zo heeft het in het wilde weg slaan van Artesische bron nen en putten de onderaardse bodem schat lelijk aangetast. Stromingen. Langzaam stroomt het langs de on dergrondse riffen. Soms een paar me ter en soms enige kilometer onder de oppervlakte soms met een snelheid van enige decimeters en soms met enige kilometers per jaar. Zo moet in de natte tijden van vroeger eeuwen deze enorme watermassa langzaam maar zeker van het Oostelijke rand gebergte westelijk èn in de richting van Idris' denkbeeldige binnenzee zijn gevloeid. En zo begint het nu weer. na de laatste natte jaren, te vloeien om een komende generatie van dienst te kunnen zijn. Enorme voorraad. yfAN DE werking van deze onder grondse wonderwereld wisten de kolonisten der vorige eeuw weinig af De kracht en de massa van het aanse boorde artesische water in het enorme Australische bassin moeten wel.de in druk van onuitputtelijkheid hebben ge geven. Doch deze kracht en deze massa wa ren zo groot, doordat de nooit aange- boerde watervoorraad van het vijfde werelddeel voor wie weet hoe lang door een ondoordringbare ondergornd se muur was tegengehouden. Geen wonder, dat eenmaal vrijgelaten, één ar tesische bron bij de stad Yarmouth in de staat Queensland tien millioen liter per dag voortbracht! Vele anderen le verden twee of drie millioen liters per dag op, en het gemiddelde dat uit deze ondergrondse waterschat gehaald werd. wordt op driehonderdmillioen liter per dag geschat. Dus nogal wat water! Tóen verschillende bronnen begonnen droog te lopen, schrok men wakker. Aan het slaan van artesische bronnen werd paal en perk gesteld. En het overvloedige regenwater der laatste jaren is nu voor het komende geslacht in Australië weer aan het goedmaken, wat de ouderen gedachteloos misdeden. De autoriteiten hebben de artesische „industrie" nu volkomen onder con trole, zodat de enorme ondergrondse zee niet opnieuw kan worden leegge- tapt. dat een niet onaanzienlijk aantal de zer ongevallen blijkens de uitgebrach te rapporten en getuigenverklaringen kennelijk zelfmoord is. Opletten geboden. Nu het niet mogelijk is om alle over wegen te doen verdwijnen bewaakt of onbewaakt, z|j zijn volgens de di rectie der N.S. alle uit den boze -■ zijn knipperlichten de beste beveili ging. Deze hebben nog nooit gewei gerd en als er een storing is, is dit merkbaar aan het oranje licht, zodat dan extra uitkijken geboden is. Maar zo verklaarde de heer Aghina met na druk, de oplettendheid van de weg gebruikers laat vaak veel te wensen over. Waarom rijdt een buschauffeur, die reeds vele jaren dageljjks een vast traject tijdt, door een onveilig sein van het knipperlicht en waarom slaat een automobilist geen acht op het stopteken van een voor een naderende trein wachtende wielrijder, zodat de auto wordt gegrepen en er op slag vier doden te betreuren z|jn? Waarom k|jken de meeste wegge bruikers bij het naderen van een ge woon kruispunt wèl eerst links en dan rechts en bij een spoorwegkruising niet? Het antwoord hierop is moei lijk te geven, maar wel staat vast. dat het gewone wegverkeer in 1948 Bij het verlaten van het gerechts gebouw te Singapore na een der zittingen werden Bertha Hertogh en haar pleegmoeder Aminah (vier de en derde van rechtsomzwermd door een menigte van twee duizend personen, die dpor een cordon uon politiemannen in toom gehouden moest worden. INDERDAAD: HET „ZAT" GOED Zonder geluk vaart niemand weU" In dien ooit, dan is deze uitspraak van toe passing op het vandaag te bespreken spel, gespeeld tijdens een drive, nog maar kort geleden in Amsterdam georganiseerd. Ik zal hier eerst de kaarten van Z—N laten volgen Stelt u aan de hand hiervan (Z—N kwetsbaar (O-W niet) het volgens u juiste (en verantwoorde!) eindbod vast. Dan geef ik u de kaarten van O-W plus de resultaten, door diverse paren behaald. N: Sch H, 7, 5 Ha V, B. 6 Ru A, 10, 9. 4 KI A, H, B Z: Sch. B, 10, 9, 6, 4 Ha A, 10, 4 Ru V, B, 6 KI 9, 6 En waartoe hebt u het gebracht? Drie S.A. of 4 Sch? Wel, drie paren kwamen inderdaad tot 3 S.A.; vier paren boden 4 Sch. Eén paar echter stopte niet. N (ge ver) had met 1 Ru geopend, na 2 KI van O bood Z 2 Sch; N gaf meteen 3 S.A. en Z vroeg met 4 KI (ZN speelden de 4 Kl-conventie) brutaal naar het aantal azen. N meldde gehoorzaam 4 Sch (2 azen), waarop Z met 4 S.A. hoorde, dat N (5 Ha) 2 Heren had. Z wist toen, dat zijn partner en hij dus een aas en twee Heren misten: voor vele bridgers alleszins een reden om het bij 5 Sch (of 5 S.A.) te laten. „Neen", zei deze Z „ik wil en zal klein-slam bieden. Ik weet dat er een grote mogelijkheid is dat ik down ga, vrijwel zeker gedubbeld. Ik riskeer dus vrij veel verliespunten; ik gok het dus". En hij bood6 Sch, na passen van W en N door O gedoubleerd. En ziehier de kaart van W en O. Sch V, 3.2 Sch A, 8 W: Ha 9.8,5.3,2 O: Ha H, 7 Ru H, 8, 2 Ru 7, 5, ^3 KI 4, 3 KI V. 10, 8, 7, 5, 2 Zowel Ha H, Ru H en (wat nog belang rijker is) Sch A èn Vrouw zitten goed. Wie er zich van bewust is, dat men klein-slam mag bieden, wanneer er 50% kans is, dat men dit haalt, zal onmiddel lijk moeten toegeven, dat Z wel heel erg met Vrouwe Fortuna heeft gecoquetteerd, 'oen hij 6 Sch bood. En dat niemand die avond dit kunststukje presteerde, is alles zins begrijpelijk. A propos, wat het bieden van groot-slam betreft (eigenlijk moet men Z verwijten, dat hij het 7 Sch-bod niet aandurfde) u weet. toch dat men dan ongeveer 70% kans moet hebben dit te maken, wanneer men dit wil bieden? Deze kansberekening wordt nog wel eens verwaarloosd bij slam-biedingen, vandaar dat ik hierop nog eens extra de aandacht vestig. Alleen mag u dit nooit toepassen als u bijvoorbeeld twaalf kaarten van één kleur (zonder Aas), plus één Aas ln een andera Weur in handen hebt. De anecdote wil n.1. dat de man. die dit in handen kreeg en die met 4 S.A. naar het aantal azen van zijn partner vroeg uit diens 5 Kl-bod de conclusie trok. dat hij dan maar 5 Sa moest spelen: er gingen immers drie azen verloren.... Maar och, twaalf kaarten van één kleur krijgen wij toch niet in Th -7 n rl J K. ter Laan: Folklori c'i woor denboek van Nederland en Vlaams Belgie. - Uitg. G. B. van Goor Zonen's Uitg. Maat schappij N.V., 's-Gravenhage. De heer K. ter Laan, die reeds een aardrijkskundig woordenboek van Ne derland samenstelde, heeft thans een folkloristisch woordenboek samenge steld. Folklore is de kennis van de zeden en gebruiken en van de opvat tingen van het volk en de verklaring van die verschijnselen. De belangstel ling in deze jonge wetenschap wordt steeds groter, maar naast de reeds be staande werken op dit gebied ontbrak een woordenboek, waarin men kan na slaan, wat men wil weten en waarin men tevens kan vinden in welke uit gave het gezochte ruimer belicht werd. In het thans verschenen werk vindt men op eenvoudige wijze een verkla ring en omschrijving van volksgebrui ken en andere folkloristische onder werpen, benevens de namen van hen, die op dit gebied iets opmerkelijks ge presteerd hebben, alsmede een opgave van de voornaamste reeds- verschenen werken. niet minder dan 952 doden heefc ge ëist en blijkens cijfers van de K.N- A.C. per dag gemiddeld 48 ongeluk ken met 3 doden en 45 gewonden vergt. Parallelwegen. Dit alles moge waar zjjn, het aan tal ongelukken op onbewaakte over wegen moge kleiner zjjn dan dat op bewaakte, dit betekent nog niet, dat de spoorwegen niet naar middelen blij ven uitzien om dit euvel te doen ver dwijnen. Thans wordt gedacht aan 't uitschakelen van enige „onbewaak ten" in een bepaald traject en aan het leiden van het verkeer langs parallel wegen over een dezer overwegen. Dit is een ingrijpende maatregel, welke veel tjjd en geld zal vorderen, doch het overleg met het Rijkstoezicht is hierover gaande. De maatregel om de electrische treinen ook overdag met brandende koplampen te laten rjjden, welke aller eerst bedoeld is voor de wegwerkers der N.S., moge goed zjjn, een afdoen de beveiliging geeft hij evenmin. De wagenbestuurders kunnen overdag niet zien of de lampen branden, zodat bjj een storing de treinen zonder licht rjjden. Men vertrouwe dus niet daar op en blijve zichzejf overtuigen, of een trein in aantocht is!

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 6