Vreemde stilte in Effectenbeurs
Slecht schaken met volle maag
Haaien speelden voor de film
De ondergrondse binnenzee in
Australië loopt weer vol
Er komen meer knipperlichten bij
onbewaakte overwegen
Het nieuwe
V. d. Berg secretaris
van Dr Max Euwe
Vooruitgang
Dr. Hass maakte avon uurlijke tocht in Rode Zee
Wetenschappelijk onderzoek
was uitgangspunt
Overstromingen van heden - reserve voor morgen
Regering beheert voorraad
met grote zorg
Oplettendheid van publiek laat nog te wensen over
Ook andere oplossingen
in overweging
r\E VORMING van dit geweldige meer
is een wonderlijk iets. Het gewone
grondwater staat stil maar deze me
ren, zeeën en rivieren zijn voortdu
rend in beweging. Diep onder de op
pervlakte der aarde gaat dit artesische
water een lange en moeizame weg.
Belangstelling voor
Bertha en Aminah
Onze Bridgerubriek
(Van onze Amsterdamse correspondent)
ge de sterkste man uit de Amsterdamse Effectenbeurs wilt ontmoeten, dan
dient ge u niet in de middaguren tussen druk discussiërende hoeklieden te
bewegen of om te zien naar breed-geschouderde employé's van effectenkanto
ren, maar dan moet ge er des avonds zijn. Dan treft ge er Rossolimo, een wit-
Rus uit Parijs, die zeer bedreven is in Japans worstelen. Overigens een wonder
lijke tijdpassering van een schaakmeester, die kastelen op zijn hand weegt. Hij
is vroeger taxi-chauffeur geweest in Parijs, de stad, die ook dr. Tartakower, de
eeuwig vitale meester, bemint. Verwart de stoere Rossolimo alsublieft niet met
Kottnauer, de enige communist in het gezelschap der grootmeesters en meesters,
die iedere avond van zes tot elf uur de Beurs een aanzien geven, die zij zelden
toont. Inderdaad, Rossolimo is een wit-Rus en Kottnauer geheel iets anders,
doch zij schaken met een gerust hart tegen elkaar. De een heft het glas met
sinaasappelsap bedachtzaam, terwijl de ander zijn zoveelste sigarettenpeukje in
de asbak uitdrukt.
ters komen kijken. En de weinige
vrouwen, die er komen, zien niet naar
de torens en pionnen, maar naar de
meesters zelf.
Ik heb gehoord, dat ze de Joegosla-
ven alleraardigst vinden, omdat die zo
innemend kunnen lachen en goed ge
kleed gaan. Trouwens ook Golombek,
die na afloop van iedere tournooidag
een nabeschouwing naar Londen telefo
neert. Hij is namelijk schaakredacteur
van de Times. Hein Donner, de jong
ste van het gezelschap, zit soms als een
schooljongen te geeuwen. Toen hij na
een zet tegen Najdorf opstond en de
Argentijn naar het bord toekwam,
leek dit niet alleen vader en zoon,
maar vooral David en Goliath. Naj
dorf is kalmer geworden. Tijdens het
Staunton-tournooi in Groningen nu
alweer enige jaren geleden kon hij
zeer luidruchtig achter het bord zitten.
Ingewijden beweren, dat dit de invloed
van het huwelijk is. De Argentijnse
schaker-zakenman is namelijk kortge
leden getrouwd.
Neen, de schakers drinken niet veel
en eten doen zij hoogst zelden als zij
achter het bord zitten. Op het hoogste
niveau in de schaakwereld heeft men
de overtuiging, dat het met een volle
maag niet prettig schaakt.
De meesters snoepen eens wat, een
pepermuntje een brokje chocolade en
lopen heen en weer. Dat laatste doen
ze veel. Maar nog meer betasten ze hun
hoofd. Dat doet Reshevsky sterk. En
ook Euwe. Die houdt meermalen zijn
hand nog aan zijn kin als hij rondloopt,
hier en daar eens een handje geeft en
op de, natuurlijk stereotiepe vraag:
,Hoe sta je er voor?" de schouders
ophaalt en zegt: „Och!"
Nee, de meisjes van de HBS waar
dr. Euwe voor de klas staat als hij niet
speelt, komen nog niet kijken. Er zijn
trouwens opvallend weinig vrouwen,
die naar de verrichtingen van de mees-
xju DE ZOMER reeds lang vervlogen
is en de cirkelgang der natuur
dees goede stad als van oudsher weer
met rasse schreden ter winterslaap
voertzal de opmerkzame toeschouwer
ongetwijfeld de wijdse stilte opmer
ken, die zich bijwijlen meester maakt
van de smalle straten, door welke de
aaneenschakeling van edel gewelfde
historische gevels systematisch wordt
doorkliefd. Zo wonderlijk stil en rus
tig kan het dan wezen, dat men zich
afnper roeren durft.
Nu kennen Wij talrijke leden van
de jongere en wuftere generatie, die
deze toestand „saai," en zelfs „doods"
wagen te noemen en wij moeten be
kennen, dat wij een heel enkele maal
zelfs, met hun geweeklaag hebben in
gestemd. Maar wij zijn. weer verstan
dig geworden, sinds wij onze oude
vriend heonard, die wij voor lange
jaren uit het oog verloren hadden,
eensklaps ontmoetten aan een van die
stille grachten, die verlaten zijn van
het rumoer der menigten. De begroe
ting was wederzijds ongemeen harte
lijk en daarom willen wij niet uitwei
den over zijn kleding, die in gele en
paarse tinten was uitgevoerd. Zonder
dralen attaqueerde hij de ter plaatse
heersende stilte en sprak met stem
verheffing over het bruisende jube
lende leven in de vele door hem op
zijn verre reizen bezochte metropolen.
Weldra kwam hierbij tot uiting dat
hij van oordeel was dat onze oude
veste ondermijnd diende te worden
door een uitgebreid net van onder
grondse spoorwegen. De al te dunne
straten meende hij te moeten ver
dikken door alle aangrenzende antieke
panden te slopen en er een soort
vormloze skyscrapers voor in de
plaats te gooien. Slechts met onein
dige moeite konden wij hem over
tuigen van het bestaansrecht van het
Waaggebouw. Dat wilde hij dan wel
laten staan. Eigenlijk had hij van het
gehele Waagplein, na verschillende
gebouwen gesloopt en de gracht ge
dempt te hebben, een grote openlucht
bioscoop voor automobilisten willen
maken. Verder dacht hij natuurlijk
aan felle neonlampen door de ganse
stad, schreeuwende lichtreclames, en
op vele punten loudspeakers, die
nieuwsberichten en economische be
schouwingen over kaas en kool zou
den afwisselen met uurtjes voor de
huisvrouwen en Spike Jones met
paraphrases op Beethoven.
Het enige, dat ons van zijn pro
gressieve betoog aanstond, was dat hij
des zomers charmante meisjes op de
hoeken der straten wilde opstellen
om hen de touristen de weg laten
wijzen naar het Waagplein, dat daar
dan eenzaam en onwennig zou lig
gen temidden van een cacofonie van
klanken, kleuren en vormen. Des
avonds zou het Waaggebouw omge
toverd moeten worden in een roman
tische dancing met sweet mus ic
meende hij. Natuurlijk dienden de
ruitertjes voortaan modernere voer
tuigen te bezigen en de arme hoorn
blazer zou vervangen worden dooi
een afbeelding van Bennie Goodman
met zijn klarinet
Toen hij opeens wegrende naar
een vergeten afspraak, keken Wij ver
bijsterd de luidkeels vloekende nylon
das na, die over zijn opgevulde schou
der flapperde. Voor hij de hoek om-
stapte begon hij een lied te fluiten
dat luid uitklonk over het water van
de ontstelde gracht. Wij maakten een
lange en kalmerende wandeling langs
heerlijk stille straten en singels. Wij
mediteerden daarbij een weinig en kla
gen niet meer over saaiheid. Laat
nooit een heonard hier de macht in
handen krijgen! Alcmaer is een oa<">
in een wereld van getolereerde krank
zinnigheid. B. D.
Ruimte voor de ober
FJE New Yorkse accountant Reshevsky
is een merkwaardige figuur. Hij
draagt een licht-grijs pak, is vrij zwijg
zaam en wekt bij zijn tegenstander to
taal verkeerde illusies als hij in tijd
nood geraakt. Gebrek aan tijd zegt
hem niets. Dan is hij juist in zijn
element. Hij en Najdorf weten wel van
zichzelf, dat zij tot de favorieten van
het tournooi behoren. Karei van de
Berg, Leids student en secretaris van
dr. Euwe, houdt van een broodje met
ham. De ober, de enige die vrijelijk
lang de tafels der denkers mag lopen,
zet het naast een afgedankt paard en
een gevallen pion.
O'Kelly, eerzaam Brussels koopman
in bont, haalt nog wel eens een her
inneringen op met Rossolimo. Immers
belden schaakten in Groningen en toen
haalde de Franse Rus meermalen zijn
accordeon te voorschijn. Muziek na
hersenarbeid. Maar of de voorname
Effectenbeurs, met de bordjes „stilte"
zich daartoe lenen zou? Mischien na
afloop als de paarden zijn uitgespron
gen en de pionnen zijn geofferd.
En dan, als op zovele avonden, ver
schijnt Caro'tje, de dochter van Euwe.
Er gaat iets van een lentesfeer door
de zaal. Zij noteert haar vaders zetten.
Stel u voor, dat Caro'tje niets van
schaken zou afweten?
Een stille, bescheiden figuur is voorts
de IJslander Gudmundsson. De meeste
mannelijke bewoners van dit eiland
kunnen schaken. De lange wintertijd
op IJsland vraagt tijdverdrijf en wat
kan men dan beter doen dan een spel
schaak?
Verstrooide meesters.
LIET spreekt vanzelf, dat er ook ver
strooide meesters zijn. Roerde er
niet een zijn koffie met een paard om?
Daarna dronk de meester zijn koffie
alsof er niets gebeurd was. En er was
ten slotte ook niets bijzonder geschied.
Wat de schakers overdag doen, na
dat ze in de regel niet vroeg zijn op
gestaan? De meesten van hen maken
een wandeling. Frisse lucht. De IJ-kant
langs. Nieuwe krachten opdoen voor
de lange avonden, wanneer ze vaak
hun vingers in de oren stoppen om
maar geconcentreerd te kunnen spelen.
En ze merken het nauwelijks als het
publiek, dat meeschaakt, dank zij de
demonstratie-borden, tegen het einde
op de tafeltjes klimt. Tegen elven
wordt de klok belangrijk en stijgt de
spanning.
En als het uur voor middernacht
slaat, gaan de stukken van de geëin
digde partijen in de doosjes van de
schaakclub van de Effectenbeurs. De
stellingen van de afgebroken partijen
gaan naar het Amsterdamse Schaak
huis.
De meesters kunnen des morgens om
11 uur niet terecht in de Effecten
beurs, want dan klopt daar een heel
ander leven. Rust en stilte in het
avonduur aan het Beursplein, nabij het
Damrak met zijn lichtjes. Geen koop
lieden met schaakbordjes of speldjes
aan de draaideur. Zelfs geen jongens,
die om handtekeningen bedelen. Geen
uitverkocht huis.
De schaakkoorts van de dertiger ja
ren is nog verre. De wereldmeesters
peinzen, zetten en schuwen elk rumoer
en ook populariteit. Sportpsychose en
massaliteit gaan het eeuwenoude
schaakspel voorbij.
En is dat eigenlijk niet weldadig?
(Van onze correspondent te Wenen)
Wat de bekende diepzeeonderzoeker
dr. Hans Hass over zijn belevenissen
op zijn laatste expeditie naar de Rode
Zee vertelt, is niet minder spannend
dan de meest fantastische avonturen
roman. De expeditie, die voor weten
schappelijke doeleinden ondernomen
werd en bovendien een onder water
opgenomen geluidsfilm meebracht, die
een geheel avondprogramma vult,
startte niet onder een gunstig gestern
te. De cameraman moest het reeds na
enkele dagen wegens de hitte opgeven,
de buitenboordmotor van de expeditie
boot kreeg een defect, dr. Hass werd
door een haai gebeten en tot overmaat
van ramp kwam de Engelse admirali
teit tussenbeide en verbood op straffe
van opsluiting het gebruik van een
gezonken munitieschip als filmcoulis
se. Munitie, die lang in zout water
ligt, wordt namelijk buitengewoon ex
plosief en kan al door lichte schok
ken, zoals dit bü het betreden van het
wrak optreden, ontstoken worden.
Daar de opnamen aan boord van het
schip in het middelpunt van de film
handeling zouden staan, moest men
eerst een nieuw wrak zoeken.
De expeditie belandde door al deze
vertragingen midden in de gloeiende
zomerhitte. Het zeewater was 40 gra
den en het leidingwater was warmer
dan het scheerwater thuis. Het zwaar
ste te lijden had de eniee vrouw, die
aan de tocht deelnam. Lotte Baierl.
Zij schrok niet terug voor roggen en
haaien en moest er bovendien als
vrouwelijke ster van de film in de
gloeiende hitte en onder water steeds
knap en goed verzorgd uitzien, een
taak, waarvan ze zich kweet met be
hulp van een arsenaal van tubes en
potten met cosmetische artikelen.
Voor het eerst van zijn leven had
dr. Hass moeilijkheden met de haaien.
In tegenstelling met zijn vroegere er
varingen lieten de haaien in de Rode
Zee zich noch door schreeuwen noch
door bewegingen afschrikken. Ze zijn
aggressiever dan de, haaien in andere
zeeën en bleken erg hardleers. Eén
keer moest dr. Hass de kop van zo'n
ondier, dat met zi.in vervaarlijke tan
den nog maar een paar centimeter van
hem verwijderd was, met zijn handen
wegdrukken. Intussen werd hij echter
van opzij door een tweede haai aan
gevallen. Daar hij ongewapend was,
bleef hem niets anders over dan het
hachelijkste te doen, wat men in zo'n
geval kan doen: hij vluchtte en bracht
er als door een wonder het leven af.
Als een vis geharpoeneerd werd, wa
ren de haaien er bliksemsnel bij en
niet meer te verdrijven.
Verbazingwekkend is de nieuwsgie
righeid van deze vissen. Bij hun opna
men onder water waren de Weense
cameramensen plotseling door een
zwem vissen omgeven, die dan even
snel weer wegschoten als ae gekomen
waren. Tot deze nieuwsgierige knapen
behoorde ook een acht meter lange
reuzenhaai, die zich later tot een
sympathieke en goedmoedige walvis-
haai ontpopte. Hij werd na een poosje
zo aanhankelijk, dat hij met zijn kop
genoeglijk langs de zijkant van de
boot schuurde, zich over zijn kop liet
krauwen en klopjes geven en zich als
een echte filmster gedroeg. Toen Lotte
de haai wilde fotograferen, klopte dr.
Hass hem op zijn hals en het dier stak
gehoorzaam zijn kop boven water.
Tot de grootste sensatie behoren de
opnamen van het sprookjesrijk der ko
raalgrotten en van de dieren, die daar
in leven. Men slaagde erin opnamen te
maken van de lelijkste van alle vissen,
de builenvis, die met zijn uitstekende
gele tanden koralen verslopd alsof het
boterhammen waren, zodat men het
kraken op verre afstand kon horen en
van drie meter lange zwaardvissen en
zeealen, in wier roofvismuilen planeet-
vissen leven, die hun tanden schoon
houden.
Bij het afscheid van Egypte kreeg
Lotte Baierl van een Egyptische waar
digheidsbekleder, genaamd Ali el She-
rif, voor haar dappere houding een
vorstelijk geschenk, een schat van
Arabische sieraden, van het fijnste
handwerk, waaronder een broche,
armbanden en een.... neusring „Zij
heeft zich ook buitengewoon moedig
gedragen", bevestigt dr Hass. Ter il
lustratie laat hij ons enige foto's zien:
„Hier ziet u op de voorgrond de haai,
op de achtergrond Lotte Baierl".
(Van onze correspondent te Sydney)
JAREN geleden ontwikkelde de bekende Australische sehrijver Ian Idris in zijn
boek „De Grote Boemerang" een voor velen fantastisch aandoend beeld: een
grote binnenzee, waar nu het zogenaamde „dode hart" van Australië ligt. Deze
binnenzee zou de wolken ontwikkelen, die de regen moeten brengen aan de nu
al Jaren lang verdorstende streken. Nieuw struikgewas en nieuwe wouden om
de boorden dezer zee zouden op hun beurt weer wolken vormen en Australië
zou een sappig, regenrijk land worden als Engeland, Nederland of Nieuw-
Zeeland.
HE VRAAG of deze binnenzee ooit
bestaan heeft, wordt door velen be
vestigend beantwoord. Grote stukken
van het Australisch binnenland liggen
op of beneden de zeespiegel en lucht
foto's onthullen de oude beddingen
van wat eens machtige het land in
stromende rivieren waren rivieren,
die de binnenzee zouden hebben ge
voed. De abnormale regens van de
laatste jaren hebben in het klein het
droombeeld van Idris verwezenlijkt.
Niet, dat er nu een grote binnenzee is
gekomen, waarin Alice Springs in het
hart van Australië is verdronken, maar
het op de kaart voorkomende grote
Eire Meer is voor het eerst sinds men
senheugenis geheel met water gevuld.
Vliegtuigen maken geregeld excursies
naar dit wonder en avontuurlijke lie
den hebben er zelfs een motorbootje
heen gesleept om op het meer te va
ren.
Het Eire Meer is steeds een grote
zoutkoek geweest temidden van woes
tijnland. Thans beginnen er planten,
struiken en bloemen langs de oevers
te groeien, gaan mus en andere vo
gels in het oeverriet nestelen en leven
er zelfs hoe zoiets mogelijk is be
hoort tot de wonderen der natuur
vissen in het water.
Doch het staat als een naar boven
water, dat zodra deze abnormaal natte
periode voorbij is, het Eire Meer weer
spoedig dezelfde zoutkoek zal zijn, lie
het sinds mensenheugenis geweest is.
De rivieren, die het thans vullen, zul
len weer droge beddingen zijn en het
water zal snel verdampen.
Onderaardse muren.
WAAR BLIJFT Idris dan met zijn
binnenzee, gevoed door de oude ri
vieren, die hij door middel van slui
zen in het randgebergte langs de oost
kust van het werelddeel steeds vol wil
de houden? Nergens. Want al dat re
genwater der laatste jaren, dat het
Eire Meer gevuld heeft en vreselijke
overstromingen in de staten Nieuw
Zuid-Wales en Queensland teweeg ge
bracht heeft, -verdwijnt in de blijkbaar
nooit te verzadigen bodem. Volledig
verdwijnen doet het natuurlijk niet.
want onder de aarde heeft weinig of
geen verdamping plaats. Het vult op
nieuw de grootste ondergrondse zee
der aarde de 150.000. vierkante kilo
meter grote en gemiddeld 30 meter
diepe zee diep onder de aarde van de
top van Idris „Grote Boemerang", de
boemerangvormige strook, die het zo
genaamde ..dode hart" van Australië is
Het vult opnieuw.... Want de mens
heeft in de afgelopen 70 jaar net zo
slordig met deze geweldige onderaard-
(Van onze speciale verslaggever).
In een gesprek, dat wfl dezer dagen
hadden met de heer 3. F. E. M. Aghina,
perschef der Ned. Spoorwegen, deelde
deze mede. dat de directie der N.S.
natuurlijk het aantal slachtoffers der
onbewaakte overwegen evenzeer be
treurt als wie ook. Het is echter on
mogelijk alle onbewaakten te doen
verdwijnen; w|j hebben er maar liefst
2222, waarvan natuurlijk het over
grote deel in zeer onbelangrijke weg
getjes, waar zo goed als geen verkeer
over gaat. Tunnels bouwen kost mll-
lioenen en daarvoor moet het geld
aanwezig z|jn. Een zeer goed middel
ter beveiliging van het wegverkeer
wordt gevormd door de knipperlichten;
daarvan hadden wfl er vóór de oorlog
42 en ln 1945 niet één meer. Thans
hebben w|j er weer 59 en het plan Is,
er nog dit jaar 8 b|j te plaatsen en ln
1951 nog 20. De kosten hiervan z|jn
echter niet gering: zestien tot v|jf en
twintig duizend gulden per stuk, al
naar gelang z|j in een gewoon of een
geëlectrificeerd baanvak geplaatst
worden. Het R|jkstoezicht op de spoor
wegen bepaalt de urgentie van deze
plaatsingen.
Het merkwaardige, zo vervolgde de
heer Aghina, is, dat hiet aantal onge
lukken op bewaakte overwogen, met
uitzondering van het jaar 1939, dat
van die op onbewaakte overwegen
overtreft.
Natuurlijk zal men zeggen, dat het
de onbewaakten zijn, die jaarlijks do
den maken, maar men vergete niet,
se watermassa omgesprongen als met
de oppervlakte der aarde. Zoals onoor
deelkundig openleggen van het nieu
we land enorme stukken aan erosie
heeft prijs gegeven, zo heeft het in het
wilde weg slaan van Artesische bron
nen en putten de onderaardse bodem
schat lelijk aangetast.
Stromingen.
Langzaam stroomt het langs de on
dergrondse riffen. Soms een paar me
ter en soms enige kilometer onder de
oppervlakte soms met een snelheid
van enige decimeters en soms met
enige kilometers per jaar. Zo moet in
de natte tijden van vroeger eeuwen
deze enorme watermassa langzaam
maar zeker van het Oostelijke rand
gebergte westelijk èn in de richting
van Idris' denkbeeldige binnenzee zijn
gevloeid. En zo begint het nu weer.
na de laatste natte jaren, te vloeien om
een komende generatie van dienst te
kunnen zijn.
Enorme voorraad.
yfAN DE werking van deze onder
grondse wonderwereld wisten de
kolonisten der vorige eeuw weinig af
De kracht en de massa van het aanse
boorde artesische water in het enorme
Australische bassin moeten wel.de in
druk van onuitputtelijkheid hebben ge
geven.
Doch deze kracht en deze massa wa
ren zo groot, doordat de nooit aange-
boerde watervoorraad van het vijfde
werelddeel voor wie weet hoe lang
door een ondoordringbare ondergornd
se muur was tegengehouden. Geen
wonder, dat eenmaal vrijgelaten, één ar
tesische bron bij de stad Yarmouth in
de staat Queensland tien millioen liter
per dag voortbracht! Vele anderen le
verden twee of drie millioen liters per
dag op, en het gemiddelde dat uit deze
ondergrondse waterschat gehaald werd.
wordt op driehonderdmillioen liter per
dag geschat. Dus nogal wat water!
Tóen verschillende bronnen begonnen
droog te lopen, schrok men wakker.
Aan het slaan van artesische bronnen
werd paal en perk gesteld. En het
overvloedige regenwater der laatste
jaren is nu voor het komende geslacht
in Australië weer aan het goedmaken,
wat de ouderen gedachteloos misdeden.
De autoriteiten hebben de artesische
„industrie" nu volkomen onder con
trole, zodat de enorme ondergrondse
zee niet opnieuw kan worden leegge-
tapt.
dat een niet onaanzienlijk aantal de
zer ongevallen blijkens de uitgebrach
te rapporten en getuigenverklaringen
kennelijk zelfmoord is.
Opletten geboden.
Nu het niet mogelijk is om alle over
wegen te doen verdwijnen bewaakt
of onbewaakt, z|j zijn volgens de di
rectie der N.S. alle uit den boze -■
zijn knipperlichten de beste beveili
ging. Deze hebben nog nooit gewei
gerd en als er een storing is, is dit
merkbaar aan het oranje licht, zodat
dan extra uitkijken geboden is. Maar
zo verklaarde de heer Aghina met na
druk, de oplettendheid van de weg
gebruikers laat vaak veel te wensen
over. Waarom rijdt een buschauffeur,
die reeds vele jaren dageljjks een vast
traject tijdt, door een onveilig sein
van het knipperlicht en waarom slaat
een automobilist geen acht op het
stopteken van een voor een naderende
trein wachtende wielrijder, zodat de
auto wordt gegrepen en er op slag vier
doden te betreuren z|jn?
Waarom k|jken de meeste wegge
bruikers bij het naderen van een ge
woon kruispunt wèl eerst links en
dan rechts en bij een spoorwegkruising
niet? Het antwoord hierop is moei
lijk te geven, maar wel staat vast.
dat het gewone wegverkeer in 1948
Bij het verlaten van het gerechts
gebouw te Singapore na een der
zittingen werden Bertha Hertogh
en haar pleegmoeder Aminah (vier
de en derde van rechtsomzwermd
door een menigte van twee duizend
personen, die dpor een cordon uon
politiemannen in toom gehouden
moest worden.
INDERDAAD: HET „ZAT" GOED
Zonder geluk vaart niemand weU" In
dien ooit, dan is deze uitspraak van toe
passing op het vandaag te bespreken spel,
gespeeld tijdens een drive, nog maar kort
geleden in Amsterdam georganiseerd. Ik
zal hier eerst de kaarten van Z—N laten
volgen Stelt u aan de hand hiervan (Z—N
kwetsbaar (O-W niet) het volgens u
juiste (en verantwoorde!) eindbod vast.
Dan geef ik u de kaarten van O-W plus de
resultaten, door diverse paren behaald.
N: Sch H, 7, 5
Ha V, B. 6
Ru A, 10, 9. 4
KI A, H, B
Z: Sch. B, 10, 9, 6, 4
Ha A, 10, 4
Ru V, B, 6
KI 9, 6
En waartoe hebt u het gebracht? Drie
S.A. of 4 Sch? Wel, drie paren kwamen
inderdaad tot 3 S.A.; vier paren boden 4
Sch. Eén paar echter stopte niet. N (ge
ver) had met 1 Ru geopend, na 2 KI van
O bood Z 2 Sch; N gaf meteen 3 S.A. en
Z vroeg met 4 KI (ZN speelden de 4
Kl-conventie) brutaal naar het aantal
azen. N meldde gehoorzaam 4 Sch (2
azen), waarop Z met 4 S.A. hoorde, dat
N (5 Ha) 2 Heren had.
Z wist toen, dat zijn partner en hij dus
een aas en twee Heren misten: voor vele
bridgers alleszins een reden om het bij
5 Sch (of 5 S.A.) te laten. „Neen", zei
deze Z „ik wil en zal klein-slam bieden.
Ik weet dat er een grote mogelijkheid is
dat ik down ga, vrijwel zeker gedubbeld.
Ik riskeer dus vrij veel verliespunten; ik
gok het dus". En hij bood6 Sch, na
passen van W en N door O gedoubleerd.
En ziehier de kaart van W en O.
Sch V, 3.2 Sch A, 8
W: Ha 9.8,5.3,2 O: Ha H, 7
Ru H, 8, 2 Ru 7, 5, ^3
KI 4, 3 KI V. 10, 8, 7, 5, 2
Zowel Ha H, Ru H en (wat nog belang
rijker is) Sch A èn Vrouw zitten goed.
Wie er zich van bewust is, dat men
klein-slam mag bieden, wanneer er 50%
kans is, dat men dit haalt, zal onmiddel
lijk moeten toegeven, dat Z wel heel erg
met Vrouwe Fortuna heeft gecoquetteerd,
'oen hij 6 Sch bood. En dat niemand die
avond dit kunststukje presteerde, is alles
zins begrijpelijk.
A propos, wat het bieden van groot-slam
betreft (eigenlijk moet men Z verwijten,
dat hij het 7 Sch-bod niet aandurfde) u
weet. toch dat men dan ongeveer 70%
kans moet hebben dit te maken, wanneer
men dit wil bieden? Deze kansberekening
wordt nog wel eens verwaarloosd bij
slam-biedingen, vandaar dat ik hierop nog
eens extra de aandacht vestig.
Alleen mag u dit nooit toepassen als u
bijvoorbeeld twaalf kaarten van één kleur
(zonder Aas), plus één Aas ln een andera
Weur in handen hebt. De anecdote wil
n.1. dat de man. die dit in handen kreeg
en die met 4 S.A. naar het aantal azen
van zijn partner vroeg uit diens 5 Kl-bod
de conclusie trok. dat hij dan maar 5 Sa
moest spelen: er gingen immers drie azen
verloren.... Maar och, twaalf kaarten
van één kleur krijgen wij toch niet in
Th -7 n rl J
K. ter Laan: Folklori c'i woor
denboek van Nederland en
Vlaams Belgie. - Uitg. G. B.
van Goor Zonen's Uitg. Maat
schappij N.V., 's-Gravenhage.
De heer K. ter Laan, die reeds een
aardrijkskundig woordenboek van Ne
derland samenstelde, heeft thans een
folkloristisch woordenboek samenge
steld. Folklore is de kennis van de
zeden en gebruiken en van de opvat
tingen van het volk en de verklaring
van die verschijnselen. De belangstel
ling in deze jonge wetenschap wordt
steeds groter, maar naast de reeds be
staande werken op dit gebied ontbrak
een woordenboek, waarin men kan na
slaan, wat men wil weten en waarin
men tevens kan vinden in welke uit
gave het gezochte ruimer belicht werd.
In het thans verschenen werk vindt
men op eenvoudige wijze een verkla
ring en omschrijving van volksgebrui
ken en andere folkloristische onder
werpen, benevens de namen van hen,
die op dit gebied iets opmerkelijks ge
presteerd hebben, alsmede een opgave
van de voornaamste reeds- verschenen
werken.
niet minder dan 952 doden heefc ge
ëist en blijkens cijfers van de K.N-
A.C. per dag gemiddeld 48 ongeluk
ken met 3 doden en 45 gewonden
vergt.
Parallelwegen.
Dit alles moge waar zjjn, het aan
tal ongelukken op onbewaakte over
wegen moge kleiner zjjn dan dat op
bewaakte, dit betekent nog niet, dat
de spoorwegen niet naar middelen blij
ven uitzien om dit euvel te doen ver
dwijnen. Thans wordt gedacht aan 't
uitschakelen van enige „onbewaak
ten" in een bepaald traject en aan het
leiden van het verkeer langs parallel
wegen over een dezer overwegen. Dit
is een ingrijpende maatregel, welke
veel tjjd en geld zal vorderen, doch
het overleg met het Rijkstoezicht is
hierover gaande.
De maatregel om de electrische
treinen ook overdag met brandende
koplampen te laten rjjden, welke aller
eerst bedoeld is voor de wegwerkers
der N.S., moge goed zjjn, een afdoen
de beveiliging geeft hij evenmin. De
wagenbestuurders kunnen overdag
niet zien of de lampen branden, zodat
bjj een storing de treinen zonder licht
rjjden. Men vertrouwe dus niet daar
op en blijve zichzejf overtuigen, of
een trein in aantocht is!