Er waren geen woorden aan 't graf van de held Jarostaw Een kort verhaal r,' Spannende uren voor dappere T.V.-ploeg ox W^DdTdR P0,en ooiï theeft ger°' Bron van kracht Ook 153 jaar geleden veroorzaakte de bevrijding uitbundige vreugde door het ganse land S Reist allen mee met de V.N.D. Van Soestdijk begon de victorie voor de Nederlandse televisie Nog iwee krachtproeven in het verschiet DIE ZATERDAGAVOND dankbaar voor moet zijn. Maar echte vrienden heeft hij noofwehad Tn vr0uw wilde ooit het leven met hem delen. En zo eeLaam al^hH was is hii'oo" gestorven. Men vond z^jn lichaam tussen de verwrongen en geblakerde resten van machine 37445, zijn locomotief. Toen begroef men het lijk en eerlijk gezegd 2* het wjtom de schitterende loc meer betreurd dan de dood van Wadlmir Jarostaw. „Het is «naar goed, zo", zeiden velen. „Hij heeft Polen en *'jn volk verrade». en er is bloed aan zijn handen. Men dolf Jarostaw een graf ergens achter op het emplacement, achter een vervallen kolenbunker. Alleen de vuile, zwarte walm uit de schoorstenen van passerende treinen streelt het kruis, dat men er heeft neergezet. Doch Jarostaw ademde meer dan dertig jaar ,ya" zljn !eyen ,eze Y;3'1" ,nl o" misschien kan hij nu dankbaar zijn, dat *iin lichaam niet rust op het kerkhof van Bialystok, waar de slachtoffers van luchtaanvallen en Duitse terreur begraven liggen. jADIMIR /AROSTAW was niet al leen de beste machinist, die ooit hl Polen oen stoomschuif in zijn han den heeft gehad; hij was daarnaast een goed mens. Doch er rusten zoveel vloe den op doden, die eerder verdienden geëerd te worden, dat het drama van Wladimir Jarostaw misschien onbeteke nend is in de lange reeks gelijksoorti ge gevallen. Van hem weet ik echter te spreken, want ik heb hem zien ster ven. En wist, dat hij goed was. Ik was leerling-machinist bij Jaros taw op de 37445; een der grootste ma chines, die bij de Poolse spoorwegen in gebruik waren. Elke dag van mijn leertijd stond ik naast Jarostaw en zag hoe diep zijn liefde was voor deze ma chine. Dat bleek mij, zonder dat mijn leermeester het zei. Die diepe warme vriendschap van een mens voor een stalen gevaarte bleek uit een enkel ge baar: het strelen van de glimmende kranen, de trotse blik langs het forse lijf van de locomotief en de toon van Jarostaws stem, als hij sprak over de 37445. Wladimir Jarostaw en zijn machine waren één. Hij was in de 37445 ge groeid zoals een ent dat doet in een boom. Zijn handen lagen soms uren lang als wonderliik gevormde moer- sleutels op de belangrijkste kranen en onbeweeglijk staarde hij dan langs het ketellichaam uit over de baan. Uren kon hij zo staan, als een verlengstuk van de loc. En zó, eerst wat verwonderd en soms misschien zelfs met wrok, leerde Ik hem langzamerhand kennen. En ik hield van hem, en begreep zijn grote liefde voor de machine. Zonder dat hij het ooit behoefde uit te leggen besef te ik, dat alles wat meester Jarostaw aan goeds in zich had. werd geprojec teerd op de 37445. Zielkundigen noe men dit een vorm van waanzin en an deren vinden het vloekwaardig mate rialisme. Maar ik weet, dat Wladimir Jarostaw een goed mens was. Hij behoort tot de velen, die hun ge hele leven nooit één woord van liefde hebben ontvangen. Hij moet er naar IJIT het verlangen naar een zeer bij- zondere gemeenschap met de God van hemel en aarde hebben onze voor ouders in het kerkelijk leven de bid dagen ingevoerd. Zij waren er zich van bewust, dat het niet alleen de nood is, die leert bidden. In hun eenvoudige, ongecompliceerde geloofsleven was er nog plaats voor het besef, dat alle zegen va-i Boven komt en dat God „gebeden wil zijn". Zij leerden uit hun Staten bijbel en zij gaven die les aan hun kinderen mee dat niet alleen in het leven van ieder individu, maar ook in het bestaan van iedere gemeenschap, van ieder volk, de relatie met de God van eeuwigheid en tijd een relatie van gebed, geloof en gehoorzaamheid is En zij handelden daarnaar, door niet alleen in tijden van crisis maar ook in tijden van vrede en voorspoed God „in ere te houden" en hem te zoeken in gebed en dankzegging. Veel van die oude. bijna-vertrouwe- lijke omgang met de dingen der eeuwig heid is in onze moderne tijd uitgesleten. Veel ervan is )outer formaliteit gewor den. oppervlakkige godsdienstige voy melijkheid en koel christelijk „fatsoen Maar, hoezeer deze massale gebeds- cultus ook in feite tot een voorbije tijd moge gaan behoren: het feit dat voor ieder mens persoonlijk het gebed een bron van kracht en nieuwe inspiratie. Van versterking des levens en van her nieuwde geloofsmoed is, blijft onver anderd waar. „Wij werken vergeefs, als God het huis niet bouwt". 's Heren zegen is ''et él gelegen". D oude, voor onze voorgeslachten zo ver trouwde waarheden hebben onverzwakt hun gelding behouden, óók in onze tijd van industrialisatie, van ongekende we tenschappelijke vooruitgang envan ongeëvenaarde gev:ren voor de ganse cultuur en het ganse menselijke bestaan op deze aarde. Een geloof, d3* contact zoekt met de levende God, steriel en van generlei nut. Ook hierin is Jezus het Sr°t® Yoor" beeld voor allen, die zich Christen noemen. Wie de evangeliën leest wordt er telkens weer door getroffen, n Christus afgedacht van zijn gew gebedsleven zich biddend hemel wendt vóór elke grote bff!iss''?® in zijn loopbaan op aarde, voor ei* hoogtepunt, vóór elke crisis. Steeds P- nieuw als het leven hem, in welk zicht dan ook. voor een keuze stem voor een daad. voor een w°oid van gezag, dan zoekt hij, meestal in stuie afzondering, het aangezicht van Vader in meditatie en gebed. En zoals het persoonlijk geb Jezus een bron van kracht werd waar door hij alles overwon tot de doo zö is ook voor ieder van dege zich naar hem noemen »n geloof overgave aan Gods leiding. leven een ware krachtcentrale, die h voedt en het kroont met zegen goedertierenheid. gehunkerd hebben zijn gehele wezen te geven aan iets, dat die liefde ook maar in de geringste mate zou beant woorden. Maar niemand sprak ooit een warm woord. Opgegroeid in de achter buurten van Bialystok, onder de smook van de treinen, behoorde hij tot een wereld, die krankzinnigen maakt. En Wladimir Jarostaw ging luisteren naar de sonore stem van de locomotieven, die 's avonds langs de lage huizen da verden. En tot zijn dood heeft die stem tot hem gesproken in de stampende zuigers, de zoevende wind langs de cabine en het gebrom van het vuur. Hij vond zijn geliefde ten langen leste. En ze was van staal en koper. Het werd de min van een psychopaath. Maar toch was die liefde zuiverder dan mensen kunnen aanvoelen. Jarostaw had haar gevonden via een eindeloze reeks van ondergeschikte baantjes bij de Poolse spoorwegen. Van wagenpoetser klom hij met boven menselijke energie op tot meester- machinist op een eigen locomotief: een prachtige fonkelende Zweed, die be stemd was voor transporten op de grote trajecten. Meer dan tien jaar had Jarostaw deze machine bereden, toen hij stierf. TOEN ik bij Jarostaw op de plaat kwam, hadden die twee niets meer te zeggen tot anderen. Dag na dag stond de meester aan de kranen en bracht de hem toevertrouwde treinen veilig op hun bestemming. Doch niet om de ladingen geschiedde dit. De 37445 en zijn machinist waren een twee-éénheid, die werkten dóór elkan der, en geheel voor elkander. Daar was niets meer buiten, wat invloed zou kunnen hebben op die wonderlij ke harmonie tussen een mens en een machine. De Duitse aanval op Polen en de ca pitulatie van zijn land waren Jarostaw voorbijgegaan als iets dat hem niet raakte. Het was ook niet belangrijk voor de meester. Het behoorde tot een andere wereld, die voor de machinist misschien wel de boze droom was, ter wijl ónze dromen zijn werkelijkheid waren. Als een donderslag bij heldere he mel moet het hem geweest zijn, toen de Duitse bezetters in 1940 machines kwamen vorderen. Ook in Bialystok. En natuurlijk was het oog gevallen op de prachtige Zweed. Toen hij van col lega's over de vorderingen hoorde en begrepen had. dat een ander, een Duit ser of wie dan ook, op zijn loc zou ko men te staan, nam hij het besluit, dat ieder die zijn naam kent, hem nu nog verwijt. Zonder enig besef van de consequen ties en zonder ook maar één ogenblik te hebben gedacht aan collaboratie, is hij zijn zaak bij de Duitse autoriteiten gaan bepleiten. En deze keer is het verzoek van een Pool ingewilligd. Jarostaw bleef meester op zijn ma chine. die werd ingeschakeld voor de transporten van het leger. Hij kreeg grote opdrachten. Ik zag rijboeken: Januari 1941 naar Berlijn, Maart naar Praag, later naar Stettin, naar Dant- zig, naar Breslau, Smolensk en nog dieper Rusland in. De 37445 trok lange munitietreinen, wagons vol geladen met graan, kolen en andere belang rijke artikelen, die gestolen waren uit het bezette gebied. Jarostaw bracht treinen met soldaten naar Rusland en kwam terug met gewonden. Van elke bladzijde in die rijboeken is een be schuldiging gemaakt tegen Jarostaw. Maar zou een mens gestraft worden om hetgeen hij deed uit liefde? Ook als die liefde gericht is op een ma chine; louter omdat mensen nooit mild waren tegen Jarostaw? 70 werd het 1943, het jaar waarin ik leerling werd op de 37445. Het vak van machinist was levensgevaarlijk geworden. Elke dag vielen er doden op de treinen, die vanuit de lucht of door partisanen onder vuur werden genomen. Wij bleven wonderwel ge spaard voor aanvallen, ondanks het feit dat we grote reizen maakten met belangrijke ladingen. Steeds meer blad zijden in Jarostaws rijboeken werden beschreven en in dezelfde mate steeg de schuld, die anderen hem op de schouders legden na zijn dood. Toch werden we weinig aan de oorlog her innerd. Slechts een enkele maal had den we vliegtuigen boven ons gehad, doch die lieten ons ongemoeid. Mis schien omdat ze ons niet opmerkten of andere opdrachten hadden. Tot plotseling, het was 12 Mei 1943, de catastrofe kwam. We kwamen met een onbekende la ding uit Rusland, uit Gomel, met be stemming Warschau. Het was reeds de tijd, dat er alleen nachtelijke trans porten plaats vonden, in verband met de luchtaanvallen. In rustige cadans daverde de machine door de duister nis. Jarostaw stond op zijn plaats, als uit steen gehouwen. Ik observeerde hem wat en voelde me doezelig bij de warmte van de vuren. Plotseling ech ter richtte de meester zich op; één se conde slechts. Toen sloot hij de stoom af en zette de remmen in werking. De loc begon te steigeren en aan beide kanten van de geblokkeerde wielen spoten vonken omhoog in een dionte, rossige gloed. „Vliegtuigen!" gilde 'Ja rostaw. „Spring eraf!" Ik waagde de sprong in het donker en belandde half vferdoofd in het gras van de spoordijk. De trein rammelde nog een eindweegs verder en stopte toen vlak voor me. Toen hoorde ik de vliegtuigen ook! Ze moesten met vele zijn. Daar sprong ook Jarostaw. Hij rende op me toe en trok me zover mogelijk naar de onderzijde van de dijk. „Het komt!", siste hij me toe en ik zag zijn ogen vreemd glan zen. Boven zoemden de vliegtuigen oorverdovend. Het geluid galmde ln de koude lucht. Soms hoorden we een dreigend gehuil als één der toestellen in duikvlucht ging. Elk ogenblik kon het einde komen. Ik begroef mijn ge zicht in mijn handen. Eensklaps be gonnen ergens in de verte mitrailleurs te ratelen en op hetzelfde moment werd de hemel helder verlicht. Boven de trein, die als een zwart monster op de dijk stond, schitterde een enorme vuurbal. Ik zag het licht door mijn gesloten handen heen. Het waren de angstigste minuten van mijn leven. Nu zou het einde komen. Er gebeurde echter niets. De vuur bal daalde langzaam en doofde dan plotseling Het ronken van de vlieg tuigen werd minder hevig. Opeens hoorden we boven het tumult In de lucht een hevig bonzen en schreeuwen in de wagons, die eenzaam op de rails stonden. Tegelijkertijd sprongen we op. „Wat is dat", schreeuwde Jarostaw boven het zoemen van de vliegtuigen uit. We rammelden aan de wagondeu ren. Binnen klonken de stemmen van Duitsers. „Halts Maulwerd er ge schreeuwd. Ik zag Jarostaw in elkaar krimpen, als had hij een slag in het gelaat gekregen. Dan stootte hij een vloek uit. „'t Zijn kinderen!" Hij keek me wild aan en ik vreesde, dat hij zijn verstand zou verliezen. „Ze hebben kinderen in die wagons!" Nu hoorde ik ook hun bange geschrei. J7ENSKLAPS scheen de meester zijn bezinning terug te krijgen. „Vlucht, Micha! Vlucht jij, zo ver als je kunt. En kijk niet om!" Ik maakte geen aan stalten om weg te lopen omdat ik dit niet begreep. Hij herhaalde zijn bdVel, woedend nu. Toen wist ik. „Komt u ook, meester? Straks?", vroeg ik. Hij knikte kort en liep snel naar de machine. Uit de verte zag ik Jarostaw op de machine staan, in de laaiende gloed van het open vuur. Hij morrelde aan de kranen en handels. Ik hoorde, dat hij lucht op het vuur spoot om het aan te jagen. Felzwart stak zijn lichaam af tegen het rossig verlichte venster van de cabine. Grote vonken spoten uit de schoorsteen en regenden neer op de trein. Dan ging Jarostaw in zijn karakteristieke houding aan de kra nen staan, het oog vast gericht op de meters. Toen verging de wereld. Een gewel dige ontploffing scheurde de machine in stukken en wierp deze gloeiend tot op honderden meters de lucht in. Ik was een ogenblik verblind door een helle vuurgloed, waarin ik tot de laat ste seconde mijn leermeester kon on derscheiden. De volgende dag hebben ze zijn li chaam geborgen. Meester Jarostaw had het verwrongen wiel van een kraan nog in zijn dode handen. En toen is hij woordeloos begraven bij de afgedank te kolenbunker op het emplacement. ,,'t Is maar goed"; dat was zijn graf rede. Maar dit zeiden mensen, die de grote liefde van deze mens nooit heb- I ben gekend. Want groter nog dan Jarostaws lief de voor de 37445 was zijn hart, dat in die laatste minuten werd geconfron teerd met ongewild, ongeweten mis daden. Meester Jarostaw is als een held gestorven, al wordt zijn naam dan nooit genoemd in Bialystok. Doch nim mer hebben de mensen hem lief ge had. Tom Koopman. VEN aar nadat DaendeIs de staatsgreep uithaalde, die ons land onder Franse 'overheersing bracht (1798), vond een Engelse „invasie" in Noord- Holland vlaats Bij Den Helder gaf de nieuwbakken Bataafse vloot zich zon de siaa of stoot over, toen de Oranjevlag aan boord van de Engelse schepen i erd aehesen De erfprins (die later Koning Willem I zou worden) was met ,1e scheven meegegaan, maar zijn aanwezigheid verwekte niet zoveel be wening onder het volk, als men verwacht had. De Bataafse troepen onder Daendels dreven, met steun van de Fransen, de aanvallers bij Bergen en Castricum terug en de Engelsen moesten onverrichterzake terugkeren. De verhalen van de mannen van het invasieleger vonden in Engeland veel 'weerklank en de tekenaar Gillray, bekend om zijn vlijmscherpe spot, aaf sarcastisch de vreugde in het ..Kikkerland" weer. De Engelsen wisten toen nog niet. wat het zeggen wil het einde van een oorlog te beleven. Anderhalve eeuw later zouden zij het wèl begrijpen. Als abonné op dit blad kant U deelnemen aan de volgende dagtochten 15 MEI: Naar Soest en de Pyramide van Austerlitz. O m. bezoek aan vliegveld Soesterberg, Soesterflora en Natuurbad. Met entree's, koffie en diner 11.50. 27 MEI: Naar Amsterdam, Schiphol en 't Gooi. met rondvaart, rondleiding Schiphol, koffie met gebak en eenv. diner 10.— 3 JUNI: Naar Aalsmeer, Schiphol en Alfen a. d. Rijn. Met bezoek bloemenveiling, entree Avifauna, rondleiding Schiphol, koffie en diner, 12,—. N.B. De bij de dagtochten vermelde reissommen gelden vanaf Alkmaar en Hoorn. Voor Den Helder is hierop een toeslag verschuldigd van 1.voor Enkhuizen en Schagen van 0.50, terwijl voor Kennemerland en de Zaanstreek hierop een reductie wordt verleend van 0.50. Onze meerdaagse tochten Voorts gaan wij op: 24 MEI; 3 Dagen naar Valkenburg en Zuid-Limburg. Met verzorging 45, 24 MEI: 3 Dagen Valkenburg, Duitsland. Met verzorging 55,— 2 JUNI: 2 Dagen AntwerpenBrusselLeuven. Met verzorging 35,—. (Voor deze beide laatste reizen is een geldig bewijs van Neder landerschap vereist. Aanmelding voor dagtochten s.v.p. minstens 6 dagen en voor meerdaagse reizen minstens 12 dagen vóór data). Inlichtingen en inschrijving aan het bureau van dit blad. (Van een bijzondere medewerker) HE eerste aanwijzing van de grote plaats die televisie in onze toekomst zal gaan innemen, werd op Koninginnedag gegeven. In een uitzending die meer dan twee uur duurde werd een reportage gegeven van het défilé voor H. M. de Koningin op paleis Soestdijk. Nu waren niet alleen de duizenden die rond het paleis waren samengestroomd, getuigen van het feestelijk gebeuren, maar ook nog zoveel méér duizenden die beter, dan van de beste plaats op het gazon voor het paleis alles wat daar plaats greep uit de eerste hand, op het ogenblik dat het gebeurde, hebben gezien en gehoord. ]"YE eerste werkelijke reportage per televisie is een groot succes ge worden. Een succes dat groeide naar mate de uitzending vorderde. Want was het de .bedoeling aanvankelijk niet meer dan één uur van de feestelijke gebeurtenissen uit te zenden, de be langrijkheid van het feest, de gunstige omstandigheden waarin werd gewerkt en de wens om zoveel mogelijk te la ten zien. leverden tenslotte een onon derbroken reportage op van alles wat er die morgen aan belangrijks op Soestdijk te zien viel. Televisie heeft zich gerevancheerd voor de misstappen die de verschillen de omroepverenigingen haar in de Bus- sumse studio lieten maken. Zii heeft op de ochtend van Koninginnedag een pleidooi gehouden voor zichzelf dat zo sterk sprak tot allen die het hoorden en zagen, dat thans niemand meer twij felt over het antwoord oo de vraag: is televisie eigenlijk wel iets voor ons hier in Nederland. Televisie heeft een grote toekomst, ook hier in Nederland, wanneer dit kostbare apparaat op de juiste manier wordt gebruikt. En dat werd zij afge lopen Woensdag en dat wordt zii as. Maandag bii een renoetage van het be vrijdingsfeest op het Binnenhof in Den Haag en dat wordt zii ook Woensdag over een week bij een televisieverslag van de voetbalwedstriid Nederland /weden die in het Amsterdamse sta dion wordt gespeeld. Intense voorbereiding IARIE maal in korte tijd verschijnt de lange blauw-gele reportagewagen bij belangrijke nationale gebeurtenis sen: Soestdijk, Den Haag en Amster dam. Drie maal thans nog een zee van technische moeilijkheden die overwon nen moeten worden om een geslaagde uitzending te bewerkstelligen, te for ceren mogen wij haast wel zeggen. Want Soestdijk heeft bewezen dat een televisiereportage nog heel iets anders is dan het maken van een radioverslag, dat rustig via een veilige telefoonlijn naar de zender gaat, of dan het op nemen van een film. een werk dat door enkele mensen, onafhankelijk van tech niek wordt gedaan. Hier is een gehele ploeg van een man of twintig, uren vóór de aanvang, al ingespannen bezig met het opstellen van de wagen, van de camera's en van de nodige ontvang toestellen, met het leggen van talloze verbindingen voor beeld en geluid, met het opstellen van de kleine zender met de haarscherp op Lopik gerichte antenne, met het controleren van die duizend en één kleine dingen, die stuk voor stuk bepalend zijn voor het rasul- taat. In de vroege ochtend was die ploeg al druk voor het nog slapende witte paleis bezig. De televisiemensen zagen de vele vrachtwagens hoog opgeladen met manden vol bloemen arriveren Bloemen die door een paar honderd rappe handen tot het gigantische bloe- mentapijt van Nederland werden uit gelegd. Maar veel gelegenheid om er naar te kijken hadden zij niet. Eerst moesten de camera's op hun plaats staan en „een beeldje hebben" zoals ze dat noemen, d w.z. de verbinding .net de reoortagewagen moest in orde zijn waardoor in de camerazoeker het klei ne wit-zwarte beeld zou verschijnen van datgene waarop de lens staat ge richt. De eerste camera kwam op een platform oo het grasveld te staan, een meter of dertig van de wagen af, de tweede ging het paleis in. werd alle trappen op naar boven gedragen, en werd vlak onder de fier wapperende Koninklijke standaard op het dak on gesteld. Ook de derde camera ging naar binnen, maar in de linkervleugel var# het paleis. Door een werkplaats in het souterrain ging het de trappen op naar boven, langs de ..Kanonnenkamcr" een vroeg 19de eeuws gemeubileerde kamer met donker geschilderde por tretten van landsbestuurderen aan de wand en met een achttal koperen ka nonnetjes in een halve cirkel opgesteld, de loop kwasi dreigend naar buiten gericht. In de kamer die daar vlak ho ven ligt. werd de camera ongesteld voor het opengeslagen raam dat uit zicht geeft op het bordes van het pa leis. van opzii gezien. Maar deze ka mer is eigenlijk geen kamer meer. Het is het schoollokaaltie waarin prinses Beatrix met enkele klasgenootjes les {krijgt. On het bord stond nog een meetkundig probleem van driehoeks- vergelijking uit de laatste les en op één van de kleine schoolklas-bureautjes lag een maoje waarop in zorgvuldig geschreven letters „Trix van Oranje" stond. Voor het andere raam van het lo kaaltje werd een televisie-ontvanger neergezet en een microfoon, want daar kwam Herman Felderhof te zitten, die aan de hand van hetgeen hij op het scherm zou zien, en toch met een vrij direct uitzicht op het paleis, zijn ver slag zou geven De antenne van de straalzender-ver binding met Lopik werd op de water toren opgesteld en toen dat allemaal in orde was, toen bleek er toch iets nog niet te kloppen, want in Lopik, waar de grote zender staat, werd niets ont vangen. Wanneer iets dergelijks ge beurt en de wijzers van de grote pa- leisklok zijn nog slechts enkele minu ten van de aanvang van de uitzending verwijderd, dan heerst er hoogspanning in de televisieploeg en eerst dan blijkt hoe deze ploeg werkelijk één ploeg is, die zich door niets uit het veld laat slaan en die al komt de onderste steen boven de uitzending zal „ma ken". De laatste hindernissen IAAT deed zij dan ook. Maar kostbare minuten gingen verloren, te wijten aan een onverwachte breuk in een ver bindingskabeltje. Daar bleef het even wel niet bij. De camera op het dak van het paleis, die zo'n prachtig gezicht had op de grote tuin en het grasveld waarop de kaart van Nederland in bloemen was uitgelegd, kreeg plotseling kuren en moest in de kortste keren half uit elkaar genomen en gerepa reerd worden. Maar dit kon tenminste gebeuren terwijl de beide andere ca mera's al in vol bedrijf waren en de duizenden in het land al een beeld ga ven van wat er in Soestdijk gebeurde. Zo kwam nummer drie met een kwar tier vertraging toch ook nog in be drijf, al moest de ongelukkige camera man door middel van zün koptelefoon worden geleid als een blinde. Want in de reportagewagen was het beeld van zijn camera wél te zien, maar hijzelf zag het niet. want door een defect in zijn zoeker bleef deze zo zwart als de nacht. Zo waren deze cameramannen meer dan twee uur ononderbroken in touw, steeds proberend een zo leuk mogelijk beeld op te vangen en steeds attent op de aanwiizingen die zij uit de re- portaeewaeen kregen. In deze wazen groeiden de snanning en de temperatuur. Daar zaten de regisseur en de beeld en geluidstechnici, die op de kleine verlichte schermen de plaatjes zagen die de drie camera's hen toezonden en waarvan steeds het beste werd gekozen om te worden uitgezonden. Het was een zware proef voor de Ne derlandse televisie, maar een proef d'e zij glansrijk heeft doorstaan, omdat vakmanschap, samenwerking en ver gevorderde techniek op - gelukkige wijze samengaan. En dan te weten dat de electriciteit die voor de technische apparatuur no dig was en waarmee dus de gehele uit zending stond of viel, geput werd uit een wankel stopcontact dat was be vestigd onder een trap in het souter- ram van het paleis, een trap waar per uur minstens honderd mense op er! af gingen! Maar dat stopcontact leeft het uitgehouden, er is geen kortslui ting gekomen, niemand heeft de stek ker eruit gelopen en de uitzending is gelopen alsof zij geen druppel zweet heeft gekost.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 3