In Orange maakt men zich op om onze vorstin te ontvangen Ever-glaze een praciische siof Beschavingen kwamen en gingen naaf Uw smaak Parijs in de zomer is als een man in zijn Zondagse pak Dienende liefde KLEEDJES VOOR MIDZOMER De Provence: waar men het leven dankbaar is Een koninklijk wijntje van Eugène Coppee Druivennat en knoflook Troubadours ,,Joseph in Dothan" Veertien dagen stilte J IN. Over vacanties en de rust in een metropole (Eigen reportage) de ^on'ln ide ^Uldfran*® Provence, die liggen te mijmeren Terhonden la met j dat meer dan welke plaats in het buitenland ^HMne irtIdl^oïan« 4 bUzond« met ons Vorstenhuis. Dit is n gemeente van niet meer dan dertienduizend in- ^n Zidden van Oranle" nle6' De sombere hastions van deze bergen, die ten Zuiden van Orange liggen, vermogen niet de vriendelijke indruk weg te S d« ri®Mikt. Want rond Orange glooien zachte hellingen, a 1,,^ 1u beoefenen. En het stadje zelf is zó klein, dat men onwillekeurig de indruk kr«gt, dat het hier is opgebouwd uit de gril van !e" kleurii brr?# h^ft, ^llendo straatjes, hieven daar overgaande in trappen, orige huizen, geheel in de Zuidfranse trant en een enkel oud monu- ™ft 'l dit *Ün sporen nagelaten, want het is ouder dan het Westen. De Phoeniciers hadden reeds de Cöte d'Azur ge- tr .°P. hun beurt tegen het Jaar 600 vóór Christus verschenen. De Grieken gaven ook de namen aan de steden, en deze namen spre- "h verbeelding; Nice (Nike - overwinning), Antibes (Antipolls tegenoverliggende stad) en Monaco, afgeleid van Monoikos. Tegen het midden van de 11* eeuw begon de Romeinse overheersing en sindsdien flonkerde het Romeinse Intellect over Provence, gedurende niet minder dan zes eeuwen. De Provence werd een geweldig Pantheon van de grootheid van het Romeinse kunnen. jTYRANGE kreeg ruimschoots zijn deel. V* Nergens vindt men een schitteren der triomfboog dan die welke de Ro meinen in Orange bouwden. Er kerre- ren een weelderig theater, een circus, baden en gigantische stadsmuren. Het wonderlijke is, dat de oudheden Van Orange en van de Provence in het algemeen, zijn blijven bestaan, ondanks de herhaalde oorlogen en invallen der Barbaren. Westgothen, Bourgondiërs en Oostgothen wisselden elkander als everheersers af. Minstens tienmaal is Orange door vreemde hand geregeerd geweest, tot het een afzonderlijk en zelfstandig vorstendommetje werd. In 1530 kwam het Prinsdom Orange aan één van de graven uit het Huis Nas sau, die de naam Orange aan de zijne toevoegde. Het waren de afstammelin gen van deze Nassautelg, die ons land bevrijdden van de Spaanse overheer sing en onder wier leiding Nederland een machtige staat in de wereld werd. Hun wapen, de jachthoorn, ontleenden zij aan het wapen van Orange. Ook de wapenspreuk „Je Malntiendrai" heeft ons vorstenhuis gemeen met dit kleine stadje Orange. CEDERT 1713, toen de vrede van Utrecht gesloten werd, is Orange met Frankrijk verenigd. Het stadje was sedert de tijd van Prins Maurits en Frederik Hendrik door geen enkele telg uit het Oranjehuis bezocht, doch denk niet dat Orange de gelukkige tijd die het had onder het bestuur van het Huis Nassau, vergeten is. We behoeven slechts een kleine wan deling door Orange te maken om dat te beseffen. Daar vinden we in één van de kleine straatjes het etablisse ment van Eugène Coppée, die in wijn handelt. Echt Frans is er voor zijn taak een klein terrasje, waar men tich een glas kostelijk druivennat kan bestellen, geserveerd door Eugène's dochters. Er hangt een primitief zon nescherm boven dit terrasje en uit het huis komen niet alleen de geuren van Eugène's heerlijke wijn, maar ook die van knoflook, want de vrouw van Eu- gene heeft haar keukentje aan de straat. Dit is alles zuiver Frans, even als de mensen, die ons passeren. Maar kijk dan eens omhoog naar Eugène's huis. Midden op de blakend-wltte tfe- vel prijkt een reusachtige wijnflefr in fraaie kleuren. Het merk van Eugène's Wijn staat erbij: „Princes d'Orange". Monsieur Ballester, de eerste bur ger van Orange (overigens kon hij best een Nederlandse burgervader zijn, zo veel weet hij van ons Vorstenhuis en ons land) heeft in zijn werkkamer een groot staatsieportret vanons Konink lijk Paar hangen. En is gemeente-archi varis Agis Rigord (en hij is door en door een Fransman!) niet trots op zijn schitterende prentenverzameling van ons Koninklijk Huis? In het gemeente museum, een weelderig versierd ge bouw, is zelfs een apart vertrek ge heel gewijd aan Nederland en Oranje. TOCH weet Orange zijn eigen karak- 'A ter te bewaren. Dit karakter is trou wens zó vol afwisseling, dat men soms meent in een openlucht-museum te wandelen. Even gevarieerd is de bevol king. Vele eeuwen geleden hebben de gevreesde Saracynen zich weten te ves tigen langs de blauwe kust. Hoewel de meesten hunner in 937 door een ware kruistocht, die werd aangevoerd door Willem I, Graaf van Provence, werden verjaagd, smolt er toch een deel samen met de Christelijke bevolking. Men moet niet verbaasd zijn, als men in Orange gave typen van Arabieren ont moet; zittend onder Oosters gecon strueerde trappenhuizen of straatbo- gen. De bekoring van Orange is, dat al les er echt is. De weinige touristen (de meesten zoeken schoonheid in Ni ce, Monaco en elders aan de Rivieia) hebben geen stempel op Orange ge drukt. Souvenirs kan men hier bpna niet kopen, tenzij men een oude Ro meinse schotel verlangt, een fraaie haarspeld van de Saracynen of.... nu ja een fles „Princes d Oran ge".... Een inwoner van Orange, die 's avonds bij de dalende zon vóór zijn woning een eeuwenoud lied zingt, doet dit niet voor de weinige touristen, die naar „couleur locale" zoeken. Neen, hij zingt omdat zijn Provengaalse geest ontvankelijk voor schoonheid is. En schoon is zowel het lied van de trou badours uit de middeleeuwen, ais het chanson, dat weinige maanden gele den in Parijs zoveel succes had. Het is een goede streek, deze Pro vence, en Orange is een goede stad. Men hecht er niet al te zeer aan tra dities, ook al mischien omdat men in de loop der eeuwen de wisselvalligheid van het leven heeft leren kennen. Niet temin is men dankbaar voor de goede dingen des levens; dankbaar dus ook jegens de Nederlandse vorsten, die met rechtvaarige hand het gebied van Orange hebben bestuurd. JN het oude Romeinse theater van Orange zal tijdens het Koninklijk bezoek, waarschijnlijk a.s. Dinsdag, een opvoering worden gegeven van Vondels „Joseph in Dothan". Met deze opvoering heeft men feitelijk onze koningin naar het stadje gelokt; in derdaad een allercharmantste manier om een geliefde gast naar zich toe te trekken. De wens om weer een Oranjevorst in Orange te ontvangen, leefde al Jaren lang. In 1950 pleegde men overleg met de Nederlandse culturele attaché in Parijs, Robert de Roos, die de Oran- geoisen het plan aan de hand deed, om één van Vondels werken ln het Ro meinse theater op te voeren, en voor deze opvoering H.M. Koningin Juliana uit te nodigen. Zo geschiedde. Toen onze Koningin in Mei 1950 Haar staat- siebezoek aan president Auriol bracht, werd Haar het verzoek van Orange aan Oranje overhandigd. En Zij stemde voorlopig toe. Natuurlijk! Op een van de pleinen te Orange staat het standbeeld van de kruis ridder Graaf Raimbaud van Oran ge. In de rechterhand houdt hij het teken der Oranges, de hoorn, welke ook voorkomt in het wapen der Nederlandse Oranje's Intussen bereidt Orange zich op het koninklijke bezoek voor. Het gemeente huis ziet grijs van het stof, dat de werklieden opjagen, die het moeten opknappen vóór op 29 Juli de koningin arriveert. Het Romeinse theater wordt schoongemaakt en men bouwt er aan een prachtige koninklijke loge. Ook Avignon is gegrepen door de ijver van die van Orange. In Avignon zal Hare Majesteit namelijk een nacht logeren. De prefect van het departement Vau- cluse beleeft de grootste schoonmaak van zijn leven, want alles moet keurig zijn, als de koningin in zijn huis komt overnachten. Het is wel zeker: Orange zal een feest vieren, zoals dat de Provence past. De wijn zal in stromen vloeien, zoals bij elke feestelijkheid van belang en men zal oprecht verheugd zijn, om dat men weer een Oranje in zijn mid den wetè. Ja, Orange zal deze dag voor Oranje zijn. IBIS (Advertentie, Ing. Med.) (Van onze Parijse correspondent) UALF JULI hebben alle Franse schoolkinderen vacantie gekregen. De scholte- ren van het lager onderwijs hebben, zoals gewoonlijk, tien weken vrijaf, die van de middelbare scholen hebben niet minder dan drie maanden vacantie. Dat lükt erg veel, maar in een groot gedeelte van Frankrijk is het gedurende de zomermaanden werkelijk te warm om naar school te gaan. De lange zomervacan- tie wordt dan wel weer ingehaald aangezien de Franse schoolkinderen over het algemeen harder moeten werken dan hun Nederlandse „collega's". Na die vijf tiende Juli is Parijs plotseling en zienderogen leeggelopen. In enkele dagen tijds vertrokken alleen al per trein niet minder dan 700.000 Parijzenaars naar hun vacantieverblijven. Het grootste gedeelte ging naar de Rivièra, waar men altijd op mooi weer kan rekenen. Zodat het nu aan die Franse Middellandsezeekust ai heel moeilijk is om een kamer te vinden. Duitsers gekomen. Zingend in bussen of met erg veel geld in hele dure auto's. Tegenover deze nieuwe Duitse invasie staan de Fransen nogal afwijzend. Ze weten dat het tourisme hun veel devie zen kan opleveren, maar de gemiddelde Fransman heeft, veel meer dan wij Ne derlanders, een principiële afkeer van alles wat Duits is. De Duitse touristen schijnen trouwens ook wel te merken, dat zij hier nog niet zo erg welkom zijn. Het nadeel voor ons is dat het woordje JA je onmiddellijk tot Duit ser stempelt. Het beste is dan ook maar om dit woord zo min mogelijk te gebruiken. UOE komt het dat Parijs er ln Augus- tus zo speciaal uitziet? Komt het omdat een groot gedeelte van de win kels gesloten is? Waarschijnlijk wel, want die ijzeren gordijnen, die men vóór de helft van alle winkels heeft laten zakken, maken nu bepaald geen vrolijke Indruk. Men merkt aan alles, dat er In die anders zo dióikke, Franse hoofdstad niet gewerkt wordt. De meeste grote fabrieken geven'heel hun personeel de maand Augustus vrij en het aantal ambtenaren, politieagenten is tot een minimum teruggebracht. Veel schouwburgen zijn gesloten en op de ochtendmarkten, waar anders de mil- lioenen Farisiennes hun dagelijkse in kopen gaan doen, is het bijna angstig stil geworden. Toch heeft dat zo zeer veranderde Parijs ook iets heel gezelligs gekregen. De stad van de werkende mensen is de stad van de vacantiegangers geworden. Dozijnen nationaliteiten zijn er bij el kaar om de Eiffeltoren te beklimmen of om in alle talen bewonderende uit roepen te slaken voor de Mona Lisa in het Louvre, om met toch wel een stil respect een bezoek te brengen aan het praalgraf van Napoleon of verwonderd te staren naar dat eeuwig brandende vlammetje boven het graf van de on bekende soldaat onder de indrukwek kende Are de Triomphe. Of men nu een Turkse sigarettenkoning is of een goedbetaalde arbeider uit Amerika, een Australische farmer of een Deense dichter, zo'n eerste bezoek aan Parijs is toch altijd hetzelfde. Zo'n reusach tig touristencentrum kan op die manier ai die verschillende mensen wat dichter bij elkaar brengen. De grote charme van Parijs is, dat iedere tourist zich er thuis kan voelen en dat hij in staat is iets van de sfeer van die Franse hoofdstad mee naar huis te nemen. Parijs zelf Is het opvallend stil geworden. Het is voor de bewoners van de zo grote, drukke, enerverende wereldstad 'n aangename drukte. Het verkeer is zo geworden, dat je niet meer bij ieder kruispunt de kans loopt aangereden te worden. Op de spitsuren is er zowaar in de bussen en in de metro nog plaats voor iedereen en op de trottoirs van de grote boulevards kun je in gedachten verzonken lopen zonder ieder ogenblik tegen iemand op te lopen. Op bepaalde uren zou je op de Place de la Concorde kunnen ten nissen en op de Champs Elysées zou je een kanon kunnen afschieten, waarbij je alleen maar lege terrasjes kou raken. De winkeliers zijn plotseling veel vriendelijker geworden omdat ze nu weer tijd voor hun klanten hebben ge-' vonden en je kunt zonder in de rij te staan, de Eiffeltoren beklimmen. Twee weken rust. ]\/IAAR deze zo sympathieke rustpauze i" in het bestaan van de grijze metro pool met zijn zes millioen Inwoners duurt niet langer dan veertien dagen. Tegen de eerste Augustus stroomt de leeggelopen stad weer vol. De ongeveer drie millioen Parijzenaars, die ergens aan zee, in de bossen pf in de bergen wat frisse lucht zijn gaan zoeken, wor den vervangen door de honderdduizen den buitenlanders, die uit alle delen van de wereld naar Parijs zijn geko men. In de vliegtuigen en op de boten, die van Amerika op Frankrijk vliegen en varen, is al verschillende maanden lang geen plaats meer te vinden Het aantal Engelsen, dat wil komen ls zo groot dat Calais en Dieppe (de havens waar de bootdiensten uit Engeland aan komen) op Britse badplaatsen lijken. Verwacht wordt, dat er deze zomer ongeveer 250.000 Nederlanders over de Franse grenzen zullen stromen. Het wonderlijke is, dat Parijs er in de maand Augustus heel anders uitziet dan tijdens de andere maanden. De stad liikt enigszins op iemand, die zijn Zon dagse pak heeft aangetrokken ep die nu een beetje verveeld en onwennig met«ziin vriie tijd geen raad weet. Zo veel buitenlanders flaneren er over de boulevards, dat men meer Engels, Stiaans en Duits hoort spreken dan Frans Voor het eerst sinds de oorlog zijn er dit jaar ook weer heel wat LIET gesprek, begonnen met een on- schuldige felicitatie over een onge dacht snelle beterschap na een paai zorgelijke ziekteweken, belandde on verwacht op een heel ander en gevaar lijker terrein: dat der principiële dis cussie. Want de bezoeker, als echte man dol op het verzamelen van stok paardjes, bleek een nieuw exemplaar aan zijn collectie te hebben toege voegd. En aangezien dit beestje (als zovele van zijn soort) weer voorname lijk bleek te leven op een flinke portie „critiek op De Vrouw", meende uw dienstwillige ondergetekende dat het ook hier weer eens tijd werd het stei gerend dier bij de teugel te grijpen. Mijn bezoeker dan meende goed te doen, naar aanleiding van die pas door stane ziekte, enige beschouwingen ten beste te geven over het thema: verple ging. En weer als een echte man sloeg hij heerlijk aan het generalise ren. Hij was tot de ontdekking geko men, dat de toewijding en zelfopoffe ring van religieuze verpleegsters niet te overtreffen waren. Hoauel ik niet het genoegen heb gehad, ó-eze stelling aan de practijk te toetsen, aangezien mijn ziekenhuiservaringen zich beper ken tot veertien dagen logies in hotel De Ooievaar meende ik toch dat in zijn bewering veel waars kon schuilen Ik heb altijd het diepste respect gehad voor mensen, ongeacht hun religie of overtuiging, die zich met hun gehele persoonlijkheid aan een ideaal wijden. Tot dusver waren wij het dus we zenlijk hartroerend eens en hadden in de grootste eensgezindheid ons tweede kopje koffie kunnen uitdrinken, als miin bezoeker niet met handenvol te gelijk roet ln deze schotel der eens gezindheid had gegooid met de uitval: Daar kunnen gewone verpleegsters niet aan tippen! Die.... TK zette veiligheidshalve het kopje maar vast neer, want ik gevoelde op voorhand al 'n lichte temperatmirs- stijging. Ik heb nu eenmaal een extra zwak plekje in mijn hart voor die zusjes in blauw katoen en gesteven mutsen, ook al dank zij dat logies in meergemeld hotel, en ik voorzag een massale mannelijke frontaanval op de ze aardige kinderen. Dus vroeg ik minzaam wat er aan het gilde der ver pleegsters mankeerde. Nu, dat vulde een aardig boekdeel. Legio verwanten en bekenden werden in het geweer geroepen, die in zieken huizen de allernaarste belevenissen hadden gehad. Die snibbig, kortaf of onheus waren te woord gestaan, die uren on bellen hadden liggsn druk ken ln het holst van de nacht, die doodgewoon als quantité négligeable waren behandeld. Ik lief het orgete voorbijspuien en stak toen overdrach telijk een spiegelei omhoog. Om te stoppen, wel te verstaan; niet om door te rijden met dat treintje vol narig heden. En met beleid begonnen wij de lading te ziften. Het bleek voor het grootste deel gemerkt „van horen zeg gen", alleen één minder prettige erva ring was authentiek te achterhalen, maar bleek later met excuses afdoende "erepareerd. Dus,... .Ta kük es, tegen een man moet te liever niet zo onont koombaar- Dus? zeggen. Want daar loopt hij niet ln. Goed goed, goed, maar alles bij elkaar kon den die zusjes nog maar heel wat van die nonnetles leren. Zoveel geduld, zo veel toewijding, zoveel absolute weg cijfering van zichzelf, al was het mid- «"Ipn in T"!< van harte; bewondering ls iets zeldzaams tn deze tijd. Maar toen zei ik resoluut: Ho. Nu ik eens als je vergelijken wilt, moet je, heb lk altijd geleerd, twee ge- Hiksoortige grootheden nemen. En dat doe je niet. Lijkt er niet op. Een orde- zuster en een verpleegster verschillen hemelsbreed. De eerste leeft van de wereld afgekeerd, zonder enige andere IX XV 30 v/. /Z ./g Z6M3S Yf. r\EZE KEER een kpaar japonnetjes, die, hoewel ze hoogst eenvoudig van lijn zijn, toch een zekere chic hebben en ook minder slanke da mes vlot en jeug dig kleden. Als ma teriaal is zijden lin nen wel zeer ge schikt. Het eerste mo delletje is gegar neerd met wit pi qué, dat zo beves tigd wordt, dat het gemakkelijk apart te wassen is. Het lijfje heeft een schuine overslagen de vrij nauwe rok krijgt door een platte plooi voor en achter de nodi ge ruimte. Men heeft ervoor nodig ca 3.50 m stof van 90 cm breed. Het patroon van de ^mouwgarnering is hier aan de mouw getekend. Die knipt u er dus eerst af. Bij het op de stof leggen, moet u er dan wel rekening mee houden, dat u behalve de naadjes ook een onderslag van ca 1 cm aanknipt, die bij het be vestigen in de japon valt. Alle gameer- randen zijn van dubbele stof. X9SX *099.96 VS U begint met de figuurnaden dicht te stikken. De zij- en schoudernaden sluiten. De mouwen blijven vanaf het pijltje open en worden met schuine biesjes afgewerkt, evenals de achter hals. Tegen de voorkanten naait u het beleg en rijgt dan de midden-voorlijn van beide voorpanen op elkaar. In de voorbaan zet u voeringzakken. Dan wor den de plooien in de richting van het pijltje gelegd en de zijnaden gesloten. De rok verbindt u met het lijfje. In de linkerzijnaad maakt u een taillesplit met treksluiting. De garneerranden aan de hals en de zakken zijn 4 cm breed, waarbij inbegrepen 1 cm voor de on derslag. In plaats van deze gladde bie zen zullen geplisseerde stroken ook keu rig staan. Heeft u liever uitspringende plooien ln de rok zoals bij het andere figuurtje, dan tekent u de middenvoorlijn 10 of 12 cm van de plooivouw af, zodat de plooi aan weerskanten 5 of 6 cm diep wordt. Dit modelletje vertoont ook een mid den-voorsluiting aan het lijfje. U knipt dan de voorkanten volgens het stippel- lijntje, zodat u 2,5 cm overslag krijgt. Het beleg tekent u in overeenstemming met deze voorkant. Op de middenvoor- lijn wordt de knoopsluiting aangebracht. Mouwen en hals krijgen een stiksel langs de randen. De zakjes werkt u af met een 4 cm brede pat met knoopgarnering. U ziet, ook op deze manier is het een charmant japonnetje, waarvan u zeker plezier zult hebben. WANT gedachte dan het beleven van haar ge loof in de dienst van anderen. Er bindt haar geen enkele band met het dage lijks bestaan, zij heeft, om zo te zeggen, geen familie, geen verwanten, geen vrienden. Zij heeft haar levensdla- phragma als het ware dichtgeschoven tot zij maar één ding scherp ziet: in dit geval haar patiënt. Maar de verpleeg ster. Ach lieve helo, zij staat midden in het leven. Zij heeft een vader, moeder, broers en zusters en niet te vergeten een verloofde of één die dat dreigt te worden. Zij is daarenboven vrouw, vaak jong en even vaak lang niet on aardig om te zien. Dus is haar krulle- bol onder het witte mutsje, behalve vol recepten, verbandleer, tempera- tuurcurven en weet ik veel, ook nog opgepropt met nieuwe hoedjes, gladde ringen, bloesjes, meubeltjes, fietstocht jes en zo voort. En als nu die aanstaan. de verloofde met de morgenpost een briefje naast haar bord legt, dat hij, bij nader inzien, toch niet gelooft, dat zij de vrouw zijner dromen is denk je dat zo'n kind dan met een engelach tige glimlach haar patiënten tegemoet treedt? Je kunt me nog meer vertellen, zei mijn recalcitrante bezoeker. Maar ik blijf erbij dat de kerken hier eens wat meer aandacht aan moesten besteden. Zij moesten meer opwekken tot naas tenliefde en zelfverloochening. Mijn goeie man, zei ik zuchtend, dat doen zij op hun manier al tweeduizend Jaar. Maar moeten de verpleegsters dat al léén in practijk brengen omdat het zo prettig voor óns is als wij ziek zijn? Of geldt dit misschien voor nog een paar anderen, zoals jij en ik? SASKIA. CEN nieuwtje, dat eigenlijk sinds enige tijd al geen nieuwtje meer is, zijn de blouses en japonnen van ever- glaze. Een practische stof, daar deze, gelijk nylon, na het wassen niet be hoeft te worden gestreken. De noppen blijven dezelfde kwaliteit behouden. Er zijn twee soorten verkrijgbaar: Hol landse en import-modellen. Ook per meter zijn de tinten in grote verschei denheid voorradig. Import is het kost baarst, natuurlijk vanwege de invoer rechten, welke niet mals zijn. Men kan deze stof zeer goed gebruiken voor een ge-kleed toilet een show bevestigde cïit maar eerstens lijkt zij ingesteld op de vacantietijd. Ja, de stoffenfabri- kanten hebben het goed met ons voor. Arme mannen toch, die er niet altijd zo luchtig bij kunnen lopen. Zij zullen tot in lengte van dagen Red.) ln een lange pantalon, stropdas en col bertje, kantoor- of zaakwaarts dienen te trekken. Neen, wij vrouwen hebben het wat dit betreft, wel iets gemak kelijker. De ontwerpers zijn ons eveneens gunstig gezind. Zij immers creëren de toiletten waarin wij zo luchtigjes kun nen rondlonen! En toch zijn wij ook nog gekleed, dank zij de simpele me- tamorphose. De twee-in-één-japonnen bieden daartoe ruimschoots gelegen heid. Een jurkje zonder mouwen, met bandjes, laag uitgesneden hals en een losse bolero staan ons de laatste tijd te kust en te keur ten dienste. Nog maals arme mannen De illustratie toont een model met apart bolero, welke men, naar verkie zing, in gelijke en contrasterende kleur kan dragen. Natuurlijk is het geenszins een bezwaar om het geheel een spor tief cachet te geven, indien men er een vlot, kort jasje bij draagt. Voor een tuin-partij, een in ons land weinig voorkomend geval, een feest o'at 's avonds in de buitenlucht gegeven wordt met illuminatie, dient de andere afbeelding. Een Amerikaanse vinding, stellig niet van originaliteit ontbloot. Over een wit tafzüden ond«"*iurk wordt een japon van wit-zijden chiffon gedragen, welke over de buste ruim gehouden wordt. De rok ls eveneens wijd en gracieus. Ruim plooien verge makkelijken het nemen van danspas sen. Het zo geliefde, korte aangeknipte mouwtje ontbreekt evenmin. Men dient er evenwel zorg voor te dragen, dat men de juiste byoux draagt. Dat kan zelfs het cachet van de japon aanmer kelijk verhogen. Snoezige avondjasjes In dezelfde stof ■ls da japon, dienen ter completering. Zelfs zagen wjj wat tijdens zwoele zomeravonden geen overbodige luxe la de waaier in moderne versie. Leu ke uitvoeringen, niet pompeus, als tan tijde van onze grootmoeders, doch fijntjes en..., coquet.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 11