In Orange maakt men zich op om
onze vorstin te ontvangen
Ever-glaze een praciische siof
Beschavingen kwamen en gingen
naaf Uw smaak
Parijs in de zomer is als een man
in zijn Zondagse pak
Dienende liefde
KLEEDJES VOOR MIDZOMER
De Provence: waar men het leven dankbaar is
Een koninklijk wijntje van
Eugène Coppee
Druivennat en knoflook
Troubadours
,,Joseph in Dothan"
Veertien dagen stilte J
IN.
Over vacanties en de rust in een metropole
(Eigen reportage)
de ^on'ln ide ^Uldfran*® Provence, die liggen te mijmeren
Terhonden la met j dat meer dan welke plaats in het buitenland
^HMne irtIdl^oïan« 4 bUzond« met ons Vorstenhuis. Dit is
n gemeente van niet meer dan dertienduizend in-
^n Zidden van Oranle" nle6' De sombere hastions van deze bergen, die
ten Zuiden van Orange liggen, vermogen niet de vriendelijke indruk weg te
S d« ri®Mikt. Want rond Orange glooien zachte hellingen,
a 1,,^ 1u beoefenen. En het stadje zelf is zó klein, dat
men onwillekeurig de indruk kr«gt, dat het hier is opgebouwd uit de gril van
!e" kleurii brr?# h^ft, ^llendo straatjes, hieven daar overgaande in
trappen, orige huizen, geheel in de Zuidfranse trant en een enkel oud monu-
™ft 'l dit *Ün sporen nagelaten, want
het is ouder dan het Westen. De Phoeniciers hadden reeds de Cöte d'Azur ge-
tr .°P. hun beurt tegen het Jaar 600 vóór Christus
verschenen. De Grieken gaven ook de namen aan de steden, en deze namen spre-
"h verbeelding; Nice (Nike - overwinning), Antibes (Antipolls
tegenoverliggende stad) en Monaco, afgeleid van Monoikos. Tegen het midden
van de 11* eeuw begon de Romeinse overheersing en sindsdien flonkerde het
Romeinse Intellect over Provence, gedurende niet minder dan zes eeuwen. De
Provence werd een geweldig Pantheon van de grootheid van het Romeinse
kunnen.
jTYRANGE kreeg ruimschoots zijn deel.
V* Nergens vindt men een schitteren
der triomfboog dan die welke de Ro
meinen in Orange bouwden. Er kerre-
ren een weelderig theater, een circus,
baden en gigantische stadsmuren.
Het wonderlijke is, dat de oudheden
Van Orange en van de Provence in het
algemeen, zijn blijven bestaan, ondanks
de herhaalde oorlogen en invallen der
Barbaren. Westgothen, Bourgondiërs en
Oostgothen wisselden elkander als
everheersers af. Minstens tienmaal is
Orange door vreemde hand geregeerd
geweest, tot het een afzonderlijk en
zelfstandig vorstendommetje werd. In
1530 kwam het Prinsdom Orange aan
één van de graven uit het Huis Nas
sau, die de naam Orange aan de zijne
toevoegde. Het waren de afstammelin
gen van deze Nassautelg, die ons land
bevrijdden van de Spaanse overheer
sing en onder wier leiding Nederland
een machtige staat in de wereld werd.
Hun wapen, de jachthoorn, ontleenden
zij aan het wapen van Orange. Ook de
wapenspreuk „Je Malntiendrai" heeft
ons vorstenhuis gemeen met dit kleine
stadje Orange.
CEDERT 1713, toen de vrede van
Utrecht gesloten werd, is Orange
met Frankrijk verenigd. Het stadje was
sedert de tijd van Prins Maurits en
Frederik Hendrik door geen enkele
telg uit het Oranjehuis bezocht, doch
denk niet dat Orange de gelukkige tijd
die het had onder het bestuur van het
Huis Nassau, vergeten is.
We behoeven slechts een kleine wan
deling door Orange te maken om dat
te beseffen. Daar vinden we in één
van de kleine straatjes het etablisse
ment van Eugène Coppée, die in wijn
handelt. Echt Frans is er voor zijn
taak een klein terrasje, waar men
tich een glas kostelijk druivennat kan
bestellen, geserveerd door Eugène's
dochters. Er hangt een primitief zon
nescherm boven dit terrasje en uit het
huis komen niet alleen de geuren van
Eugène's heerlijke wijn, maar ook die
van knoflook, want de vrouw van Eu-
gene heeft haar keukentje aan de
straat. Dit is alles zuiver Frans, even
als de mensen, die ons passeren. Maar
kijk dan eens omhoog naar Eugène's
huis. Midden op de blakend-wltte tfe-
vel prijkt een reusachtige wijnflefr in
fraaie kleuren. Het merk van Eugène's
Wijn staat erbij: „Princes d'Orange".
Monsieur Ballester, de eerste bur
ger van Orange (overigens kon hij best
een Nederlandse burgervader zijn, zo
veel weet hij van ons Vorstenhuis en
ons land) heeft in zijn werkkamer een
groot staatsieportret vanons Konink
lijk Paar hangen. En is gemeente-archi
varis Agis Rigord (en hij is door en
door een Fransman!) niet trots op zijn
schitterende prentenverzameling van
ons Koninklijk Huis? In het gemeente
museum, een weelderig versierd ge
bouw, is zelfs een apart vertrek ge
heel gewijd aan Nederland en Oranje.
TOCH weet Orange zijn eigen karak-
'A ter te bewaren. Dit karakter is trou
wens zó vol afwisseling, dat men soms
meent in een openlucht-museum te
wandelen. Even gevarieerd is de bevol
king. Vele eeuwen geleden hebben de
gevreesde Saracynen zich weten te ves
tigen langs de blauwe kust. Hoewel de
meesten hunner in 937 door een ware
kruistocht, die werd aangevoerd door
Willem I, Graaf van Provence, werden
verjaagd, smolt er toch een deel samen
met de Christelijke bevolking. Men
moet niet verbaasd zijn, als men in
Orange gave typen van Arabieren ont
moet; zittend onder Oosters gecon
strueerde trappenhuizen of straatbo-
gen.
De bekoring van Orange is, dat al
les er echt is. De weinige touristen
(de meesten zoeken schoonheid in Ni
ce, Monaco en elders aan de Rivieia)
hebben geen stempel op Orange ge
drukt. Souvenirs kan men hier bpna
niet kopen, tenzij men een oude Ro
meinse schotel verlangt, een fraaie
haarspeld van de Saracynen of....
nu ja een fles „Princes d Oran
ge".... Een inwoner van Orange, die
's avonds bij de dalende zon vóór zijn
woning een eeuwenoud lied zingt, doet
dit niet voor de weinige touristen, die
naar „couleur locale" zoeken. Neen, hij
zingt omdat zijn Provengaalse geest
ontvankelijk voor schoonheid is. En
schoon is zowel het lied van de trou
badours uit de middeleeuwen, ais het
chanson, dat weinige maanden gele
den in Parijs zoveel succes had.
Het is een goede streek, deze Pro
vence, en Orange is een goede stad.
Men hecht er niet al te zeer aan tra
dities, ook al mischien omdat men in
de loop der eeuwen de wisselvalligheid
van het leven heeft leren kennen. Niet
temin is men dankbaar voor de goede
dingen des levens; dankbaar dus ook
jegens de Nederlandse vorsten, die
met rechtvaarige hand het gebied van
Orange hebben bestuurd.
JN het oude Romeinse theater van
Orange zal tijdens het Koninklijk
bezoek, waarschijnlijk a.s. Dinsdag,
een opvoering worden gegeven van
Vondels „Joseph in Dothan". Met deze
opvoering heeft men feitelijk onze
koningin naar het stadje gelokt; in
derdaad een allercharmantste manier
om een geliefde gast naar zich toe te
trekken.
De wens om weer een Oranjevorst
in Orange te ontvangen, leefde al Jaren
lang. In 1950 pleegde men overleg met
de Nederlandse culturele attaché in
Parijs, Robert de Roos, die de Oran-
geoisen het plan aan de hand deed, om
één van Vondels werken ln het Ro
meinse theater op te voeren, en voor
deze opvoering H.M. Koningin Juliana
uit te nodigen. Zo geschiedde. Toen
onze Koningin in Mei 1950 Haar staat-
siebezoek aan president Auriol bracht,
werd Haar het verzoek van Orange
aan Oranje overhandigd. En Zij stemde
voorlopig toe. Natuurlijk!
Op een van de pleinen te Orange
staat het standbeeld van de kruis
ridder Graaf Raimbaud van Oran
ge. In de rechterhand houdt hij
het teken der Oranges, de hoorn,
welke ook voorkomt in het wapen
der Nederlandse Oranje's
Intussen bereidt Orange zich op het
koninklijke bezoek voor. Het gemeente
huis ziet grijs van het stof, dat de
werklieden opjagen, die het moeten
opknappen vóór op 29 Juli de koningin
arriveert. Het Romeinse theater wordt
schoongemaakt en men bouwt er aan
een prachtige koninklijke loge. Ook
Avignon is gegrepen door de ijver van
die van Orange. In Avignon zal Hare
Majesteit namelijk een nacht logeren.
De prefect van het departement Vau-
cluse beleeft de grootste schoonmaak
van zijn leven, want alles moet keurig
zijn, als de koningin in zijn huis komt
overnachten.
Het is wel zeker: Orange zal een
feest vieren, zoals dat de Provence
past. De wijn zal in stromen vloeien,
zoals bij elke feestelijkheid van belang
en men zal oprecht verheugd zijn, om
dat men weer een Oranje in zijn mid
den wetè. Ja, Orange zal deze dag voor
Oranje zijn.
IBIS
(Advertentie, Ing. Med.)
(Van onze Parijse correspondent)
UALF JULI hebben alle Franse schoolkinderen vacantie gekregen. De scholte-
ren van het lager onderwijs hebben, zoals gewoonlijk, tien weken vrijaf, die
van de middelbare scholen hebben niet minder dan drie maanden vacantie. Dat
lükt erg veel, maar in een groot gedeelte van Frankrijk is het gedurende de
zomermaanden werkelijk te warm om naar school te gaan. De lange zomervacan-
tie wordt dan wel weer ingehaald aangezien de Franse schoolkinderen over het
algemeen harder moeten werken dan hun Nederlandse „collega's". Na die vijf
tiende Juli is Parijs plotseling en zienderogen leeggelopen. In enkele dagen tijds
vertrokken alleen al per trein niet minder dan 700.000 Parijzenaars naar hun
vacantieverblijven. Het grootste gedeelte ging naar de Rivièra, waar men altijd
op mooi weer kan rekenen. Zodat het nu aan die Franse Middellandsezeekust ai
heel moeilijk is om een kamer te vinden.
Duitsers gekomen. Zingend in bussen
of met erg veel geld in hele dure auto's.
Tegenover deze nieuwe Duitse invasie
staan de Fransen nogal afwijzend. Ze
weten dat het tourisme hun veel devie
zen kan opleveren, maar de gemiddelde
Fransman heeft, veel meer dan wij Ne
derlanders, een principiële afkeer van
alles wat Duits is. De Duitse touristen
schijnen trouwens ook wel te merken,
dat zij hier nog niet zo erg welkom
zijn. Het nadeel voor ons is dat het
woordje JA je onmiddellijk tot Duit
ser stempelt. Het beste is dan ook
maar om dit woord zo min mogelijk
te gebruiken.
UOE komt het dat Parijs er ln Augus-
tus zo speciaal uitziet? Komt het
omdat een groot gedeelte van de win
kels gesloten is? Waarschijnlijk wel,
want die ijzeren gordijnen, die men
vóór de helft van alle winkels heeft
laten zakken, maken nu bepaald geen
vrolijke Indruk. Men merkt aan alles,
dat er In die anders zo dióikke, Franse
hoofdstad niet gewerkt wordt. De
meeste grote fabrieken geven'heel hun
personeel de maand Augustus vrij en
het aantal ambtenaren, politieagenten
is tot een minimum teruggebracht. Veel
schouwburgen zijn gesloten en op de
ochtendmarkten, waar anders de mil-
lioenen Farisiennes hun dagelijkse in
kopen gaan doen, is het bijna angstig
stil geworden.
Toch heeft dat zo zeer veranderde
Parijs ook iets heel gezelligs gekregen.
De stad van de werkende mensen is de
stad van de vacantiegangers geworden.
Dozijnen nationaliteiten zijn er bij el
kaar om de Eiffeltoren te beklimmen
of om in alle talen bewonderende uit
roepen te slaken voor de Mona Lisa in
het Louvre, om met toch wel een stil
respect een bezoek te brengen aan het
praalgraf van Napoleon of verwonderd
te staren naar dat eeuwig brandende
vlammetje boven het graf van de on
bekende soldaat onder de indrukwek
kende Are de Triomphe. Of men nu
een Turkse sigarettenkoning is of een
goedbetaalde arbeider uit Amerika, een
Australische farmer of een Deense
dichter, zo'n eerste bezoek aan Parijs
is toch altijd hetzelfde. Zo'n reusach
tig touristencentrum kan op die manier
ai die verschillende mensen wat dichter
bij elkaar brengen. De grote charme
van Parijs is, dat iedere tourist zich
er thuis kan voelen en dat hij in staat
is iets van de sfeer van die Franse
hoofdstad mee naar huis te nemen.
Parijs zelf Is het opvallend stil
geworden. Het is voor de bewoners
van de zo grote, drukke, enerverende
wereldstad 'n aangename drukte. Het
verkeer is zo geworden, dat je niet
meer bij ieder kruispunt de kans loopt
aangereden te worden. Op de spitsuren
is er zowaar in de bussen en in de
metro nog plaats voor iedereen en op
de trottoirs van de grote boulevards
kun je in gedachten verzonken lopen
zonder ieder ogenblik tegen iemand op
te lopen. Op bepaalde uren zou je op
de Place de la Concorde kunnen ten
nissen en op de Champs Elysées zou je
een kanon kunnen afschieten, waarbij
je alleen maar lege terrasjes kou raken.
De winkeliers zijn plotseling veel
vriendelijker geworden omdat ze nu
weer tijd voor hun klanten hebben ge-'
vonden en je kunt zonder in de rij te
staan, de Eiffeltoren beklimmen.
Twee weken rust.
]\/IAAR deze zo sympathieke rustpauze
i" in het bestaan van de grijze metro
pool met zijn zes millioen Inwoners
duurt niet langer dan veertien dagen.
Tegen de eerste Augustus stroomt de
leeggelopen stad weer vol. De ongeveer
drie millioen Parijzenaars, die ergens
aan zee, in de bossen pf in de bergen
wat frisse lucht zijn gaan zoeken, wor
den vervangen door de honderdduizen
den buitenlanders, die uit alle delen
van de wereld naar Parijs zijn geko
men. In de vliegtuigen en op de boten,
die van Amerika op Frankrijk vliegen
en varen, is al verschillende maanden
lang geen plaats meer te vinden Het
aantal Engelsen, dat wil komen ls zo
groot dat Calais en Dieppe (de havens
waar de bootdiensten uit Engeland aan
komen) op Britse badplaatsen lijken.
Verwacht wordt, dat er deze zomer
ongeveer 250.000 Nederlanders over de
Franse grenzen zullen stromen.
Het wonderlijke is, dat Parijs er in
de maand Augustus heel anders uitziet
dan tijdens de andere maanden. De stad
liikt enigszins op iemand, die zijn Zon
dagse pak heeft aangetrokken ep die
nu een beetje verveeld en onwennig
met«ziin vriie tijd geen raad weet. Zo
veel buitenlanders flaneren er over de
boulevards, dat men meer Engels,
Stiaans en Duits hoort spreken dan
Frans Voor het eerst sinds de oorlog
zijn er dit jaar ook weer heel wat
LIET gesprek, begonnen met een on-
schuldige felicitatie over een onge
dacht snelle beterschap na een paai
zorgelijke ziekteweken, belandde on
verwacht op een heel ander en gevaar
lijker terrein: dat der principiële dis
cussie. Want de bezoeker, als echte
man dol op het verzamelen van stok
paardjes, bleek een nieuw exemplaar
aan zijn collectie te hebben toege
voegd. En aangezien dit beestje (als
zovele van zijn soort) weer voorname
lijk bleek te leven op een flinke portie
„critiek op De Vrouw", meende uw
dienstwillige ondergetekende dat het
ook hier weer eens tijd werd het stei
gerend dier bij de teugel te grijpen.
Mijn bezoeker dan meende goed te
doen, naar aanleiding van die pas door
stane ziekte, enige beschouwingen ten
beste te geven over het thema: verple
ging. En weer als een echte man
sloeg hij heerlijk aan het generalise
ren. Hij was tot de ontdekking geko
men, dat de toewijding en zelfopoffe
ring van religieuze verpleegsters niet
te overtreffen waren. Hoauel ik niet
het genoegen heb gehad, ó-eze stelling
aan de practijk te toetsen, aangezien
mijn ziekenhuiservaringen zich beper
ken tot veertien dagen logies in hotel
De Ooievaar meende ik toch dat in
zijn bewering veel waars kon schuilen
Ik heb altijd het diepste respect gehad
voor mensen, ongeacht hun religie of
overtuiging, die zich met hun gehele
persoonlijkheid aan een ideaal wijden.
Tot dusver waren wij het dus we
zenlijk hartroerend eens en hadden in
de grootste eensgezindheid ons tweede
kopje koffie kunnen uitdrinken, als
miin bezoeker niet met handenvol te
gelijk roet ln deze schotel der eens
gezindheid had gegooid met de uitval:
Daar kunnen gewone verpleegsters
niet aan tippen! Die....
TK zette veiligheidshalve het kopje
maar vast neer, want ik gevoelde
op voorhand al 'n lichte temperatmirs-
stijging. Ik heb nu eenmaal een extra
zwak plekje in mijn hart voor die
zusjes in blauw katoen en gesteven
mutsen, ook al dank zij dat logies in
meergemeld hotel, en ik voorzag een
massale mannelijke frontaanval op de
ze aardige kinderen. Dus vroeg ik
minzaam wat er aan het gilde der ver
pleegsters mankeerde.
Nu, dat vulde een aardig boekdeel.
Legio verwanten en bekenden werden
in het geweer geroepen, die in zieken
huizen de allernaarste belevenissen
hadden gehad. Die snibbig, kortaf of
onheus waren te woord gestaan, die
uren on bellen hadden liggsn druk
ken ln het holst van de nacht, die
doodgewoon als quantité négligeable
waren behandeld. Ik lief het orgete
voorbijspuien en stak toen overdrach
telijk een spiegelei omhoog. Om te
stoppen, wel te verstaan; niet om door
te rijden met dat treintje vol narig
heden. En met beleid begonnen wij de
lading te ziften. Het bleek voor het
grootste deel gemerkt „van horen zeg
gen", alleen één minder prettige erva
ring was authentiek te achterhalen,
maar bleek later met excuses afdoende
"erepareerd. Dus,... .Ta kük es, tegen
een man moet te liever niet zo onont
koombaar- Dus? zeggen.
Want daar loopt hij niet ln. Goed
goed, goed, maar alles bij elkaar kon
den die zusjes nog maar heel wat van
die nonnetles leren. Zoveel geduld, zo
veel toewijding, zoveel absolute weg
cijfering van zichzelf, al was het mid-
«"Ipn in T"!< van
harte; bewondering ls iets zeldzaams
tn deze tijd. Maar toen zei ik resoluut:
Ho. Nu ik eens
als je vergelijken wilt, moet
je, heb lk altijd geleerd, twee ge-
Hiksoortige grootheden nemen. En dat
doe je niet. Lijkt er niet op. Een orde-
zuster en een verpleegster verschillen
hemelsbreed. De eerste leeft van de
wereld afgekeerd, zonder enige andere
IX XV 30 v/.
/Z ./g Z6M3S Yf.
r\EZE KEER een
kpaar japonnetjes,
die, hoewel ze
hoogst eenvoudig
van lijn zijn, toch
een zekere chic
hebben en ook
minder slanke da
mes vlot en jeug
dig kleden. Als ma
teriaal is zijden lin
nen wel zeer ge
schikt.
Het eerste mo
delletje is gegar
neerd met wit pi
qué, dat zo beves
tigd wordt, dat het
gemakkelijk apart
te wassen is. Het
lijfje heeft een
schuine overslagen
de vrij nauwe rok
krijgt door een
platte plooi voor
en achter de nodi
ge ruimte. Men
heeft ervoor nodig
ca 3.50 m stof van
90 cm breed. Het
patroon van de
^mouwgarnering is
hier aan de mouw
getekend. Die knipt
u er dus eerst af.
Bij het op de stof
leggen, moet u er
dan wel rekening
mee houden, dat u
behalve de naadjes ook een onderslag
van ca 1 cm aanknipt, die bij het be
vestigen in de japon valt. Alle gameer-
randen zijn van dubbele stof.
X9SX
*099.96 VS
U begint met de figuurnaden dicht
te stikken. De zij- en schoudernaden
sluiten. De mouwen blijven vanaf het
pijltje open en worden met schuine
biesjes afgewerkt, evenals de achter
hals. Tegen de voorkanten naait u het
beleg en rijgt dan de midden-voorlijn
van beide voorpanen op elkaar. In de
voorbaan zet u voeringzakken. Dan wor
den de plooien in de richting van het
pijltje gelegd en de zijnaden gesloten.
De rok verbindt u met het lijfje. In de
linkerzijnaad maakt u een taillesplit
met treksluiting. De garneerranden aan
de hals en de zakken zijn 4 cm breed,
waarbij inbegrepen 1 cm voor de on
derslag. In plaats van deze gladde bie
zen zullen geplisseerde stroken ook keu
rig staan.
Heeft u liever uitspringende plooien
ln de rok zoals bij het andere figuurtje,
dan tekent u de middenvoorlijn 10 of 12
cm van de plooivouw af, zodat de plooi
aan weerskanten 5 of 6 cm diep wordt.
Dit modelletje vertoont ook een mid
den-voorsluiting aan het lijfje. U knipt
dan de voorkanten volgens het stippel-
lijntje, zodat u 2,5 cm overslag krijgt.
Het beleg tekent u in overeenstemming
met deze voorkant. Op de middenvoor-
lijn wordt de knoopsluiting aangebracht.
Mouwen en hals krijgen een stiksel langs
de randen. De zakjes werkt u af met
een 4 cm brede pat met knoopgarnering.
U ziet, ook op deze manier is het een
charmant japonnetje, waarvan u zeker
plezier zult hebben.
WANT
gedachte dan het beleven van haar ge
loof in de dienst van anderen. Er bindt
haar geen enkele band met het dage
lijks bestaan, zij heeft, om zo te zeggen,
geen familie, geen verwanten, geen
vrienden. Zij heeft haar levensdla-
phragma als het ware dichtgeschoven
tot zij maar één ding scherp ziet: in dit
geval haar patiënt. Maar de verpleeg
ster. Ach lieve helo, zij staat midden in
het leven. Zij heeft een vader, moeder,
broers en zusters en niet te vergeten
een verloofde of één die dat dreigt te
worden. Zij is daarenboven vrouw,
vaak jong en even vaak lang niet on
aardig om te zien. Dus is haar krulle-
bol onder het witte mutsje, behalve
vol recepten, verbandleer, tempera-
tuurcurven en weet ik veel, ook nog
opgepropt met nieuwe hoedjes, gladde
ringen, bloesjes, meubeltjes, fietstocht
jes en zo voort. En als nu die aanstaan.
de verloofde met de morgenpost een
briefje naast haar bord legt, dat hij, bij
nader inzien, toch niet gelooft, dat zij
de vrouw zijner dromen is denk je
dat zo'n kind dan met een engelach
tige glimlach haar patiënten tegemoet
treedt?
Je kunt me nog meer vertellen, zei
mijn recalcitrante bezoeker. Maar ik
blijf erbij dat de kerken hier eens wat
meer aandacht aan moesten besteden.
Zij moesten meer opwekken tot naas
tenliefde en zelfverloochening. Mijn
goeie man, zei ik zuchtend, dat doen
zij op hun manier al tweeduizend Jaar.
Maar moeten de verpleegsters dat al
léén in practijk brengen omdat het
zo prettig voor óns is als wij ziek zijn?
Of geldt dit misschien voor nog een
paar anderen, zoals jij en ik?
SASKIA.
CEN nieuwtje, dat eigenlijk sinds
enige tijd al geen nieuwtje meer is,
zijn de blouses en japonnen van ever-
glaze. Een practische stof, daar deze,
gelijk nylon, na het wassen niet be
hoeft te worden gestreken. De noppen
blijven dezelfde kwaliteit behouden. Er
zijn twee soorten verkrijgbaar: Hol
landse en import-modellen. Ook per
meter zijn de tinten in grote verschei
denheid voorradig. Import is het kost
baarst, natuurlijk vanwege de invoer
rechten, welke niet mals zijn. Men kan
deze stof zeer goed gebruiken voor een
ge-kleed toilet een show bevestigde
cïit maar eerstens lijkt zij ingesteld
op de vacantietijd. Ja, de stoffenfabri-
kanten hebben het goed met ons voor.
Arme mannen toch, die er niet altijd
zo luchtig bij kunnen lopen. Zij zullen
tot in lengte van dagen Red.) ln
een lange pantalon, stropdas en col
bertje, kantoor- of zaakwaarts dienen
te trekken. Neen, wij vrouwen hebben
het wat dit betreft, wel iets gemak
kelijker.
De ontwerpers zijn ons eveneens
gunstig gezind. Zij immers creëren de
toiletten waarin wij zo luchtigjes kun
nen rondlonen! En toch zijn wij ook
nog gekleed, dank zij de simpele me-
tamorphose. De twee-in-één-japonnen
bieden daartoe ruimschoots gelegen
heid. Een jurkje zonder mouwen, met
bandjes, laag uitgesneden hals en een
losse bolero staan ons de laatste tijd
te kust en te keur ten dienste. Nog
maals arme mannen
De illustratie toont een model met
apart bolero, welke men, naar verkie
zing, in gelijke en contrasterende kleur
kan dragen. Natuurlijk is het geenszins
een bezwaar om het geheel een spor
tief cachet te geven, indien men er een
vlot, kort jasje bij draagt.
Voor een tuin-partij, een in ons land
weinig voorkomend geval, een feest
o'at 's avonds in de buitenlucht gegeven
wordt met illuminatie, dient de andere
afbeelding. Een Amerikaanse vinding,
stellig niet van originaliteit ontbloot.
Over een wit tafzüden ond«"*iurk
wordt een japon van wit-zijden chiffon
gedragen, welke over de buste ruim
gehouden wordt. De rok ls eveneens
wijd en gracieus. Ruim plooien verge
makkelijken het nemen van danspas
sen. Het zo geliefde, korte aangeknipte
mouwtje ontbreekt evenmin. Men dient
er evenwel zorg voor te dragen, dat
men de juiste byoux draagt. Dat kan
zelfs het cachet van de japon aanmer
kelijk verhogen.
Snoezige avondjasjes In dezelfde stof
■ls da japon, dienen ter completering.
Zelfs zagen wjj wat tijdens zwoele
zomeravonden geen overbodige luxe la
de waaier in moderne versie. Leu
ke uitvoeringen, niet pompeus, als tan
tijde van onze grootmoeders, doch
fijntjes en..., coquet.