Nederlandse fruittelers hebben het zeer moeilijk Zuid-Afrika maakt revolutie door een industriële „Xïïït 3? jrTen Iedere mens gebruikt in zijn leven driehonderd bomen Onze politieke tijdschriften maken de balans op Prijzen ingesiort door grote oogst en gebrek aan export srsxsffsuSW rsK eeuw Productie steeg in een kwart tot het tienvoudige Mijn dochter lacht Productie per hectare is verdubbeld r\E oorzaak van de slechte prijzen U van thans ligt in de sterk gestegen productie. Vóór de oorlog was een to tale opbrengst van 275.000.000 kg een topoogst. Thans is 500.000.000 kg nor maal en in dit goede fruitjaar zal de Herziening belasting wetten vordert C.M.C. had een goed jaar Behoefte aan hout is groter dan de productie Herbebossing en proeven met kruisingen Scheepvaartberichten Kamerverkiezingen en andere binnenlandse vraagstukken onder de loupe Doorbraak en haar grens Grote invloed op de rassenkwestie VRIJDAG 31 OCTOBER 1953 DUS^oordat^ er hfI>ben het op het ogenblik uitermate jaar uitstekend geweest. De aanvoer an<l en Duitsland hebben er hur dat niet het geval geweest, dan zouden de d. andere Kan, *SÏ£ ijj gestegen tot 50.778 hectare en voor 1951 is de ramimr 70 aan i J*r-n is het areaal echter vrijwel niet meer uUg^e d" Ippeis jn er het m ^t Mn de "ercn Pruimen bleven coLunTen kerse™zün zelfs teruggelopen. W/AT echter belangrijker is, is dat in de periode van 1939 tot thans de productie per ha is verdubbeld. De opbrengst van appels bedroeg van 1935 tot 1939 gemiddeld 2900 kg per ha en van 1946 tot 1950: 7000 kg. Dat is een toeneming met 141%. Voor peren be draagt dit percentage 151%, voor prui men 136 en voor kersen zelfs 268%. Deze productieverhoging per ha-is het gevolg van beter onderwijs, van het nuttige werk van de Rijksvoorlich tingsdiensten en van de fruittelersorga nisaties en van het intensieve onder zoek naar ziekten en het aangeven van de bestrijdingsmiddelen. De hogere productie is dus niet uit sluitend het gevolg van aanplant, doch in sterke mate van de toegenomen op brengst per ha. Het spreekt vanzelf, dat daardoor de kostprijs per kg ge daald is. Daar staat tegenover, dat een goede appel op de veiling en in de winkel op het ogenblik evenveel kost als vóór de oorlog, hoewel de lonen en de an dere kosten zeker drie maal zo hoog zijn. De fruitteler is zich blijven in spannen een beter product te leveren voor dezelfde prijs. Topoogsl totale productie wel ongeveer 630.000.000 kg bedragen. Nu kan Nederland zelf wel nog meer fruit gebruiken, maar de binnenlandse consumptie zal stellig niet stijgen van 40 op 80 kg per jaar. Toch is het ver bazingwekkend, wat de Nederlandse markt dit jaar opneemt. De geweldige oogst heeft onvermijde lijk tot een prijsinstorting geleid. De grootste moeilijkheid leveren de peren op, die altijd voor een groot deel naar Engeland werden uitgevoerd. Dit land heeft in 1951 echter zijn grenzen ge sloten. Verleden jaar bedroeg de perenoogst 85.000.000 kg en dit jaar 190.000.000 kg Het behoeft geen betoog, dat dan het sluiten van de Engelse grens funest is. Appelen zijn op allerlei wijzen te be waren. Peren kunnen alleen geconser veerd worden, als men ze koelt. Maar zo veel koelhuizen zijn er niet voor al die peren. Dit is het grote drama. Ongeveer een maand geleden zette Duitsland de fruitimport uit alle lan den stop, met uitzondering van Ne derland. Doch het wenste van ons land de garantie, dat het fruit op de veilin- maakt, zijn zeker niet hoog, maar de moderne bedrijven, die zich toeleggen op een uitstekende kwaliteit en die tij dig bijgeplant hebben, ontvangen voor Cox Órange Pippin toch wel 40 cent per kg, waartegenover de productie kosten circa 25 cent bedragen. In Roo sendaal bijvoorbeeld heeft zich een nieuw fruitcentrum gevormd. Daar gen een minimum-exportprijs moest maken van 20 cent per kg. Dat gaf Duitsland namelijk de zekerheid, dat Nederland niet zou dumpen. Op de Ne derlandse veilingen werd tengevolge van de grote aanvoer echter geen 20 cent per kg gemaakt. Tot overmaat van ramp verhoogde Duitsland dit bedrag kort geleden tot 30 cent per kg. Met de peren is het dientengevolge een ho peloos geval geworden. Goede peren „doen" op de veiling 12 tot 14 cent per kg, terwijl de productiekosten 17 tot 20 cent bedragen. Het zogenaamde ondereind wordt dus doorgedraaid. Apoels gunstiger DIJ de appels ligt de zaak iets gunsti ger. De prijzen, die men ervoor gaat het wel goed; er zijn echter niet veel zulke moderne bedrijven. Goed betaald worden nog de rassen Cox Orange Pippin, Jonathan, Golden Delicieus James Grieve en Schone van Boskoop. De laatste soort is een goudreinet. Trouwens van de goudrei- netten zijn de verwachtingen niet on gunstig, mits men er niet op dit ogen blik mee op de markt komt, maar bij voorbeeld in December. Tot zo lang kunnen worden. zij goed overdekt bewaard De oplossing? MEDERLAND kan wat zijn kwaliteit en zijn prijzen betreft in Europa voortreffelijk mee. Maar wat moet het beginnen, als de andere landen hun grenzen sluiten? Gelukkig gaat Zweden op 1 Novem ber zijn perenimport liberaliseren. De minimum-veilingprijs, die voor export naar Duitsland gemaakt moet worden, wordt op 15 November van 30 cent ver laagd tot 15 cent. Dan kan men weer uitvoeren. Van 1 September tot 1 November is geheel Europa overvoerd met fruit. Het slechte fruit moet zo spoedig mogelijk geconsumeerd worden, hoe dan ook. Het goede fruit kan men bewaren. Hier liggen de kansen voor Nederland. Wij moeten leveren na 1 December, want dan is er vraag in alle Europese landen. Van groot belang is dus het fruit van prima kwaliteit in de koel huizen op te slaan. Voor de toekomst is modernisering van de bedrijven nodig. Verleden jaar is de Nederlandse fruittelers-organisa tie begonnen met een grote rooi-actie. De boeren hebben daarover thans na gedacht. Nu zij bovendien slechte prij zen maken, zijn velen reeds tot het inzicht gekomen, dat zij inderdaad rooi en moeten. Deze winter gaan zij aan de slag. In de plaats van de gerooide bomen kunnen zij nieuwe - betere - rassen aanplanten. Aangezien de slechte boom gaarden op grasland zijn aangelegd, is het ook mogelijk dit grasland te scheu ren. Op deze grond krijgt men name lijk een prachtig gewas aardappelen. De commissie, welke voorstellen moet ontwerpen ter vereenvoudiging van onze belastingwetgeving, maakt met haar omvangrijke en moeilijke arbeid goede vorderingen, zo heeft de regering in haar memorie van antwoord aan de Tweede Kamer medegedeeld. Vooront werpen voor een algemene wet inzake de directe belastingen en voor nieuwe wetten op de inkomsten- en vermogens belasting zijn thans bijna voltooid. Ge zien de samenhang tussen de verschil lende belastingen is het doen van af zonderlijke voorstellen onmogelijk. Voorts wordt de coördinatie voorbe reid van de belastingheffing naar het loon met de premieheffing voor de so ciale verzekering. De Coöperatieve Melkcentrale (G.A.) te 's-Gravenhage, eigenaresse van vele zuivelfabrieken en melkinrichtingen in het Westen van het land en geïnteres seerd bij vele andere ondernemingen op het gebied van melk en zuivel, heeft te Rotterdam haar jaarvergadering ge houden. Uit de jaarstukken is gebleken, dat de 11.686 leden der vereniging in het afgelopen boekjaar 487.345.956 kilo gram melk met een vetgehalte van 3.49 Pet. hebben geleverd, die in totaal voor f 121 millioen de deur zijn uitgegaan. Een deel is als consumptiemelk geleverd aan de Amerikaanse autoriteiten in frankrijk. België en West-Duitsland, ten dele in samenwerking met andere taelkbedrjjven. Aan de leden is ruim 99 millioen uit betaald. Na afschrijving van rond 1.4 millioen en reservering van f 50.000 is aan de leden bijna twee millioen te goed geschreven. Het ledenkapitaal be- tpopt thans ruim 11 millioen gulden. Een deel hiervan zal betaalbaar worden gesteld. THE COMING AGE OF WOOD" „Het komende houten tijdperk" is de titel van een nieuw, in vakkringen zeer bekend geworden boek van de vroegere secretaris-generaal v,an het „Comité International du Bois", Egon Glessinger. De schrijver onthult daarin zijn mening, dat de mensen nog lang niet voldoende gebruik maken van het bos als een van hun waardevolste bezittingen. Tegenwoordig gebruikt men al naar gelang van de „houten levens standaard" der volkeren in Amerika per jaar 1.5 ton hout per hoofd der bevolking, in Europa 0,6 ton en in China nog niet eens 25 kilogram voor het grootste gedeelte echter voor verwarmingsdoelcinden, waarbij het nuttig gebruik van het hout slechts 20 pet. bedraagt. Alle bewoners der aarde samen verbranden per jaar een bos van meer dan tweemaal de oppervlakte van geheel Nederland. pulierenboompjes geplant, vooral de zeer taaie en voor vele doeleinden bruikoare „Populus regenerata". Goe de ervaringen heeft men ook opgedaan met kruisingen, waarbij zaad voor „veredelde bastaarden" gewonnen werd, waarvan men een tweemaal zo snelle groei en gladde kaarsrechte stammen verwacht. Voor deze „bo men naar maat" heeft men in de buurt van Hamburg een proefplantage inge richt; met dit idee houden zich ook Amerikaanse en Zweedse onderzoekers al jaren lang bezig. Overal heeft men een begin gemaakt om de sterk gedunde wouden weer te bebossen en zo mogelijk uit te breiden: In Italië zijn sinds 1948 werklozen in formele „herbebossingsbrigaden" aan het werk, in Aequaloriaal Afrika wordt dit door inboorlingen gedaan onder leiding van Europese houtvesters, Rusland wil binnen 15 jaar een opper vlakte van meer dan 6 millioen hec tare voorzien van beschermende woud- gordels. de Chinezen zijn met een der gelijk gigantisch project in de woestij nen van Mongolië begonnen. Men mag dus zeggen, dat het „houten tijdperk" aangebroken is en overal verheugende aspecten biedt. \/OLGENS een Amerikaanse statis tiek gebruikt ieder mens in de loop van zijn leven minstens 300 bomen van gemiddelde grootte, om huizen te bou wen, meubels te maken, papier, luci fers en textiel te fabriceren en zijn huis te verwarmen. „Hout is veel te waardevol om het te verbranden!' luidt het devies van Glesinger; „het is veel belangrijker er bouwstoffen, textielvezels, kunsthars, benzine, cel- stof en nog duizend andere dingen van te fabriceren, waaraan thans nog over al op de wereld gebrek bestaat. De oorlog en de na-oorlogstijd heb ben de bossen geweldig gedecimeerd. De bosrijke landen, zoals Zweden en Rusland, waar nog meer dan, of bijna de helft van het totale oppervlak door bossen bedekt is, zijn zeldzaam gewor den. In Oostenrijk zijn de bossen tot op 37% van de totale oppervlakte ver minderd, in Duitsland tot 27%, in de Verenigde Staten tot 26% en in Frankrijk tot 19%. Het houtverbruik der volkeren neemt echter van jaar tot jaar toe. De rector van de Oosten rijkse Landbouwschool prof. dr Flat- scher, heeft uitgerekend, dat de aarde per jaar 1600 millioen kubieke meter hout oplevert, doch de jaarlijkse be hoefte ongeveer 2200 tot 2600 millioen kubieke meter bedraagt. Daardoor wordt er gemiddeld in de hele wereld per jaar ongeveer 50% meer geveld dan de toeneming bedraagt. Als dit zo doorgaat, voorspelt de Oostenrijkse expert, dan zullen over een halve eeuw alle houtvoorraden van de gehele we reld op zijn! Het bos moet gered worden! HET bos moet gered worden". Deze eij wordt dan ook in alle landen door deskundigen op dit gebied steeds dringender gesteld. Het beboste opper vlak van Oostenrijk is in de laatste 15 jaar met 90.000 hectare verminderd, waarvan meer dan 60.000 in Beneden. Oostenrijk. In Duitsland bedraagt de vermindering ongeveer 200.000 hectare, waarvan de herbebossing in 1953 vol tooid zal zijn maar het zal nog 30 jaar duren, eer de jonge boompjes vol wassen zijn en de stand van vóór de oorlog weer bereikt is. Nu hebben houtexperts van de Ver enigde Naties uitgerekend, dat niet eens het betrekkelijk woudrijke Euro pa zijn eigen toenemende behoefte meer kan bevredigen; bijna drie mil lioen kubieke meter bedraagt het jaar lijkse tekort. Dat zijn onhoudbare toe standen en de enige oplossing is het gebruik van de kostbare grondstof hout voor verwarmingsdoeleinden radicaal te beperken. Anders loopt men gevaar, dat net als bij de woudverwoestingen in de Apennijnen de hellingen door erosie kaalgevreten worden en over stromingen als de catastrophe in de Povlakte ook andere Europese gebie den zullen teisteren. Bossen en berg hellingen zijn niet alleen een goede be scherming 'tegen lawines; de humus van de bosgrond absorbeert ook het smeltwater in het voorjaar, waardoor overstromingen vermeden en een ge regelde watertoevoer voor de rivieren het gehele jaar gewaarborgd wordt. Het is niet in de laatste plaats te wij ten aan het hoge percentage gevelde bomen, dat de waterstand van de meeste Europese rivieren jaar in jaar uit geringer wordt. Bomen naar maat Pr Duitsland heeft men dit gevaar in gezien en energieke maatregelen ge nomen om dit tegen te gaan. Van jaar tot jaar werd het aantal gevelde bo men verminderd, ondanks de eisen van de bouw-industrie; in 1952 be draagt het in verhouding tot het vorige jaar (137%) nog slechts 117% van de normale groei Behalve de herbebos sing van de kaal gevelde gebieden zul len uitgestrekte woeste gronden, naar schatting ongeveer 500.000 hectare eveneens bebost worden. Daarbij speelt de aanplant van populieren een grote rol; sinds het einde van de oorlog heeft men per jaar ongeveer 8 millicren po- Aalsum, Calcutta—R'dam, 29-10 n.m. te Fort Said Agatha (t). 29-10 van Sai gon naar Singapore Akkrumdijk, O. Afrika—A'dam, 29-10 te Antwerpen Alchiba, MontevideoR'dam, pass. 29-10 ten westen van Fernando Noronha naar Antwerpen Arendskerk, Japan—R'dam 30-10 te Antwerpen Arundo, 29-10 van Sorel naar Engeland Aagtekerk, 28-10 te Kobe Aardijk, 28-10 van Tampa te New Orleans Alblasserdijk, New OrleansR'dam, 29-10 te "Le Havre Ampenan, 26-10 van Houston naar Gal- veston Amstelland, Buenos Aires—A' dam, 26-10 te Montevideo Arendsdijk, 29-10 van New York te Boston Ariadne. 27-10 van Kaap Haitien naar New York Arkeldijk, 28-10 te Galveston Al- phacca, Buenos Aires—New York, 29-10 van Bahia Alhena, Buenos Aires—R' dam, 29-10 te Antwerpen Aludra, R' damCalcutta, 30-10 van Suez naar Aden Aalsum, Calcutta—R'dam, 30-10 v.m. van Port Said naar Genua Arnedi.ik, 30-10 van Newport News te New York verwacht Baarn, ChiliA'dam, 30-10 van Bremen te Hamburg Boschfontein, A'dam—Oost-Afrika, pass. 30-10 n.m. Kaap Guardafui naar Mombüsa Bloem fontein, A'dam—rOost-Afrika, 30-10 te 'feneriffe Bennekom, 30-10 v.m. van Paita te Balboa Caltcx Nederland (t), SidonR'dam, 29-10 thuishaven Malta Cleodora (t), BahreinColombo, pass. 29-10 Ras al Hadd Cumules (weerschip), 30-10 van de Atl. Oceaan te R'dam Caltex The Hague (t), R'dam—Sidon. pass. 29-10 ten westen van Oporto Congo- stroom, 29-10 van Lagos te Abidjan Duivendrecht (t), 31-10 n.m. van Dakar te Matadi verwacht Eos, 29-10 n.m. van A'dam naar Hamburg Gaasterland, 30-10 ca. 16.30 uur van Buenos Aires voor IJmuiden verwacht Graveland, Zuid- Amerika—A'dam, 29-10 van Itajai te Pa- ranagua verwacht Groote Beer, R'dam Halifax, 29-10 680 mijl oost ten noor den van Kaap Race Hathor, A'dam Middellandse Zee, 29-10 van Lissabon naar Algiers Haulerwijk, R'damPer zische Golf, 29-10 van Genua naar Port Said Indrapoera, 30-10 van Surabaja te Makassar Jagersfontein, 30-10 van Duban te East Londen verwacht Kiel- drecht, JapanR'dam, 29-10 n.m. van Pe- nang naar Aden Kota Gede, 29-10 n.m. van Saigon te Surabaja Laertes, Indo nesië—A'dam, 30-10 te Aden Maas dam, 20-10 van New York naar R'dam via Cobh (Ierland) Maaskerk, 29-10 n.m. van Port Amboin naar Novoredondo Manoeran, Indonesië—A'dam, pass. 29-10 n.m. Gibraltar Mariekerk, A' dam—Oost-Afrika, 30-10 te Kaapstad Martha Vinke, 30-10 van R'dam te Kaap stad Maas, 30-10 van A'dam te R'dam Nieuw-Amsterdam, 30-10 van Havanna te New York verwacht Oranje, 29-10 van A'dam naar Tandjong Priok Oranjefontein, 30-10 van Oost-Afrika te A'dam Prins Willem II, MontrealR' dam, pass. 29-10 n.m. Eddystone Phron- tis, 30-10 van Makassar te Surabaja Riouw, Java—A'dam, 28 op 29-10 van Penang naar Colombo Rotula (t), 29-10 van Alevandrië te Punta Cardon Ruys. Rio de Janeiro—Japan, 29-10 n.m. van Manilla naar Hongkong Rijndam, 29-10 van R'dam naar New York Salawati, New YorkIndonesië, vertr. 30-10 n.m. van Madras naar Vizagapatam Schie, 30-10 van Piraeus te Haifa Sibajak, R'dam—Wellington, 29-10 n.m. 540 mijl noordoost van East Caap (N. Zeeland) Stad Maastricht, 29-10 v.m. van Lulea r.aar R'dam of Vlaardingen Samarinda. CalcuttaPac. Kust, 29-19 n.m. van Boang naar Nasipit Saparoea, Perzi sche GolfA'dam, pass. 29-10 Gibraltar Scherpendrecht (t), 29-10 van Para- nagua te Trinidad Stad Dordrecht, 29-10 van Sagunto naar R'dam of Vlaar dingen Talisse, 30-10 van Surabaja te Balik Papan Teiresias, IndonesiëA' dam, 29-10 n.m. van Genua naar Londen Tjimenteng, Japan—Zuid-Amerika, 29-10 van Dar es Salaam naar Lorenzo Marquez Tjipanas, Oost-AfrikaJapan, 30-10 te Singapore Titus, Middellandse ZeeA'dam, pass. 29-10 Finisterre (Van onze parlementaire redacteur) UITERAARD IS IN de Septembernummers van de grote politieke maandbladen Socialisme en Democratie, Katholiek Staatkundig Maandblad en Anti-Revo- lutionnaire Staatkunde nog al wat aandacht besteed aan de belangrijkste ge beurtenissen tijdens de zomermaanden op het binnenlandse politieke front: de verkiezingen in Juni 1.1. en de daarop gevolgde langdurige kabinetsformatie. „De kracht van dit ministerie is niet zozeer van de volksvertegenwoordiging ais van zichzelf alhankeljjk. Ontstaat in de boezem van het kabinet geen breuk dan is het hoogst twijfelachtig of deze van buitenaf daarin zal worden geïntrodu ceerd." Tot deze conclusie komt de voorzitter van de Tweede Kamer, mr L. Kor- tenhorst, in zijn beschouwing over het derde kabinet Drees (KSM). r\E VOORZITTER van de PvdA, J. J. Vorrink, in S. en D. over hetzelfde onderwerp schrijvend, stelt dat zijns inziens de samenstelling van het kabi net, zoals die ten slotte is geworden, geen wezenlijk gevaar oproept voor ver lammende dicussies en wrijvingen op eigen bodem. „Er is alle reden te'gelo ven in de mogelijkheid, dat uit dit ge zelschap een goed werkend team zal kunnen worden gevormd." In het bijzonder met de gevolgen van de verkiezingsuitslag voor de Protes tants-Christelijke en Katholieke Werk gemeenschappen in de PvdA houden beschouwingen van mr. G. E. van Wal- sum en mr. Th. J. A. M. van Lier in S en D zich bezig. Met name laatstge noemde maant tot bijzondere voorzich tigheid en tact, want „wij zouden de politieke doorbraak ernstig bemoeilij ken. wanneer wij haar grenzen uit het oog verloren". Éen doorbraak ook op maatschappelijk en cultureel terrein acht mr. Van Lier bepaald ongewenst. Andere binnenlandse problemen wor den door prof. dr. J. J. Gielen (KSM) en burgemeester J. van Haar (ARS) onder de loupe genomen. Eerstgenoem de, de van prof. Rutten afkomstige wetsontwerpen inzake het algemeen middelbaar onderwijs en het voorberei dend hoger onderwijs besprekend, con stateert dat beide ontwerpen onderwijs kundig gezien veel goeds bieden. Maar zij brengen niet de beloofde en ver wachte gelijkstelling! Laatstgenoemde schrijver geeft een gedegen principiële en historische beschouwing over het vraagstuk der lijkverbranding. Partij-politieke vraagstukken komen in twee maandschriften ter sprake. In S en D zetten de heren A. A. van Ame- rongen, drs. D. Roemers en prof. dr. F. L. Polak de discussie over de heden daagse situatie van 't socialisme vcort. In de rubriek Politieke Kanttekeningen (KSM) worden ook door andere par tijen ter harte te nemen opmerkingen gemaakt over de betekenis van het werkprogramma van de KVP voor de Kamerfractie, de partijleiding, het Centrum voor Staatkundige Vorming en het Vormingsinstituut, dat o.m. is belast met de kadervorming. tieke leiderschap in Europa en om op deze taak te zijn voorbereid." Wijzen wij "ten slotte op de gebruike lijke boekbesprekingen en met name op de zeer uitvoerige verhandeling van prof. dr. P. S. Gerbrandy (ARS) over de Rechtsgeleerde Opstellen, Europees perspectief Buitenlandse vraagstukken worden ditmaal, bij uitzondering, uitsluitend in S en D aangesneden. De directeur van de dr. Wiardi Beekman Stichting, J. M den Uyl. ontleedt het Bevanisme in de Engelse Labour Partij en prof. mr. dr J. Barents gaat uitvoerig in op de ver dedigbaarheid van West-Europa. Boven dien betoogt een Nederlander, die sinds vele jaren in het buitenland werkzaam is. onder het pseudoniem F. H. van Mar schrijvend, dat voor de socialisten he hebben van een Europees perspectief volstrekt noodzakelijk is. Want: „de ironie, dat notoire conservatieven tot de beste pleitbezorgers der staatkundi ge progressie behoren en hun socialis tische landgenoten daarbij in het eer ste gelid tegenover zich vinden, toont de omvang aan van dë achterstand, die het socialisme moet inlopen om aan spraak te kunnen maken op het poli (Van onze correspondent in Kaapstad.) IN ZUID-AFRIKA VOLTREKT zich een industriële revolutie. Overal hoort en leest men het en hoe dikwijls die waarheid ook al herhaald is, toch vrees ik dat zij niet op de juiste waarde wordt geschat. De industriële revolutie in Zuid-Afrika is een roman, niet minder boeiend dan die van de Grote Trek, of die van de diamant- en goudvondsten. Maar zö is veel méér dan alleen een boeiend verhaal over dc snelle ontwikkeling van een land, dat tachtig jaar geleden nog een uitsluitend agrarische economie kende, dat een kwarteeuw geleden nog vrijwel geen andere industrie had dan die van het goud en de diamanten en dat thans vijf en twintig jaar na de introductie van de eerste „beschermende" wetgeving een industrieel productiecijfer van 800 millioen Pond Sterling heeft bereikt. P)E industriële revolutie heeft in Zuid-Afrika niet alleen de nationale economie veranderd, zij heeft een wij ziging in het volksleven gebracht, die men nog maar tenauwernood kan ana lyseren. En zij zal, hoe men het ook keert of wendt voortgaan met het aan brengen van veranderingen in bijna alle sectoren van het leven. WOOR wat het economisch aspect van de verandering betreft dient men- eerst te beseffen dat er tot 1925 van enige industrie van betekenis (afge dacht van het mijnwezen) geen sprake was. Totdantoe hadden de lei dende en regerende kringen de mening verkondigd, dat Zuid-Afrika nooit een industrieel land zou kunneh zijn, dat het land er zich het beste toe kon blij ven bepalen, ruw materiaal te produ ceren en dat uit te voeren naar Enge land, waar men er dan 4e eindproduc ten van maakte. Men beweerde zelfs, dat een eigen industrie de kosten van levensonder houd zou opjagen en de lasten, die de bevolking moest dragen, zeer zou ver zwaren. Men beweerde, dat een eigen industrie de eerste jaren beschermende wetgeving noodzakelijk zou maken (hetgeen juist was) en dat, als gevolg daarvan, de toevloed van Brits kapitaal zou stokken (hetgeen onjuist bleek te zijn). De nationalistische regering, die in 1924 het roer van het schip van Staat hield vaagde die bezwaren en angsten weg en maakte beschermende wetten om de opkomst van een eigen industrie te bevorderen. Fantastische groei. HE gevolgen waren fantastisch! Een paar productiecijfers uit de laatste kwarteeuw zullen dat het duidelijkst commentariëren. In 1925 was de pro ductie 84 millioen Pond, in 1939 200 mil lioen Pond, in 1948 was zij reeds 580 millioen Pond, in 1949 steeg zij tot 675 millioen Pond en in 1951 bepaalde zij het recordcijfer van 800 millioen Pond. In de betrekkelijk korte periode van iets meer dan vijf en twintig jaar klom de productie van de jonge industrie dus van 84 tot 8080 millioen Pond. Of wel: zij vertienvoudigde haar resulta ten. Als dat geen industriële revolutie mag heten, wat dan wel? Dit is nog maar één kant van de zaak. Een andere zijde krijgt men te zien, als men de cijfers van het na tionale inkomen in ogenschouw neemt. In 1912 was het omstreeks 131 millioen Pond. In 1939 was het geklommen tot 40C millioen Pond en thans is het reeds ver boven de 800 millioen Pond. Ook als men rekening houdt met de gerin gere koopkracht van het geld bliift dit een indrukwekkende stijging. De be kende economist dr H. J. van Eek heeft becijferd, dat het werkelijke nationale inkomen gedurende de jaren 19401950 gestegen is met ongeveer zestig pro cent. Zwarte fabrieksarbeiders. TN 1926 waren er in de industrie werk- zaam 75000 blanken en 117000 zwar ten. Thans: 220.000 blanken en 410.000 zwarten. In 1926 werd er aan lonen uitbetaald: aan blanken 16 millioen Pond, aan zwarten 5 millioen Pond, Thans: aan blanken ongeveer 100 mil lioen Pond, aan zwarten ongeveer 50 millioen Pond. De blanke industrie-arbeider ver diende in 1938 gemiddeld omstreeks f 2350 per jaar. De zwarte arbeider ver diende in hetzelfde jaar gemiddeld f 450. Tien jaar later, in 1948 dus, wa ren deze gemiddelde inkomens f 4365 en f 1053. De stijging in gemiddelde inkomsten bij de „kleurlingen" (de groep van gemengd ras, die vooral aan de Kaap wordt gevonden) was nog sterker, namelijk f 850 tot f 1750. Hieruit valt te leren, dat de stijging van inkomsten bij de gekleurde bevol kingsgroepen sterker was dan bij de blanken. En zulks terwijl de sterke uitbreiding van de industrie het nood zakelijk maakte om vele naturellen (als ongeschoolde arbeiders) te werk te stellen, die nog nooit met de blanke be schaving in aanraking waren geweest. Zal Zuid-Afrika ten eeuwigen dage zijn industrie kunnen drijven op goed kope „zwarte" arbeid! Het antwoord ligt voor de hand. Het zal deze bedrijfs- politiek nog lang, misschien zelfs nog zéér lang kunnen volgen, maar onher roepelijk komt eens de dag, dat er tus scn de lonen van de blanken en zwar ten een aanzienlijk kleiner verschil zal liggen. Ironie der geschiedenis. LIET is de ironie van de geschiedenis, dat de nationalistische regering, die de industriële revolutie over Zuid- Afrika deed losbarsten (volkomen te recht en volstrekt in het belang van het landï) daarmee tegelijk alwéér een nieuw probleem schiep in het kader van het rassenvraagstuk. Dit wordt duidelijk, als men de groeiende aan tallen van zv.arte industriële werkers vergelijkt met die van de blanken en de aldus verkregen verschillén in per centages uitdrukt. In Kaapland waren in 1939 13,9 percent van de industrie arbeiders zwarten; in 1949 was dit per centage reeds 23. In Zindelijk Transvaal groeide hun aantal gedurende dezelfde tien jaren van 57 tot 60,4 percent, in Durban van 41 tot 50 en in Port Eliza- beth van 24 tot 34 percent. In de jaren 1948 tot 1951 nam het totale aantal industriearbeiders met 13 percent toe; de toename van blanken, alléén bedroeg echter slechts 4 percent' Geleidelijk aan zal men dus een zo danige ontwikkeling zien. dat naast iedere blanke arbeider, die door de fa briekspoort stapt, drie zwarten naar binnen gaan. JONDAGM1DDAG kwamen de fami- lieleden tot in de derde graad, om getuige te zijn van De Lach. Misschien had u het hier oj daar al gehoord, maar mijn dochter Lacht! Een pralen- de, zonnige Lach, die begint met een twinkeling in het donkerblauw van de ogen zich dan als een koesterend schijnsel over het gezichtje beweegt, om te eindigen in een eindeloos blij ge gekrijt en een vreugdevol zwaaien van armpjes en beentjes. Ja, mijn dochter lacht! Soms zonder enig rede lijk motief; meestal zomaar uit louter geluk. Wij, mijn vrouw en ik, zijn in alle zeven hemelend en derhalve heb ben we uitnodigingen verstuurd naar allen, die op enigerlei wijze blijken van belangstelling hebben gegeven na de geboorte van onze dochter; om thans De Lach te komen zien. Zo hadden we Zondag negen bezoe kers, waarvan drie heren. De laatsten kwamen voor de borrel, die ik hen in een P.S. onder de uitnodigingsbrief had beloofd. Maar de zes dames gaven ons meer reden tot tevredenheid dan we ooit hadden durven hopen. Als roofgierige Bedouinen belegerden ze de wieg, onbegrijpelijke klanken uit stotend: „Koereseloerissie, grote meitie van je tante Margrietepietje. Doe dan 's effies lachies tegen me." En dan meelevend met het gebarenspel, dat mijn dochter intussen vertoonde: „Oele oele, pijnie in me bolleknollesie. Ef fies grijpies doenies an me oortie, lek kertje!" Laat ik u verzekeren, dat ik een min of meer geciviliseerde Gibbon prima kan begrijpen, als hij me maar recht aankijkt. Maar het gelurk van de tantes en nichten rond de wieg was mij volkomen onverstaanbaarlaat staan voor mijn dochter, die nauwelijks zes weken telt. Mijn vrouw was verrukt, daar niet van. „Wat keuvelt u leuk met V", zei ze tegen nicht Anna, die een paardengezicht trok, om onze dochter aan het schateren te brengen. Hoezeer nicht Anna en de andere da mes zich echter ook inspanden, er kwam geen spoor van een lach op het gelaat van onze dochter. Hoogst ernstig, ja bezorgd zelfs, lag ze haar verwanten aan te kijken, als dacht ze: „Wat moeten jullie je lam voelen, met zulke rare gezichten!" Ik opperde tac tisch om de hoek van de deur: ,,'t Is r dag niet, vandaag. Op Zondag is ze altijd slecht gehumeurd". De dames waren evenwel onver saagd. Oudtante Brigitta ging scheel kijken, hetgeen vooral succes had bij mij. Ik zou in schateren zijn uitgebar sten als er niet een dikke erfenis van af had gehangen. Mijn dochter bleef volkomen onbewogen, alsof ze lag uit te rekenen wat ze déze maand nu eens van het kinderbijslaggeld zou kopen „Als ze haar flesje heeft gehad is ze wel vriendelijker", zei mijn vrouw mild. Eendrachtig besloten de dames daar nog even op te wachten en terwijl ze de trap afdaalden begonnen ze zich gevallen te herinneren van andere kindertjestóe óók alleen maar lach- ten als ze pas gedronken hadden. Het etensuur van mijn dochter had iets van een massabetoging, waarbij de demonstranten, met tot waanzin op- gezwiept idealisme elkaar de spandoe ken betwisten. Jammer alleen, dat mijn dochter nu als spandoek fungeerde. Hoe het zij; ze kreeg een op de lange duur ijskoude fles toegediend, uit zes paar handen. De drinkgeluidjes wer den opgewonden nagebootst en als men niet beter wist, zou men zeggen dat de tantes en nichten zelf nog da gelijks hun 750 gram Nutricia één op anderhalf) nuttigden. Hoe het zij, het ceremonieel kreeg een einde. De baby werd op tafel gelegd voor de verwisseling van een bemod- derd stuk textiel. „Wat legt ze d'r mooi bij!" constateerde nicht Miep, alsof mijn dochter een zeiljacht was. Haar opmerking ging goeddeels verloren in de luidruchtige belangstelling, welke ontstond toen mijn dochter een boer tje produceerde. Het duurde lang eer de vreugde wat geluwd was, om plaats te maken voor de gespannen verwach ting in verband met DE LACH We derom begon het ritueel, dat zich bo- ven bij de wieg reeds had afgespeeld. Nicht Anna begon weer met haar paardengezicht en Bertha deed Kieke boe boven de tafelrand uit, terwijl ze een luier, gelijk een volgeling van de Dalai Lama, rond haar pieterige krul* len drapeerde Géén lach Nicht Miep begon „boeééêé" te roe pen, waarbij ze haar mond in een hoek van 45 graden bracht. Géén lach! Het was om moedeloos bij te wor den. De tantes begonnen hoe langer Jioe gekker te doen. Een stuk ijzer van drie duim dik zou in schateren zijn uit gebarsten. Mijn dochter keek als een ambtenaar van Invoerrechten en Accijnzen. Doch plotseling een waarschuwende kreet van mijn vrouw. „Ze begint!" Er trok een spier ergens in het kaakje van mijn dochter. De dames bogen zich met opgewonden blikken over de ta- op "dTtafel" bnilde het h°0p3e menS Zes ontstelde, met wit, vlokkig gedoe bedekte gelaten wendden zich af. Een Kwartier later was ons huis verlaten. Op de tafel ag mijn dochter. En lachen! Ze kón niet meer!... ALBEBlk

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 11