BOEKEN WAAR DE JEUGD OM VRAAGT Het Spookhuis, Schele en... Jacques Bloem Ebben, Prins Freddy Modernisme in goede zin des woords Prettige boekjes voor de jongsten GOEDE ONTSPANNINGSLECTUUR IS DUN GEZAAID Tussen teddyberen en sauskommen werd eerste keuze gedaan ZATERDAG 22 NOVEMBER BOEKENNUMMER Er schuilt nog heel wat kaf onder het horen Het buiten'and heelt een voorsprong Herinnering aan mijn meest beminde boeken mij Hoe lief zijn ze zoon van Bronsmer SNEEUW UET BOEK IN AL ZIJN verschijningsvormen zou niet volledig behandeld zl)n zonder overzicht van de lectuur voor de Jongste en oudere jeugd. Het is ondoenlijk alle uitgaven te bespreken, maar de uitgeverijen, die in onderstaande serie genoemd worden, hebben zich zeer grote verdiensten vergaard. En onder haar excelleert deze keer de Uitgeversmaatschappij West-Friesland in Hoorn met twee voortreffelijke mcisjesromans in haar Zonne-reeks. kingsreizen waaronder die van Mar- co Polo, Columbus en Barendsz en Van Heemskerck op boeiende wijze be schreven door Robert Wieland. Een yOOR DE KLEINTJES van 4—8 jaar 1 verscheen bij Van Dishoeck te Bus- sum een bijzonder aardig boekje met rijmpjes „Arie Flarie". De versjes, ge ïnspireerd op de oude bakerrijmpjes, zijn van Louise Kalff, de illustraties waren bij Hermien IJzerman in veilige handen. „Mijn liefste versjes" door Rie Cra- mer, verlucht met ontelbare kleurige plaatjes van de schrijfster, heeft nau welijks aanbeveling nodig: haar ge dichtjes en haar zeer persoonlijke wij ze van illustreren zijn genoegzaam be kend. Wij twijfelen er niet aan of deze bundel zal ook bij de hedendaagse jeugd van 48 in de smaak vallen. Uitgave Van Goor en Zn. te Den Haag. Bij Van Goor en Zn. verscheen ook „Kom maar binnen", een boek voor meisjes van 810 jaar van de bekende schrijfster Marie Schmitz. Het verhaal van Francientje en haar broertje Jan- Kees, die uit de stad naar een leuk buitenhuisje verhuizen, is' een juweel tje van vertelkunst. Wij zijn erg dank baar, dat Marie Schmitz haar talent ditmaal in dienst heeft gesteld van de jongste lezeresjes. 111. Nans van Leeu wen. Bij De Bezige Bij te Amsterdam ver schenen konijnenverhalen van Marian Smeets, die als vervolgverhaal in een dagblad bekendheid kregen. „Gijsbert Konijn" en „Gijsbert Konijn in het Cir cus" zijn echt gezellige boekjes, vol humor, voor onze 810-jarigen en de illustraties van I. Spreekmeester sluiten prachtig aan bij de tekst. Tom Poes, Ollie B. Bommel en andere onsterfelijk geworden figuren treden op in „Tom Poes' vertellingen" door Marten Toonder. We zouden bijna zeg gen: geschikt voor de jeugd van 8 tot 80. De Bezige Bij te Amsterdam gaf dit boek, natuurlijk vol prachtige illustra ties, bijzonder royaal uit. „Doe je mee?" door Leonard Rogge veen ziet er buitengewoon appetijtelijk uit. De bekende schrijver-voor-de-jeugd heeft hier een bont allerlei verzameld van verhalen, raadsels, spelletjes en nog veel meer. Echt een boek waar het hele gezin uit kan putten op regen- vacantiedagen. Van harte aanbevolen voor 10-jarigen en ouderen. 111. Wim van Dulkenraad. Uitg. G. B. van Goor en Zn., 's Gravenhage. Heel fijntjes, vol Oosterse wijsheid, is het boekje „De kleine kameel", van Kay Boyle, uit het Engels vertaald door Ferdinand Lingen. Het is moeilijk te zeggen voor wie dit verhaal geschikt is. We zouden haast denken voor gevoelige meisjes van 1012 jaar. Typografische verzorging en stijlvolle illustraties van Fritz Kredel dragen er toe bij deze uitgave van De Bezige Bij bijzonder smaakvol te maken. De uitgeverij Van Goor en Zn. heeft het goede idee gehad bekende klassie ken voor de jeugd toegankelijk te ma ken door ze, opnieuw verteld, uit te geven in de Gulden Sporen Serie. Ener zijds bedoeld als goede ontspanning in een vorm die geschikt is voor onze moderne jeugd; anderzijds een voorlo pige kennismaking met belangrijke schrijvers en gebeurtenissen uit het verleden. Reeds verschenen in de be werking van H. de Bruyn A. Dumas' wereldberoemde „Drie Musketiers" en „De Leeuw van Vlaanderen" door H. Conscience. Een voortreffelijk initia tief! Leeftijd: 12 jaar en ouder. Cor Bruijn kén schrijven en als hij een kinderboek maakt is het altijd iets bijzonders. Nu ook weer! Met welk een intens genoegen lazen wij „Rinke Luit", verhalen over een veerman aan de Zaan en over allen die hem lief zijn en met wie hij in aanraking komt. Mis schien zullen ouderen nog meer van dat boek genieten dan de jeugd, maar is dit niet het kenmerk van het goede kinderboek: dat het geschikt is voor jong en oud? We kunnen „Rinke Luit" niet genoeg aanbevelen voor jongens en meisjes van 12 jaar en ouder. Ook als voorleesboek lijkt het ons zeer ge schikt. De derde druk vescheen bij Van Goor en Zn. te 's Gravenhage. 111. Jaap Veenendaal en Tjeerd Bottema. Een fris jongensboek in het gewone genre is „Een zomer aan de Veenplas- sen" door Piet Begeer. Geschikte lec tuur voor jongens van 10—15 jaar. Uit gave N.V. de Arbeiderspers te A'dam. 111. A. Molenaar. Dick Laan, de schrijver van de be kende Pinkeltje-serie beschrijft in zijn jongensboek „De berg M" de beleve nissen van een Hollandse jongen op een Zwitserse kostschool. Dit boek. dat als radio-hoorspel door de N.C.R.V. werd gebracht, is niet bedoeld als louter ont spanning. Het bevat paedagogische elementen en heeft een duidelijk op bouwende tendenz. Een uitstekend boek voor jongens van 12—15 jaar. Uit gave: Van Holkema en Warendorf N.V. 111. R. van Looy. Tweede druk. Boeiend, avontuurlijk en volop ro mantisch is „Het spookt op Dodemans- bol" een aantrekkelijk boek voor jon gens van 12—16 jaar door Anna Berger. Het verhaal is geweven rond de le gende van een verdwenen dorp op Vlie land. De Bezige Bij heeft gezorgd voor een royale uitgave op goed papier. De tekeningen waren bij Wim Bijmoer na tuurlijk in goede handen. „Alarm" van Paul Bromberg is een bekroond boek dat bedoelt de kinde ren aesthetisch op te voeden en begrip voor schoonheid en kunst bij te bren gen. Zowel door de vorm als door de inhoud. De prachtige foto's het zijn er 15 zijn door Eva Besnyö gemaakt Uitg. Bezige Bij. Geschikt voor - lang nier alle - meisjes van 1216 jaar. De jongensboeken van leonard de Vries de man van de bobbyclubs verheugen zich terecht ir. een grote po pulariteit bij technisch aangelegde jon gens en hun vaders. Bij De Bezige Bij verschenen in kloek formaat van deze schrijver: „De jongens van de Hob byclub", „Het jongens radioboek" en „de Hobbyclub op avontuur in Zwit serland". Leeftijd 16 jaar e.o. In „Het Jongens ontdekkingsreizigers- boek" zijn een zestal bekende ontdek- goed boek in afwasbare plastic band voor jongens van 12 jaar en ouder. De talrijke illustraties zijn van Ria Exel, uitgeverij: De Bezige Bij. Het is altijd een genoegen een ver zorgd kinderboek in handen te nemen. Zo ook „Deta en haar dieren" door Gerti Egg, op voortreffelijke wijze uit het Zwitsers vertaald door Til Brug man. Deze geschiedenis van een dieren tuin-directeur en zijn assistente Dita is een p rachtig geschenk voor dieren- vriendinnen van 1218 jaar. Op des kundige wijze wordt hier het leven en de verzorging van dieren achter de tra lies beschreven. Dit boek getuigt van een zo grote liefde voor de schepping en alles wat leeft dat we het met warm te aanbevelen. Meer dan 80 dierente- keningen van Prof. van Bresslern-Roth verluchten de tekst. Uitg.: Van Goor en Zn., 's Gravenhage. De Uitgeverij Kluitman te Alkmaar is ook dit jaar weer present met een hele reeks nieuwe uitgaven. „Bruintje en zijn vriendjes", een dierenverhaal uit Bet Noors, vertaald door J. Mola- nus-Stamperius, beleefde een derde druk. Een kostelijk boek, dat wij voor kinderen van 8—12 jaar graag aanbeve len. Jongens van 10—14 jaar kunnen een ruime keus doen uit voetbalboeken. Een nieuwe aanwinst op dit gebied is „Om het bruine monster" door Pieter Nie- rop.. De geest van het boek is goed en verder valt er weinig van te vertellen. Illustraties door H. Giesen. Voor de zelfde groep is bestemd „De aanhouder wint" door J. W. v. d. Klei. Deze schrij ver schijnt zich gespecialiseerd te heb ben op het verre Westen van Amerika. Ditmaal geen cowboy-verhaal, maar de geschiedenis van een jongen, die na veel avonturen in de boksring terecht komt. Een uitgesproken goede keus van de Uitgeverij Kluitman is „Sproet" door Elisabeth Stelli. Een voortreffelijk boek voor die meisjes van 1214 jaar, die nog met aan de echte meisjesromans toe zijn. Vooral in het begin van dit boek blijkt de schrijfster een persoonr lijke toon te hebben. Illustraties van Lies Veenhoven. Bij Van Ilolkema en Warendorff N.V. te Amsterdam, verschenen ettelijke her drukken van populaire romans voor oudere meisjes. Sanne van Havelte is een geliefd schrijfster en niet ten on rechte. Zij heeft een goede pen en weet meisjes van 1417 jaar net dat te ge ven, waar zij om vragen. Wij kunnen haar boeken dan ook van harte aanbe velen. Volkomen gerechtvaardigd zijn herdrukken van: „In de storm", „Het ene talent", ..Toen kwam Tjeerd", „De rozen van Hofwijck" en „De verloren melodie". Deze delen horen wel bij el kaar, maar elk afzonderlijk vormt een afgerond geheel. Van „Onder de mimosa's" van Sanne v. Havelte verscheen een 4e druk. Dit romantische verhaal van een liefde, die groeide aan de Rivièra, zal de jonge meisjes zeker boeien van het begin tot het einde. „Het begon in een stortbui" (derde druk) door dezelfde schrijfster is in een iets luchtiger toon gehouden. Een gezellig, vlot verhaal. Van Fenna Feenstra verscheen bij Van Holkema en Warendorff de derde druk van „Een zomer op Heidehoeve", een uitstekend geschreven, sympathieke roman voor jonge meisjes, met als hoofdfiguur nu eens niet een meisje, maar een jongeman. In de Zonncreeks van de U.M. West- Friesland te Hoorn verschenen twee zeer aantrekkelijke romans voor oudere meisjes. „De Lastpost" door Marijke de Jongh is een door en door eerlijk boek. zonder één spoor van valse schijn of dwaze romantiek. Een verhaal van flin ke jonge mensen, die zich een toekomst bouwen in deze harde na-oorlogse tijd. Agniet, het kranige hoofdfiguurtje, dat van geen schipperen weet, kan tot voorbeeld strekken aan alle lezeressen. En ook de nevenfiguren zijn raak men selijk en niet zonder humor op papier gezet. De illustraties zijn van Hans Borrebach. Hella Jansonius moet wel een inge wijde in radiozaken zijn. Haar meisjes roman „Joke's Debuut" maakt een des kundige indruk, is boeiend en met ver ve geschreven en gelukkig vrij geble ven van sensatie en romantische non sens. Een. fris, aardig meisjes-boek uit de radiowereld, dat boeit van het ori ginele begin tot het einde. Ook de il lustraties van dit deel In de Zonne- reeks waren bij Hans Borrebach in be kwame handen. Hoe Willy van Rooijen, na aanvanke lijk hoge aspiraties te hebben gekoes terd als zangeres, tenslotte inziet dat zij het best een amateurtje kan blijven, kunnen jonge meisjes lezen in de vlotte roman „Amateurtje" van Annelies de Greeve. Een gezellig, modern boek. ge schreven in een prettige stijl. Uitg. Kluitman Alkmaar. Geïllustreerd door Hans Borrebach. In „Jacarapda Farm" door Ans van Breda emigreren de twee hoofdpersoon tjes naar Kenya, onder de Afrikaanse evenaar, waar zij na veel avonturen en moeilijkheden zich een nieuwe toe komst verzekeren. Een actueel onder werp, op boeiende wijze verwerkt tot een spannende roman voor oudere meisjes. Uitg. Kluitman, Alkmaar. 111.: Hans Borrebach. T. F. K.-L. EEN .VOEEN TOEEN 1 allMwat. °P. de auteur wellicht een roemvolle toekomst krijgt het boek, een kans en gaai ue hudden hceft de schrijver zijn moeite tegemoet, maar wanneer zt) net niu nins toeziende uitgever nog slechts eu tijd voor niets gegeven en kana .)ubliek, op „de stem van het volk", hopen op een andere reactie van ,itera|re goden aantrekt en met graagte die zich soms weinig van het ooru er zich dan weinig aan of de lite. koopt en leest wat het mooi ken of omlaag gehouden heeft en daarmee raire Nero zijn duim omhoog g menigmaal voorgekomen, dat wat lite- over leven of dood besliste en zo r£ekg herdl.ukken kreeg, welke dui- rair gewogen en te licht j>®v°". waarderen van een roman allereerst zijn cigen delijk bewezen, dat men bij het waarderen va oordeel wil laten gelden. CR IS EEN TIJD geweest, dat ont- spanningslectuur in het literaire samp als liet helemaal volwaardig be schouwd werd als een vluchtig niemen dalletje, dat men op een warme zomer dag in een badstoel op het strand ter hand neemt en even later achteloos in het zand laat vallen. Onbegrijpelijk was dat niet, want het is duidelijk, dat onder deze naam heel wat wordt uitgegeven, dat de toets der critiek niet doorstaan kan. Er is op dit gebied te véél geliefhebberd, er is voornamelijk op het gebied der detec tive-verhalen een massaproductie geconstateerd van boekjes met slappe kaften vol bloed en moorden, welke voornamelijk door de rijpere jeugd in grote hoeveelheden verslonden wer den. En wat daarnaast vaak onder de naam ontspanningslectuur is versche nen was vaak waardeloze rommel, haastig geschreven en met veel tam tam verkocht, met het uitsluitende doel een op winst speculerende uitge ver een voordelig handeltje te bezor gen. Zo was het vroeger en zo is het nog en dat alles heeft er toe meege werkt, dat onze ontspanningslectuur lange tijd het cachet van een zekere onvolwaardigheid heeft gedragen. UET IS ZEKER twintig jaar of misschien nog langer geleden en het grote warenhuis, waar ik het boek kocht, be staat niet meer. Een laaiende vuurzee haalde de winkel aan de gracht neer. Tot vandaag toe is er geen ander gebouw verrezen. De zwartgebla kerde fundamenten lig gen er nóg en zijn met mos begroeid. Toch her inner ik mij nog als de dag van gisteren, hoe ik met wat voor mijn ver jaardag gekregen geld van een buurvrouw en een vriendelijke tante via de zoevende glazen deur de winkel binnen stapte. Ik liep over de krakende, doorbuigende planken vloer en vrees de een moment, dat de trilling er van een stuk serviesgoed zou doen glijden van een der hoog- torenende stellages aan beide kanten van het „pad". Voor mijn ogen zag ik ai de gruwelijke ruïne van kapotte wijn glazen en in scherven liggende sauskommen... Doch het geluk was die Woensdagmiddag blijk baar met me! Ik liep de trap op naar de speel goedafdeling met de gro te teddyberen, de rood geschilderde hijskranen en brandweerauto's, de domkijkende poppen, die (gelukkig!) konden sla pen. Ten slotte stond ik voor het vak met de boeken. De verkoopsters in hun zwarte jurken met de onontbeerlijke witte kraagjes keken naar me. Ik voelde hun ogen in mijn rug. Ik voelde mij ook wel een beetje groot. Waarom ook niet als je net tien jaar bent en je mag in je eentje met zeven kwartjes in je zak iets gaan kopen? Je mag zelf beslissen.... Ik maakte mijn keuze. Ik kocht voor de eerste maal zelf een boek! f)AT boek heette „Het Jongenshuis". Géén bijzonder aantrekkelijke titel voor een tienjarige knaap, die 's avonds graag met zijn vrienden „ruitje-tik" speelt en er plezier in heeft als de deftige dame van de over kant, die altijd in het schemeruur pianospeelt, voor de zoveelste maal rood aanloopt en kwaad van haar kruk springt als opnieuw zo'n plagen de roffel over haar raam springt. „Het spookhuis in het bos" zou hem meer hebben moeten lijken. Of waar om greep hij, die zovele vrije uurtjes zwierf langs de haven met de grijsge schilderde slanke torpedojagers, de ranke sloepen met de roeiende Jan nen, de witte meeuwen en de geheim zinnige duikboten, niet naar „Het le ven van Piet Hein?" De naam van de schrijver van het boek stond op de „kaft" gedrukt: „A. C. C. de Vletter" maar daar lette ik toen niet op. Het plaatje van dat nette jochie met die keurig gekamde haren, dat op een boomtak zat te lezen, dat ook op de omslag stond, trof me even min bijster diep. Misschien' kocht ik „Het Jongenshuis" wel omdat Piet Hein en Het Spookhuis méér kosten dan zeven kwartjes en ik „Toen Dik Trom een jongen was" al eens gelezen had. Och, het zal toen wel net zo ge weest zijn als het nu nog is: Op een bepaald moment weet je soms niet waarom je het ene doet en iets an ders nalaat Koude pannekoeken £K ZIJN NIET zo geweldig veel men sen, die een verhaal kunnen schrij ven, dat werkelijk aansluit bij het fan tasieleven van een kind. Die je op tien- of twaalfjarige leeftijd zo weten te vangen, dat je de pannekoeken op tafel koud laat worden of de jongens die een fijn spel willen gaan spelen, vergeefs voor de deur laat fluiten.... W. G. v. d. Hulst behoort tot hen. Misschien kent ge zijn verhaal van Willem Wijcherts, Schele Ebben en de Spanjaarden of dat van die arme Pecrke, die met zijn oude grootvader uit het gebombardeerde Antwerpen naar Holland moest vluchten De Vletter kon ook schrijven voor kinderen. Hij wist, dat het niet al.ijd goed en lief en dapper behoefde te zijn, wat hij vertelde. H(j wist, dat de zich van het leven langzaam bewust wordende mens wer kelijk wel eens gesteld mocht worden tegenover de diepte van het leed. Maar het moet waar zijn, het moet echt blijven en tenslotte moet de zon weer gaan schijnen. De kinderschrij ver mag van zijn jeugdige lezer zeker geen teleurgesteld of levensschuw wezentje maken! De Vletter kende dat geheim en daarom kwam het, dat ik zijn „Jongenshuis" zeker in rafels zou hebben gelezen als de band niet zo stevig was geweest. Twee wezen J-JIJ wist wat hij schreef, toen hij ging vertellen van de jonge prins Fre- derik, die geen ouders meer had en woonde bij zijn oude tante, de Gravin op het landgoed. Het verhaal van Freddy pakt je al bij de eerste blad zijden en het sleept je mee. Freddy, die zwervend door het park in ge sprek kwam met de tienjarige Willem Stein, die aan de andere kant van het gras lag. Willem Stein was geen prins, maar een „verschoppeling". Ook zijn ouders leefden niet meer. De oom. waarbij hij nu inwoonde, had die mid dag Willems lieve hond doodgemaakt. Willem had zijn oom toen een klap met een fles gegeven en was daarna gevlucht. De knapen sloten vriend schap. Wim mocht op voorspraak van meneer Casper. Freddy's gouverneur, op het landgoed blijven. Samen kre gen ze nu les. Na enkele jaren kwam het afscheid. De Koning stierf en had geen zoons. Freddy meest zijn otaat« innemen en ging naar het Paleis." Wil lem mocht verder leren. Vijf jaar gaan voorbij.... De Ko ning was getrouwd. Willem werd in genieur en werkte aan een belangrij ke ontdekking. Op zekere dag was Wim Stein in de hoofdstad. Het ko ninklijke rijtuig reed voorbij en op dat moment ontmoetten de ogen van de beide jeugdvrienden elkaar. Hechte vriendschapsbanden werden weer aangeknoopt. Doch toen kwam het leed. Op het moment dat Willem Stein zijn ontdekking hoopte te doen, sloeg de electrische stroom zijn ogen blind. De Koning bood hem een paai kamers in zijn paleis aan. Samen pak ten zij een grote taak aan door zich bijzonder in te spannen voor het wei nig bezittende stadskind. Er kwam een prachtige openbare kinderspeel plaats. De Koning liet het Jongenshuls bouwen met een fijne bibliotheek, een gymnastiekzaal en een grote feest zaal. Hij zelf en zijn blinde vriend woonden het luisterrijke, blijde ope ningsfeest bij. Kort daarna trof het land een zware slag. Bij een rit door het park viel Koning Frederik van zijn paard en verongelukteDui zenden jonge vrienden van de Koning liepen mee in de stoet toen hij zijn laatste reis aanvaardde. En Willem Stein bleef op het Paleis wonen om lief te zijn voor de kleine Freddy, weer „het prinsje", de zoon van zijn grote Vriendi Wat een werelden wist De Vletter met zijn verhaal voor mij tot leven te wekken. Zijn woordkeus was een voudig, zijn boek greep je aan en je fantasie, erdoor aan het werk gezet, weefde om die door hem opgeroepen wereld van de Prins en het arme jochie, de Koning en de blinde Stein, nog vele andere werelden heen Je werd ouder. Er kwamen andere boeken. De leraar wees je op Den Doolaard en je genoot van zijn ruige vertelsels in „De herberg met het hoefijzer", later weer van de prachtige roman van Albert Helman, waarin hij schrijft over „De Stille Plantage" en die verre, onwaarschijnlijke sfeer van het tropische oerwoud, de in hun slaaphok neerhurkende negers en ne gerinnen Poëzie Je zag Parijs, verlangde naar Parijs terug, maar het werd oorlog en je moest thuis blijven. Toen was daas gelukkig weer een boek: Van Moer- kenkens „Demonise Eiland", waarin je met Floris Merel en Frangoise Nor mand toch mocht zwerven over het Ile de la Cité door het bloesemende Luxembourg en van de hoge Pont Neuf mocht kijken naar het zonlicht op het Seinewater Je werd nog ouder en hei leven grilliger met hogere toppen van vreugde, met diepere valleien van ver driet. Dan kwam er soms een moment, dat je met de dichter Bloem kon zeg gen: Er was in 't leven niet veel te winnen. Het deert mij niet meer. Heen Is elk verweerIn alleen zijn is nu rust te vinden. En dan: 't Had zoveel erger kunnen zijn. Soms zegt iemand wel eens: Dit boek is mij het liefste. Als ik ergens heen moest reizen en alles achter la ten, zou ik deze bundel gedichten of die drie romans meenemen. Het zou mij genoeg zijn. Ik geloof, dat men In de verschil lende perioden van zijn leven telkens naar een ander daarop afgestemd boek, of soms slechts een regel van enkele woorden, zal grijpen. Al blij ven dan al die boeken bewaard, om dat ze bij je behoren, alleen bjj jou. Zoals De Vletters „Jongenshuls", ver geeld en beduimeld nu staat op de zelfde plank met Den Doolaard, Al- bert Helman, Van Moerkerken, Stefan Foot, Verlaine en Michel van der Plas. Levens, werelden, vtuchtóge mo menten. Hoe lief zijn ze mij! Het meest beminde bock... Welk zat het mogen zijn? W. K. ALS MEN DE MEESTE schrijvers zo hoort don mtt eti, t* onderste uit de kan hebben en bijkans elke uitaever T ,rll9eVfr altiJd hct dezelfde mening toegedaan. De waarheid is natuurlijk dat de ïsf \etre{t de ander kan en vice versa, en dan mag men elnheJlL l eel}.vlet buiten ren. Dat is zo de gewoonte 0p dit ondermaanse Om te h e r kanke- werkelijk niet zs>'n vaart loopt drukken we hie'rhii e^t be™JJzen dat het op u de schrijver Du Perron.de dichlTr Bloem en de Jüeï, ,0tSta? waar' derlijk vereend ziel °eVer Stols br°e- rR KOMT DAARIN een kentering in zoverre dat men het goede van het slechte gaat scheiden. Er zijn uitgevers van zogenaamd serieuse boeken, die gaarne bereid blijken een goed manus cript op het gebied van ontspannings lectuur te brengen en de massa-lectuur van aan de lopende band geschreven cowboy-, detective en andere soort- gelijke lectuur aan de zich daarin spe cialiserende uitgevers overlaten. Een advertentie, enkele weken gele. den opgenomen in een onzer grote weekbladen, waarin voor „vast werk" schrijvers van detective-verhalen van 60 tot 70 pagina's gevraagd werden, geeft duidelijk aan, at hier geen lite raire maatstaf wordt aangelegd, maar massaproductie van een bepaalde liefst door bloed gekleurde leesstof de enige bedoeling geweest Is. 1MAAR TOCH, we zeiden het reeds, komt er een kentering, hoewel het aantal te goeder naam bekend staande uitgevers van ontspanningslectuur in ons tand nog veel te klein is. In het buitenland is men, wat dat be treft, een stapje verder. Daar staart men zich in de schone letteren niet blind meer op de uiteenrafeling van zielsconflicten, maar heeft men ook een open oog voor de lectuur, die ook an deren kan bekoren. Amerika en En geland men denke bijvoorbeeld aan de grote serie detective-romans van Agatha Christie brengen op ont- spanningsgebied boeken, die een enor me lezerskring hebben gevonden. Deze detective-stories gelden als het beste in hun genre en zij worden ook in ons land met graagte gelezen. Zij hebben vele onzer landgenoten tot navolging geprikkeld en deze zijn daarbij zo on der de indruk van het buitenlandse werk gekomen, dat Hollandse auteurs met literair bekende namen detective verhalen schrijven, die in Amerika, Engeland of Frankrijk spelen en waar in alle personen dan ook vreemde na men dragen. Men krijgt daardoor on willekeurig de indruk, dat deze boe ken vertaald zijn en men mag zich met verwondering afvragen, waarom men hetzelfde verhaal niet in ons land met goede vaderlandse figuren laat spelen. Het aantal Nederlandse auteurs, dat dit wel gedaan heeft, is betrekkelijk zeer klein gebleven. MAAST HET detective-verhaal wil len we de avonturen-roman noe men. Ook deze behoort over het al gemeen tot de ontspanningslectuur en ook hier zit er heel wat kaf tussen net koren. Een heel goede avonturen-romsn vereist grote concentratie en vaak meer fantasie dan bij het schrijven van vele andere manuscripten het geval Is. Wie zich daaraan waagt, moet vóór hij be gint, de grote lijnen hebben uitgestip peld. Hij moet precies weten welke ge beurtenissen elkaar moeten opvolgen en met welk liefst verrassend slot zijn boek zal moeten eindigen. Hij moet, evenals de toneelschrijver, zorgen, dat er spanning blijft en dat er een zekere climax bereikt wordt. Hij moet zijn personen met zorg kie zen en typeren, aandacht schenken aan de milieuschildering en de dialo gen beschaafd, levendig en boeiend mi- ken. Voor wie gewend is de pen te han teren is het maken van een dergelijk boek niet zozeer een kwestie van schrij ven dan van fantaseren en of hij In die fantasie gelukkig of ongelukkig zal zijn, hangt af van allerlei factoren, die hij van te voren niet altijd kan bekij ken. JTR ZIJN in ons land inderdaad nog te weinig uitgevers van goede ontspan ningslectuur, er is nog te veel vrees bij velen om hun „ernstige" boeken te laten doorkruisen door werken van het zogenaamde lichtere genre. Maar wie in uitleenbibliotheken achter de scher men kan kijken ziet wel, dat goede ontspanningsboeken vrijwel altijd „uit" zijn, dat zij spoediger dan andere „kapotgelezen" zijn en vervangen moe ten worden. Dat wijst er op, dat er Inderdaad be hoefte aan deze lectuur Is en een uil- gever, die in dit genre het goede van het slechte weet te schelden, zal zeker tot do conclusie komen, dat er op dit, nog voor een groot deel braakliggende terrein, grote mogelijkheden voor de toekomst liggen. TJ. A. In „DE ZOON VAN BRONSMER" (Salamanderreeks) heeft Arnold Clerx net minderwaardigheidscomplex gete kend van de Indo-Europeaan, die voort leeft op de door zijn Hollandse vader verworven rijkdommen, ln materieel opzicht de Europese kolonie in Batavia ver de baas Is en desondanks niet door neze samenleving wordt opgenomen. enkele pogingen daartoe stuiten af P zijn steeds groeiende argwaan, die nem eerst ontvalt als hij temidden van waarnnenu»"e.zen de P1™*»" bestiert, waarop h« ln werkelijkheid de zoon oude Bronsmer kan zijn. Een mw n,et al te h""g grijpt. Men dient het vooral te zten ln het beeld van het vooroorlogse Indië. wiTre!LH!F b°EKJE „Sneeuw", ge- vïriiiv r de vlieger-auteur A. dries RHfJ*! de ui,geverU An ti ruk wh h Amsterdam een derde lezen Z-L f ben het mpt P'ezier her- verten 3t V'r"'v hf.ft voor de z-n vo„;nh^end ,s met cpn gioW

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 12