-SPORT EN CHARME
r
Zelfsiandig kunnende werken
EERSTE KLAS-DOCHTERTJES
Licht is I
even
A ee" de,Mt u»
De Franse wijn in
's lands archief
Nieuwe charmante kapsels
SASKIA
Nieis meer om aan
te trekken
WERK IN DE KEUKEN BEHOEFT
NIET VERMOEIEND TE ZIJN
A ons het donker Mt
Practische vragen (met
antwoord inbegrepen)
I
ZATERDAG 24 JANUARI 1953
ondervinden wU weer eens hoe
n.etnl T MU Iün- "S ®-
n,et konden verlichten. pas als
het euvel ls hersteld en aile |ampe„
weer aangloeien 1, het huis weer ge-
selllj bewoonbaar. Werkelijk er is
bijna niet Iets te bedenken dat er zo
tan meewerkt ons huis gezellig be
woonbaar te maken dan stijlvol licht.
Een huls. waar te weinig zon komt,
heeft een verkeerde invloed op ons
karakter. Het maakt een mens verdrie
tig en ontevreden. Weinig zon of slecht
Ucht werkt op het humeur en on Ce
gezondheid In. Slecht licht Is tevens
«eer nadelig voor de ogen. Evenzo is het
tegenovergestelde waar. Een heldere
dag maakt blU- Zij geeft de mens nieu
we moed. De zon. die een sterke bron
van llent h, geeft levenskracht. Zo
ook *emt een goed verlicht vertrek
feestelijk, terwijl men in een half-duis-
tere kamer prikkelbaar en snel ver
moeid wordt
Daarom moeten wij, zodra men ver
plicht is met kunstlicht te werken, het
daglicht of zo U liever wilt, het zon
licht zoveel mogelijk benaderen.
Terwijl U deze zomer aan het strand
of gedurende de zomerwandelingen bij
zonder kwiek en fit was. voelt U zich
nu, zonder lichamelijk ongesteld te
zijn, toch lusteloos en zoi^ler veer
kracht. Geen wonder! U ziet waar
schijnlijk over het hoofd, dat U tóén
in een zee van licht liep en nü in een
kamer leeft, die waarschijnlijk onvol
doende is verlicht
„Hoeveel licht ls er dan nodig?" zult
U waarschijnlijk vragen. Natuur
lijk behoeft U niet voor elk werkje
evenveel electriciteit aan te wenden.
Bij ruw huishoudelijk werk kunt U
met minder licht volstaan dan bijvoor
beeld bij stopwerk of lezen. Deze laat
ste bezigheden vragen wel twaalf maal
zoveel licht als het eerste.
Goed, wij kunnen niet met een ta
belletje in onze hand door het huis
gaan om telkens bij een of ander kar
weitje af te lezen hoeveel lichtsterkte
wij hier of daar moeten gebruiken.
Wel kunnen wij er een speciaal lees-
en werkhoekje op nahouden met een
juiste verlichting, waar wij plezierig
fijne werkjes doen zonder onze ogen te
bederven. Het allermooiste zou zijn, als
wij dié verlichting zouden kunnen be
reiken, die er op een mooie zomerdag
in de schaduw van een boom is. De
volle zomerzon ls dikwijls te fel, maar
gezeefd licht is ideaal. Het is echter nog
vier maal sterker dan het licht dat op
uw werk valt als U voor het raam zit
te werken, waarmede ik maar wjI zeg
gen dat U zelfs daar al gauw te weinig
licht krijgt.
Hulsvrouwen met lichttabellen in hun
zak zijn met de beste lantaarn waar
schijnlijk nog niet te vinden. Zulke ma
nieren zijn ons te theoretisch. Maar wel
kunnen wij eens een keertje de huis
verlichting extra onder de loupe nemen.
Wij kunnen met of zonder lichtinstal-
lateur alle lampen nazien en schoon
maken. Verder de kappen reinigen en
vooral controleren of de verlichting
nog wel doelmatig is. Hierbij moeten
wij een critisch oog hebben voor de
juiste lamp in de juiste kap en deze
moet weer opgehangen zijn op de juiste
plaats.
Wij kunnen meer doen. Wij kunnen bij
iedere nieuwe aanschaffing partij trek
ken van de „lichtwetenschap" die zich
de laatste tijd heeft ontwikkeld. Waar
lijk, dit alles is een kleine moeite van
onze kant. De belangrijke zaak, de
goede toestand van de ogen van ons
gezin, is ons zelfs meer waard.
Gij kunt ook bij de N.V. Philips'
Verkoop-Maatschappij te Eindhoven,
het boekje „Het goed verlichte huis"
aanvragen. Het boekje wordt U gratis
toegezonden. Daarin leest U geen saaie
en onverteerbare theorie, maar U wan
delt, al lezend, door een gezellig huis.
terwijl U allerlei verlichtingen be
kijkt. U ontdek* ongekende mogelijk
heden op verlichtingsgebied. Als U het
uit hebt, neemt U een kloek be
sluit Straks als de schoonmaak be
gint, zult U niet alleen naar de plinten
en deurposten kijken, de bedden luch
ten en de dekens wassen, maar uw aan
dacht zal tevens gespitst zijn op iets
dat waarschijnlijk nog veel belangrijker
is voor uw huisgenoten, namelijk op
„GOED LICHT"
„Waarom goed licht?" Op die vraag
weet U nu —het antwoord. „Licht is
leven." PETRA
VAN EIND APRIL AF zal de Franse
wijn voor een tentoonstelling wor
den opgeborgen In 's lands archief, dat
wil zeggen in de hotel De Rohan te
Parijs. Genoemde tentoonstelling zal
heten: „De wijn in de geschiedenis van
Frankrijk" en zij zal een beeld geven
van alles wat verband houdt met de
„drie koningen": de Champagne, de
Bourgogne en de Bordeaux-wijnen.
Beneden zal de oudheid in herinne
ring worden gebracht. Men zal er kun
nen zien, hoe de kooplieden uit Grie
kenland en Campania de wijn pe' boo
kwamen afleveren in Gallie, dat toen
nog niet de kunst verstond zelf wijn
te verbouwen. Hierna komt de periode
dat Gallië, dank zij Rome, wijnbouw
ging uitoefenen. j
Van de wijnen, die in de oud-Franse
verzen en heldendichten worden be
zongen, komt men bij die van de ze
tlende eeuw en men bemerkt dan n
de glorie van de Champagne dateert
uil de zestiende eeuw. Oude Prente
kaarten illustreren de wijnbouw v
het oude Frankrijk. Tenslotte is er een
derde afdeling gewijd aan de moderne
tijd, waarvan het grootste deel d
statistische en technische document
wordt Ingenomen, het komen
spooi trein, de crisis veroorzaakt door
de druifluis, enz.
wer?,en ,met eren eerste en een tweede prijs bekroond
p een kapconcours in Hamburg. Het linkse kapsel wordt het egelkapsel
genoemd. Men zegt, dat het zeer populair gaat worden.
70 AF EN TOE wenst Saskia uit de
grond van haar hart, dat zij gebo
ren was met het beroemde Masqué de
Fer uit de Franse historie, of op zijn
Hollctids: met een stalen gezicht.
Want immers: wie wekelijks in een
krant haar in- en uitvallen te boek
stelt moet rekenen op de zonderling
ste ervaringen.
Zo overkwam mij onlangs Iets heel
vermakelijks, toen ik op jacht was naar
nieuwe kopjes. Ik had namelijk dik ge
noeg van mijn bloemetjespatroon, en
bovendien had ik pas een nieuwe thee
muts gefabriceerd. Grijs ribfluweel, op
gefleurd met een zwairt bandje vol
rode en witte hartjes. Een theemuts om
aan je hart te drukken, en dat voor
twee gulden plus twee dubbeltjes. Zui
nigheid met vlijt u weet het nog
wel van uw grootmoeder.
Goed: zo'n theemuts is een aardig
begin, maar daar blijft het niet bij.
Een man kan zich dxt zo niet inden
ken, maar elke vrouw begrijpt dadelijk
dat er nu noodzakelijk een nieuwe hof-
door
stoet van suikerpot, melkkan en kopjes
wordt verwacht. Rood of wit, desnoods
om en om maar in elk geval een
kwestie van wikken en speuren.
Eigenlijk heb je in zo'n geval de
kleur en de vorm al in het hoofd, en
je weet ook precies waar je ze hebt
gezien. Maar de hele aardigheid zou
eraf zijn als je nu meteen spoorslags
naar die speciale winkel draafde. Nee,
je laat je eerst achter diverse toonban
ken het nieuwste genre tonen: borst
plaat-kleurtjes met en zonder gouden
biesje: om dan te besluiten dat je toch
wel noodgedwongen die véél duurdere
wijnrode beeldigheden hebben moet.
Voor deze keer dan en laten er nu
een geestig suikerpotje en een hups
melkkannetje in dezelfde kleur bij ver
schijnen. Alles uitgestald op een flu
welen lap: je gaat er bij zitten en zucht
omdat het zo heerlijk, zo warm en zo
duur is. Maar alla zolang de bazin
zelf het servies omwast heeft zij de
levensduur van dit verrukkelijke aar
dewerk immers zelf in de hand.
CN dén, in datzelfde ogenblik van
*-* weifelende stilte, zegt de stem van
een andere koopster achter mij: „Dat
zou iets voor Saskia wezen". Het kan
niet geen mogelijkheid iets met dit ser
vies te maken hebben. Dan moet het
zonder mankeren slatin op het onder
werp van gesprek, dat twee dames ach
ter mijn rug met de eigenaar voeren,
terwijl zijn vrouw de breekbare waar
voor mij uitstalt.
Ik druk snel het meergenoemde sta
len gezicht op mijn pa6 ontloken glim
lach, en treuzel wat om met mijn keu
ze tot de twee klanten de winkeldeur
hebben dichtgetrokken.
Mevrouw pakt mijn aanwinst in
vloeipapier, en mijnheer hangt een pas
ingelijste tekening weer aan de wand.
Ik keer mij om en vraag hem onver
hoeds: „Mag ik misschien weten wat
iets voor Saskia zou wezen?" Mevrouw
informeert, of ik dat geheimzinnige
wezen soms ken? En als ik dan verze
ker: „Als mijn eigen zak" tuimelen
wij met animo in een gesprek dat ik
u, belangstellende lezeressen, vooral
niet onthouden wil.
Want het onthult een typisch en wer
kelijk verontrustend tijdsverschijnsel,
en geeft ons even een flits te zien van
dat leven, dat wij maar alleen van de
mooie buitenkant kennen: De vrouw
achter de toonbank.
Hier zit ik nu, in een kleine, intieme,
goed gesorteerde kunsthandel, met
twee werkelijke artisten in hun vak,
die zich nolens volens moeten dóód-
werken. Begrijp me goed: Niet van
wege de hoge aanslagbiljetten en an
dere lasten, al drukken die natuurlijk
zwaar op het bedrijf. Ook niet van
wege de ongunst der tijden, waarin
werkelijk goede wandversiering en
eerste klas vakwerk van koperslager,
houtsnijder en zo voort niet meer wor
den gekocht.
Neen tot mijn grote vreugde ble
ken er nog liefhebbers genoeg voor
werkelijke goede schilderijen, aquarel
len of tekeningen, voor met de hand
gesneden cassettes of gedreven koper.
Maar Mijnheer moet alles alléén
doen. Zowel de passende omlijsting
zoeken, zelf encadreren, verkopen in de
zaak, inpakken en met de auto erop
uitgaan, als de kachel aanleggen, de
etalage inrichten, de administratie voe
ren en inkopen.
Want wat en wie hij ook geprobeerd
heeft: er is geen jongmens met han
digheid, smaak en artisticiteit te vin
den die zich in dit vak wil laten op
leiden en al lerende zich in deze bran
che bekwamen tot vakman.
En Mevrouw, die zich bezig houdt
met het aardewerk, de snuisterijen, net
allerliefst beschilderde houtsnijwerk
en wat dies meer zij?
Zij staat meestentijds achter de toon
bank, ziet er altijd keurig en fleurig
PEN Haagse jongedochter had dezer
dagen pech, 20 zelfs, dat ze nu met
het volste reent tegen haar ouders en
haar vriendinnen kan zeggen: „Ik heb
niets om aan te trekken'. Ze had
's morgens nauwelijks haar tenen in
haar muiltjes gestoken, of ze had reeds
een dampende sigaret tussen de lip
pen. Aldus gewapend ging ze op expe
ditie in ha ar kleerkast, teneinde te be
palen, in welk gewaad ze deze dag
haar patroon en diens klanten tegen
zou treden. De grote moeilijkheid van
een keus werd haar vooralsnog be
spaard. Want er viel tijdens de speur
tocht een vonk In de gewaden, als ge
volg waarvan in een minimum van tijd
de gehele garderobe een vuurzee was.
De brandweer wist te voorkomen, dar
de gehele kamer een prooi der vlam
men werd.
(Advertentie Ing Med.i
TEN HOLLANDSE WINTER is
eigenlijk pas je ware, als je
naar hartelust kunt schaatsen of
sleeën. Met de wind om de oren
en een blos op het gezicht, kan
de make up verre worden gehou
den. Evenals voor zwemmen en
tennis, zal men ook een speciale
kleding dienen aan te schaffen
voor de wintersporten.
Een heerlijke, warmte gevende
wollen pantalon met sportkas,
wijde pijpen of een schaatsbroek
met nauwaansluitende pijpen en
afsluitende enkelstukken, is stel
lig geen overbodige luxe. Een
windjack, dat waterdicht dient te
zijn, behoedt de draagster tegen
koude. Sinds jaren is er ook een
voorliefde voor de luxueuze
Lappenlaarsjes, bij ons bekend
onder de naam van sneeuwschoe-
nen. Met bont gevoerd, zijn zij
verkrijgbaar in leer en suède;
meestal hebben zij een crêpe-zool.
De mode-ontwerpers zouden
slechte zakenlieden zijn, als zij
hun gedachten niet in daden om
zetten en speciale modellen ont
wierpen. Zo ook Marcel Pepin.
Hij maakte een ski-tenue volgens
bijgaande afbeelding. Het mate
riaal van de tweekleurige trui is
koordwol, op machinale wijze fijn
gebreid. De voorpanden zijn in
donker- en de mouwen en boord
in lichtblauwe kleur gehouden.
Op de schouders een knoopgarne-
ring in lichtblauw. Natuurlijk kan
men na het schaatsen of welke
wintersport ook, op de donker
blauwe, strak aangesloten panta
lon, welke aan de taille elastische
inrimpelingen vertoont, truien en
blouses naar eigen keuze dragen.
Over blouses gesproken. De
richards onder ons, die in het
buitenland de wintersport gaan
beoefenen dienen echter, indien
zij in een of ander Gasthaus
onderdak hebben gevonden wel
iets meer dan alleen sportkleding
mede te nemen. Blouses en rok
ken zijn in dit verband een idea
le dracht daar velerlei variatie
mogelijk is. Henry k la Pensée,
vervaardigde een middag- en
avondblouse, beide in wit.
De eerste is geschikt voor de
slanke vrouw en heeft, gelijk de
sportjumper, een vleermuismouw
welke ook dit jaar op de prefe
rentie-lijst staat.
Het hoge, opstaande kraagje ls
tevens het einde van de lange
knopenrij. De zeer brede ceintuur
heeft een originele sluiting en
draagt als gesp het wapen van de
geboortestad der eigenaresse. Ook
monogrammen en familiewapens
worden er in verwerkt. Drie
kwart-mouwen hebben een man
chet, welke geborduurd werd.
De andere blouse is een avond
model met een royale, platliggen
de reverskraag. De mouwen ver
tonen een brede vleugelmanchet.
uit, bedisselt tussen de bedrijven door
haar huishouding, kookt en wast af.
houdt de winkel schoon en is vaak
eveneens tot middernacht in touw
omdat ook zij geen enkele vertrouwde,
toegewijde, zelfstandige hulp kan krij
gen. Voor spelletjes of wandelingetjes
met de kleine zoon heeft zij nóóit tijd;
het is altijd de zaak en nog eens de
zaak die haar in beslag neemt.
En hoe ruim het loon ook is, dat zij
betalen wil; hoe royaal haar condities
en hoezeer zij ook snakt naar rust en
orde achter haar rug; zij moet blijven
voortjakkeren op twee werkterreinen
tegelijk.
Omdat nergens, nergens het aardige,
ijverige, betrouwbare meisje te vinden
is dat zegt: Blijft u maar rustig vóór,
Mevrouw. Ik knap dat hier in de keu
ken en de kamers wel op, en het
jochie kan wel om mij heen spelen.
Begrijpt u het? Ik wel en het gaat
mij aan het hart. SASKIA.
ALS MAMA in de opruiming aan het
snuffelen is, komt ze vast wel met
zo'n voordelig couponnetje thuis, waar
net een aardig jurkje uit kan voor
dochterlief van zes a zeven jaar Des
noods met behulp van een ander lapje,
dat er mooi bij kleurt. En nu zoekt ze
nog een geschikt patroontje.
Wel mamaatje, dat treft. Hier is een
leuk modelletje, zowel voor één als
voor tweeërlei stof. Van één stof vraagt
het ca 2 m van 80 of 1.30 m van 140 cm
breed.
u begint met de schouderpasjes van
het patroon los te knippen. Bij het
voorpasje vouwt u het beleg naar bin
nen en brengt de knoopsluitmg aan. De
rugbaan wordt van boven ingerimpeld,
waarna u de pasjes op de respectieve
lijke banen stikt. Zij- en schouderna
den sluiten. De onderkant van de mouw
wordt van een splitje voorzien en in
gerimpeld tussen een 3 cm breed boord
je van dubbele stof genaaid. U maakt
dit op polswijdte met een overslagje
voor de knoopsluiting. De mouw wordt
naad op naad vallend ingezet. De hals-
rand naait u tussen de dubbele stof van
het kraagje. Wilt u een wit kraagje,
dan werkt u halsrand en kraag ieder
met een schuin reepje stof af, zodat u
de laatste gemakkelijk met handsteken
kunt bevestigen.
In de taille van de voorbaan maakt
ff *6 3* 3¥. O /O.
u twee plooitjes, waarin de 3 cm bredp
ceintuureinden meegestikt worden. U
kunt deze op de rug met een knoop of
gespje sluiten of strikken. In het eerste
geval maakt u ze ca 35 cm lang, in het
tweede 85 cm. Vanzelfsprekend kan er
ook een losse ceintuur omheen gedra
gen worden.
Bij effen stof is het wel leuk, het
pasje met borduurwerk te versieren U
kunt dan de sluiting van voren laten
vervallen en aan de rugpas een over
slag en beleg aanknippen. Het staat
ook heel goed, als u alleen het pasje
van afstekende stof maakt.
Wedden, dat de jongedames trots zul
len zijn op mama's naaikunst?
OF HET WERKEN in de keuken een
vermoeiende last is of een genoegen,
hangt voor een groot deel van de in
richting van de keuken en van de kook-
gewoonten van de huisvrouw af. Met
weinig moeite en kosten kan iedereen
zich het toebereiden van de dagelijkse
maaltijden gemakkelijk maken. Een
middel daartoe is om de hier volgende
vragen eens voor uzelf na te gaan en te
bedenken of U ze volmondig met „ja"
kunt beantwoorden.
Bekijkt u uw keuxen wel eens zoals
een vreemde dit zou doen en gaat u
dan zo nodig en zo mogelijk aan het
verschuiven en veranderen?
Staan bijv. comfoor of fornuis, werk
tafel of aanrecht en gootsteen vlak by
elkaar, zodat u maar weinig hoeft te
lopen?
Hebt u het gereedschap dat u gere
geld nodig hebt vlak bij de hand, daar
waar u het gebruikt dus pannen, pol
lepels en zoutpot bij het fornuis, kom
men, schalen en messen in de buurt
van werktafel of aanrecht?
Bevinden deze zaken zich op een ge
makkelijke hoogte, zodat u niet telkens
behoeft te bukken of op uw tenen moet
gaan staan of steeds over een brede
tafel heen moet reiken?
Misschien kan de plank waarop uw
pannen e.d. staan zonder veel kosten
wat lager geplaatst worden of kunt u
uw kast practischer inrichten.
Staan alle voorwerpen, die u alleen
at en toe gebruikt achteraan en bergt
u seizoenartikelen, zoals snijbonenmo-
len. appelboor, borstplaatvórmen en
-essences, inmaakbenodigdheden e.d. na
hun gebruikstijd zonodig ingepakt
een goed eind uit de buurt op (en
schrijft u op deze pakjes, wat er in
zit?).
Kan men aan de buitenkant zien, wat
ei werkelijk in de blikken en ste
nen potjes in uw keuken zit, zodat ook
een vreemde zich daar zonodig zal kun
nen redden?
Zijn er een paar tussenschotjes Ir
uw keukenla, zodat messen, vorken,
lepels, schuimspaan en blikopener niet
kris kras door eikaar, maar gemakke
lijk voor het grijpen liggen?
Hebt u voldoende licht in de keuken?
Schermen de gordijntjes niet teveel
van het daglicht af, is de lamo sterk
genoeg, hangt ze voldoende laag en
goed boven de plaats, waar U werkt?
Zoudt u niet veel nut hebben van een
„pottenkijker" een lampje boven for
nuis of komfoor?
Is de keukentafel wel van een zo
danige hoogte dat u er makkelijk aan
werkt? Wat denkt u anders van een
paar klossen onder de poten of een
stukje van de poten af? (U zit toch
wel tijdens het groente schoonmaken
en aardappelen schillen?)
Zijn de planken in Uw keuken be
legd met papier, of nog liever met zeil
of plastic, zodat in het hout zelf geen
vet- of andere vlekken komen?
Beperkt u de tijd die voor de afwas
nodig is, door schuimspaan, etensstam-
p«r vergiet e.d. dadelijk na 't gebruik
even af te spoelen, door voor het koken
van groente- of vissaus dezelfde pan te
gebruiken als voor de groente of vis
(en intussen de gare groenten in de
dekschaal of kom warm te houden) en
door groente en fruit op een papier
schoon te maken en te snijden?
Gaat uw gereedschap lang mee, om
dat u zelden of nooit iets laat aanbran
den en ingeval van een ongelukje de
panbodem liever weekt en schoon
kookt, dan hem afkrabt of schuurt met
scherpe materialen?
natuurlijk geen metalen
lepels flink op de rand van de pannen
aln-i zet v "y ema'1,e pannen onmid
dellijk na het koken een laagje lauw of
warm water inplaats van er een üs-
s!raal 'n te laten lopen?
Gebruikt u voor het openen van blik-
Jss en klemmende deksels een blik
opener en niet uw goede mesjes en
spaart u deze laatste ook door op een
plank en niet op een stenen bord of
aanrecht te snijden?
Veel tijd en moeite kan een hnisvrouw
zich op de duur besparen door te bezin
nen voor ze begint en het werk dat
uedaan moet, tevoren practisch in te
delen. En lest best: 11 zult eens zien
hoeveel plezieriger en vlotter U werkt,
wanneer U steeds voor ogen houdt dat
koken nuttig, nodig en vol afwisseling
is!