Tunis vecht voor democratie
en tegen de droogte
Welvaart en water zijn onverbrekelijk
met elkaar verbonden
Gasten
in Londen op
kroningsdag
Duitsland paradijs
voor toeristen
OOSTENRIJK MAAKT HET BEZOEKERS
GEMAKKELIJK EN GOEDKOOP
Buitenlands bezoek bijna op
vooroorlogs peil
FELLE ZON ZUIGT
ENERGIE WEG
Voor f 58 van grens tot grens |HHp JHI
Prinsen, sjeiks, premiers
Kinderen in oproer
Een bewoonster van Zuid Tunis.
Veel afwisseling
Propaganda wordt zeer
goed verzorgd
(Van onze correspondent)
WIJ BRACHTEN een be
zoek aan de grote stuwdam,
die de Fransen ergens op de
grens tussen Tunis en Algiers
aan bet bouwen zijn. Midden
in het kale, nu al door de zon
verschroeide landschap lag een
berg; boven op die berg stond
een stel fel witte huizen. De
Franse ingenieur, die aan het
hoofd van een kleine duizend
arbeiders staat, was in een paar
jaar geheel grijs geworden.
Vanwege de ontstellende hitte,
die het leven zelfs in het noor
den van Tunis schier ondraag
lijk maakt. We kunnen nu nog
hele dagen werken, zei hij,
maar eind Mei moeten we er
tegen tien uur 's morgens mee
ophouden. Dan heeft de zon
ons gereedschap reeds zo
warm gemaakt, dat we er onze
banden aan zouden branden.
Het grote probleem in het
Franse protectoraat Tunis,
waar we een week hebben
rondgezworven, is dat van de
droogte en dat van de hitte.
In het Zuiden van Tunis is het
's zomers in de schaduw 60
graden, waarna de tempera
tuur tegen drie uur 's morgens
tot onder het vriespunt daalt.
Sinds het vorige jaar Mei is
er in totaal 2 cm water geval
len. Men kan er een hectare
grond voor 5 cent kopen. Maar
groeien wil er niets. Met een
Beetje water zou men er de
vruchtbaarste tuinen van kun
nen maken. Maar er is geen
water. Mensen noch dieren
kunnen er leven. De Noma
den, die er achter hun grote
kudden koeien en schapen en
kamelen aantrekken, hebben
zich de laatste tijd steeds ver
der naar het noorden ver
plaatst. Op zoek naar water.
We hebben er tot vlak bij Tu
nis gezien. Reusachtige troe
pen mager vee, uit India in
gevoerde runderen (Nederlands
vee kan er niet leven), kleine
zielige zwarte schapen, ezeltjes
zo klein, dat je niet begrijpt,
dat er nog iemand op kan zit
ten en verder grote, trage ka
melen, die spreekwoordelijk
lang zonder water kunnen le
ven.
De kudden worden gevolgd
door de Nomaden-stam, mooie
donkere mensen, die ongeveer
als zigeuners gekleed zijn.
Hun vrouwen zijn niet geslui
erd, in tegenstelling tot al de
andere Arabische vrouwen,
die hun gezicht onmiddellijk
bedekken wanneer zij een man
zien. De Nomaden wonen in
grote, lage tenten. Zij hebben
geen vaste woonplaatsen, maar
laten hun vee bepalen waar ze
heen zullen gaan. De Fransen
hebben wel getracht kleine
huizen voor hen te bouwen
om hen aan bepaalde stukken
land te binden. Eerst vonden
de Nomaden dat heel mooi
Maar toen de Fransen een jaar
later terugkwamen, zagen ze,
dat de cementen huisjes als
stal werden gebruikt en dat de
Nomaden weer onder hun ten
ten woonden. Zij vonden die
huisjes veel te lastig. „Wam
neef de grond er vuil is, moet
je hem gaan schoonmaken. In
een tent is dat veel gemakke
Iijker. Is de grond suil gewor
den, dan breek je je tent af en
je slaat hem een eindje verder
weer op".
De enige manier om de Be-
douinen aan de grond te bin
den is te zorgen, dat er water
komt. Maar soms moet men
400 tot 5000 meter boren voor
men water gevonden heeft
Een put of een bron is de
grootste rijkdom, die men zich
in het zuiden van Tunis kan
voorstellen.
TUNIS IS de laatste maanden het toneel geweest van een hele serie Aanslagen.
Dezer dagen nog werd de onder-burgemeester van Tunis, de Arabier Kastalli, door
een van zijn fanatieke tegenstanders vermoord. Kom je in het Franse protectoraat,
dan merk je ook duidelijk, dat de blanken er, om het eens zacht te zeggen, niet bij
zonder geliefd meer zijn. In de Arabische wijken kun je bij het vallen van de duister
nis al niet meer komen.
Typisch Tunesisch huis van het platteland.
De Neo Destour, die vooral in de steden veel aanhang heeft, voert egn felle strijd
om van Tunis een onafhankelijk land te maken. De leiders van deze partij voeren in
het buitenland en vooral in Amerika een felle propaganda tegen die „kolonialistische
Fransen". De leiders, die in Tunis gebleven zijn werden voor het grootste gedeelte
in het zuiden van Tunis gevangen gehouden.
TOCH GELOOF IK dat het goed is,
wanneer men de politieke kant van de
problemen niet te zeer overdrijft. Ik heb
niet erg veel Tunesiërs gesproken, die de
misère in hun land zeker niet alleen aan
de Fransen verweten. Trouwens, er wordt
in heel Noord Afrika zo verschrikkelijk
veel annoede geleden, dat het begrip
misère er iets vanzelfsprekends is gewor
den. En de toestand in Tunis is in vele
opzichten veel en veel beter dan in b.v
Egypte of de Libanon.
HET IS OOK absoluut niet mogelijk
de situatie in dit door de zon verbrande
land via westerse maatstaven te beoor
delen. Wij vinden de Arabieren, die wer
kelijk maar heel weinig werken en eigen
lijk het liefst in de schaduw liggen, lui.
Maar zij weten veel te goed, dat er met
die warmte op de duur niet te werken is.
En zij slapen liever wat op een koel plek
je, dan dat ze zich in de hitte vermoeien.
zijn vrienden gekomen om ook anderhalve
gulden te verdienen.
DAARBIJ MOET WEL gezegd wor
den, dat de lonen op het platteland van
Tunis (dat natuurlijk helemaal niet plat
is) zo schrikbarend laag zijn, dat men kan
begrijpen, dat de Arabieren het nauwe
lijks de moeite waard vinden er voor te
werken.
Heel de moeilijkheid schuilt misschien
in het feit, dat de Europeanen de Ara
bieren hun manier van leven willen op
dringen. Toen de Fransen aan het eind
van de vorige eeuw Tunis tot hun protec
toraat maakten, gingen er in totaal 3000
kinderen naar school. Nu zijn het er
250.000 (van de 700.000). Maar de mees
te Arabieren zien niet in, dat zij in de
eerste plaats voor zichzelf leren lezen en
schrijven. Zodra zij de lagere school met
goed gevolg hebben afgelopen, vinden zij
dat zij nu automatisch recht hebben op
een bureaubaantje. Om de grond te be
werken hadden ze toch echt niet zulke
geleerde studies behoeven te maken.
TUNIS IS IN de eerste plaats een agra
risch land, dat met zijn sterk groeiende
bevolking moet zien te leven van het
graan, de olijven, de dadels en de citroe
nen. Men rekent, dat er in dit uitgestrekte
land nog millioenen hectare te bebouwen
grond is. Maar dit land moet bebouw
baar gemaakt worden en dat vergt zwaar
werk, waar de Arabieren het vanwege de
hitte niet op begrepen hebben.
De Fransen trachten hier zoveel mo
gelijk bij te helpen. Zij boren putten,
bouwen stuwdammen, die kunstmatige
meren vormen, waarmede men nieuw
land kanirrigeren. Maar zij vinden, dat
de Arabieren zelf niet fn staat zijn om
de gehele leiding van hun land over te
DUCKINGHAM PALACE heeft giste-
ren de namen bekend gemaakt van
vertegenwoordigers van 70 landen, die
op de kroningsdag (2 Juni) van konin
gin Elizabeth als gasten verwacht wor
den.
De Sovjet-Unie en vier andere com
munistische Oosteuropese landen (Po
len, Roemenië. Tsjechoslowakije en
Hongarije) zullen door hun ambassa
deurs of gezanten in Londen vertegen
woordigd worden. De meeste andere
staten sturen speciale afgezanten. Er
zijn ook enkele personen uit het buiten
land genodigd, die als particulier en
niet ails vertegenwoordigers van hun
landen zullen komen. Het zijn o.m.
Trygve Lie, oud-secretaris-generaal van
de V.N. en echtgenote, admiraal Lynde
McCormick ,de opperbevelhebber van
de NAVO voor het gebied van de At
lantische Oceaan en echtgenote, gene
raal Matthew Ridgway, de geallieerde
opperbevelhebber in Europa en echtge
note.
Speciale gasten zijn o.m. de Graaf
van Barcelona Don Juan preten
dent van de Spaanse troon en zijn
gemalin. De markgraaf en markgravin
van Baden zijn ook uitgenodigd. De
markgravin is de oudste zuster van de
hertog van Edinburgh.
Op de officiële lijst van buitenlandse
gasten komen 22 prinsen, een groother
tog. drie sjeiks, drie vice-presidenten,
vijf premiers en elf minsterg van Bui
tenlandse Zaken voor.
Ruim 200 Afrikaanse leerlingen van
een Duitse missieschool nabij Coligny
in West-Transvaal zijn aangehouden
nadat zij de school en het huis van de
directeur in brand hadden gestoken.
De school telt 400 leerlingen die wor
den opgeleid voor evangelist en onder
wijzer.
Als reden voor hun optreden gaven
de scholieren op, dat een hunner was
geschorst wegens dronkenschap, dat de
voeding slecht en de accommodatie on
voldoende was. De schade wordt op
80.000 gulden geschat.
nemen, dat de Tunesische grootgrondbe
zitters hun personeel veel erger uitbuiten
dan zij zelf en dat het nog jaren zal du
ren voor het begrip democratie in Tunis
is doorgedrongen.
Dat zij van deze situatie profiteren
door nagenoeg alle macht in eigen han
den te houden is een verwijt, dat niet
geheel tegen te spreken is. Dat zij zelf
de beste grond bezitten en dat alleen de
Tunesiërs die hun gunstig gezind zijn,
de goede baantjes krijgen, valt ook niet
te ontkeanen. Maar dat. het Frans* be
stuur er naar streeft het levensniveau van
fle Tunesiërs te verhogen, dat heeft onze
Tunesische reis ons ook wel duidelijk
getoond.
Over geld denken ze, vooral op het nog
wel zeer achterlijke platteland, ook heel
anders dan wij. De zucht tot geldverdie-
nen bestaat er bijna niet. Geld betekent
werken en dat doe je zo min mogelijk.
Een van de Franse grootgrondbezitters
die wij honderd kilometer van de hoofd
stad Tunis ontmoetten, vertelde dat hij
b.v. altijd twee koks in zijn dienst had,
hoewel hij er maar een nodig heeft. Die
betaalt hij 3 gulden per dag. Maar aan
gezien de eerste kok vindt, dat hij liever
een halve dag werkt voor de helft van
het geld, is de eerste middag al een van
(Van onze toeristische medewerker). f - .V-J
WAT IS HET, dat de vroeger zo verre landen plotseling zo
dichtbij deed komen? Ons sinds de oorlog breder geworden F ,v'?\
gezichtsveld? De voortschrijdende, laat ons gerust zeggen: F #*-f-
voortsnellende verkeerstechniek? Allebei waarschijnlijk en
bij die mixture dan gevoegd: ons Nederlands jacht-instinct als
we koopjes ruiken. Want waar gaan we heen, als we eenmaal
beslist hebben, dat we naar het buitenland zullen gaan? Naar 'S$tsAfcStS
dat land, dat „goedkoop" heet. Zo kreeg Oostenrijk de gunst
en zo is nu Spanje favoriet. Maar de Spanjolen verzuimden tot
dusverre wat de Oostenrijkers deden: al het mogelijke om de if*'
toeristen te houden, ook als het prijsniveau stijgt. Dat is in te p jg
Oostenrijk inmiddels gebeurd (in 1951 gingen de prijzen de 1
hoogte in), maar de trek blijft, dank zij het feit, dat men de
Nederlandse toerist op bepaalde voorwaarden voor 58
gulden van Venlo naar Bregenz brengt (en terug!) en voor 68
van Venlo naar Kufstein. -LiMAlÊt i f '-aC:* 2
DE OOSTENRIJKERS we
ten wat toeristisch zaken-doen
is. Dat blijkt uit hun prima op
gezette informatiedienst (die
de Nederlanders zeer ter wille
is door de voornaamste folders
ook in onze taal uit te geven
en door in Amsterdam, Rokin
nommer 16, een „Verkeerscen-
trale" te openen); dat blijkt
ook uit het doen rijden van de
toeristen-treinen. Ze hebben
gelijk, de Oostenrijkers, want
de Nederlandse vacantiegan-
ger wil wel naar hun land. Ti-
rol heeft vandaag-de-dag een
magische klank in de oren van
de toerist en Vorarlberg moét
je toch kennen, wil je even
kunnen meepraten?
Oostenrijk is een ideaal va-
cantieland. Idealer zelfs dan
de mcesten weten, want de
reislustigen richten hun schre
den tot dusverre wel wat een
zijdig naar Tirol en Vorarlberg
het naar het Westen priemen
de deel des lands. Het is
waar, dat is een zeer boeiend
gebied: een romantisch land
met witgekuifde Alpenkam-
men, prachtige bossen, schil
derachtige dorpjes en stadjes
en glinsterende meren, waar
wat Tirol betreft dan nog bij
komt de bekoring van de oude
gebruiken, de klederdrachten
en de muziek. Maar er is zo
veel méér in Oostenrijk.
DAAR ZIJN, buiten de ver
trouwde begrippen Tirol en
Vorarlberg, de provincies
Stiermarken en Karinthië.
Prachtige, woeste, nog niet
door toeristen overstroomde
gebieden, die de lezer al bij
voorbaat een Balkansmaakje
in de mond zullen geven.
Stiermarken, in het hart van
Oostenrijk, is 's lands bosrijkste
en meest grillig geschulpte ge
bied, het land van meren en
bergen (compleet met ijsmuts),
rivieren en oude steden.
In het „vrije" deel van Oos
tenrijk liggen dan verder, aan
de noordgrens, Salzburg en
een deel van Opper-Oostenrijk.
Salzburg biedt ook al weer
een overweldigende rijkdom
ran natuurschoon: bergen, me
ren, bossen en een behoorlijke
architectuur. De stad Salzburg
zelf, idyllisch gelegen aan de
Salzach, zal van 26 Juli tot 31
Augustus weer in het teken
staan, van de Festspiele.
Opper-Oostenrijk, waarvan
het deel benoorden de Donau
tot het Russische gebied be
hoort, is niet het meest impo
nerende „land" van Oosten
rijk, maar wel het meest af
wisselende. De naam Salzkam-
mergut zegt meer dan genoeg.
De talloze meren, dartele ri
vieren en woeste wutervalleu,
de middeleeuwse stadjes en
kastelen, de bergweiden en
prachtige vergezichten maken
deze provincie tot een van de
meest geschikte vacantie-oor-
den voor hen, die zich niet al
te zeer willen vermoeien.
EN DAN is daar Wenen,
ook bereikbaar voor de wes
terse toeristen. Van 30 Mei tot
21 Juni zal de Oostenrijkse
hoofdstad in het teken van de
Festwochen staan met open-
luch tv oorstellingen, ballet,
(Van onze toeristische medewerker)
ER ZOU EEN AARDIG SPROOKJE te creëren zijn over de eerste
Nederlandse toerist naar het buitenland. Over de man, die er genoeg
van kreeg om almaar te werken en die voor zijn raam aan de stadsgracht
een tijdje ging zitten uitblazen. Die tenslotte kribbekeurig werd, omdat
Slot Gutenberg en de Tfalz bij Kaub.
zijn huishoudster elke morgen gewoontegetrouw de kamer op de kop
zette voor de goede beurt (deden ze toen namelijk dagelijks) en er op
uit trok met de postkoets en een zak vol carolus-guldens. Waar ging die
man heen? Dat de Veluwe mooi was om er een weekje op adem te
komen, wat wist die goede koopman er van? De BM-er was nog niet
uitgevonden en Scheveningen? Baden in zee? Al deden ze dan de kamer
elke dag, daar behoefde hij toch nog niet elke week de tobbe in? Nee,
hij ging we verwedden er een lief ding om naar Duitsland. Naar
het land, dat hem door reizende zangers en in koopmansbrieven geschil
derd was als romantisch en van een uitzonderlijke schoonheid, die hij
de man van het vlakke land zich niet zou kunnen voorstellen. Ten
slotte: wat was de eerste toeristische schlager? „Ja, zon reisje langs de
Rijn, Rijn, Rijn
Tirol is een land van een onvergetelijke schoonheid.
Dit plaatsje is genomen in de Stubaier Alpen, tus
sen Innsbrück en de Brenner.
opera, concerten, tentoonstel
lingen en congressen. De Oos
tenrijkse spoorwegen geven 25
procent reductie voor de be
zoekers-van-verre.
Trouwens: ook de gewone
toerist zal niet te klagen
hebben over de service van de
spoorwegen. Onder bepaalde
omstandigheden kan hij ook
een kwart reductie krijgen.
De benzine in Oostenrijk is
vrij, maar even duur als in
Duitsland, ongeveer 65 cent.
Men heeft voor Oostenrijk
geen visum nodig.
Trekkers die ook gebruik
kunnen maken van de goed
kope tceinenl vinden in
Oostenrijk tal van jeugdherber
gen (zij het weinig bij de in
ternationale federatie aange
slotene) en een massa berghut
ten. Wie geen lid is van de
Alpenvereniging, betaalt in die
hutten voor een overnachting
van tien tot zestien shilling,
dat is van 1,50 tot f 2.40.
Wie zijn fiets wil meenemen Dit zou kunnen zijn het
vrage eveneens inlichtingen bij
de A.N.W.B, MtUstatt
DUIZENDEN, tien-, nee honderddui
zenden zijn de koopman gevolgd. Naar
de Rijn het klassieke toeristendoel, mo
gen we wel zeggen naar de Harz, de
Taunus, het Zwarte Woud en naar Beie
ren. Een paar maal heeft die stroom ge
stokt, maar nu vloeit zij weer rijkelijk.
Vorig jaar was het aantal buitenlandse
toeristen al weer tachtig procent van het
vooroorlogse en op de tweede plaats (na
de Amerikanen en vóór de Zwitsers en
Engelsen) stonden de Nederlanders. Lief
hebbers voor visa maken queu voor de
Duitse passen-bureau's in Amsterdam,
Den Haag en Rotterdam en als men
straks, na I Juli, alleen met een pas kan
volstaan, dan worden die tachtig procent
er wel negentig, zo geen honderd.
Wat maakte Duitsland zo gewild als
toeristenland? Z'n natuur, zó gevarieerd,
dat geen land het in verscheidenheid
evenaart, z'n monumenten en z'n musea.
De laatste oorlog moge diepe wonden
in het Duitse land hebben geslagen en
het vooral in zijn monumenten en musea
smartelijk hebben getroffen, aan aantrek
kelijkheid voor de toerist heeft het wei
nig ingeboet. En de natuur de Rijn
stroomt nog steeds langs z'n boorden; de
Lorelei en de Drachenfels staan er nog.
De Alpen bleven onberoerd door al dat
oorlogsgeweld en de Brockenheks van de
Harz overleefde het ook. Het Zwarte
Woud is nog even romantisch en de Lü-
nenburgerheide ligt er nog even stil en
dromerig als voorheen.
Meen niet, dat dit alle toeristische
trekpleisters zijn, die Duitsland heeft te
bieden. Maar hoe zullen wij in kort be
stek de schoonheid van het land be
schrijven, dat zowel Waddeneilanden
kent als Alpen, dat zowel Friezen onder
zijn bestuur heeft als naar Balkan-volke
ren aardende bewoners? Dat zulk een
ongelooflijke „toeristische variatie" biedt,
dat wij de Duitsers wel eens zouden wil
len treffen, die waarlijk elf facetje van
die grote, bonte caleidoscoop uit eigen
ervaring kent. Wij wagen er ons niet aan
en we zien met een des te geruster ge
weten van de land- en volksbeschrijving
„kasteel in Karinthië: het plaatsje
aan de MMstüttersee.
af, omdat we toch nimmer de Duitsers
daarin kunnen evenaren.
GOEDE VOORLICHTING.
HET IS NAMELIJK zo, dat onze
Oosterburen de toeristenvoorlichring
hebben aangepakt op een wijze, die baars
gelijke niet vindt. Onwaarschijnlijk mooie
folders, waarvan de Nederlandse WV's
zullen watertanden en ook maar eens
iets zouden moeten leren! zijn daar in
de laatste jaren bij millioenen van de per
sen gerold. Niet zo maar, zonder systeem,
maar met een in dit geval lofwaardige
„Griindlichkeit", die geen ruimte laat
voor omissies.
Om te beginnen is er het algemeen in
lichtend boekske „Goede reis in Duits
land", waarin nu letterlijk alles staat, wat
men moet weten voordat men Duitsland
intrekt (en wat er niet in kon staan, om
dat het 't nieuwste nieuws is, wordt per
vouwblad toegevoegd). Van elk landsdeel
van het vrije Duitsland is er een kleu
rige, met smaak en zorg uitgevoerde fol
der. Letterlijk aan alle facetten van het
toerisme is gedacht; er zijn gidsjes over
autorijden en fietsen in Duitsland, over
reizen per trein, over kaïnperen, water
toerisme; er zijn magnifieke boeksjes over
de „Schatkamers van Duitsland" en over
„Romantisch Duitsland". En dat alles is
nu ook in ons land verkrijgbaar geworden
door de oprichting van een Duits Reis-
inlichtingenbureau in Amsterdam, N.Z.
Voorburgwal 270. Wilt ge dus beslagen
ten ijs komen, informeert daar.
WENKEN.
WIE MET EEN auto of motor naar
Duitsland gaat, zij het stencil van de
A.N.W.B. aanbevolen, waarop men alle
recente gegevens vindt, die automobilis
ten en motorrijders nodig hebben. Brom
fietsen worden in Duitsland niet toege
laten op de rijwielpaden; wèl op de auto
banen. De bestuurder moet een triptiek
en een in het Duits gestelde verklaring
hebben, waarin vermeld is, dat bromfiet
sers in Nederland geen rijbewijs nodig
hebben.
De Duitse spoorwegen hebben ver
schillende maatregelen genomen om de
toeristen terwille te zijn. Zij zoeken het
in het materiaal, glazen dieseltreinen,
dubbeldekkers, treinen met danszalen en
schrijfbureau's en wat al niet. En in
de reducties: toeristen kunnen, al naar
gelang de afstand, reducties krijgen van
10 tot 35 procent. Internationale plaats
bewijzen zijn geldig in alle treinen (zon
der toeslag) en men mag de reis onder
breken zo vaak men wenst.
De hotelaccommodatie in Duitsland is
in de laatste jaren aanzienlijk verbeterd
en die verbetering ging gepaard met een
daling in de hotclprijzcn. Momenteel
vindt men een ruime keuze tussen vier
en vijftien mark per bed per nacht.
Jeugdherbergen zijn er in West-Duitslund
in groten getale: een zeshonderd. Som
mige daarvan zijn ondergebracht in zeer
merkwaardige (historische of ultra-moder
ne) gebouwen.
I ënslotte: wilt ge weten, wat ge in
Duitsland aan bijzondere gebeurtenissen
zoudt kunnen bijwonen, vraagt dan naar
de „Veranstaltungskalender 1953". G*
zult opnieuw versteld staan van de dege
lijkheid, waarmee men in ons buurland
de direct gerichte propaganda voor het
toerisme aanpakt.